VITELLO I Advertentie». 'diOQ UEA 'f |J Tv\ Zate T II It I II INGEZONDEN STUKKEN. GEMENGD NIEUWS, Electrische SPIEGEL SCHILDERIJEN FABRIEK Goudschësingei173175 MOBUin-fEG 175, KIEUW-HELVOET TANDARTS REGENSBURG C. VIS Jz. - Sommelsdfjk IïflöSTOOMffASCH-iSTM- HOTEL eil RE5TAUM? VAN BENNESSE B. K. BREEMAN JGH. HIJNDfiRS LWz Voorstraat - Melissant. 4br OFF I Is '4 I I li li 12693 Telef. 3943, zal voortaan wegens tijdsomstandig heden den EERSTEN DONDERDAG van i dere maand in het Hotel ZAAIJER te MIDDELHARN1S, te comulteeren zijn voor alle mondziekten en kunsttanden enz. van 12 UUR tot HALF DRIE. 'M ELEFD&N Ho. 1». inrichting »VOORNE EN PUTTEN® te Nieuw-Helvoet bestaat een goede gelegenheid tot het behandelen van opgemaakte en droog toegeslagen wasschen. Aflevering binnen 8 dagen. Franco terugzending. 12770 M. SPOON Az., Nieuw-Helvoet HVa«31IOH 'ZAA qïïï KVXBH08 98 NWI3aHVV€H3ia u*A pspiqzsA '!WM»o»oi|4 HOOGSTRAAT J26, ROTTERDAM. is de BESTE verpakte MARGARINE Adres voor Winkeliers 12592 D. SLAGER, lMddelharnlü. iI «i I iy ill in eigendom bezatengemiddeld,bezaten dezen bijna 1 H. A. Voor de overigen dus pi.m. 30.000 die nog geen 5 Are grond bezitten, wil het onderwerp zorgen. Onze wenschen gaan ook verder, maar wij willen daarom volstrekt niet alle sociale be- teekenis aan het ontwerp ontzeggen. M ;ge het wet geworden in de toepassing geen ernstige bezwaren bieden en velen tot werkelijken zegen zijn I C. B. De cople van Ingezonden Stukken, die niet ge plaatst zijn, wordt niet teruggegeven. Buiten verantwoordelijkheid van Redactie en Uitgevers. Geachte Redactie l Mag ik nog een plaatsje om de meester in „Ingezonden'stukken" van dupliek te dienen waarvoor bij voorbaat mijn dank. Geachte inzender. Ware gij in uw uitdruk kingen wat meer bescheiden geweest ik zoude u in deze niet meer van antwoord heb ben gediend, maar door de scherpe kantjes in uw schrijven gevod ik mtj gedrongen deze van mijn kant nog wat bij te slijpen. Gij wilt mij doen opmerken dat ik geen meester ben in „Ingezonden Stukken" och vergeef mij dit dan. Waar zoude ik ook die kennis als arbeidersjongen die nooit anders dan landarbeid heeft verricht moeten hebben opgednan Niet ieder mensch heeft het geluk zich als wonderdokter te bekwamen. En waar gij zulk een .meester bent in „Ingezonden Stukken" ware het van u verstandiger ge weest dat gij uw schrijven over „boomen- strooperfl" in de pen had gehouden, maar door uw niet doordenkende gedachten, zijt ge blijkbaar belust uw zeiven aan de kaak te stellen. De overtreders van het recht zult gij met alle mogelijke geoorloofde strijdmid delen aanvallen. Wat durft een rnensch al niet te zeggen! Zet dit eens vet zetter. Nog maar kort geleden hebt gij A. Luijendijk Az. gevraagd, ja meermalen, om boomen te gaan hakken waar gij ze dan met paard en wagen halen zou!! Waar blijft gij nu met uwe ge oorloofde stiijdmiddelen? Is zulks daarmede niet in lijnrechten strijd? Ziet ge nu wel dat je geen doordenkende gedachten hebt en in deze uw eigen vonnis velt. Waar ik den moed van daan haal om u van dupliek te dienen. O knappe schrijver. Als ik den sluier der on gerechtigheid maar eens een weinig optilde, dan zoudt gij mij zulks niet durven vragen dit zult u met mij wel eens zijn. Wanneer ik ga schrijven over langvingers enz. moeten mijne wegen zuiver zijn. En wilt ge u zeiven niet geheel stinkende maken is het beter over zulke dingen niet te reppen. Gjj had in uw eerste stukje de mishande ling van uw broeder op 't oog en vraagde of het publiek in deze hun meening wilde wijzigen. Drie jaren meen ik is uw broeder als nachtwacht fungeerende. Veel is er in dien tijd gebeurd, misschien geheel onnoodig en het is mij niet bekend dat uw broeder één verbaal heeft opgemaakt. Als nu van deze menschen, die uit armoede van een on willige millioenair een stukje hout hebben weggenomen. Als het mijn broeder was zoude ik hem toevoegen, schaamte moest uw aangezicht bedekken om in dezen tijd van nood een armen drommel te verbaliseeren voor 'n stukje hout, Gij schrijft, als zoude ik de mishandeling van uw broeder over het hoofd hebben ge zien. Natuurlijk mijn vrindje, hier is van mis handeling geen sprake, uw broeder heeft niets anders gehad dan een oorveeg. Dat roepen en dat uitjouwen beteekent niemendal. En waar gij mij schrijft dat ik moreel op een zeer laag peil sta, zoude ik ze u met name kunnen noemen die, waarvoor op financieel gebied geen peil meer voor te vinden is. Gfj hebt u ter bevoegder plaatse gewend, en is van belooning geen sprake wanneer de politie iemand verbaliseerde voor het halen van boomen. Waar bent u geweest bij de politie of bij de nachtwacht? Dit blijft immers altijd geheimWie zal u het juiste, daarvan zeg gen? Maar houd ik vol dat de politie wel een belooning krijgt, zeg ik het u niet dui delijk genoeg dat het mij niet bekend is. Maar dit weet ik zeker en dat zeg ik u nog maals dat het in beslag genomen hout bij hen wordt thuis gebracht en verdeelt hoe of dit geschied weet ik niet trouwens weet dit niet een mensch daar buitenstaande. Lees voortaan wat duidelijker dan zijt ge de knapste Voor dat ik verder ga uw schrijven te be handelen, zal ik den lezer eerst mededeeien dat de politie blijkbaar genoeg van deze hout soort heeft en .worden thans de door hen in beslag genomen boomen door hun aan par ticulieren onderhands verkocht. Ook hiermede gebeurt weer onrechtvaardig heid. A. v. Sint Annaland vraagt den Rijks veldwachter een stuk boom te koopen en krijgt tot antwoord „in geen geval". M, Ron- nelse koopt later het bewuste hout. Waarom wordt F. Peperstrate in de gelegenheid ge steld drie boomen tegelijk te koopen en A. v. Sint Annaland niet een tak? Óch, ik ga er maar niet verder op in, en ga ik weer verder met mijn betoog. Omtrent Hugo Boom moet ik u zeggen gaat gij te veel op 't gezegde van kwajon gens in en overdrijft ge waar heusch volgens een zoon van Boom niet meer dan 2 3 H.L. is gestolen. Nog thans wanneer uw broeder nachtwaeht deze dieven had betrapt hij zou de zeker de eer en achting van het publiek deelachtig zijn geworden. Denkt u, dat door mij zulks goed wordt bevonden. Neen, neen, brandstof moeten wij hebben en waar wij het niet kunnen koopen, moeten wij het halen. O welke zeden! schrijft gij. Maar knappe schrijver ik vraag u zijn dit dan de goede zeden, waar men anderen op draagt boomen te gaan hakken? Ook aan L. Fluit Az. hebt ge dit wel eens gevraagd. Moet men n ook hier niet schikken onder de rij van langvingers in Oude Tonge. O knap pe kerel, Houdt in 't vervolg uw schrijven maar in de pen, al ziet ge wel eens wat ge beuren dat niet naar uw genoegen is, vooral in deze dagen. Door medelijden bewogen zegt gij. Als ik gedenk aan de menschen die hij een poosje geleden met het zelfde werk heeft verbéliseerd, sta ik in twijfel of hij deze uit medelijden niet wilde bekeuren. En waar hij nu deze heeft willen sparen daar had hij de eerstbedoelde zeker wel kunnen laten glip pen. Maar juist. Medelijden dat komt in deze dagen zoo van pas. Ik hoop dat ge zulks binnenkort mij van de andere politie het ook kunt mededeeien. Wat het gezegde vau W. Terhoeve betreft, kan dit niet anders dan erg dom worden genoemd. En waar pij nu nog die treurige gebeurtenissen uit Amsterdam aanhaalt moet ik u zeggen dat waar de nood op 't hoogst is gestegen en de reddiug uit- blft de menschen weer de zelfde dingen zul len uithalen dan wordt nodh de dood noch de gevangenis ontzien. Maar als er niet is waar zullen we ons dan aan verergeren. Óf ik de weg weet wanneer ik door een ambtenaar van politie niet goed behandeld wordt, geloof het maar, doch ik weet maar al te zeer dat we in zulke zaken meest aan het korste eindje trekken. En waar gij nu twijfelt of die behandeling wel zoo onheusch is geweest, rest mij niet anders dan voor deze uitlatingen te worden verbaliseerd ik zie dan zulks met genoegen tegemoet. Ik heb nog een punt over het hoofd gezien alsdat uw broeder nooit zulk een stukje hout heeft gehad. Dit is voor de domste te be grijpen alwaar ik u schrijf, dat hij daar mo gelijk ook studie heeft opgemaakt. En eerst „studie", daarna het ambt. Ondanks alles valt met mij maar moeilijk te praten schrijft gij. Daarop antwoord ik u, als dat ik het niet dulden zal, dat gij iets de wereld inzend over langvingers in Oude Tonge hoe gebrekkig ik zuiks jegens u ook schrijf. Geachte Redactie. Gij bemerkt wel dal ik het schrijven van Peperstrata niet in zijn ge heel beantwoord heb wijl ik toch al zoo veel ruimte in beslag neem, durf ik niet verder gaan. Wil bij het plaatsen van dit stukje, mijn dulzendmalen dank ontvangen. Oude Tonge, M. Koert Pz^. Geachte Redactie. Zou u mij ditmaal willen vereeren door een plaatsje te willen afzonderen in uw blad. 't Was Nieuwjaar 1914. Niemand onzer zou toen gedacht hebben dat het jaar 1914 het eerste jaar zijn zou eener wereldoorlog, welks wederga de geschiedenis niet heeft gedroomd, al was het een ieder bekend dat ietsvreese- lijk op til was, ja zelf de kinderen op school het werden ingeprent. Toch werden we nog zeldzaam plotseling, ongedacht en onver wacht te midden van al die wereldgebeurte nissen geplaatst. 't Was Nieuwjaar 1915. Duizenden aan dui zenden waren reeds op de slachtvelden ge vallen, zonder dat men ieis genaderd was. Het geslacht onzer eeuw doorleefde vanwe ge den wereldoorlog een hoogst gewichtigen om niet te zeggen mleressanten tijd. lederen dag opnieuw deed het kanongebulder als ster ke donderslagen zich hooren, en vreeselqk was de uitwerking er van. 1915 ging henen. 't Was Nieuwjaar 1916. Na een lijd van groote welvaart op het gebied van landbouw, nijverheid en handel, begon, ook ons land de betreurlngswaaraigen invloed der wereldge beurtenissen te voelen. Een Distributiewet werd in het leven geroepen, waarin de be volking ten opzichte van den handel aan zeer bindende voorschriften werden gelegd. 't Was Nieuwjaar 1917. De vlammen tasten zich om ons heen, ons land heeft in die drie oorlogsjaren voor zeer moeielijk en gewich tige vraagstukken gestaan, maar steeds wer den wij door de reddende.hand Gods voor het oorlogsmonster gespaard. Reeds zijn 31 oorlogsverklaringen afgekondigd. De volken stooten op elkaar. De zonen van het vader land hebben zich tot heden nog niet in den krijg behoeven te mengen, maar toch is er menig soldaat gesneuveld, toch is er menig gezin in rouw. De last die ons land te dra gen heeft weid steeds zwaarder. Schaarste aan levensmiddelen, opbrengst der zware belas tingen en het steeds meer belemmeren der vrijen handel deed vooral den middelstand kn&kkcti* 't Wordt Nieuwjaar 1918. Het einde van den gevloekten oorlog is nog niet te zien. Europa, ja heel de wereld is in waanzin, ja 't lijkt soms als van den duivel bezeten. Er komt hongersnood in ons land, en armoede. En toch, jammer dat dit uit mijn pen moet over ons dierbaar vaderland. En toch zoekt ons vaderland, niettegenstaande de ernstige tijden, de gelegenheid te mogen behouden om voor en achter de schermen de zonde te kunnen indrinken als water. Vloeken en drin ken, kaarten en dobbelen, stelen en smokke len, sabbath schenden en kermis houden, spot ten met God en Zijn woord, liegen en kwaad spreken, elkaar haten en benijden e.;z. enz. het is alles nog schandelijkei veelvuldiger aan de orde dan ooit te voren. Men tart letterlijk den hemel. O Nederland, het glinsterend zwaard Gods hangt boven U. En ge zult kla gelijk weenen en kermen, ais het straks eens moest neerdalen. God heeft het tot heden nog niet gedaan. Als Gods hart als 't Ware aan een voik hangt, dan duurt-het lang eer de Heere zulk een volk ios laat. En wij kunnen zeggen, ja waarlijk Gods hart hangr aan Ne derland. Maar als nu zulk een land pu bliek en officieel al maar van den Heere zich afkeert en God dan als gedwongen wordt om op te staan en uit zijn heilige plaats ten ge richte uit te gaan, dan dan is ook ze- vendubbel schrikkelijk de bezoeking die over een volk komt. Zulks zien we in de historie bewezen. En zoo leert Gods woord het ons. O. land, o volk, bedenkdan nog wat tot uwen vrede dient. Wat wilt ge, den dood of het leven, O kies toch het leven, want waarom zoudt ge sterven. P. BOM. Den Bommel, 18 Dec. 1917. Mijnheer de Redacteur! Beleefd verzoek ik eenige plaatsruimte in Uw veelgelezen biad, waarvoor ik bij voor baat mijn oprechten dank betuig. Het zij mij vergund, eens een enkel woord te mogen schrijven, over de weinige actie, omtrent het Christelijk Onderwijs te Nieuwe Tonge. Enkele weken geleden, gaf de heer Van der Meulen ook reeds in een Ingezon den Stuk zijn verwondering te kennen, dat N. Tonge nog geen Chr. school bezat. En heusch de h'eer Van der Meulen is niet alleen, die hierover verwonderd is. Het is niet te loochenen dat de Christelijke bevolking van elders altijd ten zeerste verbaasd is, dat er te N. Tonge nu totaal niets gewerkt wordt voor een Chr. School. Mij is het ook al dik wijls een oorzaak van overdenking geweest, maar het is mij tot op heden een raadsel. De eenige oplossing die ik er voor weet, ism.i. dit (misschien dat ik verkeerd denk) dat er in N. Tonge te weinig practische kennis van een Chr. School is. Theoretische kennis kan er genoeg zijn, maar practisch geloof ik niet, dat velen aan een Chr. School bekend zijn. Indien dit wel zoo was, ik twijfel niet, of in N. Tonge»werd meer actie voor Chr. Onder wijs gevoerd. Immers N. Tonge is overwe gend Rechtzinnig. Is er één gemechte waar zonder veel moeite en strijd een Chr. School gesticht kan worden, dan is het hier. Thans wordt hier de grootste tegenstrijdig heid gevonden, die men denken kan. Wie in N Tonge bekend is, weet dat de Kerk en de Openbare School vlak bij elkander staan. Daar in het Kerkgebouw stroomt het Zondag aan Zondag vol met menschen, die opgaan naar de zuivere prediking van het woord Gods. En diezelfde kerkgangers sturen dan door de week hun kinderen naar de Openbare School die wat haar uiterlijk betreft wel een sieraad voor de gemeente is, maar waar van het Al lervoornaamste den eenigen naam, die van den Hemel gegeven is, door weiken wij moe ten zalig worden, gezwegen wordt. Het is waar, er bestaan in N. Tonge om trent het Chr. Onderwijs verschillende mee ningen. Toch, en dit durf ik met zekerheid schrijven, heeft ook N. Tonge zijn voorstan ders van een Chr. School. Dat er echter van hen zoo weir.ig actie uitgaat, is niet goed te keuren. Ze moeten zich meer openbaren, en een nauwere aaneensluiting was in de eerste plaats een vereischle. Als een ieder op zich zelf blijft staan, komt er nooit iets tot stand. Geen menschenvrees of lauwheid moet zich van ons meester maken, we weten hoe één maal de Heere Jezus het uitsprak. „Wie mij belijden zal voor de menschen, die zal ik ook belijden voor Mijnen Vader die inde Heme- en is." En tot dc gemeente der Laodicenzen wordt het aangezegd; Ik weet uwe werken dat gij noch koud zijt noch heet, och of gij koud waart of heet. Zoodan omdat gij lauw zijt en noch koud noch heet, Ik zal U uit raijti mond spuwen. Geen vrees moet ons ook bezielen, omtrent die christelijke men schen die tegen Chr. onderwijs zijn. O ja, ik ken hun redeneeringen wel. Wat baat het mij of ik mijn kinderen ai nasr een Chr. School zend, ze worden er immers toch niet bekeerd En die Chr. Onderwijzers, nu ja, dat laat ook veel te wenschen aver, die zijn ook allen niet Christelijk in handel en wandel. Wat geeft mij dat mooie etiket op verscheidene scho len „School met den Bijbel". Dat is toch al les maar meer schijn dan dijn. Inderdaad, ik moet U veel toegeven. Er is veel kaf onder 't koren .ook op schoolgebied. De Chr. School is niet volmaakt, evenals hier niets volmaakt is. Is echter uwe opinie een gezonde redeneering? Geenszins. Durft U beweren, dat het Chr. onderwijs niet geze gend wordt, ik zou U met voorbeelden kun nen aantoonen, hoe ook het Woord Gods op de School gebracht niet ledig wederkeert. Aan de zulken, die zoo denken zou ik eens willen vragen, wat baat het U, of U al ter kerk gaat? Immers de dominee kan U toch niet bekeeren. Al gaat ge bij de Godzaligste predikant ter kerke, wat kan hij meer doen dan als Gezant van Christus wege U ver manen „Laat U met God verzoenen". Is het nu met het Chr. onderwijs niet precies een der? Is het niet de plicht der ouders hun kinderen reeds vroeg bekend te maken met datgene wat ze ook naar lichaam en ziel noodig hebben. Kan een kind er dan teveel op gewezen worden, hoe het woord Gods een lamp voor hun voet en een licht op hun pad moet zijn? Hebben wij als ouders ons niet vrij te maken van onze kinderen, willen ze eenmaal niet tegen ons getuigen. Hoe verklaart ge me Christelijke tegen stander, hetgeen ik lees in de 38ste Zondag der Heidelberger Catechismis, dat ook de scholen moeten onderhouden worden? En hoe kan ik nu met een vrij geweten mijn steun geven aan een school waar de naam van Jezus niet wordt genoemddie wel op leid tot maatschappelijke en Christelijke deug den die echter hun uitgangspunt vinden in de Moderne cultuur, waarvan wij in den hui- digen oorlog de vruchten zien. Moeten wij dan wijzer zijn als onze voor ouders die toch ook den Bijbel op de school hadden? Is het niet zeer onverantwoordelijk geweest, dit kostbare kleinood bij de wet van 1857 van de school te ontnemen Waar blijft ge met Uw doopsbeiofte uw kinderen in de voorzeide leer naar Uw ver mogen te onderwijzen, of te doen en te helpen onderwijzen? Ik verg van U Redactie te veel plaatsruimte en zal daarom eindigen. Misschien dat er op dit schrijven wel critiek zal volgenIndien dit zoo is zal het misschien noch v/el eens noodig zijn, mij zeiven te verdedigen. Indien niet dat dan dit schrijven geen ijdele klank mag zijn. Komt laten de vrienden van het Chr. Onderwijs zich meer en meer aaneen scharen. Nu met'de lange winteravonden is er juist zooveel tijd voor om eens te onder zoeken en te bespreken. Mocht daar dit schij ven nog ios medewerken dan was mijn wensch vervult, want dat ik thans mij tot schrijven gereed maakte het was alleen' om de warme liefde die ik voor het Chr. Onderwijs gevoel en de innige begeerte vervult te zien dat ook Nieuwe Tonge een Chr. school bezit. Nieuwe Tonge, 20 December 1917. J. P. e, v. ziels?. Geachte Redactie. Ondergeteekende heeft de eer Uwe Redactie beleefd te verzoeken een plaatsje te willen afstaan in Uw veelgelezen blad, waarvoor bij voorbaat mijn oprechten dank. In Uw blad van 15 dezer kwam onder de rubriek van plaatselijk nieuws een berichtje van Stad aan 't Haringvliet voor, waarin werd vermeld dat hun geneesheer was be noemd tot tijdelijk gemeente-geneesheer te den Bommel. Aangezien hiervan in hei geheel geen spra ke is, zou ik echter de Stadsche Correspon dent beleefd in overweging willen geven, voortaan niet op losse schroeven te schrijven, doch liever eerst goed de zaak onderzoeken, b. v. hij hadt even bij den geneesheer kun nen informeeren. Voor de vacante betrekking van gemeente geneesheer hebben zich reeds een 5tal solli citanten aangemeld. P. BOM. Den Bommel, 18 December 1917. In Mijnheer de Redacteur mijn stukje van 10 December j.l. heb ik beweerd dat Willem Terhoeve, terwijl hij aan het hout hakken was, door de politie werd betrapt. Bij nadere inlichting is geble ken dat hij geen hout heeft gehakt. Daarom verzoek ik u, mij door middel van uw biad, mij in de gelegenheid te stellen deze heer in zijn eer te herstellen. Niet tegen Willem Terhoeve is wegens hout hakken verbaal op gemaakt, maar tegen zijn zoon Antonius is wegens houthakken en houtvervoeren proces verbaal opgemaakt. Tegen Willem Terhoeve zelf is proces-verbaal op gemaakt wegens heling. Onder dankzegging verblijf ik, Hoogachtend, uw dw. dr. JOH. VAN PEPERSTRATEN. Oude Tonge, 24 December 1917. Mijnheer de Redacteur, mag ik een klein plaatje in uw blad Aan gerieven van 't publiek en Schoen- handelaren, dacht ik goed te doen, langs deze weg mede te deelen, dat door mij is geinformeerd aan het Koninklijk Nat. Steun- Coinilé, hoe 't met de nieuwe Schoenenbon nen moest gaan in gemeenten waar geen nieuwe schoenen worden verkocht, 't Ant woord daarop luidt dat evenals de klompen bonnen ook de bonnen voor nieuwe schoenen door de handelaren ingenomen, moeten wor den bezorgd aan 't bureau waar zij zijn uit gegeven en vandaar worden op gezonden met een daarvoor aangewezen Tbrmuiier er bij gewaarmerkt door 't bureau van afgiften. Daarna ontvangt de handelaar rechtstreeks van 't Kon. Nat. Steun-Comité hun toeko mende geiden. Met dank voor de plaatsing, De Directeur v/h Levensmiddelenb. Vierpoiders, Dec. 1917. Aan Mr. Aug. Philips Uit een Krekelzang van Speenhoff aan onzen nieuwen gezant te Washington (in de oude Groene): Zeg de opgewonden Yankees, Dat 't schraaltjes bij ons wordt. Koren, kolen en guano, Alles komen we te kort. Toon ze ons rantsoentje koffie, Onze zestien blaadjes thee. Neem als stuk van overtuiging, Ook een o rlogsbroodje mee. Zeg, dat al die oorlogswinsten, Niet zoo hevig zijn bij ons. Zeg, dat ze bestaan uit schulden En wat valsche zilverbons. August Philips, goede zaken, Wees een kranige gezant, Maak toch van ons aardsche plekje Weer een kaas- en boterland. Diefstallen. Een portier van de beetwor telsuikerfabriek te Puttershoek, sedert be noemd tot rijksveldwachter, deed een paar weken geleden bij de politie te Rotterdam aangifte van de vermissing van een porte feuille met f 26,320. Een bedrag van f 800Q in groot bankpapier ontvangen, bleef veilig in den binnenzak van zijn jas zitten. Thans schijnt er eenig licht ten aanzien van deze vermissing te zijn gekomen. De betrokken [commissaris van politie hoorde personen en deed personen hooren, die met den portier in aanraking geweest konden zijn. Ook de portier werd meer dan eens ondervraagd. Een en ander heeft tengevolge gehad, dat nu in de woning van een boot werker op Feijenoord, bij huiszoeking, is gevonden een bedrag van ruim f 600, waar onder f 580 aan specie en bankpapier. Dit geld was geborgen in een taschje, dat lag achter een voor den schoorsteen gespannen kleedje. De f 580 aan klein bankpapier zijn in beslag genomen en ter griffie van de rechtbank gedeponeerd. Een procuratiehouder van de firma S. in de Zaterdag op het bankierskantoor van de firma R. M. Zoonen, op de Zuidblaak te Rotterdam een chèque groot f 19,125. Dit bedrag, dat hij in bankpapier ontving, stak de procuratiehouder los in een zak van zijn jas. Vóór hij het gebouw verlaten had, was het geld hem ontstolen. Verbrand. Mevrouw K. een bejaarde dame die aan den Kampersingel te Haarlem woon de, is, alleen zijnde, met haar kleeren in aanraking gekomen met vuur uit de kachel, waardoor zij zulke ernstige brandwonden opliep, dat zij in het Diaconessenhqis Gver- leden is, Goed afgeloopen. Gisterochtend passeer den twee aan elkander gekoppelde wagens, zwaar beladen met hout en getrokken door twee paarden, den niet gesloten overweg aan den Soestdijkerstraatweg te Hilversum, juist toen een sneltrein uit Utrecht in aantocht was. De zware wagens konden niet spoedig genoeg wegkomen, zoodat de trein tegen de wagens aanbotste en deze geheel vernielde. Een rondvliegend stuk hout trof den over wegwachter en veroorzaakte wonden aan hoofd en arm. De wagenbestuurder en de paarden bekwamen geen letsel. Het schijnt, dat de vorst het tijdig functioneeren van de afsluitboomen heeft belemmerd. Terwijl Zaterdagavond te Zwolle de schaatsenrijders zich naar het terrein van de ijselub begaven, stortte de brug, die toe gang tot het terrein geeft, ii». Ongeveer 15 k 20 menschen geraakten daarbij te water, doch werden allen gelukkig ger.d. Zoet winstje. Een veekooper uit Harden- berg kocht Donderdag op de Zwolsche vee markt twee vette koeien voor f 700 per stuk. Ze werden later weer door hem van de hand gedaan voor f 1100 per stuk. („Zw. Ct Opgebracht of verongelukt? De twee zeilloggers „Hielke" en „Elisabeth" uit IJmui- den, zijn nog steeds niet teruggekeerd, ter wijl ook nog geen bericht van opbrengen naar eene buitenlandsche haven werd ont vangen. Men gelooft dus, dat beide vaar tuigen als verongelukt moeten worden be schouwd. Op eerstgenoemden logger waren de schipper, de stuurman en de matroos (de zoon van den schipper) uit ijmuiden en de vijf matrozen uit Maasluis afkomstig. Op den laatsten logger was de geheele zeven koppen tellende bemanning uit Scheveningen afkomstig. Arme kleinen. Te Eindhoven zijn twee kindertjes door de politie opgenomen, die door hunne ouders (Belgische woonwagen- lieden) uit bedelen gezonden waren, waarna die ouders zich met den wagen uit de voe ten maakten. De kleinen waren verstijfd van koude. Ze worden nu in het kamp te Uden ondergebracht. Gepantserde smokkelauto. Als van het nieuwste op smokkelgebied vertelt de „Maas bode" van een gepantserde auto. Een dezer nachten brulde met razende vaart een zwaar-geladen groote vracht-auto over den Bergen-Dalschenweg in de rich ting van de Duitsche grens. Het gevaarte was gepantserd en bestand tegen de talrijke kogels die door de grenswacht werden af gesloten. Ze stuitten af op de pantserbladen. Links van de uit graszoden en aarde be staande ^rensversperring bevindt zich een groot hek, dat in een oogwenk door het gevaarte werd verbrijzeld. Het bewoog zich toen een meter of vijf over de grenzen, waar het tot stilstand werd gebracht. De inzitten den haalden een groot zijld ek voor den dag, dat over de auto werd uitgespreid. Eenige uren later kwamen eenige mannen om den kostbaren inhoud weg te dragen, die bestond uit een groote partij leeren drijfriemen ter waarde van circa, f 50,000. f De GOEDKOOPSTE en SOLIEDSTE IS ALLEEN GEVESTIGD hoek Hoveniersstraat, ROTTERDAM. Telefoon No. 4645. Bezichtig de 3 Etalages. Heeft geen filialen. LIJSTEN in alle soorten op elke maat 12853 LOOD- EN Z1NKWERKER. AANLEG van GAS- EN WATERLEIDING. OVERAL TE Laan van Meerdervoort 180, Den Haag, IJzeren GELDKISTJES, Koperen Gewichten, gegalvaniseerde Emmers gegalvaniseerde Waschteilen, diver se soorten Hangsloten en Grendel sloten, Rieken, blanke Schopjes, Ballastschoppen enz. enz,, Naaima chines, Gssartfkefen voorradig bij u 68081 Het beste in dé stad voor Logies. 12567 Voor Dineeren speciaal Ingericht. Munt uit door lage prijzen, vlugge, nette en zindelijke bediening. Let vooral op HOOGSTRAAT 126 WEESPAD 257 ÓOLTGENSPLAAT Ruime keuze in VILTEN, FLUWEELEN en KEUVELHOEDEN, PETTEN, MANUFAC TUREN en AANVERWANTE ARTIKELEN Prijzen billyk. 13003 Eigen Modist. koopt en verkoopt alie soorten Werk- en Drachtige Paarden. Beleefd aanbevelend. 12920 Uil Verkrijgl De BUR maakt bek gende wee Op bon GORT of 0.15 K.G. Sommeh Brand Was er dag stille elf laidde schuurtje met nog tv felen er n 't spel. Za vinden? V is eenige j nog is de iemand; o maar de hier net vinden dtej aard. Wa nachtelijk afgelegen 1 *t Werk zonder gel Is 't tej| test? Maa zoo'n brad Is 't tej in den Ra boosdoene beeft zijn vloed va Verordeiiid dat se goi derteekena herbergen en bij ali veel meers verordenic dien zijn laat, dronj der den God wil zal er segl ook duiff ook berok niemand prediking 1 stegen, zi hope, ja Want Is te al Hij zal Hij zal Oathout Die in Welzalil En zich Is 't kerk; elkd vonk vai geestdrift] aan rijk daten, hd tot bekeer in Sodom echenhanc gestraft ii deiharnis Waaror zegt aller beure; Ie< boosdoent vaster da tuiging, hartstocht king, not «'e gemeei 't Werk vuur, er oouitblusd niet zal l| en een alleen in deiharnis te vindenl alleen doo En gev 't kwaad om te be: Hem, ov< te leggen de Heere, de burgos; trouw, bi trouwt o' alle wede loofs, de i

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1917 | | pagina 2