v«©r fl© SKaidhollaiidücSie en Zéeuwscjto Eilanden. Woensdag 29 Mei 1918. 33ste Jaargang N\ 2393 Afitirevolutionair Or aan IN HOC SIGNO VINCES Ooid onderwijs* maar gein Letrplichi LAID- EN TUINBOUW. W. BOEKHOVEN Zonen. 4110 «tnkkeo voor de Redactie bestemd: Atlverteiitlên' e»§ verdere Ady»lwl»ïr»tle ivaiice toe te ssenden de tiltgeyeir® Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling 5.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS: S O M M E L S D Ij K. Telefoon Intercommunaal No. 202. ADVERTENTIËN 12!/i Cent per regel, RECLAMES 25 Cent per regel. BOEKAANKONDIGING 5 cent per regel. DIENST AANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 59 Cent per plaatsing. Groots letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. AdverteatiSn worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIJDAGMORGEN 10 UUR. Z ij die zich nu abonneeren, ont vangen de nog ia deze maand verschijnende nummers gratis. Ons Antirev. stembusprogram zegt in art. 5 Het gewone Lager Onderwijs worde allengs zoo meer van het zesde tot en met 't 14e jaar. desverlangd, ver krijgbaar gesteld. Leerplicht blijve geweerd, doch de Overheid kan van lieverlede het schoolbezoek tot en met 't 14e jaar als arbeidsvoorwaarde doen gelden en 't ais eisch stellen voor wie dingen wil naar eenig ambt, bediening of publieke betrekking. In dit artikel liggen de volgende gedachten le. 't onderwijs moet goed zijn en voldoen aan de eisehen des Tijds. 2e, de ouders ziju en blijven voor hun kinderen verantwoordelijk. 3e. de Overheid en de Ouders hebben behoefte aan een ontwikkeld volk, dat bij geen ander volk achter mag staan. Drieëerlei wordt hier dus besproken n.l. 't belang der kinderen en hun T rechten r 't recht der ouders 't belang des Volks naast andere Volken. Wat eiscki 't belang der kinderen Waarop hebben ze rscht? Dat zo afgebeuld worden. Neen, dat nooit. Dat ze geexploiteerd worden Neen, dat ook nooit, Dat ze vroeg van school kunnen of maar volop thuis blijven om Vader te helpen op den akker? Neen, dat nooit, 't Belang der kinderen en hun rechten eischt een schoolgaan tot 't 14e jaar. Meel ons onderwijssysteem deugt niet. Ze komen nu op hun 5de of 6e jaar naar school en gaan er op hun lie of 12e jaar af. Dat is niet in 't belang des kinds. Veel beter ware 't, indien ze van hun 4e tot hun 9e jaar op een Bewaarschool bleven met een uitgebreid Leerplan van aanvankelijk lezen, schrijven en rekenen. Dan van hun 9e tot hun 14e jaar op de Lag. School. Ook van hun 14 tot 't 16e jaar aUeen voor die kinderen, die hoog&rop willen. Maar géén leerplicht op 't 4e jaar.; geen leerplicht op 't 9de jaar; geen leerplicht noch voor 't uitgebreid Be- waarsehoolonderwijs, noch voor de Lagere School Daar komt nog niets akeligs bij. Ze gaan op hun 12e jaar van school; maar de Arbeidswet laat ze in de werkplaats niet toe vóór hun 13e jaar is gepasseerdwaar blijven ze dan dat ééne jaar In de steden slenteren ze langs de straten en zijn dan ouders tot lasten op 't platteland loopen ze in de wintermaanden van Novb. tot Mei voor nioumeadalkattekwaad uit te voeren langs 'sHeeron straten. Alleen 's zomers kunnen ze ^gebruikt worden, maar de verdiensten zijn luttel. 't Belang der kinderen; ze hebben er ook recht op; eischt voldoend en goed onderwijseerst van hun 4de tot hun 9de jaar, zoodat ze op de Lag. Scholen komen kennende behoorlijk de beginselen van lezen, sehrijven en reke nen. Daarna van hun 9de tot hun 14de jaar op de Lagere School voor't voort gezet Lees- en Rekenonderwijs met JtSijb. G KerkgeschiedenisVad, G. Aardrijkskunde, enz. en daarna kunnen ze van School. Wie dan naar een vak stahij ga naar een school met tech nisc-he vakken. Wie onderwijzer enz. wil worden, ga naar een Kweekschool H.B.S, of Gymnasium maar alles, pas op 't 14de jaar. Doch geen leerplicht. De ouders moe ten overtuigd worden, dat hun kinderen voldoend onderwijs moeien hebben; en ze worden er hoelangs zooineer van overtuigd Er is niet tevergeefs gespro ken van „De Eeuw van 't Kind''dat is geen leuze, geen frase, maar hooge ernst er is al lang genoeg geexploiteerd en al lang genoeg door 't kind geleden en geworsteld tegen 't lot dat hem op al te jeugdigen leef tijd reeds te bitter boven 't hoofd hing. en de oogen van duizenden en duizen den ouders zijn er kiaar en helder voor open, dat 't beste onderwijs 't boste is, wat ze hun kroost kunnen meege ven. Doch de Staat legge den Leer plicht alleen op bij verwaarloozing. Dan dwinge de Staat om aan die onwillig heid paal en perk te stellen en straffe die kinderexploitanten met flinke ge vangenisstraf'. De verwaarloozers dei- kinderrechten .zij moeten vallen onder de Strafwet en niet zoo malsch. Maar voor den edelen, den welclenken- den ouders, pleiten we als in 1900, vrijheid en géén keurslijf van wettelijke bepalingen en hinderlijke formaliteiten. De ouders zijn en blijven krachtens den Doop volkomen verantwoordelijk. Maar verachten zij den Doop, en dus ook 't Onderwijs, dan stelle de Kerk hen onder de Tucht van Gods Woord; en de Overheid steunt de Kerk, indien ze naar de Kerk niet willen hoorendan grijpt de Overheid in en straft ze, die de Tucht dor Kerk ontloopen met een brutaal J dan schrap je me maar.» Leerplicht blijve geweerd. Maar ver waarloozing der jeugd worde door Kerk en Overheid met tucht en straf achter volgd. Gelukkig»geef 't kind wat, des kinds is«, het wordt hoe langs zoo beter verstaan in alle kringen des volks en vooral in de arbeiderswereld. De arbeiders voelen 't wel, dat goed onder wijs een eerste stap is tot verbetering en der nakomelingen sociale positie. En daar' is 't om te doen. Hoog de Arbeid! Hoog, omhoog! die arbeiders wereld als stand in de Maatschappij. En hoog, omhoogdoor Kerk en School door flink onderwijs tot 't 14 jaar en onder de keur van 'sHeeren Woord. Kinderrecht; en dus schoolgaan tot 't 14e jaar. Ouderrecht; en dus geen leerplicht tot 't 14a jaar, maar vrijheid! Doch een Vrijheid, die geen losbandigheid zij, doch gevoel van roeping voor 't aan- gezichte Gods, aan wie dat kind is opgedragen bij den Heiligen Doop. En ten slotte: 't Volksbelang. De Overheid heeft 't recht te eisehen, dat haar ambtenaren iets kunnen presteeren. Wie dus in Staatsdienst, wil, moef tot zijn 14e jaar op school blijven; niet door den dwang eener Leerplichtwet, maar door de omstandigheid, dat een ouder voor zijn kind een staatsbetrek king wenscht. Is deze eisch der Over*, heia onbillijk Ja Maar welke boer neemt een knecht in dienst, die de grondbeginselen der bouwerij en der veeteelt niet verstaat Immers niemand. De Overheid zegt niet: je moet tot je 14e jaar naar school; de Overheid Iaat dat vrij en als iemand op zijn 12de jaar van school gaat, zal de Overheid daar niets van zeggenmaar de Over heid wil geen ambtenaren en klerken of ze moeten goed onderlegd zijn; en daarvoor is 14 jaar een gunstiger voorwaarde dan 12. Het Nationaal belang, waarvoor de Overheid op mag en moet komen; 't Nationaal belang óók in opzicht van wat andere Landen voor de Jeugd doen; 't Nationaal belang en de Toe komst van ons Volk hangen onder Gods onmisbaren zegen van de School af. Natuurlijk slechts in dezen zin, dat vooral ook 't Leven* er is om een Volk kloekzinnig te maken; dat »'t Leven*de »Practijk< van 't Jongelings- en Jongedochters- en Mannen- en Vrou wenleven groot er invloed oefenen dan dat schoolgaan van 614 jaar; maar wie de eerste mist, mist zeer, zeer veel. We overschatten de school en haar invloed nietIr is nog een »dagelijksch leven* na 't 14e jaar, waarin nog in bijzondere mate de mensch ontwikkeld wordteen kijk op de dingen krijgt; de werkelijkheid d6s levens gaat zien en er mee rekenen de theorie wat op zij gazet moet wor den en er praetischo daden moeten komen, daar 't School leven niet op berekend was; maar de School blijft en is 't eerste instituut, met 't huisgezin, waarin stelselmatig op een, kind wordt ingewerkt om het cp de eerste grondslagen een niet al te wankelen bodem te geven Geef mij de Jeugd, en ik heb de Toekomst 't is kras en in 't Geloof gezegd maar toch niet al te kras. De School is 't voorportaal des Levens. Blijf dat voorportaal uit, en wring U met ge-* weid door uw stukgeslagen ruiten om toch dat Laven in te komen en er winste te halen maar zeg zelf, is met Uw ruitenbrekerij de strijd om Uw bestaan al niet te bloedig begonnen En 't kon toch eenvoudigerDoor de School naar 't L9ven. En zonder school gaan wordt de levensstrijd bang!Zelfs al in den aanvang des levens Ziekten bij Vruchtboomen. Verschenen is' No, 1 van de „Verslagen Mededeelingen van de Directie v. d. Land bouw", handelende over de Fruitteelt in de prov. Gelderland tusschea Rijn en Maas Het belangrijke werkje, geschreven door den heer V. d. Veen, Rijkstulnbouwleeraar, verdient de volle belangstelling der fruittelers; zij kunnen hét bekomen fr. p- p. tegen f 0,53 bij de Gebr, J. H, van Langenhuyaen te 's- Gra- venhage. Hoofdstuk I handelt over de beteekeni3en uitbreiding der fruitteelt en de onderschei dene fluitsoortenheofdst II bespreekt de Cultuurzorgen, hoofdst. Ill den verkoop en opbrengst, hoofdst. IV het onderwijs, een slotwoord en een résumé, terwijl in een bij lage het resultaat werd medegedeeld om trent ingestelde onderzoekingen en metingen in boomgaarden tusschen „Rijn en Waal," Wij laten hier een en ander volgen uit het 2e hoofdstuk betreffende dierlijkeen plant aardige parasieten. Eenige plantaardige parasieten. Kanker is wel een der grootste vijanden van de Be- tuwsche vruchtboomen. In sommige boom gaarden richt deze ziekte groote schade aan en gaan meerdere boonien er aan. ten gron de Door vele bootngaardbezitters wordt niets ter r.esirïjding gedaan, door enkelen worden de icankerwonden uiig; sneden, door anderen bo endien geregeld niet carbolineum of teer ingesmeerd. Door het gebruik van boom- beschermers, die tegen de stammen schu ren eu door onvoldoende bescherming tegen het vee wordt het ontstaan der ziekte erg in de hand gewerkt. Het is zeker ten zeer ste gewenschï er de Betuwsche boomgaard- bezitters met nadruk op te wijzen, hiervoor te waken en verder uit de kweekerijen kan- krrvrije boomen te betrekken en zooveel mogelijk' die variëteiten aan te planten wel ke minder vatbaar zijn voor kanker. Zeer sterk door kanker aangetaste boomen doet men beter te rooien en te yerbranden, daar ze een middelpunt van besmetting zijn voor andere vruchtboomen. Schurft. Bijzonder sterk waren vooral de appels, speciaal de Goudreinetten in 1916 in de Betuwe door schurft aangstast en tal rijke klachten van de zijde der boomgaard- bezitters werden hierover gehoord. Het wa3 in vele boomgaarden een tieurig gezicht, zoo slecht als de boomen er uirzagen. De bladeren was en klein, lichter gekleurd, ge vlekt en vielen ten üeele af en eok de vruch ten waren klein, gevlekt en gebarsten en mooie, gave, flinke vruchten van be Goud- reinette waren een uitzondering. Terwijl in het algemeen de peer meer van da schurft- ziekte'heeft te lijden dan de appel, was het dit jaar in de Betuwe omgekeerd. Wat de oorzaken van dit verschijnsel zijn, kan de Schr. niet zeggen. Zoowel flink bemeste als voldoend bemeste boomen, zoowel boo men in eenzelfden boomgaard, die het vo rig jaar wél als die niet gddragen hadden, waren aangetast, en hij kon in de mate van aantasting in verhand met de bemesting of het al of niet drauen in 1915 geen verschil constateeren. De Rijkstuinbouwleeraar voor Zeeland schreef ten dezen opzichte wél in vloed aan de bemesting toe. De weergesteld heid houdt den heer v. d. Veen voor de hoofd oorzaak I Ter bestrijding kan men het aan staande voorjaar van bespuitingen met Bard, pap of Californische pap gebruik maken. Het laatste bestrijdingsmiddel wordt in de Betuwe nog slechts bij hooge uitzondering aangewend en veidieut meer toepassing. Wegens de moeilijkheden om kalk en ko pervitriool te koopen, is er het afgeioopen voorjaar in de Betuwe slechts met Bord. pap gespoten. Behalve deze .beide plantaardige parasie ten ontmoette men in verschillende aanplan- fingen nog wei andere zwamziekten, zelfs vrij veel, zoóals inonoilia appeimeeldauw, Amerikaansche meeldauw, loodglans spe ciaal in de pruim en verder, bessenroe3t, houtzwam, enz., doch het zou te vér voe ren deze alle afzonderlijk te bespreken. Dierlijke parasieten. Bloedluis, Dit scha delijk insect komt in vrijwel alle gemeenten van de Betuwe voor en de Schrijver be zocht boomgaarden, waarin appelboomen, waarvan vele takkjn aan de onderzijde met een aaneensluitende strook van bioedluizen waren bezet en deze een witte bekieeding vormden. Dat de groei der boomen hieronder zeer lijdt, spreekt van zelf, en vooral voor jonge boonien kan het optreden van dit insect na- deeiig worden. Het aanschaffen var. gezon de boomen eri voortdurende bestrijding met earboiineum is voor de Betuwsche boom- gaardbezï ters zeker vrijwel de eenige weg om van de bloedluis verlost te worden. De ze bestrijding wordt echter noch slechts door enkelen toegepast. Wil de bestrijding afdoend zijn, dan dienen alle boomgaardbezitters hier aan deel te nemen, want het geldt voor vrij wel alle insectenplagen dat men alleen dan er van verlost kan worden, als alle fruitei- genaars op dit punt eensgezind zijn en zoo ver zijn we in de Betuwe nog lang niet. De bloedluis vestigt zich bij de voorkeur in kankerwonden en daarom dienen vooral deze goed verzorgd te worden, Wintervlinder. Minstens evenveel schade is en wordt door den kleinen winterviinder in de Betuwsche boomgaarden aangericht en hoewel we in de Hjmbanden een zeer goed bestrijdingsmiddel hebben en het gebruik van deze banden in de laatste jaren in de Betu we sterk is toegenomen en vele boomgaard- bezitters deze banden ten zeerste roemden, is het gebruik er van nog verre van algemeen en zijn er nog boomgaarden, die jaarlijks door den wintervlinder zoo erg waren aan getast, dat de boomen er geleidelijk door af sterven, Wel. namen de eigenaars deyreterü waar, waardoor de bsawea vrijwel bladerloos werden, doch het was hun niet bekend met welk schadelijk gedierte ze hier te maken hadden en wat ter bestrijding kon dienen. Zoo waren volwassen kerseboomeni neen boomgaard te Heesseit (gem. Varlk) waar in appels, meikersen en Variksche zwarte stonden reeds jaren achtereen, eiken zo mer ten deele kaal gevreten. Geleidelijk sfierven de kranen van vele boomen hierdoor af de jaarlijksche schade was zeer groot en de eigenaar klaagde zijn nood. Nadat nut en doel van lijmbanden was uiteengezet, besloot de eigenaar hier mede ook een proaf te nemen, welke proef succes had. Evenzoo In een boomgaard te Leur (gem. Bergharen), waarvan de oude en jonge boo men door de jaarlijks terugkeerende vreterij van de trekmade, d.i. de rups van den win tervlinder, weinig groeien en weinig op brachten. Ook hier zal de bestrijding thans ter hand genomen worden. De boomgaard- bezitters v/orden verwezen nasr een brochu re van het Phytopatolegisch Instituut te Wagemogen over „De Trekmade" waarin ze uitvoerige mededeeiingen kunnen vinden om trent leefwijze, aangerichte schade en be strijding. In het jaar 1909 werden door den heer N. Nobel, destijds Rijks-tuinbouwleeraar te Tiel, op lijmbanden, welke aangelegd waren in een boomgaard van den heer Mr. M. Ty- aeman Jr., op enkele boomen geteid: Gouöreinette 126, 228, 178,60 en 72 wijfjes. Meikers 157, 109, 172, 106 en 197 wijfjes. Pondsappel 43, 162, 74, 147 en 29 wijfjes. Verder deelt de brochure mede„Terwijl er in de Betuwe vele boomgaarden zijn, die vroeger nooit eene hoogere opbrengst dan f 60.—, f 80.—, f 120.—, hadden gegeven, gaven ze vanaf het jaar der bestrijding da delijk f 300 f 400.—, en meer." Zeer veel schade wordt er verder in de Betuwsche boomgaarden aangericht door bloesem kevers en bladluizen. Ia bijna alie boomgaarden, die dé Schr. op het einde van den bloeitijd bezocht, had de bloesemkever groote schade aangericht eu er waren appel boomen, waarvan ia vrijwel eike bloem een eitje was gelegd en de vruchtvorming dus achterwege bleef. Behalve deze 4 dierlijke parasieten ont moette hij meerdere andere, zooalskom- maschiidluis, ringelrupsviinder, spinseimot (trekmade), ooftmade, slakvorraige bastaard rups, bessenbladwesp, houtrups, perzikdop- luis, enz, terwijl in de aardbeien de slakken veel schade aanriahten. De spinselmotten, waarvan men de rupsen in de Betuwe veelai trekmade noemt, leven op verschillende fruitseorten, doch de heer v. d. Veen trof ze vrijwel uitsluitend in ko lonies in de doornhagen aan, welke de boom gaarden omgeven. Men verwarre deze trek made niet met de rups van den wintervlinder, die ook trekmade wordt genoemd en in de Betuwe meer onheii aanricht. C. B. OFFICIÉÉL. BOND VAN FLAKKEESCHE LANDBOUW VEREENI6INGEN. Aan Zijne Excellentie den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel te 's-Gravenhage. Geeft met verechuldigden eerbied te ken nen het Hoofdbestuur van den Bsnd van Flakkeesche Landboowvereenjginges goed gekeurd bij Koninklijke Besluiten laaist van 18 December 1913 (Staatsblad No, 36) Dat in zijne vergadering van 2 Mei 1918 ter sprake kwam de Controle, die vanwege den met de graauverzameling belasten Re- geerings-Commissaris In ons eiland i3 aan gevangen met 16 personen welke blijkbar opgehitst door de fabel dat door onze leden groote, partijen graan en peulvruchten zijn achtergehouden, 't zij voor den sluikhandel 't zij voor eigengebruik, waarvan enkelen op de meeat brutale wijze onze huizen zijn bin nengedrongen en niet alleen op de graanzol ders, doch zelfs in slaapkamers en bedsteden kasten en Jmeubelen onder vroolïjkheid van den troep, zochten of niet in busjes of doos jes sporen van meel te vinden waren dat het Uwe Exellentïe niet bevreemden zal te vernemen dat onze vrouwen en doch ters daardoor op de meest grievende wijze zijn beleedigd waar het toch van te voren reeds vaststond, dat daar zeker geen graan of meel in verborgen kon worden waarvan de levering ook maar ia de minste mate het dreigende spook van den honger kon ver drijven terwijl uit het aan de Gemeentebe»

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1918 | | pagina 1