Woensdag 6 Februari 1918.
82ste Jaargang N*. 2861.
voor tie Kaidhollandüche en Keeuwiche Eilanden.
De Oorlog.
An tirevo
Orgaan
agerü
Rotterdam,
SOUK.
ÏN HOC SÏGNO VINCES
W. BOEKHOVEN Zonen.
Met of zender soutane,
eeren
ELS
IISI.
erdam.
ioi V2%
M.
E HAAS.
^muizen.
KAMEROVERZICHT.
LAND- EN TUINBOUW»
BUITENLAND.
bode
r,
Alle stukken? voor ale Redactie bestemd, AdvertrntSèn en verdere Administratie ïrancn t«e te xenden de Sjltire%e*s
!$rops
Biscuits
Neenmet wetenschappelijke politiek
bedoelen de heeren; een politiek, die
Wie na Genesis één begint
moge zich wetenschappelijk noemen.
>P van een prach-
f 2.50 tot f 12.50.
•en van een bed,
•ADEAU. 12200
nni»sazgn
12450
van f 100
November.
eerd).
Ie geneeskracht
een duurzame
inn.
UM,
Konings-
Iv,
Deze Courant verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden franco per post 50 Cent bij vooruitbetaling.
BUITENLAND bij vooruitbetaling f 4.50 per jaar.
AFZONDERLIJKE NUMMERS 5 CENT.
UITGEVERS:
SOMMELSDIJK.
Telefoon Intercommunaal No. 202.
ADVERTENTIËN 121/, Cent per regel, RECLAMES 25 Cent per regel.
BOEKAANKONDIGING 5 Cent per regel.
DIENSTAANVRAGEN en DIENSTAANBIEDINGEN 50 Cent per plaatsing,
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij bestaan.
Advertentiën worden ingewacht tot DINSDAG- en VRIjDAGMORGEN 10 UUR.
elharnis, P. H.
L. KEIJZER SR.
ROSSUM.
J. DONKER-
RS.
«IING.
ROEK.
Gz.
:man.
heer W. a.
Itgensplaat.
Er is, als 't over propaganda der
beginselen gaat, altoos een zekere ja
loezie te bespeuren bij de groepen der
Linkerzijde, Ze voelen 't, dat ze iets
missen, wat de Rechterzijde in haar
geheel bezit. En dan voegen ze ons
bits toe; „jullie propaganda is makke
lijk, je hebt de mannen met of zonder
soutane." Soutane is een lijfrok een
kleedingstuk der R. K geestelijkheid.
_,Met Soutane" beteekent dus: Room
^sche propaganda. En „zender Soutane"
beduidt dan 't tegenovergestelde nl
„de propaganda door Geref. of Her
vormde of Luthersche of Doopsgezinde
dominees".
Propaganda is voor Rechts gemak
kelijk, zeggen ze Want Roomsche
priesters en Protestautsche dominees
enz. zijn eiken d-g, maar toch vooral
Zondags in de gelegenheid hun begin
selen te verkondigen, en de schare
slikt alles wat die menschen zeggen;
ze knikken er ja en amen op; en zoo
worden de Rechtschen als een kudde
stemvee naar de Bus gedreven. Hel en
hemel worden dan nog als Boeman en
of Vertrooster gebruikt en. zoo, onder
de> invloed van Pastoor en Dominee,
verdoemenis en heerlijkheid hier na-
maals, gaat dan hij Rechts de storm-
Cloop tegen Links beginnen, en zijn ze,
zoo voor als na de stembus ontoegan
kelijk voor de meeningen en ideeën
der Linkerzijde. Als met een ondoor
dringbaar pantser omgeven is de Rech
terzijde absoluut onvatbaar voor 't
inschieten in 't hart van de meeningen
der anders denkenden. Zij gelooven wat
de Dominee en de Pastoor ze leeraart,
met die kennis èn wat vonken van
ingegoten geestdrift gaan ze den strijd
tegemoet, met nog wat ingestorte haat
tegen die ongeloovigen of paganisten,
die met Kerk en Openbaring op een
gespannen voet levea.
kantore der
!N en beveelt
:velend.
ïmm.
een. Enorme
iningen. Ver-
vervoeren en
10020
VOS Johs.z.
Het kan niet ontkend, dat er waar
heid is in die beschouwing, maar als
onze tegenstanders dan triomfantelijk
uitroepen: »doch wij voeren wetenschap
pelijke politiek en voeren ivetenschappe
lijke propaganda*, dan is 't verschil
tusschen de propagandavormen bij
Rechter- en Linkerzijde toch niet zoo
groot als 't wel lijkt uit die snerpende
rits van woorden: »met of zonder
soutane*.
Want wat bedoelt de Vrijzinnigheid
en de S. D A P. met die wetenschap
pelijke politiek en wetenschappelijke
propaganda Een hoop geleerdheid
meent ge? Och neen, daar behoe
ven ze bij de Vrijz. kiezers en onder
't Socialistische proletariaat niet mee
aan te komen, want aan geleerdheid
heeft ook dat mindere volk een broertje
dood. In Vrijzinnige kringen en idem
van Socialisten moet men maar niet
te hoog mikken, want Icarus vloog
wel de zon te gemoet, maar zijn vleu
gels smolten, vóór hij er was en hij
kwam als natte pap op den grond
zoo gaat 't ook, als men zelfs voor
„'t denkend deel" der Natie naar 't
zonnetje wil vliegen; het Vrijzinnige
volk begrijpt er niet veel van, al wor
den ze vaak door eigen geestverwanten
genoemd„de jongens van 't intellect".
de Maatschappij bestudeert; welke die
Maatschappij in hare opkomst is nage
gaan die Maatschappij in hare ont
wikkeling en soms verval gadeslaat;
alle factoren nagaat, die met leven en
dood eener Maatschappij in onmiddellijk
verband staan, de wetten dier Maat
schappij, waarnaar ze leven moet, zal
ze niet ten ondergaan, zoo b.v. sterft
een Maatschappij als er geen kapitaal
isals er geen Arbeid isals er te veel
vrouwen- en kinderarbeid is, als er te
veel aan Bacchus geofferd wordtals er
tijd en geld en goed verkwist wordt
als de woningen slecht zijn en't voed
sel onvoldoende.
4*
In orde: Onze tegenstanders stu-
deeren dus, en gaan de Maatsohappij
na op al haar wegen sinds de Oudste
Tijden tot heden, en besluiten dan uit
hun studievondsten, wat voor maatre
gelen voor de zieke patiënte moeten
genomen worden, want de We
tenschap heeft aangetoond, de vondst
was ook, dat er in onze Maatschappij
een ziekteproces aan de orde is.
In ordemaar I maar
Is dan 't verschil tusschen Linksche
en Rechtsehe propaganda wel zoo
groot als 't lijkt? Geenszins. Ook de
Soutane, ook de Zwartrok voert weten
schappelijke politiek, hij óók beschouwt
de Maatschappijhij óók zoekt haar
grondslagen te kennen èn haar levens
wetten en haar levensfunctien, ook hg
ging die Maatschappij na van haar
Oudste Tijden, doch vindt en
vond daar, aan den ingang der Maat
schappij levensgeluk bij zonde-
vlucht, doch levenseliende bij zondelust
Adam in een staat van zalig
heid vóór den val, maar in een staat
van onvrede na dien val. En hij vond
toen, dat alle Maatschappijen na dien
gedrukt worden door zondeschuld en
zondejammer. Op don bodem aller vra
gen, ligt der wereld zondesehuid.
Dat- is voor den zwartrok,
WetenschapHij wéét, dat dit zóo,
waarachtiglijk is, want God zelf zegt
't zóó in zijn Woord, en God liegt niet.
Welnu danala nu onze tegenstan
ders de Maatschappij bestudeeren, en
de Soutane-al-of-niet doet 't ook: is
er dan versehil Als onze tegenstanders
de Wetenschap te hulp roepen en de
Soutane doet 't ook. Is er dan verschil
Is er dan toch verschil? Ja! toch
verschil. Want onze tegenstanders
zeggen wel, dat ze bij de vroegste tij
den beginnen, maar dat is niet waar.
Ze beginnen met 't onderzoek van een
reeds door de zonde ingezonken Maat
schappijen ze moeten beginnen met
de Maatschappij in hare Paradijs weelde
Dan pas krijgt men een goeden kijk
op onze Maatschappij. Wat was ze,
toen God haar schiep Wat werd ze
door de zonde. Hoe komt hare verlossing.
Kennis van heerlijkheid, toen ellende
en toekomstige verlossing; door allen,
kapitaal en arbeid wéér te - bukken
onder Koning Jezus en hoog te houden
Kerk en Altaar.
Wetenschappelijke politiek 1 Weten
schappelijke propaganda
Accoord! Die is bij ons! Bij de
Soutane-al-of-niet! Want alle weten
schap begint met 't begin. En 't begin
staat in Genesis één.
maar is onwetenschappelijk, is zeifs
dom.
NA de begrooting van Binnenlandscbe
Zaken kwam in behandelidg die van oorlog.
't Is natuurlijk in één overzicht als dit niet
de bedoeling van de sprekers één voor één
de revue te laten passeeren en te hooren,
wat ze hebben gezegd.
Daarom stippen we even aan, wat is be
sproken, om zoo nu en dan een naam van
een afgevaardigde, die sterk op den voor
grond dringt, te noemen.
Bij deze begrooting was een voornaam
punt (feitelijk behoort het wel niet tot de
begrooting, maar het werd breed besproken)
de ontwapening.
Dit geschiedde naar aanleiding van de
bekende tafelrede, die Mr. de Jonge, de
minister van oorlog, te Leeuwarden heeft
gehouden en waarbij hij voorspelde, dat we
na den oorlog 60 millioen gulden per jaar
moeten hebben voor de versterking onzer
weermacht.
Door een groot aantal sprekers wordt ver
wacht, dat ni den oorlog algemeene ontwa
pening zal volgen. Waarom, vragen zij, dan
al dat geld uit te geven, 't Is nuttiger te be
steden.
Wat het laatste betreft, zijn wij het met
de sprekers eens. Maar het eerste
Wij gelooven, met andere sprekers, als o.a.
Duymaer van Twist (A.R.) niet, dat we ont
wapening zullen krijgen.
Werkelijk, de idealen zijn mooi, zijn schit
terend, maar, zoolang er de zonde zal zijn,
zal er geen ontwapening komen
Verstandig vonden we den raad van het
liberale lid, generaal Eland, die zeiBega
geen gekheid. Ga niet ontwapenen, vóór de
andere landen, waarvan we het meest te
duchten hebben, het voorbeeld hebben ge
geven.
Als die het niet doen, laat hét kleine
Nederland dan verstandig zijn en zijn leger
paraat houden.
Een ander punt, dat bij de begrooting tot
behandeling kwam, was de motie Days
omtrent het salueeren voor meerderen. De
bedoeling van den Zaandamschen afgevaar
digde is, het zoo te krijgen, dat de mindere
alleen moet groeten voortaan voor den
meerdere, met wlen hij dagelqks moet om
gaan en dien hij kent.
Verschillende leden staan vierkant tegen
over de motie, zien er het nut heelemaal
niet van in, anderen daarentegen wel en
zuilen voor stemmen. Te zijnen tijd deelen
we onzen lezers wel mede, wat de uitslag
van de stemming over de motie is.
Weer een ander voornaam punt was het
vrijwillig kader en dan voornamelijk de
onderofficieren. Bijna alle sprekers, die we
hebben gehoord, betoogden met klem van
woorden, dat de toestand voor de beroeps-
onderofficieren onhoudbaar is. Te weinig
salaris, te weinig vergoeding in mobilisatie
tijd, niet de behandeling, waarop zij recht
en aanspraak hebben, in dezelfde coupé
moeten reizen met hun minderen, waardoor
de discipline wordt ondermijnd, ziedaar
enkele misstanden.
Met kracht wordt door de verschillende
sprekers op doortastende maatregelen ter
verbetering aangedrongen. Terwqi we dit
schrijven is de minister nog niet aan het
woord geweest, zoodat we moeten afwachten,
wat Z.Ex. zal zeggen op dit alles.
Andere ieden hadden hun aandacht ge
wijd aan het aflossen der lichtingen.
Dat gaat niet vlug genoeg. Vele leden
willen gedeelte ijke mobilisatie.
Ja, de heer Ter Laan (S. D. A. P.) gaat
nog verder. Hij dreigt den Minister. Als
deze hem geen bevredigend antwoord geeft
op zijn vraag naar gedeeltelijke mobilisatie,
dan zal hij een voorstel indienen om de drie
oudste lichtingen naar huis te zenden.
Dan moet de Minister het maar weten.
Nog wordt geklaagd over de slechte
geestelijke verzorging in het leger, terwijl
o.a. het A. R. lid Scheurer den Minister
dank zegt voor diens wijze, om het vloeken
en de onzedelijke taal in het leger tegen te
gaan.
Tot slot nog enkele minder belangrijke,
althans niet zoo algemeene punten.
De heeren Arts en Juten (Kath.) spreken
over de inkwartiering in het zuiden des lands,
die als een last op de burgers drukt. De ver
goeding ad 20 cent per dag i$ te weinig. Ze
vragen meer gelijke verdeeling over het ge-
heele land of als dat niet kon, verhooging
van de vergoedingen.
Ook wordt door 'n enkel lid nog gezegd,
dat het met de officieren van gezondheid niet
in het reine is. Volgens dien spr. zijn er veel
te veel zoodat er velen zijn, die niets hebben
te doen.
Wij als buitenstaande kunnen dat niet
beoordeelen. Bedoeld Kamerlid zal zijn infor-
matien van te voren wel hebben genomen.
Voorzoover hebben we thans de begrooting
afgehandeld. Nog enkele sprekers staan op
de lijst en dan komt het woord aan den Mi
nister, die wel niet voor 't eerst in de Kamer
optreedt, maar wel zijn eerste begrooting moet
verdedigen.
Moeilijkheden.
't is voor den boerenstand een uiterst moei
lijke t^d. Niet alleen, dat veler bedrijf goed
deels is ontredderd en de bronnen van in
komsten meer en meer opdrogen, maar in
vele opzichten worden hun aan de uitoefening
van hun bedrijf moeilijkheden in den weg
gelegd, walke gansch onnoodig schijnen, en
ondervinden zij een schade, welke hun, naar
den schijn te oordeelen, bespaard had kunnen
worden. Leest men de landbouwbladen, dan
ziet men, hoe het klachten regent. Daaronder
zijn er natuurlijk, die geenszins onredelijk
zijn: het algemeen belang gaat boven dat
van den landbouwer, en niet ieder wil dit
nog begrijpen. Maar zeer vele komen ons
alieszlns gegrond voor en geven den indruk,
dat man dsn boerenstand, van welks arbeid
en medewerking in dea komenden tijd toch
zooveel afhangt, allerminst ontziet. Integen
deel lijkt het soms of men den boer „koeje-
nceren" wil. Dit woord is uit de pen gevloeid
van den Hoofdredacteur van „De Veldbode",
die in een artikel onder het opschrift: „De
boer-slaaf en zijn meesters" een krachtig
protest doet hooren tegen het ongemotiveerd
in 't gedrang komen van de beiaagen der
boeren. Ds verstandige boar weet wel
zegt de Redactie dat „nood wet breekt,"
dat er gemaatregeld en bemaatrsgeld moet
worden. Maar de boer wordt gskoejeneerd.
En daa volgen klachten over „Bleta" en over
de hooivordering. De „Bieta" heet opgericht
om den eenen boer van zijn overtollige ge
wassen af te helpen en den anderen van wor
telgewassen voor veevoeder te voorzien, maar,
gehoord de klachten, lijkt het velen, of „Bieta"
in de wereld is geschopt om de wortelge
wassen onnoodig duur te maken, een hoop
menschen er wat aan te laten verdienen, en
te zorgen dat de verhandeling der produkten
zoo omslachtig en zoo traag mogelijk gaat.
Waartos was dat lichaam eigenlijk noodig,
wie heeft het uitgevonden? Waarom is de
uitvoer van wortelgewassen niet verboden
en niet te gelijkertijd een maximumprijs ge
steld voor tusschenpersonen en gebruikers
De handel had dan zijn gewonen loop gehad
en alles zou veel geregelder gegaan zijn. Als
dan nog een maximumprijs gesteld was per
1000 K.G. bleten en per K.M. afstand, plus
sluisgelden, enz., dan zouden de vruchten
ook redelijk geweest zijn en zouden de schip
pers niet zooals bij de turfdlstributie, de la
kens uitgeven en zouden niet enorme hoe
veelheden turf voor lading staan te wachten,
terwijl duizenden om turf schreeuwen.
Een paar klachten laten we hier, zoo kort
mogelijk, volgen. Iemand had voor paarde-
peen ingeschreven door tusschenkomst van
een handelaar. De „Bieta" berichtte hem 13
Dec., dat hij voor een schipper moest zorgen
de peen was te S. ontvangen. De man vond
een schipper, die 25000 K.G. voor f 100 wilde
varen. En dag later schreef „Bieta", dat zij
een schipper aangenomen had voor f150 per
25000 K.G. De besteller belde direct op en
zei al klaar te zijn voor f 100. 't Was te laat,
heette het, de schipper was al aan het laden.
Dit laatste bleek beslist niet waar te zijn,
want de schipper lag in de buurt te lossen.
Hij verklaarde echter, dat zijn contract reeds
door de „Bieta" geteekend was. De ontstemde
besteller vraagt direct: Moet ik nu alles goed
vinden, wat „Bieta" doet? Heeft deze onbe-
peikt gezag over de beurzen der boeren?"
De man zal wel aan 't kortste eind trekken.
Wil hij de zaak door den schipper met „Bieta"
doen uitvechten, dan bestaat er gevaar, dat
hij in 't geheel geen peen krijgt
Een ander veehouder moest aan een schip
per f90 betalen, omdat deze 9 dagen geladen
had liggen wachten op concentDat
liggeld had de „Bieta" toch moeten betalen,
wijl zij diende te zorgen, dat het concent op
tijd was.
Met de hooivordering schijnt het ook vreemd
toe te gaan. Iemand heeft bericht gekregen
van de gemeente, dat hij aangewezen was om
3500 K.G. hooi te leveren. Dit was, naar hij
dacht, de geheele hoeveelheid, die bij hem
was opgemeeten. De meters zeiden hem niet,
dat het hooi zou worden opgevorderd, waar
om hij bleef voederen. De veehouder denkt
niet het gevraagde nu te kunnen leveren. Kan
hij het wel, dan houdt hjj niets over voor
zijn 13 stuks hoornvee en 13 paarden. „Mag
ik niets overhouden voor eigen gebruik en
moet ik alles afstaan vraagt en klaagt de
man. En dan vraagt hij verder, waarom hij
en 7 anderen hun hooi moeten afstaan, en 9
anderen, die ook hooi hebben, niet I Zulk een
behandeling is zeker hardde man is boven
dien zoetemelkverkooper. Afstand te moeten
doen van zijn kleinen hooivoorraad, die zeker
maar een vijfde deel of minder is, van het
geen hij in dezen winter voor zijn dieren
noodig heeft. Toch zal hij zoete broodjes
moeten bakken
Een ander kreeg op 39 Juli bericht van de
Etappen-Commissie dat 40,000 K.G. hooi van
hem gevorderd zou worden. Hij bracht zijn
bezwaren in bij de militaire autoriteitenop
23 Aug. kreeg hij de mededeeling, dat het
cijfer was teruggebracht op 15000 K.G. dus
62l/j pet. minder! Men krijgt respect voor
zulk een systeem en organisatie 1 Hoe nauw
gezet de zaken behandeld werden, bleek ver
der nog, toen de veehouder op 10 October
een lastgeving kreeg van den burgemeester
waarin nog gesproken werd van 40000 K.G.
Intusschen was de man nog blijven reclamee
ren, omdat de opgevorderde hoeveelheid nog
te groot was. In 1915 en 1916 was al het
door de gemeente te leveren hooi bfl hem
gevorderd, ditmaal kon hij het hooi voor zijn
eigen bedrijf niet missen. Hoewel een der
Intendance-efficieren de billijkheid zijner be
zwaren erkende, waren zijn klachten vruch
teloos. En bleven dit ook, niettegenstaande
de man een andere groote partij hooi in de
onmiddellijke nabijheid aanwees. Daar wilde
men niet aankomen, want dat behoorde aan
een handelaar, en bij handelaars mocht niet
gevorderd wordenMen zou zoo zeggen, dat
het hooi bij de handelaars in.de eerste plaats
bestemd Is, om in andere handen over te
gaan. Hetzij door koop of wel door vordering.
De handelaars zelf hebben het toch niet noodig.
Uit bovenstaande staaltjes enkele uit de
zeer talrijke blijkt geenszins, dat allen, die
thans hebben te regelen en te besturen, van
goeden wille zijn. 't Is er verre van. En ook
mag de Hoofdredacteur van „De Veldbode"
zender reden verklaren:
„Organisaties z^n wij niet. En de
rechte mannen kiezen op de rechte plaats
kunnen wij niet. En veel zeggen met weinig
woorden kunnen wij niet. En veel schrijven
of drukken op weinig van het tegenwoordige
dure papier kunnen wij niet.
En de zaken ingewikkeld maken kunnen
wij wèl. Eu door den adminestratieven romps
lomp den boel noodeloos duurder maken
kunnen wij wèl. En burgemeesters met werk
overladen 4cunnen wij wèl. En de menschen
laten controleeren door anderen, die in nor
male tijden verreweg hun minderen zijn, kun
nen wij wèl. En allerlei menschen baantjes
geven, waarvan zij geen kaas gegeten hebben
wij, helaas ook.
Maarde boer wordt gekoejeneerd."
C. B.
DE TOESTAND.
In Versailles is men de vorige week in
diep geheim in vergadering bijeen geweest,
om over de voortzetting van den oorlog te
spreken. Over de resultaten van de bespre
kingen is een uitvoerig, maar niet veel
zeggend communiqué openbaar gemaakt.
Het belangrijkste wat nog kan gemeld
worden in de omstandigheid, waardoor de
besprekings blijkbaar geheel beheerscht zijn
en haar eigenlijk karakter gekregen hebben.
Men had n.l., naar gemeld wordt, de jongste
uitlatingen van den Duitschea rijkskanselier
en van graaf Czernin „zeer zorvuldig over
wogen" en was daarbij tot de conclusie ge
komen, dat men er geen „wezelijke toenade-