Zaterdag 30 Mei 1916. Antirevolutionair 318êe Jaargang N°. 2183, Orgaan Eerste Blad. IN HOC SIGNO VINCES W. BOEKHOVEN, „Hat oemaiit van den Schoolstrijd." „HET GOUDEN HERT". OP DEN UITKIJK, Deze Courant verschijnt eiken Woensdag es Saterdag. Abonnementsprijs per drie maanden it. p. p. 56 Cent bij vooruitbetaling. Buitenland bij vooruitbetaling 4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. SOMMELSDIJK. Advertentiën 10 Cent per regel en */3 maai. Reclames SO per regsL Boekaankondiging 5 Cent per regel en */j «aal Bienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nu?. Alle stukken v©or de Redactie bestemd, Advertentlën en verdere Administratie trstiae© toe te xenden »an den Dltg-ever. Motel Restaurant DINERS 60 cent en hooger, LOGIES MET ONTBIJT EXPLOITANT. f 100 70—80 j. UITGKEYSB Telefoon Intercom». Ho. 8, Vooral in dagen van verkiesing is er bij de Linkerzijde een streven om haar con centratie, die dan hecht en sterk heet te zijn, te stellen tegenover de Rechterzijde en haar ooalitie, dia dan uiterst «wak heet te staan, en alleen door het cement van den schoolstrijd wordt bijeen gehouden. Meer dan één opmerking is over deze Vrijzinnige aanmatiging te maken. Eerstens dezeals dan waarlijk de school alléén het cement is dat de Rechtsche kie zers bij elkaar houdt, dan is 't niet erg verstandig een Schoolherziening in 't leven te roepen, waarvan nu ieder al zegt: er komt in de eerste tien jaar op die wijze niets van. 't Ware dan toch wenschelijk geweest, dat de Bevredigingscommissie zulk een voorstel had ingediend, waaraan alle man van Rechts zijn goedkeuring ge ven kon. In dat geval was 't coment ge broken en de coalitie uit elkaar gespron gen. Doch neen 1 de Bevredigingscommissie heeft den steen des aanstoots hier en daar wat gevijld en geslepen; er de allerscherp- ste kanten van afgenomen, maar bij blijft nog «steen des aanstoots.* Beluister maar, wat er in Rechtsche kringen en in de Rechtsche Pers over die voorstellen der Bevredigingscommissie wordt gezegd en dan is in heel Nederland niemand te vinden, die beweert: «Wij leggen de wapens neer 1 Ons schooldoel is bereikt.* 't Lijkt nergens naar. Waarom toch hebben de Vrijzinnigen ons onzen zin niet gegeven en de school kwestie finaal opgelost. Finaal, volledig, tenminste op 't gebied van 't Lager Onder wijs. We wenschen nog niet eens te spre ken over den komenden schoolstrijd op 't terrein van 't Middelbaar en 't Hooger Onderwijs: bij deze twee takken, nl. Hoo ger en M.ddelbaar is er nog zoowat niets gedaan tot gelijk-rechtigheiden al ware dus de Lagere School, al3 steen des aan stoots, uit de Natie op zij geworpen en op dat punt vrede en gelijk-rechtigheider zou in de eerste twintig jaar toch nog aan houdende strijd zijn over 't Hooger en Middelbaar Onderwijs. Met 't oog op de praktijk is 't dus on- noozel, om te zeggen: de coalitie valt, als de schoolstrijd aan kant is; want de schoolstrijd in zijn voüen omvang komt niet aan kant in de eerste twintig jaar. En theoretisch, vragen we: als 't den Vrijzinnigen ernst isals 't geen verdacht making is van de coalitie, dat alléén de school haar nog bijeen houdt, waarom ruimt ge dan het struikelblok niet weg. Want de Vrijzinninheid gelooft, dat als de schoolstrijd voorbij is, duizenden Recht- schen zich bij haar zullen aansluiten. En daarom zou een eenvoudig mensch zeggen Los dan toch den schoolstrijd op in een voor Rechtschen zeer aannemelijken zin. Doch de Vrijzinnigheid doet dit niet en durft dat niet. En waarom niet? Omdat dan de Openbare School naar den kelder gaat, en die Openbare School is hddr cement, haar krachthaar propagandamiddel. En men is geneigd, als de Vrijzinnigheid ons toeroept: Uw coaliiie steunt op den strijd voor de Christelijke School I haar toe te roepen: kijk naar je eigent want uw concentratie steunt op den strijd voor de Openbare School. Gevolgen? Wel; zoolang de Vrijzinnigheid van de Openbare School absoluut afhankelijk is; deze voor haar 't propagandamiddel is om de Vrijzinnige begin selen hoog te houden en bij de stembus ge wichtige diensten ta bewijzen; zoolang zal de Vrijzinnigheid aan de Rechtschen geen volkomen recht doen. Maar dan vervalt ook haar bewering, dat de Christelijke School 'teenige cement is der coalitie. Neen! dan is niet de Christelijke School 't cement, maar de onoprechtheid der Vrijzinnigheid haar willen blgven leuaea en steunen op de Openbare School; haar onwil om ons volkomen rechtsgelijkheid toe te kennen. Doch 't is een onwaarheid, die bewering I Die bewering, dat de schoolstrijd 't eenig* cement is die de Rachtschen bij elkander houdt. Dat zou dan nog maar een zoo- genaamden negatieven band zijneen band( die de Openbare School zou willen afbre ken. Maar er i3 ook een positieve band tusschen de Rechtsche groepen, waarvan de vrijheid van Christelijk Onderwijs nog slechts een enkele -uiting,J&_JVant Gods Woord bevat meer dan een oproep om strijd voor onze kinderen 1 De Rechtsche partijen houden 't Woord Gods vast als beginselen drager-voor-alle- terreinen des levens. Buiten dat Woord willen ze noch hun Schoolleven, maar ook evenmin hun Sociaal, hun Staatkundig, hun Kerkleven. Niets buiten dat Woord. Alles naar dat Woord. Dat is huu begeerte, al zij 't met vele tekortkomingen, en dagelijksche gebreken en struikelingen. Neen 1 niet de School is 't cement, maar 't Christelijk ideaal, om dat te bereiken. En de bereiking van dat ideaal is een politieke strijd, dag in dag uit, volkomen waard. Onze beden, onze inspanning, ons geld waard 1 't Doel van den strijd ligt hooger dan deze aarde I En is van meer dan aardsch en tijdelijk gewicht, 't Is zoeken te berei ken 't heerlijke Seheppingsdoel: Esre zij God in hemel en op aarde 1 Vrede op deze wereldI Ia mensehen een welbehagen! V Hoe stil. 't ls nu 20 Mei, en over een goeie 14 daag is de Candidaatsteliing. Wat is t nochtans stil! Er zijn oorzaken. De oorlog heeft werkelijk op alle harten zoodanigen druk gelegd, al een paai**] aar, dat het po litieke leven er onder kwijnt. En al heeft de Troonrede in Sept. '15 gezegd, dat de wetgevende arbeid maar weer door moest gaan, en dus de vraagstukken van Alge meen Kiesrecht en Pensioneering enz maar weer eens aan de beoordeeiing der Kamer moest worden overgegevenin 't Land zelf heeft dat woord uit de Troonrede geen weerklank gevonden; 't Land in zijn ge heel staat er koud en onverschillig tegen over. Hoofd en hart zijn nu al een paar jaar onder een zelfden indruk: oorlog! oor- logsjammer! duurte! gevaar! speculaties! vrede!, dat men zich met de politieke za ken met bemoeit. Het internationale trekt aan; en het nationale slechts, waar t de maag kwestie en de portemonnee betreft, ook in verband inet de zonen en vaders in mobi lisatie. En toch! al kunnen we die stilte billij ken, late ze niet in onverschilligheid ver anderen. Er staat te veel op 't spel. Want die doodsche stilte zou onze kiezers in de meening kunnen brengen, dat heel de ver kiezing wel met een sissertje af zal loopen. Zoo n gedachte zou doodelijk zijn. Want' dit staat vast: al houden de Vrijzinnige zich stil tot op 15 Juni, den stemmingsdag; juist op dien dag zija hun netten kant en klaar; nu al spannen se in stilte de strik en gaat de vogelaar er op uit. Laten we ons niet door de rust laten misleiden. Van Links wordt in alle stilte kranig gewerkt Gedempte ISoeFensteiger 63A, 63!$ Direat nebU de Héofdstscg, M®Ê*®rd&ï88. - f 1.25, f 1.50 en f 1.75 Tel. No. 10595» Aanbevelend, I S S, YLSTRA Moonen. Met door ieder aanbevolen adres. en als wij 't ook niet doen, zit onze schuit op 15 Juni omhoog. 't Is erg stil. Maar opgepast, dat we niet in slaap vallen. Talma—Treub—Premiën. De invalidiieitspremiën verschillen. Bij Talma is 't zoo Verdienste Werkmanspremie Patroons- bijdrage f 48 4 cent 16 cent f8, 6 cent 18 cent f 12, 11 cent 21 cent bo- f 18, 20 cent 20 cent ven f 18, 24 cent 24 cent Bij Treub is 't zoo 57» cent bo- 4,8 6 8 10 10 8 13 8 f 17 1 f 20 4 ven f 20 4 77» cent 107» cent 1372 cent 177» cent 227» cent 28 cent 85 cent 117» 117» 117» 117» 117» 117, 117, 117, cent cent cent cent cent cent cent cent De cijfers spreken voor zich ze'f. De ar beider betaalt bij Treub meer dan bij Talma maar de patroon minder. Wat men ontvangt. Bij Treub ontvangt, men bij invaliditeit in elk der 8 klassen: rtj« H|M iO t> Q Q CO 00 10) o CO CO CO (M CJ -de* CM O CD O Het H|CZ CM I> O CM O P O i—I UU LO H uu LO O O CO GM CM CM H rH rH rH lO O lO O 10 O O P LO CM O r- 1X0 O P <M CM CM CM rH rH rH rH H|C* H» lO CM 1^ CM O lO O O CM r—i GO CD 1X0 CM O O CM CM rH rH rH rH rH rH H|« O LO O ÏO O O O 00 l> 1X0 CO CM O O CM rH H rH rH rH rH rH HjCI H|e* rljö» lO <M O ï>- lO CM O O l> CD 10 co CM rH O O rH rH H rH r-1 rH iH rH He» O l> >o CM O O O O lO CO CM H O O O O TH rH rH rH rH rH rH rH O O O o O O O O O O o O o O O V—1 rH rH rH rH rH rH rH OQ £1 CD CL c8 s UI 5 "O Ei io o ta o io o -se lO 115 CD CD t> ci io d> ii d> ui -e -e io us co co o c- T3 S aj O JO Zooals men iziet, verminderen de ont- vang-ten, bi] 't'bekomen van een ongeluk naar mate men ouder wordt. Op Flakkee. zou dus een arbeider, ver dienende f 400, ontvangen volgens Treub, het volgende dalende bedrag: i. 175 .als hij tot 40 jaar is, f 162* 40—45 j. f 150 45—50 j. f 137* 50—55 j. f 125 55—60 j. f 112* 60—65 j. f 100 65—70 j. Hoe ouder, hoe minder! En toch, hoe ouder, hoe meer gevaar voor de invaliditeit. Bij Talma is 't net andersom. Hoe ouder men wordt, hoe meer men krijgt. Bij Talma krijgt men als men f 400 ver dient de volgende rijzende bedragen: f 111 6 jonger dan 40 j. f 120 40-45 j. f 128 4 45—50 j. f 136 8 50—55 j. f 145 2 55—60 j. f 153 6 60—65 j. f 162 65—70 j. f 170 4 70-80 j. Wie van 5055 jaar is, krijgt bij Treub en Talma ongeveer hetzelfde. De «oorlogsgedachten* verdringen elkaar. Hoe langer de oorlog duurt, hoe meer offers hij vraagt, hoe ondragelijker de schul denlast wordt, hoe roekeloozer het «vol houden* blijkt te zijn hoe min der ik begrijpen kan wie nu eigenlijk in Juli 1914 de vonk in 't kruit geworpen heeft. Niemand wil die schuld dragen. En dat kan ik ook begrijpen! Als er werkelijk in Europa één man is, of een combinatie van mannen, die opzet telijk, welbewust, op 't beslissend oogen- blik contact gaf, zoodat de reuzenlading springstof door 'n stroom van zóóveel volts de lucht in gedreven werd, dat de wereld er maanden lang van in haar voegen kraakt, dan zijn er geen smarten fel genoeg uit te denken, die eenigsins een vergelding kun nen heeten voor zulk een misdaad. Niemand wil dan ook die daad voor zijn rekening nemen. Keizer Wilhelm beschuldigt Rusland, dat ten oorlog mobiliseerde, terwijl het door onderhandelingen valschelijk tijd won. Grey beschuldigd de «eentralen*, die den weg des vredes moedwillig verlieten, door de Servische kwestie niet op een Europeesche conferentie te willen bespreken. En zoo werpt de een de schuld op den ander. Ik geloof dan ook steeds minder aan den «éénen schuldige*. De tijden waren vervuld. Deze oorlog moest komen, al mag het oogenblik verhaast zijn door den moord van Serajewo. Hij was de logische vrucht der barende historie. Het helsohe «amen* op de satans-betuiging: Gij, mensch! zult als God zijn Van de tegenwoordige koningin van Roe menie las ik dezer dar,en een woord, waar een diepe gedachte aan ten grondslag ligt. «Deze oorlog zeide zij is de wraak van de natuur op den mensch, die haar krach ten steeds meer aan eyn wil onderworpen had.* Inderdaad: treffend juist, Wat is er niet in een halve eeuw tijds door den mensch bereikt! Hij vliegt hoog door de lucht, boven den arend uit, daar waar sinds de dagen der schepping geen geluid van eenig schepsel is gehoord. Duikt in de diepte der zee, niet met éénen Jona, doch met een gansche scheepsbemanning in zijn ingewand, Hij zit ter neder en met den druk zijner vingeren maakt hij zijn gedachten bekend aan 't andere eind der aarde. Da hardste bergen doorgraaft hij, de hechtste rotsen verbrijzelt hij. Eu sijn wonderlijk vernuftige machines doet hij arbeiden naar zijn wel gevallen en hij dwingt ze tot al wat hij wil. De mensch zelf verbaasde zich. Zou iets voor hém onmogelijk zijn En de zegezaDg werd gezongen over «De wonderen der Wetenschap* en «De won deren der Techniek*, voor welke niets meer, op of boven of onder de aarde onmogelijk scheen. Toen kwam daar plotseling de oorlog... En nu keert zich die heerschappij over de krachten der natuur tegen den mensch Wat kunnen zelfs de steikste mannen door eigen kracht voor zich heen werpen Maar wetenschap en techniek roepen zij te hulp en duizenden vuurmonden van 't zwaarste slag braken hun granaten uit over 'n bepaald stuk op 't slagveld, dat mathe matisch juist afgetrommeld wordt, tot er elk menschelijk leven is gebluscht. De mensch ondergraaft zijn vijand Maar d&n gaat hij heen, vult het hol met het wonderpoeder van zijn vernuftige vinding .een druk op de knop van de honderden in de lueht gevlogen vijanden zijn zelfs geen lijken meer over. Slechts zijn ver in 't rond wat brokken menschenvleesch en afgerukte lichaams- deelen weggespoten dat zijn de na tuurkrachten, die zich wreken op den mensch Zie, hoe het «hangt* bij Verdun. Zijn 't de mensehen, die er vechten*, als de ridders deden in den Middeleeuwschen strijd, of zooals de veteranen van Napoleon het nog gewoon waren? Neen, 't «vechten* is uit den tijd. Heel zelden 'n korte stormloop. En dan nog is vaak de loopgraaf, die genomen moet worden zoo afdoend door granaatvuur in elkaar getrommeld, dat de overgebleven vijanden zich willoos en ver suft laten gevangen nemen, zoo totaal ont zenuwd, dat ze als levende lijken zich la ten wegvoeren. Neen, de machines vechten het uit. De vlieg- en de graaf- en de schiet- en de springmachines. Hoogstens door den mensch in gang gebracht En zij doen haar werk perfect! De wonderon-der-techniek hebben ook den oorlog gemoderniseerd. Wat zijn de duizenden van Waterloo, ja zelfs de drie- of viermaal honderduizend van Napoleon's tocht naar Rusland, met de millioenen ver geleken, die nu machinaal worden gedood? Ik denk eveu terug aan 't Paradijs. God had den mensch gesteld op deze aarde, dat hij heersohappij hebben zou over al 't geen God geschapen had. Oók over de krachten, die Hij in de natuur had ge legd. Over die, welke wij tbins kennen... èn over wie weet, welke geweldige krach ten méér, die missohien de na ons komende geslachten ontdekken zullen óf die God tot het laatst toe verborgen houdt, omdat een zondig menschdom er de weelde niet van zou kunnen dragen. Al had de Heere God nu die heerschappij over de natuur den mensch in beginsel gegeven, ook in den staat der Recntheid zou hier ontwikkeling hebben plaats ge had. Adam had nog niet 't minste idee van wat zijn zondig nageslacht uitvinden zou! Maar .die ontwikkeling zou harmo nisch zijn geschied, uitsluitend tot meerder glorie van God die zich in zijn schepping verlustigde en tot heil van den mensch. Doch nu komt de Val er tusschen. En Satan belooft den mensch bedriege- lijk, dat hij ook buiten God om en tegen God in zijn hooge bestemming bereiken kan en zal: óók zal komen tot de heer schappij over de Natuur. 't Lijkt, dat Satan recht heeft gezien. Zelfs doet zich in den loop der Historie het wonderlijk verschijnsel voor, dat het in den regel Diet de «kinderen des Konink- rijks* zijn, die deze heerschappij over de Natuur helpen veroveren, Reeds vóór den Zondvloed stonden de uitvinders op in Kaïn's geslacht. Van stap tot stap gaat nu 't mensch dom vooruit, steeds harder, eindelijk met reuzenschreden. En met een kleine, maar alles zeggende variatie, rijst de trotsche vraag in veler hart: «Zou iets voor den mensch te wonderlijk zija?* En ziet, dan komt de Oorlog! Werkelijk blijkt bijna niets den mensch onmogelijk. Déze wereldkrijg is de triomf voor de oorlogstechniek, zoo in 't groote als in 't kleine: van de dikke «Bertha's* af tot de fijne instrumenten waarmee de waarnemer in 't ranke vliegtuig daar hóóg in de lucht, 'tstrijdvsld fotografeert, des menschen macht over de Natuur, zoo in de diepte der Zee als op de toppen der onbegane Alpen, is hooger geklommen dan de stout ste verbeelding denken durfde En nu vraag ik, wat het resultaat is? Eikel dood en vernieling en verderf. Zie dat is nu van 't Paradijs af altijd weer geweest 't beeld van 't leven dezer wereld. Het kon soms heerlijk opbloeien, dat hef wondere vruchten voortbracht van techniek en cultuur maar buiten God was altijd weer ondergang het einde.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1916 | | pagina 1