GEMEENTERAAD.
in ons volksleven heeft gebracht. Er bestaat
reeds een nationale commissie, die een con
gres heeft voorbereid, dat van 22—25 Octo
ber 1917 in den Haag in de zalen van 't
Koninklijk Zoölogisch Genootschap zal ge
houden worden.
Sprekers zijnRené van Ouwenaller, Prof.
Bavinck, Prof. Slotemaker de Bruyne, Prof.
Diepenhort, sProf. Eekhof, Dr. de Visser, Dr.
van Gheel Gildemeester, Ds. v. d. Linden,
Ds. Zwahler.Dr. Lammerts van Bueren en Dr.
B. Wielenga.
Een ieder, die er f2.50 voor over heeft
(buiten logies en maaltijden) geve zich spoi-
dig op aan 't Bureau, Halvemaansteeg 7,
Amsterdam.
Ook de synode der Ned. Herv. Kerk heeft
een aardig boekske (20 cent) uitgegeven met
eenige der 95 stellingen, uittreksels uit de 3
groote reformatorische geschriften van't jaar
1520, benevens eenige liederen, die in de
samenkomsten gezongen kunnen worden,
waaronder de 3 liederen van Luther (Gezang
264, 265, en 266).
„De Antirevolutionairen steunen dezen aan
drang tot herdenking van hetgeen 31 Oct.
1517 geschied is," zegt de Standaard, „van
harte."
Toch niet onvoorwaardelijk.
Ons zou zelfs een algemeene herdenking
van Luther op 17 April 1921 veel sterker
hebben toegelachen.
Op 17 April toch van 't jaar 1521 was
Luther naar den Rijksdag te Worms geto
gen, en het was op dien Keizerlijken Rijks
dag, dat Luther ten slotte de hooge taal
aandorst, om zijn indrukwekkende rede
met de plechtige verklaring te besluiten
„Hier sta ik, ik kan niet anders, God helpe
mij, Amen"
Dit moedige geloofsgetuigenis is zelfs
na 4 eeuwen, in heel onzen Protestantschen
kring nog altoos het machtige Lutherwoord,
dat ons zoo aangrijpend aanspreekt, en het
zijn niet de 95 stellingen van Wittenberg,
maar 't is deze kloeke taal van den groo-
ten Hervormer, die ons nog altoos van dei
jeugd af is ingeprent en boeien bleef.
Steeds was het dan ook in ons oog een
fout, dat men ook onzen dusgenaamden
Hervormingsdag op 31 Oct. gesteld heeft.
31 Oct. is de dag der Lutheranen en kan
onze heugenis-dag van de Reformatie niet
zijn.
Wat toch waren de 95 stellingen die
Luther op 31 October te Wittenberg aan
plakte Veilig kan men zeggen, dat ze over
heel ons land, ook onder het niet-Room-
sche publiek, zoo goed als volstrekt onbe
kend zijn. Ze waren gesteld in het Latijn.
Ze golden geen kerkelijk, maar een Aca
demisch dispuut. Een wie ze nu nog na
leest wat niet dan een zeer enkele soms
nog doet merkt al spoedig, hoe in deze 95
stellingen zelf de Aflaat nog gespaard, en
alleen het misbruik dat Tetzel c.s. er van
maakte, onverbiddelijk geoordeeld wérd.
Wat te Wittenberg werd aangeplakt was
door en door Luthersch, en dan nog wel
een Luthersche belijdenis, die niet alleen
buitenaf, maar ook in Duitschland, nog op
zuivering bedacht had te zijn.
Wittenberg en Worms staan deswege
zoo tegenover elkander, dat de 31e Oct.
1517 te Wittenberg in vollen zin een dag
der Lutheranen was en bleef, en dat daar
entegen de 17e April 1521 van Worms,
de dag van het kloeke hervïsme was, dat
nog telkens weer de hooge roeping, om de
eere Gods boven alles te stellen, tot zelfs
in de kinderwereld vernieuwt.
De invoering van den dusgenaamden
Hervormingsdag ten onzent danken we dan
ook eeniglijk aan de Duitsch-Luthersche
invloeden, die door de school van Schleier-
masher op ons land inwerkten.
Onze vaderen dachten niet aan het vieren
van zulk een dag. En zonder overdrijving
mag gezegd, dqt deze vierdag er bij ons
volk, in zijn breede rangen, dan ook nim
mer in wilde.
Zelfs overdrijft niet wie beweert, dat
deze Hervormingsdag tot de minst toe te
juichen middelen behoorde, die men aan
dorst, om de heugenis van het Calvinisme
ten onzent terug te dringen, en ons ker
kelijk leven zich in een meer algemeen
reformatorisch bedoelen te doen verliezen.
Zooals men in Duitschland het Luthersche
en het Gereformeerde element in één alge
meen Evange/fcc/i-Kerkelijk leven had op
gelost, zoo moest het ook in Nederland
wordenmaar vanzelf verdrong daarbij het
Luthersche stuk historie, dat er achter stak,
ons Calvinisme geheel.
Toch belet ons dit in het minst niet, om
op den 31 October van dit jaar in dank
bare herdenking van wat voor 4 eeuwen
van Wittenberg uitging, met de Lutherschen
saam te gaan.
Verheeld mag ook door den Calvinist
nimmer, dat de groote actie op kerkelijk
gebied van de 16e eeuw niet het eerst van
Calvijn, doch van Luther uitging. Calvijn
gaf zuivërende correctie en aanvulling, maar
van Luther ging de machtige stoot uit, die
ook onze toekomst beheerschte. Luthers
optreden had wre/rfbeteekenis.
Calvijns noodige correctie kon eerst later
volgen, en beperkte zich vooral tot West-
Europa (en later tot Amerika) om eerstin
onze eeuw ook naar het Oosten door te
dringen.
Het zou daarom onhistorisch zijn, zoo
we, hoe hoog Calvijn ook voor ons sta,
niet zonder voorbehoud erkenden, daL't
eerst van Duitschland de groote reforma
torische actie is uitgegaan, en dat Luther
de hervieke persoonlijkheid is geweest,
wiens moedig optreden ook ten onzent
heeft ingewerkt.
En daarom geen ons Calvinisme dood
drukkende, elk jaar terugkeerende Hervor
mingsdag, maar wel, en met warmte zelfs,
het vierde eeuwfeest gevierd van wat ook
voor ons vaderland uitgangspunt van levens
vernieuwing was.
Zwijge men daarom van den Hervor
mingsdag en zij 't van meet af een een
parige herdenking van wat 't Gode beliefd
heeft door Maarten Luther, ook ons volk
ten goede, tot stand te brengen.
Calvijn zou, leefde hij nog, zonder zweem
van aarzeling, in deze bieding van eere
aan Luthers nagedachtenis, ons allen zijn
voorgegaan.
Wat ons op 31 Oct. dezes jaars tot her
denking roept, en tot herdenking moet
Btemmen, is wat 't God beliefd heeft op
dien dag, voor nu 4 eeuwen, van een her-
vlek gestemd menschenhart te doen uit
gaan. Wat destijds zoo verrassend moedig
in dat eene menschenhart sprak, heeft bij
meer dan één volk, en zoo ook ten onzent,
geheel den levenstoon omgezet.
Verslag van het verhandelde van den
Raad der gemeente Middelharnis op
Dinsdag 4 Sept. 1917 des avonds 6
uur.
Aanwezig de heeren J. C. Born, J. Vroeg-
indeweij, S. Zeedijk, C. Kolff, C. C. Brugge-
man, C. Alblas en J. v. d. Slik.
De voorzitter opent de vergadering en richt
in de eerste plaats het woord tot de nieuw
gekozen leden hun meedeelende dat in de
vorige vergadering hun geloofsbrieven zijn
onderzocht en dat tot toelating is besloten.
Hierna verzoekt hij de heeren Bruggeman,
Alblas, Vroegindeweij en v. d. Slik op te
willen staan om in handen van den voorzit
ter de daartoe vereischte eed af te leggen.
Nadat dit geschiedt is nemen de heeren plaats
als lid van den raad.
Daarna verzoekt de voorzitter den secre
taris de notulen voor te lezen, waarna deze
worden goedgekeurd.
Aan de orde is. Ingekomen stukken.
a. Van Ged. Staten goedgekeurd terug
ontvangen wijziging gemeentebegrooting 1917
b. Adres van de gezcndheidscommissie in
zake rioleering Schoolstraat, c. van de bouw-
vereeniging „Vooruitgang" om aansluiting
aan de rirleering van de gebouwen bij de
H. B. S., d. verordening op 't bouwen op
gemeentelijke grond aan den Langeweg.
De voorzitter steld voor deze 3 stukken
aan te houden tot een volgende vergadering
waartoe wordt besloten.
Verder is ingekomen brieven van de hee
ren J. J. Nipius, C. T. Zeedijk en J. Zaaijer
waarin zij hun ontslag aanbieden als lid van
den raad.
Daarna deeld de voorzitter mede dat is in
gekomen een verzoek van een aantal inge
zetenen om van gemeentewege grond be
schikbaar te stellen voor varkenshokken om
reden hun de huur is opgezegt van de plaats
waar deze thans staan. De voorzitter deelt
dj:n raad mede dat het gewenscht is aan dit
verzoek zooveel als mogelijk is te voldoen,
doch aangezien dit verzoek eerst Zaterdag is
ingekomen dit aan te houden, vervolgens
deelt de voorzitter mede dat aan het verzoek
van den weger Mans, 't welk onlangs is aan
gehouden, en aan B. en W. is overgelaten dit
nader te regelen is aan de wegers het weeg
loon gebracht op '/svan het ontvangen weeg
loon.
De voorzitter steld nu aan de orde benoe
ming van 2 wethouders ten eersten wegens
periodieke aftreding van den heer C. Kolff
en een in de plaats van den heer J. van der
Koogh. Als stemopnemèrs worden door den
voorzitter benoemd de heeren Bruggeman en
B~rn. Na gehouden stemming zijn gekozen
de heeren C. Kolff en J. C. Bom welke béiden
hun benoeming als wethouder aanvaarden.
Daarna is aan de orde wijziging gemeente
begrooting 't welk door den voorzitter aan
den raad wordt voorgesteld en goedgekeurd.
De voor. itter verzoekt daarna de commissie
welke belast was met het nazien der reke
ningen Weeshuis en Burgerlijk Armbestuur
hun rapport daarover uit te brengen 't welk
geschiede bij monde van den heer J. C. Born
welke adviseerde dat beiden in orde zijn be
vonden. Hierna deeld de voorzitter mede dat
de rekening Weeshuis met een batig saldo
sluit van f 488'/i en die van 't Armbestuur
met f 46,99 en vraagt den raad of zij dit
goedkeuren waartoe wordt besloten. Daarna
is aan de orde aanbieding begrooting 1916
en steld de voorzitter voor deze in handen
te stellen van eene commissie bestaande uit
3 leden. Hiervoor worden gekozen als le lid
S. Zeedijk tot 2e lid C. Alblas en tot 3e lid
J. v. d. Slik, verder werd meegedeeld dat
door B. en W. aangeboden wordt de begroo
ting 1918 en steld de voorzitter voor deze
in handen te stellen van dezelfde commissie
't welk wordt goedgekeurd.
Vervolgens doet de voorzitter mededeeling
van den toestand van de gasfabriek dat er
gelukkig over 't afgeloopen jaar geen verlies
te boeken was doch alleenlijk daar 't"gewoonte
is jaarlijks f 2400 af te lossen doch dat dit
jaar dit zal bedragen f 833- De heer Alblas
vroeg den voorzitter of hiervan inzage was
te verkrijgen waarop de voorzitter meedeelde
dit aan de gascommissie te verzoeken.
Hierna steld de voorzitter den raad voer
over te gaan tot het benoemen van leden
voor 't stembureau wegens verkiezing van 2
leden van den raad in de plaats van de
heeren Zeedijk en Braber. Er werden daar
voor gekozen als le lid S. Zeedijk tot 2e lid
C. Alblas tot 3e lid J. v. d. Slik. Daarna
moest er nog stemming plaats hebben voor
een 2e stembureau ter verkiezing van 2 leden
van den raad in de plaats van de heeren
Nipius en Zaaijer. Tot le lid werd gekozen
C.-Kolff tot 2e lid J. Vroegindeweij tot 3e lid
S. Zeedijk.
Daarna ging men over tot benoeming van
een lid van de schoolcommissie 't welk in
de vorige vergadering is aangehouden, op de
voordracht zijn geplaatst de Jieeren Boomsma
en v. d. Plaat. Na gehouden stemming wordt
daarvoor gekozen de heer L. Korvink welke
door den voorzitter met zijn benoeming in
kennis zal worden gesteld.
Daarna steld de voorzitter den raad voor
om de nieuw benoemde veldwachter Dirx
ook tevens te benoemen volgens een vroeger
besluit van den raad tot havenmeester en
ambtenaar van de plaatselijke belasting en
tevens goed te keuren dat hij f 100 verhoo
ging ontvangt zoodat dit f 700 bedraagt..
Daar hiermede de agenda ten einde is deelt
de voorzitter nog mede dat er de volgende
week weder vergadering zal zijn en dat als
dan den H. O. behandeld moet worden, en
dat er morgen een aanvang zal genomen
worden met het verbeteren der raadzaal, en
hij hoopt dat deze de volgende week in orde
zal zijn.
Tenslotte vraagt den heer Kolff nog of daar
haast bij is betreffende het verzoek vati die
huurders van die schuurtjes. De voorzitter
deeld mede dat dit met 1 Nov. moet ge
schieden. De heer Born had uit de verte ge
hoord dat die menschen daar hun schuurtjes
misschien nog wel konden laten staan. De
heer Kolff stelde voor daar zooveel mogelijk
aan mede te zullen werken.
Niets meer te verhandelen zijnde sluit de
voorzitter de vergadering.
VERSLAG van de Raadsvergadering
van Den Bommel op 4 Sept. jl. des
des v.m. 9 uur.
Aanwezig alle leden en wel de heeren J.
C. Borgdorff, P. G. Jacobs, B. Jongeling,
F. J- Knoop, J. Mooijaart, J. Mijs en M. J.
Rosmolen.
Voorzitter de Burgemeester. (Secretaris).
Na opening met formuliergebed leggen de
nieuw benoemde raadsleden de heeren B. Jon
geling, F. J. Knoop, J.-Mooijaart en W. J. Ros
molen in handen van den Voorz. overeen
komstig art. 39 der gemeentewet, eerst de
suiverings- en daarna den ambtseed af, waarop
zij door den Voorz. worden geluk gewenscht
met hun her- of nieuwbenoeming, spreekt
hun hartelijke woorden toe en hoopt, dat,
als tot dusver, de vergaderingen in de beste
harmonie en eensgezindheid mogen worden
gehouden in het waarachtig belang der ge
meente, waarmee de nieuwe leden instem
ming betuigen.
Hierna worden de notulen der vorige ver
gadering gelezen en onveranderd goedge
keurd.
Voor kennisgeving worden aangenomen de
volgende ingekomen stukken:
a. bericht van Ged. Staten houdende toe
kenning van f 20875, subsidie voor den school-
bouw.
b. van Ged. Staten houdende goedkeuring
van het prementief kohier van den Hoofd.
Omslag 1917. De Voorz. deelt mede, dat van
de f 36360 aannemingssom na aftrek der
rijkssubsidie ten nadeele der gemeente zal
blijven f 7710, behoudens meerder werk.
2e. dat de scholen tegen brandschade ver
zekerd zijn bij de Belgische Maatsch. tegen
eene premie voor gebouwen van 40 cent en
voor meubilair van 50 cent, wat heel wat
voordeeliger is dan bij de Tielsche of andere
Maatschappijen.
Benoeming wethouder, aftr. P. G. Jacobs.
Tot stemming overgegaan zijnde ontvangt
P. G. Jacobs, 3, J. Mijs 1 en worden 3 blanco
stemmen uitgebracht, zoodat de heer Jacobs
als wethouder wordt herkozen, die de be
noeming aanneemt, dankt voor het in hem
gestelde vertrouwen en door den Voorz. har
telijk wordt gefeliciteerd, die herinnert aan
de genoeglijke vergaderingen van B. en W.,
waarin zich ongeveer nooit verschil van ge
voelen openbaart.
Vaststelling rekeningBurg.Armbestuur 1916.
De heer Mijs rapporteert namens de com
missie van onderzoek over de rekening van
het Burgerlijk Armbestuur welke tot geen
aanmerkingen aanleiding geeft, waarop zon
der discussie en zonder hoofdelijke stemming
besloten wordt de rekening vast te stellen
als die door het Burg. Armbestuur is aange
boden.
Vaststelling gemeenterekening 1916.
Door de commissie belast met het nazien
der gemeenterekening, bestaande uit de hee
ren Jongeling, Mijs en Rosmolen wordt bij
monde van den heer Mijs rapport uitge
bracht over het nazien der gemeenterekening,
waaruit blijkt, dat zij tegen onveranderde
vaststelling geene bezwaren hebben. Zonder
hoofdelijke stemming wordt de gemeente
rekening 1916 voorloopig aldus vastgesteld In
ontvangsten op f42650,16 en in uitgaven op
f 44489,75 en met een nadeelig saldo van
f 1839,59.
Wijziging heffingsverordening -Hóófd. Om
slag.
Aangezien het prementief kohier van de
Hoofd. Omslag het toelaatbare maximum
f 2836,99 te boven gaat en de aanslagen in
de inkomstenbelasting die van den Hoofd.
Omslag soms verre te boven gaan, wordt
zonder discussie en zonder hoofd, stemming
besloten de art. 1 en 23 der heffingsverorde
ning van den Hoofd. Omslag aldus te wijzigen
De Raad der gemeente Den Bommel
Gelet op art. 233 der gemeentewet
besluit: vast te stellen de volgende ver
ordening
VERORDENING tot wijziging op de hef
fing van een Hoofdelijken Omslag in de
gemeente Den Bommel, goedgekeurd bij
Kon. Besl. van 9 Maart 1917, No. 22.
Artikel 1.
Art. 1, eerste lid wordt aldus gelezen:
„Ten behoeve der gemeente zal jaarlijks
worden geheven een hoofdelijke omslag
eü zoo mogelijk een suppletoire omslag te
heffen van hen, die na het opmaken van
het premitief kohier belastingplichtig wor
den".
Art. 2.
Aan art. 23 wordt toegevoegd een laatste
alinea van den volgenden inhoud
.Zij, wier belastbaar inkomen, blijkens
nader verkregen gegevens, aanmerkelijk
meer bedraagt, dan waarnaar zij reeds op
het primitief- of suppletoir kohier zijn aan
geslagen, kunnen bij zoodanige kohieren
alsnog worden aangeslagen tot zoodanig
bedrag, dat het totaal der hun opgelegde
belasting in overeenstemming is met hun
werkelijk inkomen.
Art. 3.
Deze verordening treedt in werking on
middellijk na de Koninklijke goedkeuring.
Gedaan te Den Bommel ter openbare
raadsvergadering van 4 Septembér 1917.
Wijziging heffingsverordening schoolgeld.
Na ampele discussie wordt zonder hoofd,
stemming besloten art. 2 der verordening pp
het heffing van schoolgeld voor het Open
baar Lager Onderwijs aldus te wijzigen en
de schoolgelden te verminderen aldus:
Artikel 2.
Het schoolgeld bedraagt per week, voor
hen, wier ouders, na aftrek van f 40, voor
ieder eigen of aangehuwd kind beneden
15 jaar, hetwelk geen inkomsten heeft of
ingeval de ouders overleden zijn, zelve een
vermoedelijk inkomen hebben van:
vooreen twee uit drie uit
kind een gez. een gez.
van f 410- 550 f 0,10 f 0,17,/2 f 0,227s
550- 750 „0,15 „0,25 „0,3272
750- 900 „0,20 „0,35 „0,45
900-1050 „0,25 „0,45 „0,60
„1050-1250 „0,30 „0,55 „0,75
„1250-1500 „0,32'A „0,62'A „0,90
1500 en meer „0,35 „0,67'/j „1,—
Voor het vierde en volgende kind uit een
gezin wordt geen schoolgeld geheven. Van
hen wier ouders na aftrek van f 40 voor
ieder eigen of aangehuwd kind beneden 15
jaar, hetwelk geen inkomsten heeft of, inge
val de ouders overleden zijn, zelve een ver
moedelijk jaarlijksch inkomen heeft van
minder dan f 410 wordt, als zijnde be
schouwd als onvermogend, geen school
geld geheven.
Gedeelte van een week worden voor
een geheele week berekend.
Verzoek oprit Schaapsweg.
B". en W. stellen voor van den Zuidelijken
berm van den Oostdijk een oprit te maken
naar den "Schaapsweg, met het oog op wagen-
verkeer benedendijks, vooral indien in de
toekomst daar gebouwd wordt, waaromtrent
ook een verzoek is ingekomen van de be
woners der Wilhelminastraat.
Na eenige discussie wordt besloten dit
punt nader begroot en uitgewerkt in een
volgende vergadering te behandelen, terwijl
in beginsel zonder hoofd, stemming besloten
wordt tot het maken van een wagenpad be
neden en een doelmatige oprit, waarom daar
reeds de van de kaai afkomende peeaarde
zal worden gebracht.
Slootdemping en rioleering bij de leO. L.
School.
Na voorlezing van eenschrijven van J.Both,
waarin deze zich niet bereid verklaart, mede
te werken tot demping dersioottusschenzijn
terrein en de le O. L. School en het schrijven
van de Gezondheidscommissie te Middelharnis
van 3 Sept. 1917, No. 79 wordt na eenige
besprekingen zonder hoofd, stemming het
volgende besluit genomen:
De Raad der gemeente Den Bommel;
Gehoord het oordeel van B. en W. dezer
gemeente en het advies der gezondheids
commissie, gezeteld te Middelharnis;
overwegende, dat demping der slootten
Oosten der le Openbare School in het be
lang der openbare gezondheid wenschelijk
wordt geacht
Besluit:
den heer J. Both te Den Bommel, eigenaar
der woningen aan de Julianastraat aldaar,
Ingevolge art. 75 der Algemeene Politie
verordening dezer gemeente, aan te schrij
ven de sloot tusschen de le O. L. School te
Den Bommel op Sectie B. 1369 en 1370
en de aan hem in eigendom behoorende
woningen aan de Julianastraat aldaar op
Sectie B. 1681 tot en met 1686 vanaf de
eerste Zuidelijke woning tot en met den
dam van den ingang van de Julianastraat
in samenwerking met het gemeentebestuur
voor beider gemeenschappelijke rekening
te dempen en de te dempen sloot te rio-
leeren afwaterende naar het te maken riool
aan den Oostdijk voor de woning der le
Openb. School met rioolbuizen van 50 cM.
doorstroomings-wijdte, welke om delOM.
voorzien moeten zijn van een losse kap,
de buizen te leggen op goed uitgegraven
vasten bodem, aangestampt met puin of
harde voorwerpen, een en ander voor 1
Nov. 1917, bij niet nakoming waarvan zulks
alleen vanwege B. en W. zal geschieden
waarvan de kosten door de gemeente en
J. Both voor ieder om de helft zullen moe
ten worden gedragen.
Gedaan ter Openbare Raadsvergadering
van 4 Sept. 1917.
Geldleening.
De Voorz. deelt mede, de kosten der ver
richte buitengewone werkzaamheden, stelt
voor een gedeelte te brengen op den ge
wonen dienst en een gedeelte te dekken door
geldleening waarvoor in de vorige vergade
ring is Ibesloten, wat thans zonder hoofde
lijke stemming wordt goedgevonden. Ver
schillende leden betreuren het zeer, dat de
schoeïng niet goed verankerd is en nu reeds
over de kop gaat, waarop de Voorz. zegt
dat hij er ook de-timmerman Mooijaart nog
over gesproken heeft om er landvesten aan
te brengen doch de opzichter Smits achtte
zulks niet noodig, en nu biijkt, dat de boel
het niet kan houden. Onder hoofd, stemming
wordt nu besloten direct aan de heeren
Mooijaart en Geelhoed op te dragen de noo
dige voorzieningen te treffen, om verdere
rampen te voorkomen. Het idee om nog een
deskundige daarvoor te nemen vindt geen
steun.
Wijziging politieverordening.
Na eenige discussie wordt zonder hoofde
lijke stemming besloten de art. 49 en 74 der
algemeene politieverordening als volgt te
wijzigen
Art. 49 wordt gelezen: Het is verboden
met een rijwiel, een motorrijwiel, een auto
mobiel of met paarden bespannen wagens af
te rijden den afrit der Voorstraat, anders
dan loopende naast die voorwerpen.
Aan art. 74 wordt toegevoegd een laatste
lid van den volgenden inhoud:
De eigenaren en gebruikers van gronden,
waardoor riolen, afwateringsbuizen ofgoo-
ten der gemeente loopen, zullen moeten ge-
doogen, dat vanwege de gemeente de noo
dige ontgravingen worde gedaan en andere
werkzaamheden worden verricht om die
riolen, buizen of gooten te herstellen, te
verbeteren of andere aansluitingen te ma
ken, onder voorbehouding van het recht
om te vorderen, dat hetontgraveneof weg-
gebrokene zooveel mogelijk weer in den
staat worde teruggebracht, waarin het zich
bevond.
Verzoek ontslag Hoofd 2e O. L. School.
Op verzoek van den heer Stolk wordt zon
der discussie en zonder hoofd, stemming ber
sloten heni eervol ontslag te geven als hoofa
en onderwijzer aan de 2e O. L. School in de
Zuidzijde.
Salaris verordening Onderwijzers.
Met het oog op de aanneming van het
wetsontwerp tot verhooging der onderwijzers
salarissen in de le Kamer wordt besloten
dit punt aan te houden tot nader bericht van
Ged. Staten. Goedgevonden wordt echter om
voor de Zuidzijde een hoofd op te roepen
tegen het beginsalaris van f 1200. Op voor
stel van den heer Jongeling wordt zonder
hoofd, stemming besloten. B. en W. uit te
noodigen in een volgende vergadering te
komen met voorstellen tot verleenen van
duurte-toeslagen aan verschillende gemeente
ambtenaren en bedienden.
Grindwegloon K. Spoor.
Zonder discussie en zonder hoofd, stemming
wordt besloten de vaststelling der grlndweg-
loonen aan B. en W. over te laten.
Invorderingstermijn H. Omslag.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke
stemming wordt besloten de invorderingster
mijnen aldus te veranderen dat de helft der
H. Omslag wordt betaald voor 1 Oct. en de
rest voor 1 Nov. a.s.
Rondvraag.
De heer Mijs spreekt ovér de Spuikade
die de runderen geheel stuk trappen, waarop
de Voorz. herstelling toezegt,-terwijl er tevens
op gewezeq wordt om bij afloop der huur-
tijd een accoord te maken aangaande het
loopen van vee aan den dijk. De heer Mooijaart
zou gaarne een breedere plank wenschen aan
de waterbak op de haven, wat de Voorz. be
loofd en zou verder wenschen dat deschip
pers de touwen meeren onder aan de palen
en niet midden aan de palen, waarop de
Voorz. den havenmeester zal wijzen.
Niemand meer iets in het midden hebbende
te brengen wordt de vergadering te 12 uur
gesloten.
Gemeenteraad te HELLEVOETSLUIS
op Dinsdag 4 Sept. 1917 des avonds
te 7'/i ure.
Voorz. de Burgemeester, alle leden aan
wezig.
De herkozen leden Vermaes, de Klerk en
v. d. Wiele leggen de vereischte eeden af.
Hierna lezing der notulen van de 2 vorige
vergaderingen, welke na eene opmerking van
dhr. Prins worden goedgekeurd. Tot Wet
houder wordt herbenoemd dhr. J. Vermaes
met 7 stemmen. (Kerbert verkreeg 2 stem
men, Smit en de Klerk 1 stem).
Dhr. Vermaes wordt door den Voorz. ge
luk gewenscht, waarop deze antwoordt reeds
20 jaren de belangen der gemeente te hebben
behartigd, en dit ook vérder hoopt te doen.
Dhr. de Klerk wordt als lid van het Arm
bestuur herkozen met 10 stemmen, tegen 1
op dhr. Haas. Verkiezing ambtenaar van den
Burgerl. Stand (vacature Gallas).
Aanbeveling: A. Lindeman van Bloemen,
Waanders en J. Bruch.
De Voorz. wordt met Alg. stemmen be
noemd.
Ingekomen een schrijven van dhr. Schlos-
ser, waarbij hij door vertrek ontslag neemt
als raadslid.
De Voorz. zegt hierbij een enkel woord te
willen zeggen.
Dhr. Schlosser heeft in de Raad door zijn
beginsel wel tegenstand ontmoet, toch moet
geapprecieerd worden de werkkracht en de
goede trouw.
Dhr. Schlosser zegtVoor deze woorden dank.
Ingekomen een circulaire over „Centrale
keukens in Oorlogstijd", uitgaande van de
Mij., tot Nut van 't Algemeen met uitnoodi-
ging tot bijwoning der te houden vergade
ring op 19 Sept. a.s. Theoretisch en practisch
is daar alles te zien.
B. en W. stellen belang in deze zaak en
stellen voor dhr. de Klerk af te vaardigen,
die reeds in de commissie zitting heeft tot
onderzoek naar een Centr. keuken.
Dhr. Schlosser zegt dat in dhr. de Klerk
een goede keus gedaan is, omdat hij de
noodzakelijkheid nog niet gevoelt voor Hel-
levoetsluis en wenscht dat de Voorz. namens
B. en W. eveneens afgevaardigd wordt.
AIzoo wordt besloten, de beide heeren
verklaren zich gaarne bereid deze opdracht
te vervullen.
De Gemeenterekening 1916, die der Water
leiding en Armeninstellingen 1916 worden in
ontvangst en uitgaaf goedgekeurd.
B. en W. vragen machtiging om over het
batig saldo 1916 der buitengewonejontvang-
sten ad f 966,76 te mogen beschikken voor
1917. Het batig saldo is ontstaan door het
niet ten volle betalen van den laatsten ter
mijn van den schoolbouw.
Wordt aangenomen.
Dhr. Smit vraagt of de kwestie schoolbouw
nog niet opgelost is.
De Voorz. zegt dat het nog loopende is,
het is nu bij de arbitragecommissie, men
weet wel het begin, doch niet het eind.
Aan de orde komt behandeling van het
werkliedenreglement.
B. en W. hebben alles nauwkeurig onder
zocht en stellen voor-alles voor kennisgeving
aan te nemen en in overweging te nemen,
daarin op andere wijze te voorzien.
Dhr. de Klerk vraagt wat de bedoeling
van dit laatste is, zelfbepalingen vaststellen?
De Voorz. wil dit niet positief toezeggen,
maar wel in ernstige overweging nemen of
het voor deze gemeente kan.
Dhr. Schlosser wil er thans iets over zeg
gen, nu geen der commissieleden het woord
vraagt.
B. en W. verklaren er zich tegen doch
zonder eenig motief te noemen, het wekt
den indruk alsof B. en W. tegen werken.
De Voorz. zegt dat dhr. Schlosser door
zijn 44 amendementen veel werk er van ge
maakt heeft, en desniettegenstaande heb ik
ook weer bijna 2 vel met aanteekeningen,
zoo komt er geen eind aan en kunnen wij
wel tot morgenochtend er over praten, ver
der is het ontwerp te groot opgezet, veel
uitgaven voor de gemeente en voor deze
gemeente niet op zijn plaats.
Dhr. Schlosser gaat de motieven van B. en
W. na en zegt dat het niets anders is dan
op de lange baan schuiven.
Na nog eene langdurige discussie over
dez.e zaak komt het voorstel van B. en W.
in stemming. Uitslag 5 tegen 5 voor.
Daarop doet dhr. de Klerk het voorstel.
Door B. en Wrof door een commissie uit
den Raad wordt binnen één jaar een werk-
lledenreglement ingediend geschoeid op de
leeSt zooals het voor deze gemeente past.
Dit voorstel wordt met alg stemmen aan
genomen.
Dhr. Schlosser doet het voorstel eveneens
voor de ambtenaren ter secretarie een in
structie vast te stellen, ook dit wordt aan
genomen.
Alzoo was deze kwestie opgelost, opmer
king verdient dat dhr. de Boo, lid van de
commissie die het ontwerp had ingediend,
verklaarde dat het reglement, veel kans had
gehad, indien dhr. Schlosser niet zooveel
amendementen had voorgesteld, hij zou ook
tegen alle amendementen gestemd hebben.
Volkomen terecht antwoordde hierop dhr.
Schlosser, dat dit een gemakkelijke methode
is, als in een slecht reglement (het is zuiver
plagiaat vqn
vr
v
k"
t:,
b
jgfe*
8,46
8,59
9,06
9,20
1f,«H
11,56
12,09
12,16
12,30
4,'0S,,,1W|t Hat
1,16
4,29
4,36
4,50
8,16
8,29
8,36
8,50
alingen dood vair den „compagnon", die hem
^een schrik in de ziel geslagen had.
t En na den dood, het oordeel 1"
Die woorden, uit een gansch andere pe-
friode zijns levens, uit de dagen zijner jeugd
fhem bijgebleven en in zijn ziel gezonken
waren door d en schok ontbonden en wat hij
jdeed, kwijt worden kon hij ze nfét.
J „Was ik maar als mijn vrouw" wenschte
hij soms.
Die had n öóit strijddie was opgevoed in
j een atmosff :er van zoo volslagen geloofsloos-
heid, dat z t zelfs de allereerste notie van de
dingen des hoogeren levens, van God en
'goddelijke zaken miste.
„Was ik: maar als zij
Maar d an weer huiverde hij.
„Onze God is een verterend vuur
Wonderlijk was het tegenwoordig: woorden
en uitdrukkingen, die in geen dertig jaar
zich in zijn zielsleven hadden geopenbaard
die heel diep weggezonken moesten zijn in
den tijd van zijn school gaan en catechisatie
loopen, we rd hij nu plotseling indachtig en
zij verontrustten hem.
Peinzen d trekt hij zijn overjas aan.
„Dat k<7n zoo niet duren," mompelt hij.
Misschien heeft zijn vrouw wel gelijk,
hij moe', wat verstrooiing zoeken; 't dl te
j bezige leven brengt 'n depressie over zijn
ziel.
Vanai rond naar den schouwburg
Nu, melaan! hij heeft er op kantoor al
overhi joren spreken, ze geven 'n echt
spectak el stuk, reuzenlachsucces 1
Laat hij dat maar es probeeren
En dan 'n fijn soupeetjemet de
Karolus ;se», waar de man jarig is en die
hen uit noodigen met nóg enkele goede
kennisi ;en 'n intiem avondpartijtje met
'n fijn wij ntje er bij en er na
Ja, dat :ial de beste remedie zijnl
Wordt vervolgd.