Zaterdag 25 Mei 1918. 348le Jaargang N" 2392 voor de Zuidhollandsehe en Seeiwscfce Eilanden. ftit.MnsMuppi3. Antirevolu tianan IN HOC SIGNO VINCES „HET GOUDEN HEBT. W. BOEKHOVEN Zonen, Alle «Nttiaéar'-lft V«r«*r R48e Hotel Restaurant Gedempte Bosrenatoiger 83A, 63B 12451 SMno* nsbil de Hoofda&eeg, DINERS 1,en hooger. LOGIES MET ONTBOT f 1.25, f 1.50 en f 1.76 Te!. No. 1532. Aanbevelend, WmM E. G. F. T. 1. LE6-X001QL Set door ieder aanbevolen adres. OP DEN UiTMJU. Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 75 Cent bij vooruitbetaling. BUITENLAND bij vooruitbetaling f 5.50 per jaar. AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT. UITGEVERS SOM MEI.SDU K. Telefoon Intercommunaal No. 202. ADVERTENTIËN 121/» Cent per regel, RECLAMES 25 Cent per regel. BOEKAANKONDIGING 5 Cent per regel. DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 50 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. Advertentiën worden Ingewacht tot DINSDAG- en VRRDAGMORGFN 10 UUR. gets lea* A*!'*!**; -^3- - if h I |j die zich nn ftbonneeren, oat» vangen de nog in des» tnaaad verschijnende nummers gratis. Si Verleden week gaven we iets over art. 1, dat luidde Volhardend zij het verzet der An- tirev. partij tegen 't vloeken, tegen de ontheiliging van den dag des Hee ren en tegen 't misbruik van den ster ken drank. Maar art 2 luidt aldus: Voor zoolang de oorlogstoestand met name in de ons begrenzende sta ten nog aanhoudt, volharde onze Regeering in de voorzichtige en toch krachtige houding, die zij dusver in zake de oorlogsaangelegenheden aan nam. Voorts biede heel ons Volk haar den onmisbaren steun om mochten zich bij t herstel van den vrede voor Nederland grensmoeilijkheden voor doen, alle rechten van ons Land on geschonden te handharen En is ten slotte de oorlogstoestand geheel ten einde gekomen dan richte ons beleid er zich op, om aan H. Majesteit de invloedrijke positie te hergeven, die Zij aan 't Hof van Arbitrage en aan de Vredesconferentien in Hare Resi dentie ontieenen mocht. Dit artikel bestaat uit drie deelen. Het eerste vraagt van de komende Re geering volharding in haar voorzichtige houding. Het tweede vraagt om volks steunals er soms bij 't sluiten van den wereldvrede, eens met Nederland on rechtmatig en onrechtvaardig werd ge handeld om dan als volk|zich tegen elk on recht te verzetten. Het derde vraagt om te 's Hage te doen blijven 't Hof van Ar bitrage en te handhaven 't Vredespaleis. Wat is nu de bedoeling van 't ar tikel Zeer eenvoudig. Ons Stembuspro gram begint terecht in dit Art. 2 lof toe te zwaaien aan minister Loudon van Buitenlandsche zaken, voor zijn voorzichtige en toch krachtige houding jegens 't Buitenland. Niet alsof alles wat deze Bewindsman deed nu volko men werk was, want 't rooven der sche pen door Amerika zat 't Nederlandsche volk veel zwaarder op 't nationale hart dan den Minister, zelfs zoo", dat heel't Volk zei: »Maar dat zal toch niet ge duld worden.*, en zelfs zóó, dat onze militairen naar hun wapenen zochten om nu eens te toonen, dat 't voor hen geen kinderspel was om onze Neutra liteit zoo te pijnigen. Volk en militai ren waren eenparig van oordeel, dat hier 't grofste onrecht geschiedde en dat er wraak moest tot uiting komen, hoe dan ook. Toen was minister Lou don zwakker dan 't Nederlandsche Volk dat pertinent de overgave der schepen zou geweigerd hebben, waar Loudon toegaf. Al was dus Loudon niet vol maakt, en al zou zelfs met of zonder Loudon een nijdige Mogendheid ons toch kunnen knevelen en krenkennochtans ,t feit ligt er dat onder (Jods gunste door 't voorzichtig beleid van Loudon Ne derland nog niet in den oorlog gewik keld isen ons Program vraagt nu aan Kamerleden en Regeering mee te wer ken om dien oorlog buiten onze erve te houden door een zeer kalm en waardig optreden en pal staan voor onze eischen en neutraliteitsrechten. Het tweede deel van Art. 2 vraagt om den steun des Volks als er bij 't sluiten van den Vrede niet met ons gerekend .wordt of nog erger, als men soms ons de Schelde afnemen wil, of kapen of ruilen wat wij nu Zeeuwsch- Viaanderen noemen. Eertijds is er in Belgie een stem opgegaan om ons de Schelde af te nemen; enwaarinl713 te Utrecht eens een vrede gesloten is dus by ons, en over maar zonder ons daar zou 't wet eens wéér kunnen ge beuren, dat er te Parijs of te Berlijn, of te 's Hage, of te Utrecht een alge- ineene vrede werd gesloten, die voor Nederland zesr onvoordeelig was en schadelijk voor zijn nationaal bestaan of nadeelig voor zijn socialen en eco nomischen toestand in de toekomst. In dat geval moeten onze RechtscheKamer- leden, die gekozen worden, met 't heele Nederlandsche volk één zijn, om zieh tegen dat onrecht te verzetten. Onge schonden willea we alle rechten van ons Land dan handhaven. Je maintien drai,» ik zal handhaven moet dan aller ééndrachtige leuze zijn en een he vig verzet zij gevolg, als men ons bij den vrede wil afbrokkelen en ons tirond gebied verkleinen of benadeelen. 4» Het derde deel raakt onze Majesteit de Koningin, aan wie de eer te beurt viel, uit hare residentie te mogen zien stichten t Vredespaleis en in haar Veste te herbergen t Hof vaa Arbitrage. Zal dit paleis na den Vrede voor afbraak verkocht worden? Zal t Hof van Ar bitrage verplaatst worden naar Ameri ka, naar Zwitserland, naar Stokholm Wat zal men doen? DeeereonzerKo ningin, die van Nederland is er wel mee gemoeid. En al geven we toe, dat 't Hof van Arbitrage voor kleine geschil len iets kan beteekenen maar bij ingrij pende kwesties tusschen de volken niets beteekent, toch zou een verplaatsing van dit Hof buiten ons Land voor Ne deriand geene eere zijn wel een belee diging, krenking achteruitzetting, die op de andere Neutrale Staten geen ge lukkigen indruk kon maken. Daarom vraagt 't Urogram dat onze kiezers en Kamerleden en t Kabinet er tegen wa ken, dat t Vredespaleis niet ons ont nomen worde en dat 't Hof van Ar bitrage niet verplaatst worde naar an derer oord. Stemmen op No. 1. Ons blad was afgedrukt op 17 Mei, toen we lazen 't volgende in de Standaard, ons hoofdorgaan Candidatenlijst groep III. Ingevolge de bevoegdheid hem verleend in art. 15, derde lid, van de Statuten der Anti revolutionaire Partij, heeft de Voorzitter van het Centraal Comité, onder medewerking van het College van Gemachtigden en na consul tatie van den betrokken Groepsvoorzitter, in de rangschikking van de candidaten der derde groep alsnog zulk een wijziging aangebracht, dat de lijst luidt als volgt: Groepslijst III. 1. A. W. F. IDENBURG. 2. C. VAN DER VOORT VAN ZIJP. 3. J. VAN DER MOLEN. 4. F. H. DE MONTÉ VER LOREN. 5. Dr. E. J. BEUMER 6. Mr. V. H. RUTGERS. 7. Mr. J. A. DE WILDE. 8. Mr. A. A. DE VEER. 9. L. F. DUYMAER VAN TWIST. 19. J. SCHOUTEN. In de ljjsten van groep I. en II. werd geen wijziging gebracht. In onzen driestar toen hadden we een andere opgave, ook door 't Centraal-Comité officieel bekend gemaakt, maar daar is ver andering ingebracht. De lijst in onzen Kies kring Dordt is dus nu: 1. IDENBURG. 2. VAN DER VOORT VAN ZIJP. 3. VAN DER MOLEN. 4. MONTÉ VER LOREN. 5. BEUMER. 6. RUTGERS 7. Mr. DE WILDE. 8. Mr, DE VEER. 9. DUYMAER VAN TWIST. 10. SCHOUTEN. Maar op 't stembureau maken we slechts één blokje zwarthet bovenste. Als ge uw biljet in de bus werpt, ziet 't er, indien ge Anti gestemd hebt, aldus uit IDENBURG. VAN DER VOORT VAN ZIJP. VAN DER MOLEN. MONTÉ VER LOREN. BEUMER. RUTGERS. DE WILDE. DE VEER. DUYMAER VAN TWIST. SCHOUTEN. Wie No. 1 zwart maakt, stemt toch ten voordeele van al de andere 9. De Stemdag is op 3 Juli. Woensdag. Alleen Idenburg zwart maken. Misschien zijn er kiezers die denkenWe kiezen niet No. 1, maar no. 7, Mogen we U dringend verzoeken dat niet te doen Niet zwart maken blokje 2, of 3, of 4, of 5, of 6, ef 7 of 8, of 9 of 10. Neen, neen. Maak alleen zwart No 1. Ons hoofdorgaan schrijft er zeer waarschuwend tegen om in geen gé val keurstemmener op na te houdenniet zeggen Ik stem liever 2 dan 1of liever 7 dan 1of liever 8 dan 1. In geen geval moet ge dat doen. De Standaard schreef er dit over: Gelijk reeds van meer dan één kant werd opgemerkt, dient wel te worden toegezien, dat de kiezers niet door op een enkelen candidaat hun stemmen saam te trekken, de candidaten van den eersten rang, waar om de strijd gaat, buiten gevecht stellen. Vandaar de ernstige waarschuwing die reeds van meer dan één zijde uitging, om in geen geval door wat men dan noemt keurstemmen, heel de verkiezing radicaal te bederven. Beging men toch de fout om op den candidaat die 't laagst op de lijst stond, in wat kring of onder wat groep ook, zoo veel eenlgszins doenlijk al zijn stemmen saam te trekken, dan behoeft het geen be toog, dat allicht meer dan één candidaat, op wiens verkiezing het gemunt was, en die daarom vooraan op de lijst stond, alle kans van slagen zou benomen worden. Nu de partij als partij de candidaten van alle schakeering, op wier veikiezing het gemunt was, zeifs meer dan eens candi- deerde, en voorop schoof, gelijk b.v. den candidaat Smeenk, zoo moet dit voorop- schuiven op da lijst voor alle fracties ge lijke uitwerking blijven hebben. Veilig kan dan ook gezegd, dat geheel het pogen, waarvan hier en daar verluidde, om enkele candidaten, die lager op de lijst stonden, nu door keurstemmen op den voorgrond te doen treden, niet anders kon uitwerken dan dat het allicht geheel de komende ver kiezing in zeker opzicht vervalschen zoude. Eerst toch zou men dan de candidaten, laat ons nogmaals zeggen, van het genre Smeenk, op gelijke wijze als de meest ge zochte candidaten van het oude genre, voorop zetteniets waardoor ze dan de uitnemendste kansen kregen. En daarna zou men dan nogmaals aan de andere can didaten van dit genre een in 't oog springen de voorkeur geven, door op hen de stem men samen te trekken van wie tot gelijk genre in het sociale leven behoorden. Hiertegen zij men op zijn hoede. Er kun nen excepties komen, maar onze regel zij voor heel 't land een. Late niemand nu wijzer willen zijn dan onze leiders in Amsterdam. Déér weten ze heel goed, wat en waarom ze advisee- ren om alléén No 1 zwart te maken. Houde iede e Anti zich aan dien uitstekenden raad. Het wetje Lohman verworpen. Met 45 tegen en 36 vóór is 't verworpen, 't Hield in om aan de Bij z. Onderwijzers een even groot traktement te geven als aan de Openbare; wat de Bijz. Ond. te kort schoten, moest hen dan Hit de Gemeentekas worden bijgepast. Kregen de Op. Ond. verhooging, diezelfde verhooging moest weer uit de Gemeentekas gehaald óók voor de Bijz. Ond. Een eenvoudige vorm om de Recatsgtigkheld werkelijkheid te doen worden. Benige weken geleden schreven we er over en profiteerden verwerping, wat op 1Ï5 Mei j 1. is uitgekomen. Onnoozele zieien, die nog dachten, dat de Linkerzijde ervóór zou stemmen. Links moet niets van de rechtsgelijkheid hebben; zij eischt alles voor de Op. School op en 't is alleen de erkenning, dat er een half Neder land van Christelijke voorstanders van Bijz. O.iderwjjs met 't geweer aan den voet eh 't zwaard uit de schede staat ten aanval en ter verdediging van die Chr. School, dat ze aédrdóór nog soms wat water in hun wijn doen. Maar de Linkerzijde is de beschermster van de Op. Schooi en ze kan de Chr. School niet luchten en uitstaan. Geen wonder ookl De Christelijke School is door Gods alge- meene genade nog een instrument om posi tief de Waarheid en 't Gezag der heilige Schrifture te handhaven. Van dat Gezag, van dat Woord zal mee afblijven, zoolang er nog door één unio mystica, d.i. door één Geest, door één Geloof, door één heilige aandrift in de harten der onderwijzers, saam- gearbeid wordt aan den geestelijken opbouw van ons jong geslacht. En dat is de Linker zijde een doorn in 't oog. Geld volop willen ze geven voor 't Onderwijs; maar voor On derwijs, dat nog den Christus belijdt daarvoor geen sou. Hij is een klein, pittig mannetje, 'n Harde, stoere werker, maar die zich nooit iets meer wist te verwerven dan een heel klein plaatsje onder de zon, waar hij zich met moeite kon staande houden in de zen tijd van moeiiqk leven, vooral voor de „kleinen". Toch hield hij er zich bovenop. Met Gods hulp en onder 's Heeren zegen, naar hij eerbiedig erkende. Hij heeft een zaak-aan-huis, die zijn vrouw drijven kan, terwijl hij zelf met zijn oudsten jongen er overdag meest uit is, om ver in 't rond de buitenkianten af te ioopen. 's Avonds komt hij wel eens praten. Hij heeft een helder oordeel en ik mag graag met hem redeneeren. „Van der Velden I" zeg ik onlangs tegen hem, „bedenk, man! dat ik je een sprookje vertel; 't is geen meenens, hoorl Maar ais ik je es een baantje wist te bezorgen, voor vast; vijf uur daags werken.binnenshuisen een mooi pensioen als je oud wordt hoe zou je daar over denken Hij trok es aan z'n steenen pijpje. „Hm I binnenshuis, dat is een mooi ding Ik wordt een daagje ouder en mijn botten en pezen en knoken kunnen niet meer zoo tegen de nattigheid en de kou 't was wel 'n mooi ding méér 't zal zeker wel een of ander eerebaantje wezen, waar je geen droog brood van eten kunt, zeifs al is er distributie-boter „Vierentwintighonderd gulden I" zei ik droog. Mannekens oogen gingen glinsteren. „Uitkijk! Je moogt een mensch niet onder de bekoring brengen," zei hij. „Enfin, je hebt het zelf een sprookje genoemd maar als je ooit zoo iets voor me weet, dan sla je maar toe, zonder iets te vragen, en je krijgt hier m'n heele handeltje met den in ventaris voor je moeite cadeau .Als ik wat voor je weet, Van der Velden" zei ik, dan wil ik voor mijn moeite niets hebben dan alleen een busje thee, want die heb ik in vele weken al niet geproefd. Maar inderdaad vin je dat nu zoG'n vooruitgang 2400 gulden in 't jaar, vast geld, vijf uur werken, mét pensioen „Nou, ik teeken er dadelijk voor I" „Zoo I Ossendorp is 't niet met je eens", zei ik. „Wie is die OsOssenkop zeg je „Ossendorp", verbeterde ik. „Dat is zoo veel als de ongekroonde koning van de openbare schoolmeesters; hij staat nu op een van de lijsten voor socialistisch candi daat en zal wel in de kamer komen ook, denk ik zoo". „En wat zegt die dan „Wel, die vindt voor een onderwijzer een salaris van f 2400 eenvoudig een schandalig hongerloontje, tenminste voor Den Haag niet. Dat is geen traktement, zegt hij, waar een onderwijzer ia de residentie fatsoenlijk van leven kan." Mijn man zat verwezen te kijken. „Neem je mij er tusschen vroeg hij. „Gerust niet I Hier iees zelf." Én ik hield hem een krant voor, waar 't in stond. Hij schudde nadenkend het hoofd. Eindelijk kwam zijn oordeel tevoorschijn. „Die kerel is gek," zei hij. Ik vertel het net over. gelijk 't mij gebeurd is, ik neem de uitdrukking niet voor mijn rekening, maar schreef ze op uit den mond van mijn eerzamen vriend Jan van der Velden Hij vond het zelf wat kras. „De man wou een grapje maken", onder stelde hij. „Nee, zeker rietHij was in vollen ernst en de onderwijzers in de zaal trapten er voor, dat het stof naar boven vloog. Nou ja .dén is 't zoo!" Hij wilde te kennen gevendan neem ik van mfin oordeel dat ik zoo even uitsprak niets ierug. Trouwens, hij zei dat erg plat. Maar wat Ossendorp's eigen partijgenoot, wethouder Albarda, in den Haagschen Raad er van maakte, was niet veel vkiender. Die zei ronduit, dat een redenaar die zoo sprak niet meer als ernstig kon gerekend worden. 't Is zeer parlementair gezegd Maar 't komt op 't zelfde neer! En om nu van dit bizondere geval meer tot de algemeene beteekenis op te klimmen, wil ik er dit van zeggen; De onderwijzers en met name de openbare onderwijzers, zijn bezig om de sympathie, die zij als miuimum- lijders onder 't volk genoten, door hun dwaze eischen te verspelen. Misschien geven ze daar niet om. Ze kunnen soms zoo raar doen. Maar ook voor hén zal bifiken, dat de volks-sympathle en de volks-afkeer krachten zijn, waarmee ten zeerste dient gerekend te worden en die een beweging kunnen ver dubbelen of verlammen al naar men ze voor of tegen zich heeft. De onderwqzers hadden sympathie. Zij werden slecht bezoldigd; worden het nog op allerlei plaatsen; de beweging tot verbetering van hun inkomsten is nog lang niet uiigewerkt. Maar nu gaan sommigen zich opblazen. Er moet dan toch „verhouding" zijn. Menig burgemeester, menig predikant staat ook nü nog onder die versmade 2400 gulden 'k zeg niet dat dit goed is 'k zeg n>et dat dit zoo hóórtmaar al blaffen dui zend openbare schoolmeesters tegelijk mij aan, dan beweer ik nog, dat het ambt van predikant of van burgemeester hóóger staat dan het hunne en in vele gevallen ook méér capaciteiten en zwaarder voorbereiding eischt dan de positie van onderwijzer.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1918 | | pagina 1