ms-n
SCHEME
Tweede Blad.
lie Oorlog.
Fa. Wei, Lil
IIEÜ&IHBO
Zaterdag 24 Maart 1817. No. 2270
Drie Bladen.
OP DEN UITKIJK.
BINNENLAND.
B0E1BE00RDEELING.
BUITENLAND.
Reclames ledeteiïiigan.
Voorstraat -
DIRKSLAND.
VOORMARS-
m
Schoonmaak-Artikelen.
NTergens
srooter
cocos
GEMEENTERAAD.
PLAATSELIJK NIEUWS
IN HOCSIGRO WSES
Dit nummer bestaat uit
II
SorteerinK- Sn
jaar
Zoo wij zéér sterk zijn tachtig
Dat is zeker wel een der uitspraken van
GodsWoord, die gemeen-goed geworden zijn,
ook buiten den eigenlijken kring der geloo-
vigen.
Er zijn meer dan veertig eeuwen verloopen,
sinds de man Gods, die zelf met nog veertig
jaar de grens die hij hier trok, overschrij
den mocht, deze woorden neerschreef.
Ze bleven al die eeuwen door waar.
Er is ook in den levensduur der menschen
een wondere leiding Gods op te merken.
Eerst, tot den zondvloed toe, blijven het
leeftijden van tegen de duizend jaren aan.
Er was toen niet anders dan de monde
linge overlevering. Van een directe openba
ring Gods lezen we slechts sporadisch. Zou
dus de kennisse Gods en van den weg des
heils, in de paradijs-beloften geopend, niet
al te zeer uitslijten, dan was het noodig, dat
de geslachten, die deze kennis moesten dra
gen en verbreiden, elkander slechts zeer lang
zaam opvolgden, zoodat b.v. Noach 't verhaal
van het paradijs en den val nog hebben kon
uit den mond van een zijner vaderen, die zelf
Adam nog had gekend.
Na den zondvloed neemt de leeftijd snel af.
Maar toch kan Abraham de zonen van
Noach nog gekend hebben en dén wordt de
bizondere openbaring rijker, terwijl na enkele
eeuwen in Mozes de man opstaat, die begint
de heilige historiën te boek te stellen voor
de alle volgende geslachten.
En in zijn tijd reeds is het leven der men
sehen op het niveau gekomen, waarop het
nu al zooveel eeuwen staat, zeventig of als
wij zeer sterk zijn 80 jaar.
Ook die grens is niet willekeurig.
En ook van haar moeten we, als we 't
goed indenken, zeggen dat God alle dingen
■'■ijnet wijsheid heeft gemaakt en verordineerd.
Ge kunt het u anders voorstellen.
Zelfs naar tweeërlei kant.
Ge kunt u voorstellen, dat ook na Mozes
door voortdurende verzwakking van het men-
schelijk geslacht, die leeftijd steeds méér
ware ingekrompen, b.v. tot 20 a 25 jaren toe.
't Zou niet zoo vreemd zijn geweest 1
De zonde werkt verwoestend in op het
menschelijk organisme en we kunnen er ons
eiken dag om ons heen van overtuigen, dat
deze verwoestende werking ook in de ge
slachten zich voortvreet. Zijn er niet natiën
te noemen, eens in de geschiedenis met roem
en eere bekend, die zich in letterlijken zin
doodgezondigd hebben!
Maar stél eens, dat de maximum-leeftijd
tot 20 25 jaar ware ingekrompen, waarvan
dan de laatste vijf jaar als „ouderdom" moes
ten gelden wat zou er dan van ons
menschelijk leven en van de ontwikkeling
en vooruitgang van ons menschelijk geslacht
terecht gekomen zijn hoe zou dan ooit
in de „voleinding" de „eere en de heerlijk
heid der volkeren" kunnen binnengedragen
worden in 't nieuwe Jeruzalem Als de trot-
sche eik van vorige eeuwen inkromp tot den
dwergboom der poolstreken?
Doch stel 't nu ook eens andersom.
Dat de gemiddelde leeftijd des menschen,
die in de laatste eeuw weer iets gerezen is
door betere hygiënische toestanden en groo-
ten medische vooruitgang, weer eens ware
opgeloopen tot honderden jaren toe.
Wat zou dat een bang leven geven
Want er is een groeien, óók in de boos
heid, zie het aan de wereld vóór den
zondvloed.
En neem nu die millioenen geweldenaars
in de zonde, op allerlei gebied. Stel u voor,
dat zij met de tegenwoordige hulpmiddelen,
óók der boosheid, honderden jaren zich kun
nen perfectioneeren in de zonde 't zou
een hel worden, zelfs zonder oorlog
Nü sterven ze gelukkig binnen afzienbaren
tijd weg.
En nieuwe booswichten moeten weer jaren
leven, eer ze zoo geraffineerd in 't kwaad
geworden zijn. Niet alleen gauwdieven en
moordenaars heb ik op 't oog, maar de ha
ters Gods. Stel eens, dat een Voltaire nü nóg
dóórleefde, tot wat verschrikkelijke laste
ringen tegen den Heiligen Gods zou hij dan
niet gekomen zijn
Maar ook Gods kinderen zou een leeftijd
van eeuwen zwaar vallen!
Nü reeds, met elk jaar méér, verlangen ze
om ontbonden te zijn. Is 't geen genade, dat
in een wereld van ongerechtigheid, het tijd
stip der ontbinding, als zij zéér sterk zijn,
slechts tachtig en geen achthonderd jaren
treft
Ons Christenvolk kende tot nu toe vóór
enkele dagen drie van die „tachtigers"stoere,
oude, knoestige eiken, die stormen hebben
doorstaan en er de litteekenen van dragen,
maar die hadden stand gehouden, volk en
vaderland ten zegen.
Kuijper, Rutgers, Lohman.
'n Drietal, dat we zoo graag als één drie
voudig snoer hadden verbonden gezien, wat
niet zoo heeft mogen zijn. Verbonden, zoo
als ze met hun drieën, naar Kuiper's kleuri
ge, meesterlijke beschrijving in het, 't jong
ste geslacht helaasslechts bij name bekende
„Conflict gekomen", opgingen naar de Kos
terij van Amsterdam's kathedraal, om er in
de veelbewogen dagen van '86 het „Vrij
beheer" der gemeente te handhaven.
't Jaar '94 bracht de scheiding.
In geestelijken zin tusschen Kuijper en
Lohman; straks in aardrijkskundigen zin
tusschen Kuijper en „Rut", als de studenten
zeiden.
Op den Deputaten-dag te Utrecht in 't
„Gebouw" gingen in beginsel de wegen
dezer drie uiteen. Lohman's weg leidde naar
een eigen partijdie van Kuijper naar het
Parlement en straks naar het Touwtje;Rut
gers alleen zou levenslang blijven waar hij
was en wat hij was; wat ook zijn hoogste
eeretitel voerde„prof." aan de „Vrije".
'k Zie hem nóg staan, wat achter in de
zaal.
En van die héél enkele heeren, geloof ik,
toen Rutgers zich zóó met de politiek heeft
ingelaten, dat1 het groote publiek dit merkte.
Hoe ver de „stille kracht", die van hem
uitging, in die vroegere jaren ook op politiek
gebied Kuijper beïnvloed heeft, is moeilijk
te zeggen. Aan te nemen is niet, dat twee
collega's en vrienden, die samen aan één
taak arbeid'den, die gloeiden van ijver om tot
des Heeren eer de weder opleving van het
calvinisme in deze landen te leiden en te
bevorderen, twee ambtgenooten, die elkaar
dagelijks noodig hadden en gedachtig aan
het „ijzer scherpt men met ijzer" in eikaars
gezelschap wel behagen móésten scheppen,
dat zij zouden gezwégen hebben over de
ook in die jaren zoo beroeringswekkende
politiek.
Lohman oordeelde wel anders
Toen hij het van de „Standaard" in een
politiek debat over Calvijn en calvinisme
eens niet winnen kon, wees hij er in door
zichtige termen op, dat ook niet ieder het
voorrecht had een zoo kundig en in de his
torie van het calvinisme doorkneed hooglee
raar „achter de hand" te hebben, als de
hoofdredacteur van de „Standaard"
Maar ik keer naar Utrecht terug, anno 1894
't Debat was er op zijn hoogst en op zijn
felst gehouden.
Lohman zat daar rechts van tafel van 't
Centr. Comité, te midden der Mackaay's, Van
Wassenaars en anderen met bekende en ge
liefde namen, doch die thans mee het „ma
nifest* geteekend hadden, dat de bieuk on
vermijdelijk maakte.
Scherp had hij Kuyper's taktiek inzake Tak's
kieswet aangevallen eer de voorgestelde motie
hoewel voorzichtig in Groeniaansche termen
gesteld, beslist verworpen. Uit de vergadering
was hij aangevallen, óók scherp soms,
zelfs ging het toen Seret sprak, op 't persoon
lijke af. Onbeweeglijk als een marmeren beeld
had Kuyper alles aangehoord. Tenslotte stond
hij langzaam op en hield aan één stuk door,
eerst beangstigend kalm, straks met steeds
stijgende passie een rede, die hoe men ook
over den inhoud denke, als een meesterstuk
van klassieke welsprekenheid zou worden
geloofd .éls de stenograaf er geweest
ware, die ze uit zijn mond had kunnen op-
teekenen.
Toen, in 't moment der hoogste spanning,
trad Rutgers op hém 't zijn, nóg als
vredestichter.
Hij stond aan Kuyper's zij, maar hij wou
Lohman niet verliezen.
En zoo echt teeder deed hij dezen uitweg
aan de hand, dat Lohman zich voor korten tijd
uit het politieke leven zou terugtrekken, ziende
dat de partij niet met hem ging en hij in de
kiesrechtkwestie niet met de partij kon gaan.
Immers, deze storm zou overwaaien en dan
hadden we vóór allen Lohman weer noodig
en de eenheid bleeef bewaard
Het heeft zoo niet mogen zijn.
En ik zie nu wel in, dat iemand als Lohman
op dat moment zoo min zich terugtrekken
kon, als b.v. Oldenbarneveld gratie kon vragen.
's Avonds van dienzelfden dag, aan 't diner,
kwam wéér Rutgers naar voren.
Van alle kanten hield men er bij Kuijper
op aan, dat hij in de Kamer zou terugkeeren
en deze begon te weifelen. En Rutgers zag
dit „gevaar" en hield een welsprekend plei
dooi voor de „Vrije", waarvan men Kuyper
niet vervreemden mochtdüür was zijn werk
en zijn plaats
Ook dit optreden had geen maars.
En de Utrechtsche Députatendag heeft in
beginsel Lohmanvanhemvervreemden Kuijper
van hem verwijderd. Hij bleef op zijn post.
Met eereEven vast en recht als de lijn der
beginselen, trok hij ook de lijn zijns levens
door. Tot den einde toe
Thans is hij in de heerlijkheid
De Élia's gaan heen, mogen de Eliza's
maar gevonden worden, die elk met zijn
eigen talent, hün arbeid voortzetten wij
hebben er hehoefte aan in der tijden nood!
UITKIJK.
De schade vergoed.
Naar de „Tel." verneemt zouden deDuitsche
verzekerings-Mij. zich bereid bebben ver
klaard dë assurantiesom der zeven getorpe
deerde Nederl. schepen uit te betalen.
De nlet-versperde zone.
De N. R. Ct. bespreekt nog eens het be
schieten der beide relief-schepen, de Hallen
en de Tunisie, door Duitsche duikbooten in
het niet versperde gebied, nadat de absolute
veiligheid daarvan was ingetreden.
Het blad betwijfelt of de Duitsche marine
autoriteiten wel alles hebben gedaan om te
verkrijgen dat de gegeven bevelen worden
opgevolgd. Als oorzaak, dat zulks vermoede
lijk niet steeds geschiedt, wordt gewezen op
de jeugd van vele duikbootcommandanten.
Aan hen is een taak opgedragen, veel te zwaar
en te verantwoordelijk voor hun leeftijd. Zij
worden in een kwaad oogenblik de dupe van
hun jeugd en doen daarvan anderen slacht
offer worden.
Hoe men deze handelwijze ook beziet, zij
kan niet anders dan afgekeurd worden.
Een paar schoone fotogravures werden ons
toegezonden.
Een „Vitello" foto en een „Sana Planten
boter" foto. Herfst en winter voorstellende.
Wat deze maatschappijen niet toegeven
aan hun Clienten is ongelooflijk, en de meeste
keeren zaken die in 't dagelijks leven goed
gebruikt kunnen worden, maar deze foto's
een paar uit twintig munten zoo uit
door fijne uitvoering, dat ze in de modernst
ingerichte kamer in 't geheel niet misplaatst
zijn.
DE TOESTAND.
De Duitschers blijven nog steeds terug
trekken en de geallieerden volgen; maar
voorzichtig aan, want ook zij vertrouwen de
toestand feitelijk niet.
Het in verband voorwaarts rukken met
millioenen legers over zoo'n groot front en
over stelselmatig verwoeste wegen en ter
reinen is een uiterst moeilijke operatie. Hier,
tegenover een tegenstander als Von Hinden
burg, is het vooral noodig, dat met alles re
kening worde gehouden. En zoo noemen nu
ook de militaire medewerkers der Entente
bladen het een daad van wijs beleid, dat de
Fransch-Engelsche legers omzichtig voor
waarts rukken en met pijnlijke zorg voor hun
onderling verband waken.
Wat de terugtocht der Duitschers betreft
wordt thans het vermoeden uitgesproken dat
ook geheel Artois zal worden ontruimd. Ook
zouden volgens de Engelsche berichten, ook
hier de Duitschers aanstalten maken om te
vertrekken, daar vliegers hebben geconsta
teerd, dat de Duitsche stellingen achtereen
volgens worden opgeblazen en de burgers
worden weggevoerd.
Mogelijk zal dan de Duitsche terugtocht
zich tot Valencienes uitstrekken.
Hindenburg zal antwoorden zeggen de Duit
sche bladen aan het volk, nu de spanning over
het terugtrekken in het Westen steeds ster
ker wordt. Tot hoever en hoelang de voor-
waartsche beweging der entente-troepen zal
doorgaan, ligt niet in óe kracht van de legers
der geallieerden, maar alleen aan het initia
tief van den grooten opperbevelhebber.
Evenals indertijd Oost-Pruisen beveiligd
is door de Russen vooruit te lokken, zoo zal
ook de positie in het Westen gered worden
door de Franschen en Engelschen in het open
veld te trekken en daar slag te leveren. En
van wantrouwen in deze taktiek is nog niets
te bespeuren. Heel de pers in het Keizerrijk
wacht met vertrouwen den loop der gebeur
tenissen af.
En toch is de terreinwinst der geallieerden
van groote afmetingen.
Nu weer rapporteert de Britsche opperbe
velhebber dat de vervolging van den vijand
werd voortgezet. „Onze ruiterij en vooruit
geschoven afdeelingen dreven de vijandelijke
achterhoede terug.
Het gewonnen terrein wisselt in diepte van
2 tot 8 mijl en meer dan 40 dorpen vielen
in onze handen."
Het Parijsche communique geeft voorts nog
de volgende resultaten voor het Fransche
frontdeel
„Gedurende den dag rukten de Franschen
op tot voorbij Ham en Chaulnes. De geheele
opmarsch geschiedde tot een diepte van
35 K.M.
In den loop van den dag werden 20 dor
pen en steden bevrijd."
Op dit uitgestrekte terrein dat tusschen
de oude linie der Duitschers en de nieuwe
frontlijn der geallieerden ligt, zal nu volgens
de Duitsche voorstelling de groote slag plaats
vinden. Zoo althans is de gedachte bij het
volk. De werkelijke reden van den terugtocht
en de bedoelingen die de generale staf heeft,
zijn nog niet geheel bekend. Is het alleen
bedoeld als een verkorting van de frontlijn
om krachtiger te staan tegenover de aanval
len of, zooals boven werd aangeduid, om
den stellingoorlog te verwisselen voor den
bewegingskrijg Het laatste ligt het meest
voor de hand en wordt dan ook door de
militaire deskundigen der Duitsche bladen
als de bedoeling aangegeven.
Trouwens ook de Engelsche en Fransehe
jubelkreten over den „zegevierenden opmarch"
zijn vermengd met opmerkingen waaruit
blijkt, dat men nog niets gerust is over de
nederlaag van den tegenstander.
Reuter's correspondent in het Britsche hoofd
kwartier seint dan ook dat elke beweging
van den vijand met katachtige waakzaam
heid werd beloerd en de Engelschen langs
het geheele front in den stikdonkeren nacht
op alles voorbeld waren.
Men vertrouwt het niet erg, dat de Duit
sche hoofdmacht den strijd maar steeds wei
gert.
In Rusland gaat het ook niet naar de wensch
van Engeland.
Berichten uit Stockholm aan Duitsche bla
den maken gewag van een beginnende tegen
beweging ten platten lande. In de gouver
nementen Koersk, Poltawa en Orel hebben
de boeren den veldarbeid gestaaktzij trek
ken door de' dorpen onder het zingen van
het keizerlied en hoera geroep voor tsaar
Nikolaas. De gouverneurs van Kaloega, Pol
tawa en Bessarabië hebben zich reeds tegen
de omwenteling verklaard.
Ook Koeropatkin, de gouverneur van Tur
kestan heeft een dergelijke verklaring afge
legd en aan het uitvoerend comité geseind,
dat hij, zijn troepen en de bevolking van
Turkestan het nieuwe bewind niet erkennen.
De burgemeesters van Odessa en Rostof,
hebben het comité verwittigd, dat in hun
districten een „dreigende republikeinsche
strooming" veld wint.
En dat nog niet alleen.
De oproeping van de Russchische socialis
tische revolutionairen, die zich in de scherp
ste bewoordingen richt tegen het voorloopige
bewind, luidt naar de Lokalanzeiger uit
Stockholm verneemd:
„Arbeiders, gij zijt de dragers van de Rus
sische omwenteling. Gij wilt brood, vrijheid,
vrede. Vertrouwt niet op de beloften van de
bourgeoisie. Gij hebt de belangrijkste oorlogs-
industrieëen in handen. Houdt u gereed voor
de bevelen, die het arbeiderscomité tot u zal
richten. Wij eischen de onmiddelijke opening
van vredesonderhandelingen."
Naar luid van een bericht aan de Vossiche
Ztg. uit Stockholm, bevat de oproep der Rus
sische sociaal-democratische fractie den eisch
om vrede in de volgende bewoordingen
„Het Russische volk heeft geen belang bij
den tegenwoordige bloeidlgen wereldoorlog.
Het snakt naar den vrede en eischt de on
middelijke opening van vredesonderhandelin
gen."
Om nu op dit alles de kroon te zetten, meld
naast dit Duitsche bericht, een Engelsch over-
genome uit de Times:
Tot nog toe is het nieuws van het front
niet verontrustend. Er zijn krachtige maatre
gelen genomen om betreurenswaardige besmet
ting te voorkomen. De Zwarte Zee-vloot is
in uitnemende conditie. Amiraal Koltsjak heeft
Sebastopol geisoleerd, tot hij in staat was
zijn mannen te verzamelen en hundebetee-
kenis van hetgeen was gebeurd, uit te leg
gen. De ergste tafereelen speelden zich af
te Kronstadt, waar het nieuws door opruiers
werd aangebracht. Kornilof, de nieuwe be
velhebber in St. Petersburg, heeft maatrege
len genomen om de tucht onder de regimen
ten te herstellen. Leden van de Doema heb
ben de kazernes bezocht, om den soldaten
de noodzakelijkheid voor te houden, alle aan
dacht aan den oorlog te wijden. Deordeloo-
ze soldaten zijn de grootste reden van zorg,
maar zij verstrooien zich nu.
Die bom schijnt daar voor de Entente ver
keerd te springen.
Zijner Majesteits hulpkruiser Möwe, aldus
een bericht uit Berlijn, commandant burg
graaf Dohna Schlodien, is van zijn tweeden
kruistocht van verscheidene maanden inden
Atlantischen Oceaan na een haven in het
vaderland teruggekeerd.
Het schip heeft 22 stoomschepen, 5 zeil
schepen met 123,100 bruto registerton w.o.
21 vijandelijke stoomschepen waarvan er 8
gewapend en 5 in dienst van de Engelsche
admiraliteit voeren, en 4 vijandelijke zeil
schepen opgebracht. De hulpkruiser Möwe
bracht 593 gevangenen mee.
GETORPEDEERDE SCHEPEN.
Rouald
Noorwegen
3221
ton
Solferino
V
1155
li
Alfred
tt
Orion
n
1950
1 -
Expedit
n
680
Collingwood
n
Jules Gommes
Frankrijk
Tenay Lodge
Engeland
3223
li
Ohio
Frankrijk
8917
if
Kaldergrove
Engeland
4327
ft
Zeura Maroe
Japan
994
a
F. M. Toro
Engeland (verbr.)
Gladijs
(verg.)
Culo de Perris
Italië
Avantie
(verm.)
Linwood
Engeland
Mausuri
Maryland
Amerika
Theveso Horu
Duitschland (verg.)
Michail
Frankrijk (verm.)
f
Narcis
België
3490
if
20 cent per Regel.
LINNEN- en
VITRAGE
ZEILEN
GORDIJNEN.
TAFELLEER
VITRAGE en
TAFEL-
TULLE
KLEEDEN
GLAS- en
KAR
OVER
PETTEN
GORDIJNEN.
LOOPERS
Vergadering van den Raad der ge
meente OOLTGENSPLAAT op Woens
dag 21 Maart ten 3 uur.
Voorzitter Edelachtbare heer J. G. van
Putten.
PresentWagner, Slis, Hobbel, J. Donker
sloot, Waling, Jacobs en W. J. Donkersloot.
De voorzitter opend de vergadering.
De Notulen der vorige vergadering worden
gelezen en onveranderd vastgesteld.
Ingekomen stukken:
1. De voorzitter deelt mede dat de goed
keuring is ontvangen dat de gemeente en het
Armbestuur de legaten wijlen Mr. Van Weel
mag ontvangen, dat deze zoo voordeeiig
mogelijk zijn belegd en bij de Nederlandsche
in bewaring zullen worden gegeven.
2. Ingekomen de rekening van het Groene
Kruis over 1916.
3. Van den Dijkring Flakkee dat toestem
ming wordt verleend om den Maria-dijk bij
de Sluische haven te mogen hooien en met
jongvee te beweiden.
4. Schrijven van de Gezondheidscommissie
te Middelharnis waarbij de gemeente wordt
herinnerd aan de wettelijke bepalingen of
verplichtingen en deze goed uit te voeren.
5. Komt in behandeling een schrijven van
H.H, Ged. Staten omtrent de grintweg Mid
delharnis— Ooltgensplaat welke in hoofdzaak
hierop neer komt deze gemeente noch zal
moeten betalen f 843,31 Va aan óen gemeen-
schappelijken onderhoud. De voorzitter kan
zijn goedkeuring hier niet aan geven, en
wordt uitvoerig door hem bestreden, dhr.
Wagner toont ook met gegevens aan het
onbillijke van deze regeling, dhr. W. J. Don
kersloot worden ook nog eenige toelichtingen
gegeven en vervolgens verklaren alle leden
zich niet te kunnen vereenigen met het schrij
ven van H.H. Ged. Staten, en blijven bij hun
besluit van 12 Dec., wat h.i. de billijkste
regeling was en zullen andermaal met H.H.
Ged. Staten hierover in onderhandeling treden.
dhr. Wagner stelt ook nog voor de voor
zitter de weg nog eens in oogenschouw zal
nemen, om dan later, als het noodig blijkt,
nog betere gegevens te kunnen aanbieden.
6. Komt in behandeling ontslagaanvrage
van Mej A. de Haas als 1ste onderwijzeres
aan de Openbare School met 1 Mei a.s. het
welk eervol wordt verleend.
De voorzitter vraagt ook de goedkeuring
om een tijdelijke onderwijzeres te benoemen
Na eenige opmerkingen wordt hiertoe be
sloten.
7. De voorzitter deeld mede dat tuinen
aan de Weespad voor de gemeente zijn aan
gekocht voor een som nan ongeveer f 10.150
alle onkosten hierbij gerekend. Wat betreft
de plannen welke voor die grond bestaan,
acht de voorzitter het wenschelijk in geheime
zitting over te gaan.
Na een langdurige zitting wordt de open
bare vergadering heropend, en daar niemand
het woord meer verlangd wordt deze gesloten.
SOMMELSDIJK. Het verbod tot het bakken
van z.g. melkbrood is vanaf heden opgehe
ven.
Donderdag 29 Maart a.s. 's avonds 6
uur zal in het hotel Spee in een openbare
vergadering als spreker optreden, Dr. Bakker
Rijksveeteeltconsulent te Atkmaar, met het
onderwerp„Geitenfokkerij". Geitenhouders
en belangstellenden, worden dringen uitge-
noodigd deze vergadering te bezoeken.
MIDDELHARNIS. Bij de politie alhier is
een gevonden horloge gedeponeerd.
Diegene die flakkeesche eigenheimers
wenschen te betrekken van de gemeente te
gen 6 cent per kilo, doen daarvan opgaaf
Zaterdag tusschen 2 en 4 uur, in de concert
zaal van den heer Meijer.
STAD AAN T HARINGVLIET.* Door den
heer Commissaris der Koningin i/d provincie
Zuid Holland is aan onze vroegeren dorps
genoot, de heer P. Keijzer dienstpl. der lich
ting 1918, thans Ajd. Commies ter Secretarie
van Almelo, vergunning verleend, om zich
voor den Militairen dienst te Almelo te laten
keuren, alwaar hij is geschikt bevonden.
Doordat H. uitgleed viel hij in de sloot
doch door spoedig toegeschoten hulp wist
men hem al spoedig op het droge te brengen,
zoodat hij er met den schrik en een nat pak
af kwam.
De van de gemeentewege aanbestede
grond is gegund aan de firma Keijzer Ghij-
sels voor f 3.05 de M3.
Aan den Gemeentegeneesheer alhier, is
andermaal een verlof verleend van vier maan
den.
Van gemeentewege zijn alhier de z.g.n.
tuintjes gekocht uit de nalatenschap van Mr.
A. J. C. v. Weel teneinde deze voor bouw
grond te bestemmen.
B. had het ongeluk van de plank te val
len, toen hij zich naar zijn schip wou bege
ven waardoor hij ernstige kwetsuren opliep
aan zijn hoofd.
DEN BOMMEL. B. en W. dezer gemeente
maken bekend dat Zaterdag 31 Maart a.s.
tusschen 2 en 4 uur ten huize van den ge
meentegeneesheer gelegenheid zal bestaan
tot kostelooze in- en herinenting.
OOLTGENSPLAAT. Het 3-jarig zoontje van
C. D. B. viel Woensdag in een pot met soep,
en werd zoodanig aan hoofd en handen ge
wond, dat geneeskundige hulp van Dr. Hers
en zuster de jonge noodig bleek.
NIEUWE TONGE. De militie 1918 zal op
Donderdag 12 April a.s. in de O. L. S. No. 1
gekeurd worden te Ooltgensplaat.
DIRKSLAND. Door B. en W. is bekend ge
maakt dat de gewijzigde kiezerslijst van 23
Maart tot en met 21- April voor een ieder ter
secretarie ter visie ligt terwijl verbetering kan
worden gevraagd voor den 15 April a.s.
Bij publicatie is bekend gemaakt dat
aanvragen om jacht- en vischakten zooveel
mogelijk voor den 2 April a.s. bij den bur
gemeester behooren te worden ingediend.
Op de Alg. Verg. der IJsclub „Dirks-
land" op Donderdag 15 Maart, werd door
de Secr. en Penn. verslag gedaan der werk
zaamheden gedurende deze winter.
Uit het verslag der Secr. bleek dat deze
winter werden gehouden, negen Bestuurs
vergaderingen, die drie Algemeene vergade
ringen.
Gedurende ruim vier weken waren voor de
leden en 't publiek uitstekende banen ter
beschikking.
Ook werden gehouden vier Wedstrijden,
waar van de uitslag steeds in dit blad is
medegedeeld.
Van de Wedstrijd van 8 Febr. werd op
last van het Bestuur een fotografische op
name gedaan, inzonderheid van de deelne
mende arren, en werd aan die deelnemers,
die volgens een door het Bestuur gestelde
regel, hiervoor in aanmerking kwamen, een
foto daarvan toegezonden.
Veel succes is verkregen door het aan
schaffen van een eigen tent, tot het opber
gen van kleedingstukken, het aanbinden of
herstellen van schaatsen, doch inzonderheid
als plaats van aanmelding voor leden en
deelnemers aan de Wedstrijden.
Door de draagkracht van het ijs, kwamen
geen ongelukken voor, van de reddingstou-
wen behoefde geen gebruik te worden ge
maakt, ook niet van de verbandmiddelen. Dat
iemand de laagheid begon, zich een der red-
dingstouwen toe te eigen, verdient aller ver
achting.
Door deze welgeslaagde winter is de IJs
club in bekendheid en in ledental zeer toe
genomen, begon deze winter met 54 leden,
nu op het einde bedraagt dit 27 damesleden
en 225 heeren leden.
Het Bestuur, steld de groote medewerking,
die zij deze winter verkreeg, ten zeerste op
prijs.
De groote uitgaven die noodig waren tot
het onderhoud der banen werden voor een
groot deel verligt door de welwillendheid
van dhr. J. Buth; welke voor het opruimen
der sneeuw, gratis een paard beschikbaar
stelde. Dhr. W. Knöps gaf gratis dit paard
winterbeslag.
Behalve deze heeren brengt het Bestuur
hartelijk dank aan de heeren, die de jury
voor het Schoonrijden hebben gevormd, en
aan die leden, die bij de Wedstrijden gehol
pen hebben voor een goede orde.
Zij, die de IJslub financieel gesteund heb
ben, zonder welke het niet mogeiijk geweest
zou zijn, uit te voeren wat nu geschied is,
ook onzen hartelijken dank, inzonderheid dhr.
C. den Hollander, die op zich nam, de ver
schillende lijsten aan te bieden, waarmee hij
veel succes verkreeg.
De rekening der Penn. wijst aan
ONTVANGSTEN
Batig saldo 1913—1914 120,19
Contributie 252 leden 126,50
Vrijwillige bijdrage voor Wed
strijd 27 Jan. 7,50
Inleg Ringrijden 27 Jan. 5,50
Gecollecteerd op „De Vlakte" 16,65
Lijst voor Wedstrijd 3 Febr. 109,75
Lijst voor Wedstrijd 8 Febr. 137,-/-
Lijst voor Wedstrijd 10 Febr. 114,50
Giften niet op de lijsten voorko
mende 28,—
Onvoorziene ontvangsten 9,17
Totaal 674,76
UITGAVEN
Betaald werkloon onderhoud der banen van
21 Jan. tot 27 Jan. 46,81
29 Jan. tot 3 Febr. 85,40
5 Febr. tot 10 Febr. 54,79