iLO Woensdag 22 Augustus 1917 SS. 328te Jaargang N°. 2313. voor de Zuidhollandüciie en Keeuwiche Eilanden. II© Oorloff. Antirevolutionair Orgaan m g te IN HOC SIGNO VINCES „Ouddorp" Drogist. achines, T. joven 6161. 357b De Burgemeester als hoofd der politie. BUITENLAND. .BINNENLAND. n gebitten,) ROTTERDAM. SGHAGEN, ijzen. nstraat 12-14. Aboimesaentsprljs per drie ^aaadeia fr. p. p. 50 Cent bij vooruitbetaling. Baaiteffilaaad bij yo&ruitbetslïng f 4,50 psr |ear Afzonderlijhe nuamers 5 Cent. W. BOEKHOVEN Zonen, SOMMEL.SD1JK. ij die zich nu abonneeren, ont vangen de nog in deze maand verschijnende nummers gratis. andarts, erkdtg 1—3, lOgeaden 9—10. 1084 3 MARGARINE s 12692 ddelharnis. aao leden tegen t gelden op te- van niet-leden. n dagelijks wer en der leden vsw uren: 9 en 23 8 uur, in het te Ouddorp. Ie Kassier, NiBRllGOE ÏNKWERKER. WATERLEIDING. NIEUf HELVOET PB IE DEN. matogen, Eikelca- ^evertraan, Emulsi, rs Nierpillen, Vet- ssie) Teercapsules :en verkrijgbaar bij MIDDELHARNIS. 10461 - D1RKSLAND. Ren. RANEN. ndap Telephooa 4. S. cteia. 8805 ,EN. R, erne MEUBELEN Meublementen in tzen, 1 eiken Stijl- f95. gen de concur-* 12448 Deze Courant verschijnt eiken Woeasdag en Saterdag. UITGEVERS 5®Sefi®oïa IsaSeffeoeiM». üo. 8- Aév©rt®nttëa 12 V2 cent par regel, Bselsuseg 25 »sr raget, Bffiekaaakosdigisg 5 Cent per regel. BiemstaajavrageH en DieastaanbiediEgea 50 Cent per plaatsing, Groote lettere en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan, AdvertentiSn worden ingewaoht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur. >Mle slnkkeie voor «Se bestemn, AsSverlenilêia ess verOere Adjmlnl«tr»tle irane© toe le stenien aasi de KJltffevers. Z Waar zelfs in Amsterdam na de rel letjes, door menschen, die 't konden weten, de Socialistische Wethouders Vliegen en Wibaut er van beticht zijn, dat zij de militairen hebben laten aan rukken en dies die twee Wethouders verantwoordelijk hebben gesteld voor 't vergoten bloed en de verminkingen, is 't aan eenvoudige kiezers niet kwa lijk te nemen, dat ook zij met de ge dachte rondloopen»Daar moeten de Wethouders een. schotje voor schieten" ofs>Daar moet de Raad maar eens ingrijpen"bedoelend, in zaken in te grijpen, die de wanorde, de politiehulp, betreffen. Late men zich de vingers niet bran den. Noch, de Wethouders, noch de Raad kunnen en mogen hier ingrijpen. De Burgemeester is alléén, hij alleen 't hoofd der politie en is aan niemand rekenschap schuldig van de maatrege len, die hij treft of niet treft ter hand having of herstel der orde. Wel zal niet één verstandig Burgemeester aan den Raad, bij interpellatie over de politio- neele door hem genomen maatregelén, 't zwijgen doen of kortweg zeggenDat gaat u niet aanintegendeel, hij zal bij navraag gewoonlijk eenige inlich tingen verstrekken, zooals dit in Am sterdam door den Burgemeester zelfs ruimschoots is geschiedmaar de Ge meentewet en de Koninklijke Besluiten, die over de artt. 184-193 dier Wet meermalen zijn uitgelokt, wijzen 't on miskenbaar uit, dat de Burgemeester en hij alléén, en niet de Raad, en niet de Wethouders de aansprakelijke per soon is voor de oproeping van dragon ders of anderen militairen bijstand en politiehulpen dat hij alleen verant woordelijk is voor zijn eigen daden in deze materie, niet aan den Raad, noch aan de Wethouders, maar aan de Rijks- regeering. De Burgemeester is wel 't Hoofd der Gemeente, maar niet door de Gemeen tenaren gekozen; en nu kan men daar lang en breed over debateeren of zulks niet beter ware dan de tegenwoordige toestandmaar 't is nu eenmaal zoo't Hoofd der Gemeente wordt niet door de Gemeentenaren gekozen of benoemd maar 't is de Kroon, die daarover be slist. Art. 59 van de Gemeentewet zegt t duidelijk genoeg, en trouwens ieder weet het»De Burgemeester wordt door ons voor den tijd van zes jaren benoemdHij is dus geen dienaar van den Raad, maar allereerst der Ko ningin, al wordt hij ook, en dat is de gekke tegenstelling, ook uit de Gemeen tekas betaald. Burgemeester en Com missaris van Politie worden b eide door fte Kroon benoemdmoesten dus ook beiden van liijksgeld betaald worden, maar ontvangen echter hun salaris uit de Gemeentekas. Doch afgedacht nu van die financieels verhouding tusschen urgemeester en Gemeente naast de Koninklijke benoeming, staat dit toch vast, dat de Burgemeester is hoofd der po ïtie en dat dit Hoofdschap voort ij!?1 *s d0 vertrouwensman S J! iKTQ' weer Hoofd der er daavn i P° en justitie is. Als te klasen1 °°u 0ViGr een burgemeester Klagen valt als hoofd der nnlitie moet men niet bij den Ld P wezen om hem op te porren, dit of dat te doen of na te latenmoet men ook niet zijn hij den Commissaris der Provincie of bij Gedeputeerde Staten, maar bij den Minister van Binnenlandsche Zaken als woordvoerder in de Hamers nameps de Kroon. Dan moet men een Kamer lid in zijn arm nemen en hem den toe stand in de Gemeente meedeelen; en deze kan dan den Ministers of in zijn stille Departement daarover gaan kla gen, zoo maar knusjes onder elkaar, öf hij kan de zaak aan de groote klok hangen, te midden der Kamervergade - ring, zooals naar aanleiding der Amster- damsche troebelen pas nog een inter pellatie is gehouden omtrent de hand having dor orde in Amsterdam, Maar ook hij Koninklijke Besluiten zijn over dat Hoofdschap der politie beslissingen gevallen. Dat zat ein in de laatste alinea van art. 190 der Ge meentewet, waar staat De Gemeentepolitie rust op de plaatselijke verordeningen en beve len, die ten gevolge dezer wet in 't huishoudelijk belang der gemeente zijn gegeven. Zoo dacht de Raad van Leeuwarden, dat hij met dat artikel in de hand over 't politiewezen wat te zeggen had want, zoo redeneerde de Raad er staat duidelijk, dat de politie rust op de plaat selijke verordeningen en die ver ordeningen maken wij. Maar owee, de Koningin heeft die verordening vernie tigd met de overweging, dat hier niet bedoeld werd »de politiet, maar »'t toe zicht der politie open dat dus de Raad wel in zijn verordening mag schrijven, waarover" 't toezicht mag gaan b v. straatschuren, matjeskloppen, vuil neergooien er z. maar dat de Burgemeester de politiepersonen, die toezicht moeten houden alléén en hij alléén benoemt, schorst, ontslaat en met disciplinaire straffen treft. In Amsterdam is een anderekwestie gerezen en ook met art. 190 in de hand wou de Raad het straf'fenstelsel regelen bij de politie. Doch ho maarDe Hooge Raad overwoog alweer, dat de Burge meester straft en de Raad kan toekijken. Zoo dus; de jurisprudentie op dat artikel is tot op hedende Burgemees ter is 't hoofd der politie en de Raad heeft geenerlei medezeggenschap noch op de benoeming, noch op de discipli naire straffen. Het eenige wat de Raad mag doen is ditden Burgemeester vragen om inlichtingen, en dit niet uit collegiale samenwerking, maar louter als gunst en Gemeentebelangen ten tweede mag de Raad in de verordening vetten, ivaarop de politie heeft toe te zien. Overigens heeft hij in politiezaken niets te doen. j DE TOESTAND. Voor de elfdemaal zijn de Italianen op het Isonzofront tot den aanval overgegaan, om opnieuw te pogen in den levenden Oosten- rijkschen muur, die zoo hardnekkig den weg naar--het voor hun zoo begeerde Triest be schermt, een bres te breken. Het begin van dezen elfden inzet wordt van Oostenrijksche zijde ons het eerst ge meld, van Italiaansche kant wordt alleen nog maar van een hevig bombardement aan de Isonzo gesproken. Over een breed front heeft Cadorna blijk baar zijn troepen tegen de Oostenrijksche stellingen in actie gebracht. Tenminste het Oostenrijksche communiqué spreekt van het „met de grootste verbittering" woeden van den strijd in bijna alle sectoren van het 60 kilometer-lange front, bij Tilmino (Toimein), ten N. O. van Canale, tusschen Deckla en den M 4 S. Gabriele, ten Zuiden van Görz (Gorizie) en op het Karst-plateau. Het Oostenrijksche legerbericht voegt er aan toe, dat de tot dusver ingekomen berichten gunstig voor de Oostenrijkers luidden. Na dere bijzonderheden vallen intusschen nog af te wachten. Opmerkelijk is alleen, dat de artillerie-voor bereiding voor den slag van betrekkelijk zoo korten duur is geweest: na anderhalven dag van zeer hevige artillerie-voorbereiding, zoo wordt uit Weenen gemeld, begon de aanval. Mogelijk hebben de Italianen nu willen pogen, of zij door een verrassend optreden, dat den Oostenrijkers geen tijd zou laten om groote troepenmachten te concentreeren en den nieuwen stoot op te vangen, meer succes zouden kunnen behalen dan met de vorige wei-voorbereide aanvallen. De laatste groote isonzo-aanval der Ita lianen heeft van het midden tot het einde van Mei plaats gehad; een deel der toen be reikte resultaten, voorql in de streek van Jamiano girig later weer aan de opdringende Oostenrijkers verloren. Toen waren de Ita lianen bijna de eenige partij der geallieerden, die offensief optraden; op alle fronten heerschte vrijwel rust. De Oostenrijkers had den dus de gelegenheid om al hun krachten aan den Isonzo samen te trekken om den sterken Italiaanschen stoot te pareeren. Nu zijn de Italianen in iets gunstiger om standigheden hun aanval begonnen. In het Westen houdt het tempeest van het groote Fransch-Engelsche offensief aan en vordert de uiterste krachten van de Duitschers; in het Oosten neemt de tegenstand van Russen en Roemenen toe en dwingt de centralen, als zij lenminste willen pogen om hun suc cessen door te zetten, nieuwe troepen samen te trekken. Maar het meest gunstige oogenblik, toen het offensief ook door de bondgenooten het meest gehoopt zal zijn, het oogenblik, dat de centralen hun tegenoffensief in Galicië begon nen en dit in zijn eerste stadium nog slechts was, hebben de Italianen voorbij laten gaan, zonder het benut te hebben. Van den kant der Centralen worden ver schillende factoren aangewezen, die zich daar bij zouden hebben doen gelden. Maar ten opzichte daarvan heeft men een groot voor behoud in acht te nemen. Dit verlate Italiaan sche offensief toont intusschen wel, dat de onderlinge militaire samenwerking tusschen de geallieerden verre van „volmaakt" nog is. •t" Op het Oostfront grijpt Mackenze steeds verder. Eiken dag schiet hij wat op. Steeds meer bergstellingen in de Zuidelijke Karpathen moeten de Russen en Roemeniërs prijs geven, willen zij niet worden afgesne den en zeer binnenkort, zal de Sereth daar wel de legerscheiding vormenals de Centralen niet weten door te dringen tót de Prulh. Den buit door de Centralen behaald in de Karpathen is nog al aanzienlijk. Sedert het begin van de operaties op 17 juli zijn in Oost-Oalicië, Boekowina en Mol davië in handen der bondgenooten gevallen: 655 officieren, 41,300 man, 257 kanonnen, 546 machinegeweren, 191 mijnwerpers en 1500 geweren. Aan oorlogsmaterieel werd buitgemaakt: 25.000 gasmaskers, 14 gepantserde auto's, 15 vrachtauto's, twee gepantserde treinen, 6 beladen treinen. Voorts 26 locomotieven, 218 spoorwagens, verscheiden vliegtuigen, voertuigen en een groote hoeveelheid levensmiddelen. De Duikbootenoorlog en Engelands uithoudingsvermogen. In de derde bijlage van den „Wirtschaft- dienst" behandelt Dr. Aug. Kaegbein het vraagstuk, hoe lang het Engeland mogelijk zal zijn het uit te houden tegenover den Duitschen duikbootoorlog. Schrijver noemt dit minder eene levensmiddel- dan wel een vrachlruimteqaestie. Hij gaat dan in de eerste plaats na, hoelang het duren zal, voor dat de eigen vrachtruimte, zoowel als.de buiten- ïandsche, waarover Engeland voor economi sche doeleinden bpschikt, zoover zal zijn in eengesmolten, dat zij voor den aanvoer van het invoerminimum niet meer voldoende zal zijn. Dr. Kaegbein meent, dat Engeland ook bij de allergrootste beperking zijner behoeften, toch minstens 10 12 millioen gewichtston- nen grondstoffen zal moeten invoeren. De levensmiddelinvoer kon niet veel meer be perkt worden, zoodat men daar in allergun stigste geval, toch ook nog IQ 11 millioen T. zal moeten invoeren, wanneer Engeland, niet direct wil hongerlijden, zoodat tezamen met eenige niet te ontberen fabrikaten eene import van 25 27 millioen gewichtstonnen (d. i. de helft van wat Engeland thans im- porteeerd) als het minimum moet worden be schouwd, waartoe de Engelsche invoer terug te brengen is. De schrijver berekent dan, dat Engeland einde Mei van dit jaar nog over eene vloot van 6,6 millioen Br. Reg. T. beschikte, die voor algemeen economische en militair eco nomische doeleinden kon worden gebruikt, welke vloot einde Juli tot 5,6 millioen Br. Reg. T. verminderd was en die in de maan den Augustus en September wel tot 4,6 millioen Br. Reg. T. zou verminderen. Dr. Kaegbein berekent dan dat deze sche pen in doorsnee hoogstens 4'/2 reis per jaar zullen maken, waardoor deze vloot jaarlijks 20,7 mil i >en Br. Reg. T. of 12,8 millioen netto. R. T. zal kunnen invoeren. Hij be rekent vervolgens de vloot onder vreemde vlag, die voor den Engelschen invoer in aan merking komt, die in het afgeloopen jaar bij het totaal der ingevoerde lading met 9,9 millioen N.—Reg T. betrokken was. Aange nomen, dat de tonnage daarvan slechts met een derde verminderd is en dat het Engeland gelukken zal, de overige twee derden voor trans-portdiensten te behouden, dan zal door die vreemde schepen nog 6,6 millioen N— Reg.—T. kunnen worden ingevoerd, zoodat Engeland volgens den stand van einde Sep tember nog op een jaarlijkschen invoer van 19,4 millioen N.—Reg.—T. zou kunnen rekenen, wat Dr. Kaegbein tot 29 millioen gewichts tonnen omrekent. Aan de hand van deze berekening komt de schrijver dan tot de conclusie, dat de Engelsche vrachtruimte einde September op het critieke punt zal gekomen zijn. Zinkt zij onder dat punt, dan zal Engeland genoodzaakt zijn, in verhouding tot zijne verdere verliezen, de handelstonnage, welke voor militaire doeleinden gebruikt wordt, te verminderen. In verband daarmede wijst Dr. Kaegbein op het besluit, dat de Engelsche regeering onlangs genomen heeft, om de gewondentransporten door vergrooten der hospitalen op het oorlogsterrein zelf te ver minderen. Na September zal de handelston nage, die tot dusverre de verliezen van de schepen in militairen dienst moest goedmaken, op hare beurt uit die schepen moeten,worden aangevuld. Rekening houdende met het vergroote productievermogen der Amerikaansche en Engelsche werven meent de schrijver voor den tijd na September slechts met een maan- delijkschen nettoverlies van 425.000 ton te moeten rekenen. Aangezien nu bovendien in September de Engelsche oogst is binnenge bracht en men dus in den daaropvolgenden tijd minder vrachtruimte noodig zal hebben voor den aanvoer van levensmiddelen meent Dr. Kaegbein, dat men jn de maanden October November en misschien ook December nog niet op een merkbare vermindering van de vrachtruimte, die Engeland voor militaire doeleinden gebruikt, zal behoeven te rekenen. Maar, wanneer einde December of begin Januari de behoefte aan tonnage voor den invoer van levensmiddelen weer ontstaat, dan zullen de intusschen geleden verliezen zich te sterker doen gevoelen. Van einde Septem ber tot einde April zullen drie millioen Br.— Reg. T. aan duikbootverliezen door de ton nage, welke thans ter beschikking van mili taire doeleinden is, moeten worden vergoed. Wanneer Engeland er dan ook niet toe overgaat de Saloniki-expeditie op te geven, dan zal het genoodzaakt zijn, een derde van de tonnage voor militaire doeleinden aan de handelsvloot af te staan. De gezamelijke Engelsche vrachtruimte, die aan het begin van den oorlog ongeveer 19 millioen Br.— Reg. T. bedroeg, zal dan tot IO'/ï millioen of ongeveer 55% verminderd zijn. Door eene dergelijke vermindering der tonnage zal ech ter niet alleen het geheele transportwezen der Entente in gevaar gebracht worden, maar bovendien de zeeheerschappij van Engeland ook-na den oorlog zoozeer zijn in g vaar gebracht, dat de schrijver meent, dat Enge land, welks bevolking zich dan reeds zeven maanden tengevolge van den minimuminvoer, de grootste ontberingen heeft opgelegd, dan vermoedelijk wei geene lust meer zal gevoe len, den strijd .voort te zetten. s NEDERLANDSEN DE OORLOG. Zaterdagmorgen omstreeks 11.15 werden we opgebeld uit Goedereede dat aldaar 6 bommen uit vliegtuigen waren geworpen die dicht bij het dorp waren ontploft. Na gehouden onderzoek ter plaatse verno men we dat twee vliegtuigen van onbekende nationaleteit in een luchtgevecht waren ge wikkeld en een daarvan de bommen waar schijnlijk uit lijfsbehoud heeft laten vallen. Ze kwamen gelukkig zoo terecht dat niet veel materieele schade werd veroorzaakt. (Zie verder daarvoor plaatselij k nieuws Goe dereede). Nader verneemt men, dat Zaterdagochtend zich ongeveer 20 vliegtuigen boven Zeeland hebben bevonden, die zich in verschillende richtingen hebben verspreid. Bij Winschoten' zijn Zaterdagmiddag half drie 2 vliegmachines neergekomen. Volgens mededeeling uit Winschoten waren het 2 Duitsche vliegtoestellen, elk be mand met drie personen. Een der toestellen kwam brandend neer. Het andere werd neer geschoten door onderofficier Lok. De inzittenden waren niet gewond. Ook bij Renesse zijn drie bommen uiteen vliegtuig gevallen. Er is geen* schade aangericht. Uit Renesse: Hier in de omgeving zijn eenige luchttor- pedo's gevonden een en ander hebben de militaire autoriteiten in besiag genomen. Vermoedelijk heeft een luchtgevecht tus schen een tiental vliegtuigen boven Westelijk Schouwen plaats gehad en bestookten de machines elkaar met bommen, mitrailleurvuur en luchttorpedo's. Men meldt uit Westelijk Zeeuwsch-Vlaan- deren nog het volgende omtrent het groote eskader vliegmachines. Tegen 8 uur des morgens hoorde men een krachtig geronk in de lucht, dat steeds maar aanzwol en weldra werden de eerste vliegtuigen gezien, komende uit het Zuiden en koersende naar het Westen. Er kwamen er steeds meer, tot wij er onge veer 30 met bloote oog konden waarnemen, sommigen hebben er 36 geteld. Zij vlogen op geringe hoogte, zoodat men met een kijker goed de kruisen op vleugels kon zien. Op verschillende grensposten werden de vlieg tuigen beschoten, evenwel zonder merkbaar resultaat. Tusschen kwart over twaalf en halfeen keerden de vliegtuigen terug; hoeveel er waren kon men niet zien, daar de lucht nu bewolkt was en zij nu verder over België vlogen. Uit Winschoten: Beide hier in de buurt gelande vliegma chines waren tweedekkers. Beide waren voor zien van drie machinegeweren en taf van ledige hulzen wezen op veelvuldig gebruik. In elke machine zat een officier een onderofficier en een soldaat. Te Beerta wilden de vliegers nog trachten weder op te stijgen, doch de direct aanwezige brigade marechaussée van Finsterwolde verhinderde dat. Zij nam de drie inzittenden mede en de machine bleef onder bewaking van militairen. De te Blijham gedaalde, vliegers werden naar de kazerne te Winschoten overgebracht. De vliegers zagen er goed verzorgd uit, waren omstreeks 25 jaar. Hun zenuwen waren hoegenaamd niet in de war, .integendeel, ze bespraken kalm wat hun was overkomen. Uit Renesse: Tusschen 11 en 12 uur Zaterdagmorgen werd hier een eskader van 8 vliegtuigen waargenomen. De vliegtuigen beschoten elkaar. Twee zijn over Schouwen gevlogen in Oostelijke richting. Er zijn drie bommen geworpen; één nabij de hofstee Duinen op 200 M. afstand van het slot Moermond bij Renesse en één op Scharredijke. De aange richte schade is gering. De andere vliegtuigen verdwenen in Z. W. richting. Te Zuilkerdiep bij Windschoten is Zater dagmiddag een vliegmachine neergekomen. Verder een te Blijham. Déze laatste is ver brand. Petroleum. De minster van landbouw, nijverheid en handel heeft tot de burgemeesters het na volgende rondschrijven gericht: Ten vervolge op mijn circulaire dd 7 dezer, heb ik de eer u te berichten, dat in verband met het uitblijven van petroleum-aanvoeren, alsmede de bestaande onzekerheid ten aanzien van verderen aanvoer, met ingang -van 18 dezer de beschikbaarstelling van genoemd artikel voor licht- en kookdoeleinden ten be hoeve van huishoudelijk gebruik tot nadere beschikking moet worden beëindigd. Zoodra nieuwe aanvoer heeft plaats gevon den zal een nieuwe regeling ter zake worden getroffen, waaromtrent u alsdan nader bericht zal worden. (St.Ct.) Kolen. Omtrent de onderhandelingen met Duitsch- land betreffende den aanvoer van kolen ver nemen wij, dat Dnitschland de levering van een -zekere hoeveelheid kolen heeft toegezegd, onder toevoeging, dat indien Nederland meer wenscht te ontvangen, daartoe Nederlandsqhe arbeiders naar Duitschland zouden moeten

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1917 | | pagina 1