ïiïï
©PER
mms
AKER
ERF
SVERF
1ACHINE
CHINE?
i Doel ie DirleU
iank „Bittnf.
Derde Blad.
I
li kers
rksland.
Zaterdag 10 Maart 1017.
ii
ebben een
CHINE
f
CHINE
fen, raden
iet boek met
in titel aan te
!N - KAMPEN
IIESCHELOO. -
No. 2266
LAND- EN TUINBOUW.
w\
af de Pers.
INGEZONDEN STUKKEN.
ISMAN, Voorstraat 88,
laat. 10142
|e t© Donderdag
spreken in plaats van
te 11DDELHARN1S,
10373
i
ZAKLANTAARN met 40
tompleet. Alles 1st Dultsch
3H1LDER1JL1JSTEN in alle
LEN, Van Ivens <S Co.
|skoop twee ORQELS. 1
registers. 1 Amerikaansch
°rima ln orde. Billijke pri|-
10847
JDEN, D1RKSLANP.
ets. de K.G.
Om te krijgen»
ets. de'K.0.
10458
gelden aan leden tegen
Jen op tegen 3% 's iaars,
n.
unnen dageljks worden lan
der leden van het bestuur.
Donderdag- en Zaterdag-
uur. 8790
HOLLEMAN, Dlrksland.
Ifde concur-
Lddelharnis.
INHOOSIGNOWSES
Landbouwverlof aan daglooners e. d.
Van verschillende zijden wordt er met klem
op aangedrongen, dat landbouwverlof, noo-
dig tot bewerking van den grond, in de ko
mende weken zoo ruim mogelijk wordt toe
gestaan, en blijkens officieele mededeeling
is ook een bijzondere verlofregeling getrof
fen om aan de behoefte aan werkkrachten
ten plattelande tegemoet te komen. Dat is
niet alleen een levenskwestie voor den aan
vrager of diens familie, maar ook vooral nu
de nood nijpender wordt door geringen toe
voer van over zee, een landsbelang, 't Is
daarbij zaak terdege toe te zien, dat geen
verlof worde verleend aan militairen die-dit
niet behoevenaan personen, die ook wel
eens een poosje naar huis willen gaan al is
hun hulp daar heel niet noodig en al zijn er
heel geen landbouwwerkzaamheden van be-
teekenis te verrichten, 't Is niet zeldzaam,
dat aanvragen van niet rechthebbenden wor
den ingediend, bevattende geheel onjuiste
(lees: onware) modedeelingen. Daar zouden
we sprekende staaltjes van kunnen vertellen.
Dezer dagen kregen we nog een aanvrage
onder de oogen, waarin verlof werd aange
vraagd voor de bewerking van 30 H.A. grond,
terwijl het desbetreffende bedrijf nog geen
3 H.A. groot is. Zulke aanvragers maken, als
hun bedrog ontdekt wordt, dat de aanvragen
van hun kameraden met argwaan en minder
toeschietelijkheid vaak worden behandeld. Ze
zijn in ieder geval oorzaak, dat anderen, die
werkelijk verlof behoeven, het wellicht niet
kunnen krijgen.
Naast den landbouwer of veehouder, die
zijn bestaan vindt in zijn boerenbedrijf, zijn
er nog velen, die maar een lapje gtond van
een halven of driekwart bunder ofwatgroo-
ter bezitten, waarvan de bewerking voor hen
een levenskwestie is. Wij hebben hier op 't
oog de arbeiders in industrieële ondernemin
gen, daglooners en anderen, die in de op
brengst van dat stuk grond een belangrijk
deel hunner inkomsten vinden. Ook aan de
belangen van deze menschen moet door de
commandanten en de adviseurs met ernst
worden gedacht. Maar er is iets, dat voor
sommigen dier personen het aanvaarden van
het verlof zeer bezwaarlijk maakt. Daar is
al meermalen op gewezen en een adviseur
voor landbouwverloven doet het nu in 't
„Hbld." weer. Namelijk het feit, dat bij ver-
lofverieening de uitkeeri.ng aan de vrouw
wordt ingetrokken.
De man gaat naar hui3, betaalt zelf zijn
reiskosten, de vergoeding wordt niet uitbe
taald. Dat is een verlies, hetwelk voor me
nigeen te zwaaar is en door een week land
arbeid dikwijls in de verste verte niet kan
worden goedgemaakt. De „Hbld."-schrijver
verteld van een arbeider, die aldus voor één
week verlof een schade leed van meer dan
13 gulden. In zulke gevallen moeten de be
langhebbenden dan noode besluiten om het
toch zoo dringend noodige verlof maar niet
aan te vragen. Maar zij kunnen vrije reis
aanvragen, wordt gezegd. Doch behoorlijk
op de voorgeschreven wijze aangevraagde
vrije reis op kosten van het Rijk word! door
sommige (of alle Rijksontvangers gewei
gerd, als in strijd met het bepaalde in L O.
1916 B. 131 onder 3 c., waar wordt vermeid
dat hoofden van ondernemingen of afdeelin
gen daarvan, bedrijven of onderdeeien, zaken
of neringen, voor Rijksrekening mogen wor
den vervoerd van bun standplaats naar hun
woonplaats en omgekeerd, ingeval zij van
bijzondere verloven gebruik maken. Deze be
paling wordt niet van toepassing geacht op
bedoelde soort aanvragers. En wat zien we
derhalve? Dat een timmermanszoon, werk
zaam in het bedrijf van z'jn vader bijzonder
verlof met vrij vervoer krijgt, een winkeliers-
zoon dito dito, en een bakkerszoon, behulp
zaam in de bakkerij van zijn vader, eveneens.
Echter niet bedoelde arbeiders, voor wie het
bewerken hunner akkers ten deele een levens
kwestie is. Is dat billijk Onzer inziens niet.
C. B.
r°
In de laatste week is in de Tweede Kamer
een 4-tal kleine wetsontwerpen aangenomen,
terwijl van de Staatsbegrooting Marine, Wa
terstaat en Oorlog werden behandeld.
Het eerste wetsontwerp betrof een subsidie
aan de .waterleiding. Maatschappij Tholen.
Het tweede een onteigening te Leeuwarden
ten behoeve der algemeene begraafplaats.
Het derde ter beteugeling van den smokkel
handel en het vierde tot oproeping van de
lichting 1918. Alleen over 't laatste 2-tal
ontwerpen zullen we eenige gemaakte op
merkingen weergeven.
In een der laatste overzichten „Uit de Pers"
is in ons blad reeds de schrikkelijke omvang
van dit kwaad weergegeven nl. van den smok
kelhandel.
De Minister betoogde, dat er een onduld
bare toestand was geschapen. Dat duizenden
en duizenden aan goederen over de grenzen
worden gebracht, die natuitrlijk aan al de
inwoners van ons iand worden ontstolen,
waardoor wij in een zeer moeilijke econo
mische positie komen. Bovendien ontstaat
een toestand van verwildering en demorali
satie onder de smokkelaars. Al de tot nu toe
genomen maatregelen hebben nog niet mogen
baten.
Eerst is dat gedeelte van ons land dat aan
't [buitenland grenst in staat van beleg ver
klaard. Daardoor hgeft de militaire autoriteit
allerlei verordeningen kunnen uitvaardigen,
waardoor 't vervoer yan goederen, daar op
gestapeld om over de grens te worden ge
bracht, schadeloos kon worden gemaakt.
Daarna heeft men belet, dat uit het instaat
van beleg verklaarde grensgebied vreemde
lingen smokkelwaar zouden komen haien om
over de grens te brengen. Dit i3 geschied bij
militaire verordening van 10 Januari, waar
door vreemdelingen worden verhinderd over
de grens te komen zonder pas en zonder
middel van bestaan. Komen zij toch over de
grens, dan worden zt: aangehouden, uitgeleid
en overgegeven aan de autoriteit van het
buitenland. Dit heeft een zeer groot effect
gehad, 't Gevolg van den laatsten maatregel
was o.a., dat in den lateren tijd de smokke
larij van buitenlanders, al is het niet geheel,
voor een groot deel is opgeheven.
Betrapte Duitschers worden teruggezonden''1
met de waarschuwing, bij herhaling te zullen
worden in hechtenis gesteld. Daartoe wordt
ook hun signalement genomen. Daardoor is
de prijs der levensmiddelen in de grensstre
ken weer normaal geworden. Alleen met onze
Nederlanders-smokkelaars gaat 't nog niet
naar wensch. De mogelijkheid eener straf
vervolging schrikte de duizenden niet af, ten
eersten, omdat niet elk geval kon worden
gestraft, zoodat velen straffeloos bleven, maar
ten anderen lag de straf ln een verwijderd
tijdperk en werkte daardoor niet voldoende
afschrikwekkend. Daarom wil de Minister ze
direct gevangen houden en 't als een misdrijf
beschouwen, waarop als maximum een ge
vangenis van vier jaren of meer is gesteld.
Alle voorwerpen zullen worden verbeurd
verklaard, ten aanzien waarvan de rechter
beslist, dat zij geacht moeten worden voor
het goed, waarvan de uitvoer, het vervoer
verboden was, geheel of gedeeltelijk in de
piaats te zijn getreden, (dus pok het geld)
en ook alle voorwerpen, „door middel van
het misdrijf verkregen of waarmede het mis
drijf is gepleegd".
Het is algemeen bekend, dat al die men
schen wier paarden, wagens en kruiwagens
worden gebruikt, doen alsof zij overigens van
het misdrijf niets afweten en er niets mee te
maken hebben.
leder moet nu maar beter op zijn paard,
wagen of kruiwagen passen.
Het laatste ontwerp „maatregelen betref
fende de lichting 1918" vond nog al tegen
kanting.
Terwijl bij de lichting 1917 de vrijgestel
den bij den landstorm zijn ingedeeld; wil
Z.Ex. nu de lichting 1918 geheel als militie
doen opkomen. Deze heele lichting wil hij
dan over het heele leger vefdeelen. Op
clandestine wijze voert men zoo de algemeene
dienstplicht in. De vrijstellingen wegens broe-
derdienst zijn ingesteld in het belang der
gezinnen, opdat die kunnen blijven bestaan,
opdat de vader zich bij zijn werk kan doen
bijstaan door zijn zoons en hun opleiden tot
zijn beroep. Ook wilde men de gelegenheid
laten om door de verdiensten der oudere
zoons mede te zorgen voor de opvoeding der
jonge kinderen. Nu komt de minister dit met
één pennestreek voor de lichting 1918 af
schaffen. Waarom ook niet voor de lichting
1919 en 1920? Als hij nu wordt ingevoerd
kan men gemakkelijk den maatregel besten
digen voor alle volgende lichtingen.
De Minister zal zich beijveren na de mo
bilisatie de scheiding tusschen militair en
landstorm bij wettelijke regeling te herstellen.
Vele heeren, van de A. R. c. R K. afge
vaardigden, zagen ook de wenscheljjkheid
niet in, om het leger zou sierk uit te brei
den, terwijl aan organisatie in aanvoering
nog zooveel ontbreekt. Het meeste noodige
in den modernen oorlog, nl. artillerie en
vliegmateriaal heeft Z.Ex. zich niet kunnen
verschaffen. Ook kan niet worden geoefend
in grootere verbanden. Waartoe nu zoo'n
65,003 man noodig zijn Eerst.als de orga
nisatie, enz. In goede orde is, kan een nieuwe
toevoer van manschappen nut opleveren.
Het meest ernstige bezwaar was, dat zoo
weinig ernst gemaakt werd met 't bestrijden
der zedeiijke achteruitgang. Bij de tuchtklasse
in Hoorn werden in 1916,1002 man geplaatst.
Gemobiliseerden, die overeenkomstig hun
levensbeschouwing daar niet behoorden, wor
den direct of indirect verplicht de meest
walgelijke» vertooningen bij te wonen en de
meest schunnige liedjes aan te hooren, (in
den circus te Amsterdam).
Aan den Minister zijn strenge bepalingen
gevraagd tegen het vloeken. De Minister
blijft echter doof op dit punt.
Ook op het punt van het waken tegen
Zondagsontheiliging door dienst of reizen.
Hoe kan het nu geoorloofd zijn, de jongelie
den Indien overgangstijd aan de beschermende
sfeer van het gezinsleven te onttrekken, in
De Nederlander heeft Dr. Kromsigt de be
zwaren tegen 't voorstel van den Minister
ontwikkeld.
De minister werd boos, stelde de porte-
feuille-quaestie en heeft door een paar han
digheden zijn zin gekregen.
De heer Duijmaer van twist zou wel eens
willen weten wat een batterijcommandant
zou zeggen, als 3/i v<*n de batterij weigerde
om dienst te doen bij een vertooning in het
Stadion en aldus mee te doen aan die Zon
dagsontheiliging. Hoe zou het later zijn, als
die menschen om permissie of een gunst
kwamen vragen.
Het standpunt van den Minister in deze
materie is dat een ieder zich maar moet
gedragen naar de levensbeschouwing van den
Minister. Gemobiliseerden van andere levens
beschouwing worden door den Minister niet
als vol aangemerkt. Hun belangen gaan hem
niet aan. 't Ministers lijforgaan.
De Soldatencourant die reeds een ton gouds
aan de schatkist heeft gekost, wordt niet
gelezen, maar wordt eenige steun gevraagd
voor militaire weekbladen, dan wordt dit
geweigerdzij zijn niet noodig volgens den
Minister. Voor de militaire ontspanning is
reeds 5'/s ton beschikbaar gesteld, ongeacht
de groote sommen uit kantinefondsen. Doch
voor de Militaire Tehuizen werden slechts
in 2'/j jaar f 42.000 beschikbaar gesteld.
De heer Ter Laan (Den Haag) verklaarde
„zonder meer gegevens zullen spreker en zijn
vrienden hun stem aan 't ontwerp in geen
geval kunnen geven".
De heer Marchaut meende „dat het 't beste
zou zijn, dit ontwerp te verwerpen, of de
behandeling daarvan te schorsen, want het
schijnt hem niet mogelijk, dat aan de bezwa
ren door amendeering kan worden tegemoet
gekomen".
En toch is 't ontwerp zuiver links tegen
rechts aangenomen. Alleen de heerende
Savornin Lohman, Snoek Henkemans en de
Visser stemden ook voor. Een paar handig
heden hebben de linksche heeren voor 't
ontwerp gewonnen.
De Minister van Oorlog, de beer Bosboom,
verklaarde
„De heer Duymaar van twist is voor
den dag gekomen met een oude geschie-_
denis in een blaadje, genaamd de Midder
nachtzending. Spreker kende dat blaadje
niet, maar dit stuk heeft spreker het woord
op de lippen gebrachtwat een schunnig
blad is dat! De besproken zaak is in alle
bijzonderheden onderzocht, en ten slotte
heeft de redacteur zijn excuses aangeboden".
Groote vroolijkheid bij de heeren links.
Van achteren blijkt dat er r.ooit excuses
zijn aangebodenwat ook reeds door den
Minister is erkend. En nu de tweede zet:
Even later verklaarde de Minister aangaan
de die walgelijke vertooningen
Toen hier de klacht van den heer Arts
is ingekomen, bemerkte spreker, dat tege
lijkertijd datzelfde stuk hier in den Haag
gespeeld zou worden.
Spreker kon zelf niet naar die voorstel
ling gaan, omdat hij zijn tijd wel beter kon
gebruiken.-Spreker vroeg een officier, een
eerzaam huisvader, die opgaat in zijn werk
en in zijn gezin een man is, voor wien
spreker in ieder opzicht kan instaan, daar
heen te gaan.
Spreker vroeg den volgenden dag, hoe
het stuk was. Hij zeideExcellentie, ik
heb wel voor een maand gelachen".
Spreker zeiNeen, neen, daar gaat het
niet om. Was het stuk onzedelijk?
Onzedelijkzeide hij toen. Neen, Excellen
tie. Of, ja toch
„Het stuk was onzedelijk voor hem, die
zelf onzedelijk denkt of onzedelijk is".
Uitbundige blijdschap bij de heeren links.
De algemeene beschouwingen worden ge
sloten en 't wetsontwerp met 46 tegen-24
stemmen aangenomen.
Later verklaarde de minister, dat de bedoe
ling om iemand, wien ook, te beleeaigen niet
aanwezig was en hij bereid is zijn leedwezen
uit te spreken als er iemand is geweest, die
zich daardoor beleeaigd gevoelde.
Gelijk de heer Arts afging op anderer oor
deel, zoo ook zond spreker er een ander heen.
Daarom kon hij spreken van verschil van
appreciatie.
Bij de Marine-afdeeling i3 over't personeel
en 't materieel lang gedebateerd.
De Minister van Marine verklaarde, dat in
een klein land als 't onze van militairisme
als macht in den Staat geen sprake kan zijn.
Er bestaat geen militairisme, maar wel is er
anti-militairisme. En dat, acht Z.Ex. een
nationaal gevaar, omdat het de weerbaarheid
van ons land verzwakt. Dat anti-mililairisme
uit zich in ons land door een gemoedelijke
zorgeloosheid en ontkenning van gevaar;
slapheid in de uitvoering van gegeven voor
schriften, instinctmatigen afkeer van gezag
en tucht. En spreker waarschuwde vooral
tegen dit anti-militairisme ais politiek wapen,
waaraan de S. D. A. P. zich zoo vaak schul
dig maakt.
Als de organisatie der matrozen een anderen
koers wil uitgaan, laat zij dit dan toonen
b.v. een jaar lang. Geschiedt dit, dan wil
Z.Ex. aan zijn kant trachten door middel der
staf-officieren aanraking te zoeken met de
organisatie. Men moest zich evenwel nooit
voorstellen, dat een ander gezag aan boord
zich kan doen gelden.
De toestemming zou alleen betrekking heb
ben op huishoudelijke, administratieve zaken.
Een toestand, dat naast den commandant
aan boord een ander gezag zou ontstaan, is
absoluut onmogelijk.
Dit alles "is naar 't hart der A. R. gespro
ken.'Jammer was dat de toezegging tot ver
betering van loon op de werven naar veler
meening zeer onbevredigend was. Alle voor
stellen tot verbetering der salarissen werden
telkens afgewezennu eens met verwijzing
naar 't landsbelang, dan weer met de distri
butie van levensmiddelen. Men is dus over
tuigt, dat de normale tijden te weinig wordt
betaald.
De Minister bleek een groot vriend van
gymnastiek en sport te zijn zoowel voor zijn
eigen als voor de manschappen.
Hij zal op de vloot dan ook de Zweedsche
gymnastiek, lichamelijke oefening, (niet de
Duitsche), naast de sport trachten in te voeren.
Aangaande 't materieel had de heer Bichon
van IJselmonde een 6-tal voorstellen inge
diend, om gezamenlijk 9 millioen te schrap
pen, om vooral de 3 kruisers uit 't ontwerp
te nemen.
De socialisten stonden aan de zijde van
den voorsteller. De A. R. club verklaarde
zich bij monde van den voorz. voor de krui
sers, inzonderheid met 't oog op Indië. Hij
wilde de beschikbare middelen gebruiken
voor een vloot van klein materieel met
krachtige verkenntngskrui3ers, Men zou voor
deze 175 millioen kunnen krijgen een 8-tal
kruisers, 50 onderzeebooten en 20 torpedo
jagers. Hoe zuilen de kosten voor den vioot-
bouw worden verdeeld Zullen de kosten
alleen worden gedragen door Indië of ook
door 't Moederland?
De Minister verklaarde, dat de helft
op de Nederlandsche begrooting komt
en de andere helft op de Indische, terwijl
van de Nederlandsche helft nog slechts 6O°/0
uit de gewone middelen zal worden betaald.
Een groote meerderheid heeft den Minister
de kruisers toegestaan.
Bij de behandeling van de afdeeling Oor
log bleek, dat er veel in ons leger niet in
orde is, Van allerlei richting werd geconsta
teerd, dat de weerbaarheid van ons land is
verminderd; de opleiding niet in orde; de
inrichting, de oefening en de slagvaardigheid
van 't leger is verslechterd, 't verband tus
schen de wapens moet geheel zijn verdwe
nen. De officieren hebben 't vertrouwen in
de leiding verloren. Wat ons leger aanbe
langt, zal men later van weggeworpen milli-
oenen spreken. Artillerie en vliegtuig ont
breken, maar manschappen worden steeds
meer aan den maatschappelijken arbeid ont
trokken. En die mannen worden maar matig
verzorgd. Er was geen verschil tusschen
Duys en Notens, Duymaar van Twist enter
Laan. Maar toch met eetug onderscheid.
Als van de ministerstafel/beweerd werd,
dat de geneeskundige verzorging niet in orde
is, dan neemt ook links daar maar niet ge
noegen mee. Dan is het Excellentiemet uw
verlofmaar gij zijt niet op de hoogte
met den werkelijken toestand
Allerlei feiten werden opgesomd. Wanneer
men door t slapen op killen grond gewrichts-
rheumatiek verkrijgt en tengevolge daarvan
sterft
wanneer een officier een briefje zendt door
middel van een soldaat, die door den ma
joor maar eens reusachtig moest uitgevloekt
worden
wanneer een onderofficier met 3 kinderen,
een oppassend man, voor zich moet laten
collecteeren om zijn kind te begraven
wanneer men moet salueeren voor den
automobiel van den opperbevelhebber!
wanneer men spreekt van een mooie zwarte
parade uniform
dan is men eenstemmig in zijn afkeuring.
Eu dat is correct. Onze jongens moeten wij
geven. De dienst des lands eischt het. En
dan mogen wij toch eischen, dat er zooveel
dit kan voor hun lichamelijk welzijn alle
zorg worde gedragen.
Maar komen er nu zedelijke en godsdien
stige belangen ter sprake. Dan wenkt de mi
nister in orde. Maar de Rechterzijde volgt
dezelfde methode, komt met feiten, beroept
zich op dingen, die ieder weet, vraagt met
aandrang dat er voor de gezondheid der zie
len evenzeer gewaakt worde als die des
iichaams.
En dan. Zeker er zal voor de zedelijke en
godsdienstige belangen der militairen worden
gewaaktmaar allen zooals Links dit
opvatdoor ze in de schouwburg te
brengen en te laten lachen om het spektakel
„tusschen 12 en 1 uur. 'snachts! dit is
vrijzinnig-zedelijke opvoeding en wie
van zoo'n tooneelzwijntje vies is die
is zelf een immoreel mensch. En Links roept
Bravo
Dan geeft ze f 100.000 voor 't partijblad
de Soldaten-courant uit, de Chr. bladen krij
gen geen steun. Tegen 't vloeken worden
geen afdoende maatregelen genomen. Op
Zondag worden er sport en andere demon
straties gehoudenhet verrichten van niet
noodzakelijken arbeid wil Z.Ex. niet tegen
gaan. De verloven wil hij niet zoo stellen,
dat niet op Zondag moet worden gereisd.
Uit alles bleek evenwel, dat de Minister
volkomen te goeder trouw is. Volstrekt niet
ongeneigd, om voorschriften te geven of te
vernieuwen, die zedelijkheid en godsdienst
zin in 't Leger bevorderen kunnen.
Maar wat is 't geval?
Het Leger krijgt zoo zelden of nooit den
indruk, dat dit nu hooge en heilige ernst is
en zoo gaan de slechte elementen on
der officieren en minderen gewoon hun gang.
Zoo zijn en blijven er „vloekbeesten", on
danks aile papieren bepalingen. En veie „hoo-
geren" nemen eenvoudig hun eigen begrip
pen van godsdienst en zedelijkheid ais maat
staf voor het gedrag in 't leger.
Adres aan den f fficier, die door den mi
nister naar den schouwburg gestuurd werd
eh in 't leger slaan zich natuurlijk allen die
't met de geboden zoo nauw niet nemen op
de dij en hebben „de grootste lol", dat de
uitgestreken Farizeën zoo kapitaal op hun
kop gekregen hebben, dat zal ook nu 't
practische resultaat van de bespreking der
oorlogsbegrooting zijn.
Zorg voor 't lichaam.
Bij ons gaat de geestelijke zorg voorop.
Doch naast en na de zorge voor onderwijs
en kunst, voor zedelijkheid en godsvrucht,
wil elk rechtgeaard Christen ook voor 't
lichaam en 't stoffelijke werken.
In ons land waar de officieele wetenschap
slechts iets voelt voor de allopathie ontstaat
langzamerhand een beweging, ten einde aan
deze alleenheerschappij, zeer ten voordeele
van de gezondheid, een einde te maken.
Zooals bekend is werd in 1913 door Mr.
S. van Houten, Jhr. Mr. R. O. van Holthe tot
Echten en Mr. J. A. van Hamel namens vele
anderen een adres aan de Koningin gericht,
waarin om wijziging werd gevraagd van de
geldende wettelijke bepalingen ten einde
meer vrijheid te scheppen voor de uitoefe
ning van de geneeskunst.
Op verzoek van den Minister van Binneni.
Zaken heeft thans de Centrale Gezondheids
raad een advies uitgebracht.
Door de heeren Van Houten c.s. was de
wijziging nader omschreven, als zij zeiden
Wat theoretisch en practisch van Over
heidwege noodig is, is dit:
1. de menschheid vrij te laten behandeling
te zoeken daar, waar zij zulks wenscht en
leniging of genezing van kwaien meent te
zulien vinden;
2. te waken tegen misleiding, misbruik van
vertrouwen, aannemen van valsche titels,
speculatie op de onwetendheid van het pu
bliek
3. Strafvervolging van onverantwoordelijke
„kunstfouten" en benadeeling van lijf of ge
zondheid van anderen, door onbekwaamheid
en onvoorzichtigheid in beginsel gelijkelijk
voor artsen en niet-artsen.
4. Zorg voor behoorlijke deskundige op
leiding en examineering voor bepaalde beroe
pen (arts, tandarts, vroedvrouw e.a.)
De Centrale Gezondheidsraad is tot de
conclusie gekomen, dat de wet van',1865, die
de uitoefening der geneeskunst alleen aan
volgens de wet bevoegden veroorloofde, een
wassen neus is gebleken. (D^or haar ketter
jacht heeft ze het zich bedienen vanelectri-
citeit met 't toestel van Dr. Aiimonda wel
aardig beteugeld.) Ook is de raad niet blind
voor 't feit, dat de rechtsovertuiging op dit
punt in breede lagen der bevolking een an
dere is geworden dan die, weike aan de wet
van 1865 ten grondslag slag. Het genezen of
verlichten van ziekte en kwalen bij een me-
demensch kan toch op zichzelf geen straf
waardige handeling zijn.
De meerderheid uit den Gezondheidsraad
stelt daarom voor:
I. Een nieuwe regeling te ontwerpen,
waardoor tevens aan het verzoek van adres
santen, om vrijheid van geneeskunstoefening
ook voor hen, die niet de wettelijke examens
hebben afgelegd, zou kunnen worden vol
daan. Hiertegen bestaat naar 's Raads mee
ning, met het oog op de belangen van de
volksgezondheid geen enkel bezwaar. Dan
toch zouden die belangen veel beter be
schermd worden dan Ihans, nu de wet een
bijna doode letter is, terwijl tevens bevre
diging zou worden gegeven aan hen,wiei
rechtsoveituiging door het bestaande art.
1 der Wet van 1865 wordt gekrenkt.
II. Met den wensch der adressanten naar
zorg voor behoorlijke deskundige opleiding
en examineering is de Raad het natuurlijk
eens. Ook strafvervolging vanl onverant
woordelijke „kunstfouten" ook van artsen,
acht de Raad uit een oogpunt van volks
gezondheid 1zeer aanbevelenswaardig. Hij
zou dan echter niet alleen door strafver
volgingen onbekwaamheid en onvoorzich
tigheid willen weren, maar ook wettelijk
ingestelde artsenkamers met ruime bevoegd
heden tot het oefenen van toezicht, zooais
die in het buitenland werkzaam zijn, van
groot nut achten.
III. Verschillende niet wettelijk toege
laten geneeskunstoefenaren, overtuigd van
de doelmatigheid van de door hen toege
paste methodes, hebben aan's Raads Com
missie den wensch kenbaar gemaakt, dat
deskundigen zich zouden vergewissen van
de resultaten, die zij meenen te bereiken"
Het wil den Raad voorkomen, dat het in
derdaad nuttig zou kunnen zijn, wanneer
een daartoe bekwame commissie dergelijk
onderzoek instelde. Derhalve meent de Raad
den Minister te mogen adviseeren het tot
stand komen van een commissie tot dat
doel te bevorderen. De Raad betwijfelt niet,
of menige, nu schijnbaar wonderlijke ge
nezing zal dan een zeer natuurlijke verkla
ring vinden, terwijl anderen naar het rijk
der fabelen worden verwezen. Maar mis
schien zal ook blijken, dat er nog heilzame
geneesmethodes zijn, waarvan tot heden niet
voldoende gebruik werd gemaakt.
Een minderheid uit den Raad, bestaande
uit den voorzitter, Dr. W. P. Ruysch, den
hoofdinspecteur voor N. Brabant, Gelderland
en Limburg, Dr. J. C. i. van der Hagen en
Dr. H. Wefers Bettink van Utrecht, kan zich
met dit advies niet vereenigen en heeft haar
afwijkend gevoelen in een nota neergelegd.
Deze 3 heeren vreezen voor nadeelige ge
volgen, o.a. belangrijke uitbreiding van het
aantal kwakzalvers en andere onbevoegden
en als gevolg van dien, niet tijdige herken
ning van besmettelijke ziekten. Naar hun
overtuiging kan van de tegenwoordige wet
geving vooral bij meer energieke toepassing
zoowel preventieve (voorbehoedende) als re
pressieve (tegenwerkende) kracht uitgaan.
Dusflinker doorzetting van de ketterjacht.
Het schijnt dat deze heeren toch eenig
gevoel hunner onmacht krijgen en voor de
macht der feiten gaan bezwijken. Want:
Intusschen erkennende, dat de mogelijk
heid niet is uitgesloten, dat in sommige
gevallen genezing kan worden verkregen
langs andere wegen en methoden dan door
de wettelijk bevoegde geneeskundigen in den
regel worden gevolgd, achten zij een nader
onderzoek, als door de Commissie uit den
Centralen Gezondheidsraad in haar advies
voorgesteld, gewenscht, ten einde, wanneer
dit onderzoek bevredigende uitkomsten op
levert, nader worde overwogen, onder welke
voorwaarden en tot welken omvang aan
personen te goeder trouw, die blijkens af
gelegde proeven van bekwaamdheid alsdan
zullen blijken daarvoor in aanmerking te
mogen komen, het recht ware te verleen en,
de geneeskundige praktijk of een gewezen
deel daarvan uit te oefenen.
Tot dusverre 't rapport. Als 't nu maar
weer geen kapstok wordt. Laat de regeering,
als ze de volksgezondheid zoekt daarom
maar spoedig die onbevoegden openlijk op
roepen voor onpartijdige commissien ten
einde de resultaten te doen onderzoeken. Het
zal haar dan spoedig blijken, dat er behalve
de allopathie nog andere geneesmethoden zijn.
f!
1;
De copie van Ingezonden Stukken, die niet ge
plaatst zijn, wordt niet teruggegeven.
Buiten verantwoordelijkheid van Redactie
en Uitgever.
Mijnheer de Redacteur I
Mag ik u beleefd vragen een klein plaatsje
in uw blad voor de brief welke ik den 4
Maart j.l. ontving, als volgt
L. S.
Het zal u bekend zijn dat voor de distri
butie van pluimveevoeder een nieuwe rege
ling is getroffen, die zeer zeker ten goede zal
komen aan de leden der V. P. N.
in het vervolg zal alleen pluimveevoeder
worden verstrekt op pluimveeftaarten waarop
ieder lid afzonderlijk het aantal stuks pluim
vee wat door hem gehouden wordt, moet
worden ingevuld.
Het is thans van het grootste belang voor
de V. P. N. dat alleen leden en zij die nog
als lid wenschen toe te treden, hun voeder
van ons betrekken.
Wij zouden u daarvan als Secretaris willen
verzoeken zoo spoedig mogelijk alle leden
een kaart te verstrekken en hem er op te
v/ijzen dat zij voor hun kuikens hetzelfde
rantsoen ontvangen als voor volwassen kip
pen, zoodat het voor hen aanbeveling ver
diend zooveel mogelijk te broeden.
Wij raden u aan zoo spoedig mogelijk kaar
ten aan te vragen, door de leden in te vul
len en spoedig die retourneeren aan 't bureau
van voederaankoop te Amersfoort.
Aan dit laatste is door mij direct voldaan.
Met dank voor de plaatsing.
De Secretaris V. P. N.
Mijnheer de Redacteur
Mag de ondergeteekende van een beschei
den plaatsje in uw blad gebruik maken om
de aandacht te vestigen op de in dit nummer
geannonceerde vergadering te Helievoetsluis,
waarin de heer J. Jansen van Vlissingen,
doel en streven van de Gereformeerde Ver-
eeniging voor Drankbestrijding hoopt uiteen
te zetten Er is zeker nooit een tijd geweest,
waarin de oogen van duizenden en nog eens
duizenden zóó zijn opengegaan voor de ont
zettende beteekenis van het alcoholisme en
van het mededoen aan de drinkgewoonten
als dezen oorlogstijd. Alle volkeren toonen
in de maatregelen, die tegen het alcoholge
bruik genomen worden, de waarheid van de
woorden van Dr. A. Kuyper„het alcoholisme
vermoordt de volkeren, het ontreddert de
nationale levenskracht."
De strijd ailerwege nu aangebonden, moet
na den oorlog voortgezet. Niet slechts de
regeeringen, maar de volkeren zelf moeten
den alcohol uitbannen. Aan die beweging
moet leiding worden gegeven. Dat wil de
Geref. Vereen, van Drankbestr. doen. Zij heeft
hare beginselen zoo zuiver en scherp moge
lijk belijnd en roept allen, die de Gerefor
meerde belijdenis eeren, op om in hare orga
nisatie mede te strijden. In elke plaats waar
Gereformeerden wonen,moet deze Vereeniging
door een afdeeling worden vertegenwoordigd.
Dringend noodigt daarom het hoofdbestuur
dezer Vereeniging alle Gereformeerden in
Helievoetsluis en omstreken op, deze verga
dering bij te wonen en ernstig te overwegen,
of het ook niet hunne roeping is in dezen
strijd mede te doen.
Met beleefden dank voor de plaatsing,
M. de R.
Namens het Hoofdbestuur
der G. V. v. D.
Amsterdam, 5-3-' 17.
J. MINDERAA.
i 1
i 18
f'