Woensdag 21 Juni 1916
318te Jaargang N° 2191.
voor de Znidhollandsclie en Keeuw§ehe Eilanden.
Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
W. BOEKHOVEN.
Anders dan een andere
Burgemeester
Da's wat moois.
Een onverdiend standje.
LAND- EN TUINBOUW.
UIT DE PERS.
Deze Courant versohijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fir. p. p. 50 Cent bij vooruitbetaling.
Buitenland bij vooruitbetaling ƒ4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
SOMMELSDIJK.
&dvertentiën 10 Cent per regel en maal. Reclames SSO per regel-
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */s maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die an besla**
Adrertentiën worden ingewacht t'ot Dinsdag- en Vrijdagmonewn M> nr
AJIe «takken voor de Hedaetle bestemd. Adverientié» ei» verdere AdniInlHirotle nrnniMi tor tt* «enden aan den t l*«*
Voorshands weigeren we al zulk beweren
'-*
tsrmwrm
VelefooM Iatereoue. Mo.
In esn Vrijt, blad stond dezer dagen, naar
aanleiding van een Standaard-artikel over
Mr. Hovy, burgemeester van Loosduinen,
wiens naam ondér de candidaten voor de
Staten nergens voorkomt, wat door de Stan
daard niet aardig gevonden was; in dat
Vriji. blad komt daarover dit nijdige stukje
Anders dan liberale burgemeesters, zoo
schrijft de Asser Courant, zijn Antirev.
burgemeesters gewoonlijk tevens propa-
gandisten voor hun partij. In zooverre
is zulks niet te verwonderen, omdat bun
burgemeesterschap vaak een belooning
is voor bewezen diensten aan de Anti
rev. partij en meteen een aanmoediging
voor verdere propaganda.
En 't lieve Vrijt.blad, dat't bovenstaande
uit de Asser Ct, haalt, voegt er nog heel
scherp dit moois aan toe:
Christelijke deugd of Antirev. propa
ganda wordt tegenwoordig beloond met
baantjes en Statenzetels.
Het staat das zóó, volgens die twee
Vrijzinnigheden
Antirev. burgemeesters drijven propa
ganda voor Rechts.
Dit burgemeesterschap ontstond uit hun
propaganda en drijft er toe.
Baantjes en Statenzetels zijn daar
enboven, d.i. door en na die propaganda
hun deel en loon.
Liberale burgemeesters kregen hun postje
anders en zijn geen propagandisten.
Welke angel steekt er in dit stukje? Wat
is dit »anders«?
Wel, de liberale burgemeesters kregen
hun postje, omdat zij tot 't denkend deel
behoorden; zij waren de mannen, die alleen
om hun bekwaamheid en geschiktheid wer
den benoemd. De rechtschen slechts als be
looning voor hun propaganda. Geschiktheid
en bekwaamheid moest hen worden ontiegd
die bleken alleen 't eigendom van Links te
wezen.
We willen eens iets meedeelen. Tijdens
't Kuyperkabinet waren er in Friesland 43
burgemeesters, waarvan 36 liberaal en 7
rechts. In Overijsel waren er toen 61 bur
gemeesters, waarvan 46 liberaal en 15 rechts.
In de overige provinciën dito of naar ver
houding nog slechter.
Maar is er wel één zot, die gelooft, dat
de bekwaamheid der liberalen zich ver
houdt tot die der Rechtschen als 36 tot
7 of 46 tot 15.
Meent en gelooft nu waarlijk één Vrij
zinnige op Flakkee, dat de liberale burge
meesters, die hier zijn, benoemd zijn, om
dat zg toen de eenig geschikte en bekwaamste
candidaten waren. Ze glimlachen met wat
spot, als je dat zegt. Ze kern en de toe
standen toch? Ze kennen toch hun eigen
burgemeesters ook wel van huis uit, en
Van haver tot gort. En als ze 't met weteu,
Willen we met genoegen eenige mededee-
lingen doen ovèr 't burgemeesterschap te
i Middelharnis, Ooltgenspiaat, Dirksland en
Ouddorp, met de jaren en omstandigheden
er bij.
We zouden dit niet schrijven, als dat
Vrijzinnige Blad1 met zijn »anders dan*
niet een lak legde op de geschiktheid en
bekwaamheid onzer antirev. Burgemeesters;
en 't komt ons voor, dat de stembus op
Flakkee, en met name in de dorpen Som-
melsdijk en Middelharnis, heeft aangetoond,
tat men daar op een antirev. burgemeester
een anderen kijk had dan men van Links
op zulke menschen poogt te slaan. Ons
dunkt, dat de cijfers toch welsprekend
waren. En 't komt ons ook voor blijkens
de cijfers, dat men in Herkin gen en Melis
sant, in de Plaat en in Stellendam, in
Goeree en Ouddorp, waar lib. burgemeesters
zijn, gansch geen bezwaar had om de ge
schiktheid van een antirev. burgemeester
hoog te achten.
We willen maar zeggen, dat men ons
met die ongeschiktheid en onbekwaamheid
van Rechtsche burgemeesters, zooals die in
dat Vrijz. Blad aau de kaak gesteld wordt,
maar stillekens van 't lijf moet blijven.
Rechts* worde niet al te veel geschopt!
Maar daarbij? Zijn liberale burgemeesters
geen propagandisten En we hboren bur
gemeester Van Vessem, te Ouddorp, schater
lachen om den onnoozelen hals, die gelooft,
dat hij, Zijn Edel Achtbares vingeren in
onschuld wascht. Hij, Pilatus? Hij proest
het uit vau de lach, als je dat eens tegen
dien zoo goedigen en weiwillenden man
zei. Hij, Pilatus, wasschend in onschuld
zijn handen, dat hij niet propageert in zijn
Gemeente. Neen maar, we weten ook waar
Hannes de mosterd haalt 1 't Is maar de
vraagwat noem je propaganda en hoe
pakt je dat aan?
Eu ja, het moet ons uit de pen, dan
zijn er liberale, burgemeesters, die dat pro
pageeren b.v. om een goeie liberale kiezers-
l$st te krijgen toch zoo fiju kennen, haast
beter dan een Rechtsche. Meer bekwaam,
ja gewis! d.i. om er liberalen op te krijgen>
Zoon liberale propaganda van xoo'nlib.
burgervader is niets opvallend; ziet u:dat
is stille propaganda. Je merkt dat zoo niet
als je geen vier oogen hebt en vier ooren.
Dat gaat zoo maar stiekum. Maar onder-
tusschen. Laten we mekaar nu geen Mietje
noemen, maar de lib. burgèmeesters van
Flakkee zijn op dat punt ook goochem. Ze
hakken ook niet met een bijl zondersteel.
En gelijk hebben ze. Laten de Rechtsche
burgemeesters daar ook maar eens aan
denken, als ze het kunstje nog niet kennen
Dat kunstje? Ja die »BtilIe« propaganda
met een kiezerslijst.
Doch genoeg. Late men ophouden met
die schimpscheuten op onze mannen. Er is
een historie. Eu er is een heden ook der
Vrijzinnigheid. Da's genoeg.
In 't Rott. Nieuwsblad van Maandag ld
Juni staat dit:
NUMANSDORP.
Donderdagavond is door het militair
muziekcorps van Ooltgenspiaat, aan den
heer J. Vlielander alhier, eene serenade
gebracht, in verband met zijn herkiezing
als lid van de Prov. Staten
Das wat moois Een militair muziek
corps gaat eeu serenade brengen aau eeu
politiekof a's politiek man, gekozene En
nu hindert t ons niets dat dit corps bij
den he^r Vlieiander gaat spelen op een
anderen tyd, maar in geen geval om hem
op Donderdagavond na afloop van de stem
ming in 't district Beariaud, te gaan hul
digen. Dat is zoo'n onbehoorlijke &aad
tegenover de Rechtschen; zoo iets uitda
gends en dat door militairen, die in dezen
absoluut geen kleur te bekennen hebben
als militiedat we geneigd zijn den Op
perbevelhebber er mee in kennis te stellen.
Een militair muziekcorps heeft noch voor
Links, noch voor Rechts te salueeren. En
we zouden den Commandant van 't fort
willen vragen, vanwaar hij zijn intructie's
haalt om bij een verkiezing zóó te doen
optreden. Zoo partijdig.
We zouden zeer graag willen weten, of
't bericht uit 't Rott. Nieuwsblad waar is
èu zoo ja: of er ook uit 't Ooltgensplaat-
sche fort een verklaring komt van 't on
gehoorde feit.
We zullen 't er niet bij laten zitten.
In het Vaderland, unie-lib. orgaan, krij
gen de Flakkeesche liberalen een standje.
Er staat zoo snibbig
Middelharnis, waar de vrijtin-
- nigen blijkbaar met de armen over el
kaar hebben gezeten.
Rechts is gewoon, de historie getuigt 't>
de partij der verdrukten te kiezen, en dies
zeggen we Het Vaderland beschuldigt zijn
partqgenooten van vadsigheid.
We hebben maanden lang ('t is in alle
bescheidenheid verklaard) de gangen van
t Liberalisme op Flakkee nagegaan, om
dat we wisten, dat er iets broeide, en ten
opzichte van de Eerste Kamer, en van de
Prov. Staten in Zuid-Holland en met name
van Flakkee, vooral in zake de candida-
tuur Vegtel. We werden reeds in October
'15 gewaarschuwd, dus vroeg genoeg, dat
deze candidatuur 't zou ontgelden. Zelfs
Broekhuis met zijn aangekondigde ont
hullingen zon niet versmaad. Wat is toen
gebeurd? De heer Vegtel is gestorven ;dat
is een teleurstelling geweest van belang.
Dat reeds bracht ontmoediging, spijtwant
op hem had men 't gemunt.
Toch hebben de Vrijzinnigen aangepakt
evengoed als Rechts,
Er kwamen 5 liberale sprekers, waaron
der mr. Patijn.
Met de tram kwamen mee een paar kis
ten Staatspensioen, d.w.z. brochures; met
een paar dito gevuld met Nationaal-Kabi-
net-Cort v. d. Linden.
De Vooruit had verkiezingslectuur.
Er waren ophang- en aanplakbiljetten
voor de lib. Candidaten.
Precies wat de Rechtschen deden, deden
de Linkschen.
Hun komt geen blaam toemaar de
mot zat in hun verkiezing.
Hun openbare Vergaderingen zeer slecht
bezocht. Tot bespottens toe.
Hun kisten Staatspensioen leeg, maar
werden niet gelezen. Wat heit een dooie
aan pensioen
Het .Nationaal Kabinet* met zijn voe-
dingspolitiek, nog voor niet de halve
Natie voldoende werkende, had gerust op
't station kunnen blijven, zonder 't verder
uit te pakken, t Ware beter geweest, als
de kisten weggebleven waren. Of dat nu
ook weer nietmen kon ze terugsturen
maar dau met eeu paar slachtoffers er in,
op zijn Hugo de Gioot in zijn boekenkist.
Die viel toch ook door de Staatstwisten.
Ia één woordde Vrijzinnigheid gaat
vtij uit in haar propaganda, uitgezonderd
één dom hoofdartikel in Vooruit >Geen
personen maar beginselen*, dat voor Sta-
ten propaganda én onnuttig én Onduidelijk
én volkomen plaatselijk was 't was voor
de Sommelsdijkers alléén, maar geen 10
hebben er notitie van genomen. En voor
Fiakkee had 't totaal geen waarde.
Zoo dan 't Vaderland beschuldigde on
rechtvaardig zijn partijgenooten. Dat wil
den we even in 't licht stellen.
Laat nu vooral geen Stikstof verloren gaan t
Door verschillende Rijkslandbouwleeraren
wordt op verzoek van den Directeur-generaal
v.d. landbouw onder de aandacht van de land
bouwers gebracht: dat er zeer veel kans is,
dat de voor den oogst 1916—'17 beschikbare
hoeveelheid stikstof onvoldoende zal zijn, ter—
wijl door de steeds stijgende vrachtprijzen de
prijzen der aan te voeren stikstofhoudende
meststoffen ook nog zullen moeten stijgen. Het
is daarom noodzakelijk, dat met deze feiten
zooveel mogelijk rekening gehouden wordt,
en dat worde door toepassing van de cultuur
van vlinderbloemige gewassen den bodem met
stikstof te verrijken. Op tal van gronden zal
het nog mogelijk zijn om als tweede gewas,
door den verbouw van een vlinderbloemig
gewas, groenbemesting toe te passen. Een zoo
algemeen mogelijk toepassing van deze groen
bemesting zal het eventueel tekort aan stik
stof iets minder doen gevoelen.
Nog wordt er op gewezen, dat van de bezwa
ren, verbonden aan een tekort aan stikstof,
eenigzins te gemoet zal worden gekomen door
een zoo doelmatig mogelijke behandeling en
gebruik van den stalmest en de gier. Door
de vereeniging voor stalverbetering in Noord
brabant is indertijd een klein boekje uitgeven,
dat over deze zaak handelt. Aan het slot van
het belangrijk geschriftje vindt men de vol
gende conclusiën
1. Van de uitwerpselen, die van't vee ver
kregen worden, heeft de urine belangrijk
méér waarde dan de vaste uitwerpselen. 2.
Deze meerwaarde zit vooral in een grootere
hoeveelheid gemakkelijk opneembare stikstof
die met de urine verkregen wordt. 3. Het
is dus van groot belang de urine zoo volledig
mogelijk af zonderlljkte verzamelen 4. Hier
voor is het bezit van een goed ingerichte groep
stal een vereischte. 5. In de tweede plaats
is het van belang, dat men de gier zeer zorg
vuldig bewaart. 6. Hiervoor is 't bezit van
een voldoend groote en waterdichte gierput,
die praktisch luchtdicht afgesloten kan worden
noodzakelijk. 7. Met het oog op de mest-
bewaring verdient het aanbeveling de potstal
len in groepstallen te veranderen. 8. Niet
slechts in de zandstreken, maar ook in de
klei dient meer aandacht te worden geschonken
aan de mestbewaring in 't algemeen en aan
het verzamelen en bewaren van gier in 't bij
zonder. 9. Aangezien de beer ook voor een
groot deel uit vloeibare uitwerpselen bestaat
kunnen aan de bewaring van deze mestsoort
dezelfde eischen worden gesteld als aan die
van gier. Waar dus beerputten bestaan moeten
deze ook waterdicht zijn en moeten tevens
geheel van de lucht kunnen worden afgeslo
ten.
Een berekening, die nog gemaakt wordl,
om het voordeel van een gierput in het licht
te stellen, willen we nog laten volgen: Wanneer
men bedenkt, dat stroo 2 A3 maal het gewicht
aan gier opslorpen kan, dan is er voor het
opzuigen der urine van 20 stuks vee (47000
K.G. gedurende den staltijd) rond 20000 K. G.
stroo noodig .Indien dit stroo een handelswaar
de heeft van f 20.—per 1000 K.G., dan is dus
de geheele hoeveelheid f 400.—waard, terwijl
we de bemestingswaarde vroeger hebben ge
schat op f 7.22 per 1000 K.G., en dus voor
20000 K.G. op 10 maal f 7.22 f 144.40.
De bewaring van die urine in het stroo kost
ons dus feitelijk per jaar f 400 f 144.40
f 255.60.
Gingen we er toe over een gierput te bouw
en, dan zou deze voor 47000 K.G. ongeveer
47 M3 groot moeten zijn en, zooals we vroeger
zeiden, pl.m. f 470 kosten. De rente van dit
geld A 5 pet. is per jaar f 23.50. Bovendien
zouden we o.a. nog iets voor de slijtage van
den put moeten rekenen, en voor een gierpomp
maar het bewaren van 47000 K: G. gier In een
put zou toch niet heel veel meer dan f23.50
per jaar kosten Verminderen we nu f255.60
met f 23.50, dan houden we over f 232.10.
Het bewaren der urine van 20 stuks groot vee
gedurende den winter is dus bijna f 232.10
duurder, wanneer we dit doen-door middel
van stroo dan wanneer we dit doen in een
gierput. Het bouwen van een gierput is dus
een zuinigheidsmaatregel van het grootste
belang, en men moet het dus in de verste
verte niet beschouwen als iets, dat uit weelde
gebeurt.
Wanneer men er geen zeer bijzondere ge
gronde redenen voor heeft om stroo als mest
te willen gebruiken dan handelt men zeer
verkwistend als men geen gierput bouwt.
C. B.
Een uitnemend boekje,
0.
„De voornaamste Krachtvoedermiddelen".
Hun rationeele aankoop en gebruik, benevens
herkomst en samenstelling, door G. B. van
Kampen. Uitgave van J. B. Wolters, Groningen.
Dit werkje kunnen we n^et bijzondere inge
nomenheid begroeten. Het is niet als wellicht
de meeste uitgaven, die het licht zien, ge
maakt uit het hoofdmotief: geldverdienen,
maar het is geboren inderdaad uit de behoefte
van onzen Coöpereerenden tijd. De coöpera
tieve aankoopvereenigingen op landbouwge
bied groeien gestadig in tal en omvang, maar
met haar ontwikkeling Dr. Hissink mocht
het terecht constateeren hield die der leden
geen gelijken tred, en tal van coöperaties
groeiden feitelijk het Bestuur over het hoofd
of worden in hun vooruitgang en bloei te
gengehouden door de onvoldoende zaakkennis
van den beheerder of de beheerders.
Om in dat tekort te voorzien, gaat men nu
cursussen voor zaakvoerders oprichten, waar
men tracht dezen de noodige kennis bij te
brengen. En geen ander doel heeft de schrijver
van het aangekondigde werkje, de heer G. B.
van Kampen, Chef der afdeeling Veevoeder-
contróle van het Proefstation Wageningen.
Zijn werkje kan nu een handleiding en een
gids zijn voor leeraren en leerlingen van ge
noemde cursussen, een gids niet alleen voor
den zaakvoerder, maar voor iederen veehou
der, die, gelijk in de Inleiding wordt gezegd
als het ware bedolven wordt onder tal van
voedermiddelen „en die in dezen chaos moeilijk
den weg kan vinden.
Alles wat leden eener aankoopvereeniging
maar in 't bijzonder de bestuurders dienen
te weten, is hier in een ruim 100-tal bladzijden
bijeengebracht, zoodat men het werkje als
een onmisbare vraagbaak bij verschillende
gelegenheden kan raadplegen. Men vindt in
het le hoofdstuk de geschiedenis van het
óntstaan der A. H. V. (Algem. Handelsvoor-
waarden); de voornaamste bepalingen daar
van hoe de mónsterneming moet geschieden
wat alzoo komt kijken bij den aankoop van
voedermiddelen onder A. H. iV.op welke
listige wijze soms monsters worden vervalscht
door vertegenwoordigers van den leverancier
welke de algemeene en bijzondere eischen
zijn, waaraan de verschillende voedermiddelen
moeten voldoen (Codex)de beteekenis van
de verschillende bestanddeelen dervoedermid-
delen, enz.
Hoofdstuk II handelt over de samenstelling,
de herkomst en het gebruik van verschillende
voedermiddelen, niet alleen van de meest
bekende en gebruikte, doch ook van andere
alssojakoek, cocoskoek, katoenzaadmeel, se-
samkoek, palmpittenkoek e.a.
Het slothoofdstuk bespreekt de verval-
schingsmiddelen en den Rijksopsporingsdienst.
De vervalschingsrr iddelen zijn verschillende
soorten van doppen, waarvan een 3-tal: de
rijst, grondnoten- en koffiedoppen geheel waar
deloos zijn, andere nog eenige voederwaarde
bezitten. Verder worden nog vervalschings-
middelen van mineralen aard gebruikt.
Eerst door de ingestelde Rijksopsporings
dienst werd een meer afdoende bestrijding
mogelijk.
De vervalschers hebben echter een taai
leven, en daarom wil de Schrijver iederen
landbouwer doordringen van de noodzakelijk
heid om geen enkel product aan te koopen
zonder zich door een voorafgaand onderzoek
zekerheid te hebben verschaft omtrent de
samenstelling en de deugdelijkheid. Hij haalt
ten slotte in woorden aan van den heer A.
K. Okkinga in diens voordracht in de 216e
Hoofdbestuursvergadering der G. O. M. v. L.
„De familie van de firma's Dopmul en Co.
en Bommel en Zn. zijn niet alleen welvarende
lieden, die maar niet dadelijk hun zaken op
geven, maar zij zijn ook begaafd met veel
moed en durf, eigenschappen, welke hen niet
weinig steunen in hun vat. En eindelijk, zij
hebben een verbazend groote familie".
Het werkje verdient een plaats op de boe-
kenplank van eiken landbouwer. C. B.
De
„Maskers Sf."
„Stand." schrijft
In de Telegraaf, avondblad van 10 Juni
was opgenomen een ingezonden stuk van
G. P. te Amsterdam, onder den titel van
Maskers af.
Dit ingezonden stuk ontziet zich niet, et
openlijk voor uit te komen, dat er met den
handel in allerlei uitvoer-producten prac-
iijken zijn ingeslopen, die onverdedigbaar
zijn, en die ten laste zouden komen van
enkele leden der Tweede Kamer, en zulks
wel onder zijdelingsche medeplichtigheid
van het Departement van Landbouw.
Hierbij wordt herinnerd aan de zeer krasse
qualificatiën, die de heer Schaper zich in
de Kamer zelve veroorloofde. O.a. die van
„smerige bende."
Zelfs sluit de inzender het denkbeeld
van enquête niet uit, en verklaart, dat het
gewraakte kwaad zoowel links als rechts
zit.