ill-
Tweede Blad
lie Oorlog.
No. 2278
Zaterdag 21 April 1017,
Twee Bladen.
GFFICIËEL GEDEELTE.
UIT DE KAMER.
iNGËZÓNDËÏÏ
BINNENLAND.
RECHTZAKEN.
GEMENGD NIEUWS.
BUITENLAND.
INHOCSIGINOWSES
Dit nummer bestaat au
LANDSTORM,
jaarklassen 1909 en 1908.
ZEEMACHT.
Oproeping voor den vverbèlijken dienst.
De BURGEMEESTER van Somraelsdijk
brengt ter openbare kennis, dat de in de
registers van den landstorm ingeschreven
personen der jaarklassen 1909 en 1908, die
zijn toegewezen aan de Zeemacht, bij dezen
worden opgeroepen om op Woensdag, den
30sten Mei a.s., des voormiddags te tien uur
aanwezig te zijn te 's-Gravenhage, in het
gebouw van den Roomsch-Katholieken Volks
bond, Stille Veerkade no. 37, ten einde in
werkelijken dienst te worden gesteld.
(Zie verder aanplakbord).
Sommelsdijk, 18 April 1917.
De Burgemeester voornoemd,
BOUMAN.
Naast onze Asschepoetster hebben we ook
onze prinsessen. Naast onze kwijnende West
staat de in vele opzichten bloeiende Oost
met de vooruitgaande eilanden Java en Su
matra. In 1909 had de begrooting voor het
eerst de som van 200 millioen bereikt; 42
jaar geleden was het eindcijfer voor het eerst
100 millioen gulden; in 1913 steeg dit tot
300 millioen en nu in 1917 overschrijdt het
de 400 millioen. Deze cijfers zijn welsprekend.
Zij wijzen op een krachtigen groei. In 1906
had Nederland in verband met den ongun-
stigen maatschappelijken toestand van Indië,
een som van 40 millioen voor zijn rekening
genomen. Dat was de tijd van inzinking. Die
som is betaald en op X Va millioen na verre
kend. Die goede daad werd beloond met 7
vette jaren; 1906—1912 was een tijd van
grooten bloei. Indië werd wakker de gevol
gen van de politiek van Van Heutsz en Iden-
burg deed zich gevoelen. De ontvangsten over
troffen gewoonlijk de uitgaven. Het tin alleen
leverde een winst van 134 millioendat wasal-
leen al voldoende om een overschot van35mil
lioen te geven. Door buitengewone uitgaven,
die hun rente later wel opbrengen, is er een
weinig te kort. Alleen voor spoor- en tram
wegen werd 310 millioen besteed, belang
rijk meer dan de schuld thans bedraagt:
daaruit blijkt dat aan de kredietwaardigheid
van Indië niet meer behoeft getwijfeld te
worden. Aan goede gemeenschapsmiddelen
en goede belastingen is nu voldaan. De be
vloeiingswerken zijn een stuk verbeterd.
Jarenlang bleef in Indie de veiligheid on
voldoende. Rekent men er onder het behoed
zijn tegen diefstal, dan kan men hier in Ne
derland een voorbeeld nemen aan Indië. Te
Batavia laat men de hulzen openstaan, zon
der dat er wordt gestolen.
Op onderwijsgebied gaan we vooruit, doch
er blijft nog ontzettend veel te doen, gelijk
op 't gebied van land- en mijnbouw.
En wil men 't Indische volk tot verheffing
brengen dan is toch eerste voorwaarde de
uitbreiding van 't onderwijs, zoowel lager
als ambachts- en vakonderwijs. De front
makers, die in indië den strijd voor de open
bare school voeren, moeten bedenken dat de
gouvernementsschool en de bijzondere niet
eikaars vijanden, maar bondgenooten moeten
zijn. De openbare school bedoelt evenzeer
verandering te brengen in de levensbeschou
wing van den inlaaderj de bijzondere doet
het alleen intenser.
Hoewel zoo in vele opzichten goed ge
werkt en voortgewerkt is in de lijn der ont
wikkeling van indië, dank zij 't gezonde
financieele beheer der kolonie, toch is er
ontstemming. De minister js in al zijn plan
nen vaagwat hij wil lijkt veel op een vaan
in de mist. Hij die indertijd toen het tegen
't ehr. Ministerie en gouverneur-generaal
Idenburg sprak van een ramp voor indië en
van een bezem in de mast, krijgt van zijn
vrienden nu den wenk zelf maar te retireeren
(Zutfensche Courant.) Men wees van alle
zijden op de verzuimen ten aanzien de In
dische defensie; van de exploitatie van de
Indische rijkdommen der natuur; van de
onvoldoende uitbreiding van 't inlandsche,
't Hollandsch-Indische en 't Hollandsch-Chi-
neesche onderwijs; alsook ten opzichte van
de reorganisatie van 't binnenlandsch bestuur.
Men oordeelde, dat er geen kracht, geen
energie, geen beslistheid, geen vaste lijn in
't beleid van den Minister was op te merken.
En waren we in normale omstandigheden
geweest zeer zeker zou na zijn 4-jarigen
arbeid bij deze begrooting 't vonnis zijn uit
gesproken.
Aangaande de verdediging van Indië werd
aangenomen een wijziging van Art. 113 van
het Regeeringsreglement
Op den voet bij algemeene verordening
te bepalen, zijn de ingezetenen verplicht
mede te werken tot bewaring van rust en
orde en, wanneer zij Nederlandsche onder
danen zijn, tevens tot verdediging van het
grondgebied van Nederlandsch-Indië. Bij
algemeene verordening wordt mede be
paald wie in jden zin van dit art. als in
gezetenen moeten worden beschouwd.
Dit is een eerste groote stap voor de ver
dedigbaarheid van Indië, niet van uit Neder
land, maar van uit Indië zelf. 't Is te wen-
schen, dat de Regeering nu ook deze zaak
kiachtig ter hand neemt.
Een tweede belangrijke levensquaestie voor
Indië was de reorganisatie van 't binnen
landsch bestuur. Deze zaak is vaH 1902 af
in studie. Verschillende rapporten van Ne-
derburgh.SnouckHargronje,Idenburg,vanRees
en de Graaf liggen alle reeds afgewerkt. Mi
nister Waal Malefijt had reeds een wetsont
werp aangeboden, waarin dit ^beginsel der
reorganisatie was neergelegd. Het werd niet
verworpen, doch de behandeling opgeschort.
Men wilde er meer van weten. De heer de
Graaft werd weder naar Indië gezonden, om
een uitvoerig rapport uit te brengen aan den
Minister. Dit rapport is door een commissie
vau bekwame mannen consciëntieus uitge
werkt om te kunnen dienen voor een wets
ontwerp. Wat zagen we toen gebeuren
Dit ontwerp werd door de Kamer door de
aanneming van een amendement van Deven
ter voor langen tijd van de baan geschoven.
Eerst was de houding van den Minister goed.
Hij handhaafde de post de Graaf, doch zoo
dra er een stem uit de kamer kwam, begon
hij te weifelen en liet beslissing aan de ka
mer over.
Nu is de zaak voor langen tijd van de
baan. Van de reorganisatie is niets gekomen.
Een volksraad, een locale raad en de enkele
gemeentebesturen, kunnen niet in dien zin
verandering brengen in den treurigen toe
stand van ons binnenlandsch bestuur.
Er zullen nog meer vereenigingen als de
Sarikat Islam ontstaan, die zich als pleitbe
zorgsters voor de belangen van de bevol
king tegenover 't bestuur zullen opwerpen
en het kan toch niet ontkend worden dat zij
dit soms met recht deden en dan ook succes
hadden door verbetering van misstanden. Dit
is een aanklacht tegen onze bestuursorgani
satie. Het volk maakte zich als 't ware een
vertegenwoordiging, omdat de wettelijke ver
tegenwoordiging ontbrak. De „volksraad"
kan daartoe niet dienen; die staat te ver van
het volk. Daarvoor kan wel dienen de regent-
schapsraad naast de dessa. De heer de Graaf
vermeldt dat bij de conferenties met de be
stuursambtenaren de instelling van het re
gentschap als zelfstandig orgaan „wellicht
meer dan eenig ander punt instemming vond,
niet het minst bij de Inlandsche bestuurders,
die niet ten onrechte voor het bestuur van
hun land een nieuwe toekomst daarmede ge
opend zagen."
De inlander moet worden opgenomen in
de bestuursregeling van zijn eigen land met
medezeggingsschap en medebestuur.
Ook wordt er nog altoos te veel opium
gebruikt.
Alleen op Java wordt 17 millioen per jaar
verschoven. Zulke cijfer3 spreken tot onze
consciëntie al Nederlanders en als Christenen.
Als we dat bedenken moeten we als voogd
schamen. We weten, dat het opiumschuiven,
de lichaamskracht verwoest, de geestesgaven
verslapt, de zedelijkheid verlaagt, de gezin
nen vernietigd, vrouwen en kinderen van
honger doet verbleeken, de pandhuizen vult.
Dat is dus het bloed; dat aan dit geld.
Ook op dit gebied moet krachtiger aangevat.
Waar men overal dringt naar vooruitgang,
waar ook een comité als „Indie weerbaar"
een blijk is, dat men wil vooruitkomen en
meer zelfstandigheid wenscht, daar is het
de dure plicht der Regeering om te zorgen,
dat het opkomen van Indië in goede richting
wordt gestuurd, opdat indië worde een zelf
standige staat en een zelfstandig volk, nauw
verbonden aan het moederland, die aan dat
moederland dankbaar kunnen zijn voor hun
ontwikkeling ook in Westerschen geest.
Magnetisme en Natuurgeneeskunde.
Daar onze huidige wet op de uitoefening
der geneeskunst, alle zieken overlevert aan
hen, die het artsen diploma bezitten, en meer
malen gebleken is, dat door geneesheeren
opgegeven zieken hulp zoeken en vinden bij
magnetiseurs en aatuurgeneeskundigen, die
dan echter gevaar loopen justitieel vervolgd
te worden en reeds herhaaldelijk vervolgd
zijn, is het hoogst wenschelijk dat belang
hebbenden zich vereenigen, teneinde Staats-
bevcegdheid te verkrijgen voor de uitoefe
ning van hunne geneesmethoden, desnoods
onder speciale voorwaarden, die kwakzalvers
praktijken buitensluiten. Een algemeene actie
in deze richting kan tot stand komen, indien
alle magnetiseurs en natuurgeneeskundigen
in Nederland hun adres zenden aan het Sec
retariaat van „Vis Naturae Medicatrix", Mar-
nixstraat 24 boven Amsterdam.
Zoowel de belanghebbenden, in cacu mag
netiseurs en natuurgeneeskundigen, als de
zieke bevolking van Nederland zal gebaat
zijn, als er verandering komt in een wetge
ving, die het monopolie der geneeskunst in
handen legt van een bepaalde groep men-
schen, die misschien, wel de kennis, maar
niet altijd de geschiktheid bezitten om be
paalde ziekten te genezen, welke natuurlijke
geschiktheid daarentegen bij nietartsen veel
vuldig voorkomt.
Denzulken gelegenheid te geven hunne
natuurlijke gaven ten dienste der zieke
menschheid te stelllen, des gewenscht onder
Staatstoezicht en in samenwerking met H.
H. Doctoren, in het streven van degenen, die
bedoelde actie in het leven willen roepen.
U, geachte redactie beleefd dankzeggend
voor uwe bereidwilligheid.
Hoogachtend,
Secretariaat „Vis Naturae Medicatrix".
L. U. A. Zijlstra.
„Nu ligt het in den aard der zaak, dat de
ze Vereeniging liefst uitging op apsulute
vrijheid.
Hoeft dit
Zou op die wijs het misbruik van de
kwakzalvers en sterrekijkers, Frankrijk kent,
niet allicht hier inslaan, en straks verscherpte
voogdij uitlokken
Gelijk men weet, drongen wij er daarom
op aan, dat zeer zeker de vrije praktijk toe
gelaten zou worden, maar nimmer is het ge
heim, doch uitsluitend door aanmelding bij
de Regeering, die als dan pure volksbedrie
gerij en ernstige medische varatiën van el
kander onderscheiden kan.
Een concessie kan teweeg brengen, dat
wat puur bedrog blijkt weer in de doofpot ga.
Fletcheren.
In verband met de schaarste der levens
middelen en onze opmerkingen over goede
zorg voor de gezondheid van ons lichaam
nemen we een art. over van den hand van
een Mr. in de rechten.
Mr. Hooij schrijft over Fletcheren in de
Rotterdammer. Het is een vreemd woord,
dat in deze benarde tijden wel burgerrecht
zai verkrijgen. Het Fletcheren staat in ver
band met onze voeding. De schrijver begint
met een verontschuldiging, dat hij als jurist
op een terrein komt waarop de geneeskun
digen zich bij voorkeur bewegen.
Men beschuldige den jurist, die zich ver
oorloofd, een korf woord hierover te zeggen
niet van overmoed of van treden op ander
mans terrein. Vooreerst toch komen zij die
met gemeenteraken te maken hebben, heel
wat meer met de vraagstukken der rantsoe
neering in aanraking dan wie ook, medici
dus inbegrepen. Daarna ieert de ervaring dat
diezelfden in de 2e eeuw minstens zoo sterk
voor voorkoming van ziekten en uitdrijving
van ziekteukiemen als eenig ander (denk
maar aan de ontsmettingsmaatregelenTen
derde plegen wij de artsen, «eifs den
verdwijnenden huisarts" enkel dan ter hul-
pe te roepen, wanneer on3 iets mankeert en
gaat de arts weer weg, zoo, de patiënt her
steld is; aan het geven van wenken plegen
de artsen niet op groote schaal te doen. Maar
ten vierde is, wat ik hier nog eens op den
voorgrond wil gesteld zien, grootendeels ont
leend aan een bron, die medisch gecontro
leerd en goed bevonden is."
In het jongste Januari nummer van het
Nedl. Tijdschrift voor Geneeskunde wordt na
melijk een beschrijving gegeven over onze
wijze van eten.
Het komt er zoo ontzaglijk veel op aan
niet maar hoeveel men eet, maar vooral hoe
men eet. De meeste menschen weten wd,
dat kauwen noodig is, maar volstaan met
slechts zooveel te kauwen als noodig is om
het voedsel te slikken.
Maar zoo men zich tot zulk kauwen be
perkt, vergeet men, dat de mensch aldus ge
schapen is, dat het spreeksel een hoogstbe-
langrijke voorbereidende werkzaamheid voor
de spijsverteering heeft. Wie nu goed kauwt,
doet aan die voorbereidende werkzaamheid
nog lang geen recht wedervaren. Neen men
moet zoo lang kauwen op spijzen en op
dranken, dat deze zonder willekeurige slik
beweging omlaag vloeien. En dranken zeg
ik. Want ook deze worden veelal veel te
snel genuttigd. Wie een slok melk of thee
niet orimiddelijk naar beneden doet verhui
zen, maar daarmede wacht, totdat het speek
sel ook daaraan zijn werkzaamheid heeft
kunnen verrichten heeft heel wat meer profijt
er van dan wie aan den yluggen kant is.
Deze wijze van ons voedsel binnensmonds
te behandelen is het Fletcheren.
Het was een niet-meducus, zekere rijke
Amerikaansche maaglijder met den naam
Fletcher, die op haar de aandacht gevestigd
en er boeken over geschreven heeft. Hij wil
de de menschheid gelukkig maken wendde
zich daarom tot chittenden, een bekend phijs-
iloog van de IJale-Universiteit te New. Ha
ven, de hoofdstad gelijk men weet, van den
Amerikaansche Staat Connecticut. Deze pro
fessor sloeg eerst geen geloof aan de bewe
ringen van den heer Fletcher, maar besloot
toch, de proef er mede te nemen. Zulks ge
schiedde als proefabject deden tal van pro
fessoren, studenten en later soldaten dienst.
De uitslag was verrassend. Gebleken toch
is dat 1200 studenten dier knieversiteit, die
zich volgens Fletchert beginselen voeden,
die weinig of geen vleesch gebruikten en
zich tevreden stelden met 3200 calorieën
voedingswaarden en 50 60 gram eiwitdaags
sterk en gezond zijn en tot veel gees
telijken arbeid in staat."
In Duitschland wordt het Fletcheren sterk
aanbevolen. In een Duitsch tijdschrift wordt
gezegd
Laat een ieder tot het fletcheren overgaan
en binnenkort zullen alle Duitschers tot de
tanden gewapend" het „uithongeringsbeleg"
van de Entente kunnen doorstaan, zonder dat
hunne lichamen achteruitgaan.
Het groote, ongedachte voordeel hiervan
zal bovendien zijn, dat menigeen, die voor
den oorlog „veelvraterij" Unser deutsches
volk war gans verfressen" verzekerde mij
onlangs een hoogepiaats Duttscher), daarme
de voor goed gebroken heeft en voortaan
zijn lichaam, die wonderen schepping Gods,
beter doet functioneeren.
Als slot van dit mijn „preekje" veroorloof ik
mij nog een woord van „persoonlijke toe
passing", gelijk onze theologen plegen te
zeggen wie de proef eens nemen wil, moet
vooral niet denken, dat die achter den rug
is, nadat hij over eenige happen iets langer
heeft gedaan dan zijn gewoonte was. Neen
hij prente zich in.
Ie dat je vaak moet kauwen (ik heb mij
laten zeggen, dat de oude Gladstore dit 80
maal deed met iederen hap en mede daar
door tot in hoogen ouderdom zoo gezond
bleef).
2e dat hij goed moet kauwen d. i. zoo
goed, dat hij zelf merkt hoezeer zijn gebit
met omgeving op spijs inwerkt, deze tot brij
verwerkt
3e dat een proeftijd van een week eer te
kort dan te lang is. De mee3ten onzer toch
hebben zich het intensieve kauwen niet dan
bij uitzondering aangewend.
Men vergete niet, dat hoogst ernstige tij
den voor de deur staan. Zelfs al wat wij
allen van harte hoopen en dagelijks bidden,
wordt ons land niet in den oorlog betrokken
toch zijn de toestanden van dien aard, dat
het rantsoen moet worden ingekrompen.
Toone ons volk dan, althans op voedings-
gebied zooveel mogelijk „tot de tanden ge
wapend" te z{jn."
De raadgevingen van den Loosduinschen
burgemeester zijn voortreffelijk. Men passé
ze toe. Hopen we voorts, dat er in ons land
voorloopig nog voedsel zal zijn om te Flet
cheren.
NEDERLAND EN DE OORLOG.
Nederlandsche treiler verongelukt.
Uit IJmuiden meldt men
De stoomtreiler Flamingo bericht, dat de
treiler Vischjan op een mijn geloopen en ge
zonken is. De geheele bemanning is omge
komen. Toen de Flamingo op de plaats van
het onheil kwam, was er niets meer te
vinden.'
DE TOESTAND.
Wat we schreven, gebeurde.
De slag in wording, die we een en ander
maal reeds wachtten spoedig los te branden,
is begonnen.
Na den Engelschen aanval op Paasch-
Maandag en vervolgens, is een allerhevigst
Fransch bombardement gevolgd tusschen
Soisson en Reims. En sedert Maandig is het
artillerie-duel daar in infanterie-aanval over
gegaan. En het Duitsche leger in Noord-
Frankrijk is nu in een allerhevigsten slag
gewikkeld met de Fransch-Engelsche troepen.
Over dien Engelschen aanval kunnen we
gevoeglijk kort zijn.
De Duitschers zetten reeds tegenaanvallen
in en berichten daarvan
„Ten N. van den weg Atrecht Kamerijk
wierp een aanval den vijand op Lagnicourt
en Boursies terug. Bij de bloedige verliezen
der daar vechtende Australiërs komt nog het
verlies van 475 gevangenen en 15 machine
geweren, die binnengebracht zijn, alsmede
22 kanonnen die vermeesterd, doch onbruik
baar gemaakt werden, doordat zij opgebla
zen werden."
Juist acht dagen na dien der Engelschen
begon de Fransche aanval op het frontvak-
Soissons-Reims, dus tegen het steunpunt der
Duitsche linie aan de overzijde van de „woe
stijn""
De Duitsche staf berichtte Woensdagavond:
„Na het mislukken van vijandelijke verken-
ningsaanvallen op 15 April is vanochtend
over een breed front de infanterie-veldslag
ontbrand."
Dinsdagmorgen luidde het slagbericht:
„Aan de Aisne is de groote Fransche door-
braak-aanval met een verstrekkend doel na
een werkzaam massavuur begonnen over een
40 K.M. breed aanvalsfront. Een verbitterde
strijd om de voorste Duitsche stelling is aan
den gang."
Dat wilde dus zeggen, dat het begin ook
hier slecht was geweest voor het Duitsche
leger. Met spanning grepen we naar het
Fransche bericht, dat veel later kwam en het
volgende mededeelde
„De Franschen namen de eerste Duitsche
linie tusschen Soissons en Craonne. Ten Oos
ten van Craonne namen wij de tweede Duit
sche linie ten Zuiden van Juvincourt. Meer
naar het Zuiden drongen de Franschen tot
aan den Westelijken zoom van Bermericourt
en tot het Aisnekanaal, tusschen Oivre en
Courcy door.
Herhaalde hevige tegenaanvallen ten Noor
den van Vllle au Bols werden door ons vuur,
met groote verliezen voor den vijand, afge
slagen,
Tot dusverre telden wij reeds tienduizend
gevangenen. (Thans reeds 17000 Red.) Bo
vendien maakten wij een belangrijke hoeveel
heid materiaal buit."
Nadere berichten melden, dat de Franschen
een dubbel spervuur van zware kanonnen
hebben gebruikt.
De Duitsche staf geeft een heel duidelijk
overzicht van dezen slag, waarin o.m. gezegd
wordt
Aan de Aisne is een der grootste veldsla
gen van dezen geweldigen oorlog en daar
mede van de wereldgeschiedenis aan den
gang. Sedert 6 April hield de vuurvoorbe-
reiding met artillerie- en mijnwerpersvuur
onafgebroken aan, door welk bombardement,
waarvan de wereld noch wat duur, noch wat
aangewende artillerie-massa en munitie,
noch wat heftigheid betreft, de wederga kent,
de Franschen trachtten onze stellingen storm-
rljp te maken, onze batterijen tot machte
loosheid te doemen en onze troepen murw
te maken.
In den vroegen ochtend van den 16en be
gon van Soupir aan de Aisne tot aan Betheny,
ten noorden van Reims, over een front van
40 K.M., de met geweldig versterkte infan-
terie-strijdkrachten doorgevoerde en dooraan
vulling met reserves gevoedde, vele aanvals
golven diepe Fransche doorbraakaanval.
's Namiddags wierpen de Franschen nieu
we troepenmassa's in den strijd en deden
sterke nevenaanvaiien op ons front tusschen
Oise en Bondè sar Aisne.
Bij het veelvuldig voorkomend vuurgevecht,
waardoor de stellingen bedorven werden en
diepe, breede trechtervormen ontstaan, is
starre verdediging onmogelijk. Het gevecht
gaat niet meer om een linie, doch om de
bevestigingszone.
Zoo woedde de worsteling om de voorste
stellingen op en neer, met het doel zelfs al
mocht daarbij ook oorlogsmateriaal verloren
gaart, de levende strijdkrachten te sparenen
den vijand door zware bloedige verliezen be
slissend te verzwakken. Deze taak is, dank
zij de voortreffelijke leiding en de schitte
rende dapperheid der troepen vervuld.
Maandag is de groote poging tot door
braak der Franschen, welker doel zeer ver
gesteld was, mislukt.
De vijand leed zeer zware bloedige ver
liezen en liet ruim 2100 gevangenen in onze
handen.
Waar de vijand op enkele plaatsen in onze
linies is binnengedrongen wordt nog gestreden.
Nieuwe aanvallen des vijands zijn te ver
wachten. Dinsdagochtend is het gevecht in
Champagne, tusschen Prunay en Auberive,
ontbrand. Het slagveld strekt zich daardoor
van de Oise tot in Champagne uit. De troe
pen zien de komende zware gevechten vol
vertrouwen tegemoet.
Latere berichten melden dat de Duitschers
groote tegenaanvallen inzetten.
En hiermede is de slag op het Westfront,
waar men reeds zooveel over schreef, geko
men een siag, welke de geschiedenis nooit
heeft aanschouwd. Natuurlijk is het overbo
dig te zeggen, dat wij vol aandacht zijn aan
de loop dier gevechten.
Geen Engelsche kranten meer naar het
vasteland.
De Engelsche dagbladen, waaruit door de
bladen der Centralen nog al dikwijls berich
ten worden overgenomen, mogen voortaan
niet meer uit Engeland worden uitgevoerd
Wat heeft men te verbergen? Zijn de ge
volgen van de duikboofblokkade zoovreese-
lijk, of wint de vredes beweging even snel
veld in Engeland als in alle oorlogvoerende
landen
Het eerste gevecht.
Een Duitsche duikboot vuurde op een
Amerikaansche torpedojager, 100 mijl ten Z.
van New-York.
Aldus is de Duitsche duikbootenblokkade
van Amerikaansche havens begonnen, seint
Reuter.
Arrondlssements Rechtbank te Rotterdam.
Zitting van Dinsdag 17 April.
De gedetineerde losse werkman Th. H.,
zonder vaste woonplaats, had op 7 Maart, op
den openbaren weg te Middelharnis gebedeld.
Het O. M. waargenomen door mr, Bake,
eischte wegens bedelarij 2 dagen hechtenis
en plaatsing in een Rijkswerkinrichting voor
den tijd van drie jaar.
De 32-jarige landbouwer W. G. te Stellen
dam, had op 14 Febr. een paal weggehaald
uit een land, dat hij volgens den landbou
wer A. v. Dam „met den geheelen inventa
ris" en dus ook met dien paai aan Van Dam
had verkocht. Deswege stond G. thans ter
zake van diefstal terecht. Hij verklaarde dat
hij dien paal niet verkocht had.
Van Dam stelde een vordering tot schade-
verhoeding in, tot een bedrag van f 2,50.
Na verhoor van getuigen eischte het O. M.
f 15 boete, subs 10 dagen hecht, ter zake
van diefstal.
Vernietigd werd een vonnis van het
kantongerecht te Sommelsdijk, dd. 17 Janu
ari, waarbij de 34-jarige arbeider A. J. D. v.
d, W. te Den Bommel, ter zake van stroo-
perij van een hoeveelheid uien was veroor
deeld tot een maand gevangenisstraf. Opnieuw
rechtdoende veroordeelde de rechtbank bekl.
tot 10 boete subs. 10 dagen hecht.
Vernietigd werd een vonnis van hetzelfde
kantongerecht en denzelfgen datum, waarbij
de 28-jarige veldarbeider C. B te Den
Bommel, ter zake van gelijk misdrijf was
veroordeeld tot dezelfde straf. Opnieuw recht
doende, veroordeelde de rechtbank bekl. tot
f 10 boete subs. 10 dagen hechtenis.
FAILLISSEMENTEN.
Rechtbank te Rotterdam.
Geëindigd
A. M. van Veen, zonder beroep te Nieu-
wenhoorn.
,,'k En hoor u nog niet". Zoo zong
Guido Gezelie. Hoe verstaan we nu zijn lied,
zegt de Rott.
'k En hoore u nog niet,
o nachtegale, en
- de paaschzunne zit
in 't oosten
waar blijft gij zoo lange,
of hebt gij misschien
vergeten van ons
te troosten
't En zomert, 't is waar
't en loovert, 't en lijdt
geen blaadje nog uit
de hagen;
't zit ijs in den wind,
't zit sneeuw in de lucht,
't is stormen, dat 't doet,
en vlagen.
Toch spreeuwt het en vinkt
het luide, overal;
de merelaan lacht
en tatelt;
het muscht en het meest
het koevoet, in 't hout;
het zwaluwt en 't zwiert
en 't zwatelt.
Waar blijft hij zoo lang
de nachtegale; en
vergeet hij van ons
te troosten
't En zomert nog niet,
maar zomeren zal 't;
de Paaschzunne zit
in 't oosten.
Grove baldadigheid. Een baldadige
straatjongen heeft Dinsdagmiddag een hoop
pakstroo van 25.000 K.G., der firma Joh.
Willems aan de Vlijtstr. te Arnhem, in brand
gestokende geheele voorraad ging in vlam
men op.
Jeugdige booswicht. De politie te Baarn
heeft aldaar in zijn woning gearresteerd den
18-jarigen zoon van den landbouwer D., die
verdacht wordt van een viertal diefstallen.
Ook moest de jeugdige boosdoener_nog een
gevangenisstraf van 5. maanden ondergaan.
Branden. Dinsdagavond zijn drie per-
ceelen, w.o. een riet- en mandenvlechterij, te
Hilversum door onbekende oorzaak totaal
afgebrand.
Te Appelscha is Dinsdag de boeren
plaats van Th. Mesken afgebrand. Eenig vee
kwam in de vlammen om. Ook is er voor
ongeveer f 2500 kunstmest verbrand.
Een schuur en twee bijna ledige hooi
bergen van den veehouder A. S. in den
Zuidplaspolder, gemeente Moordrecht zijn
afgebrand. In de schuur waren vele land
bouwwerktuigen geborgen, die verloren zijn
gegaan. De oorzaak is niet bekend.
De boerderij bewoond door J. Arixens
staande in het gehucht Keent onder de ge
meente Weert, brandde door onbekende oor
zaak af. Zeven stuks hoornvee kwamen in
de vlammen om, terwijl eveneens ai het
huisraad verloren ging.
Gasbesparing. Naar in de Fabrieksbode
verteld wordt is men in de laatste weken tot
de ontdekking gekomen, dat bij tal van
gloeiliehtbranders een zeer aanmerkelijke be
sparing verkregen wordt door een allereen
voudigst middel, n.i. het leggen van een
blikken plaatje met vijf openingen van on-
veer 6 of 7 m.M. boven op het lampeglas.
Het is de Red. niet gelukt na te speuren
wie deze ontdekking heeft gedaan, maar een
feit is, dat zij reeds in tal van gevallen met
goed succes is toegepast. Hij volmaakt ge
reguleerde branders wordt geen of zeer ge
ringe besparing verkregen, maar in verreweg
de meeste gevalien doet zich bij het opleg
gen van het plaatje het volgende verschijn
sel voor: de lamp gaat donkerder branden
en men moet dan den gastoevosr verminde
ren om opnieuw goed licht te hebben. Theo
retisch is het verschijnsel te verklaren doordat
in vele gevallen de luchttoevoer te groot is,
welke lucht verwarmd moet worden en dus
de temperatuur van de gloeikous doet dalen.
Verminderde luchttoevoer doet deze tempe
ratuur stijgen en kan men dus om hetzelfde
licht te verkrijgen, met een kleineren gas-
toevoer volstaan. De besparing bedraagt in
sommige gevallen niet minder dan 30 pet.
Meubelmakersstaking in Den Haag. De
staking in de Meubelindustrie te 's Graven-
hage is geëindigd.
De Haagsche patroonsvereeniging heeft het
collectief arbeidscontract waarom de strijd
ging ongewijzigd aanvaard en onderteekend.
De staking heeft precies vier weken de
uitsluiting drie weken geduurd.
Maandag zijn de arbeiders weder aan den
arbeid gegaan. Thans werkt geheel den Haag
onder de voorwaarden van het collectief con
tract.
Uit het zout. Zaterdag j l. kwam aan het
Maasstation te Rotterdam binnen een goede
rentrein uit Duitschland waarin 'n wagen
stond met zout beladen.
Nadat de trein tot stilstand was gebracht,
sprongen uit een der wagens drie mannen. Het
waren drie ontsnapte krijgsgevangenen, één
Belg en twee Franschen.
De mannen verklaarden den wagen zelf te
hebben geladen op het afzendingsstation en
zich er maar ingeladen te hebben.
Een veldwachter als Inbreker. Te Arnhem
is op last van de justitie gearresteerd de
rijksveldwachter P. v. V. uit Oosterbeek.
Deze arrestatie staat in verband met de in
braak in het hotel Schoonoord. Hij stond tot
dusver bij zijn supirieuren goed anngeschre-