Zaterdag 22 April 1916, 81ste Jaargang N°. 2174. Antirevolutionair v®®r de Zaidhollandiche en Zreuw§rlie Eilanden. Eerste Blad. IN HOC SIGNO VINCES PASGHEN. 1 IC. F. i i LEE-Iooaea. OP DEN UITKIJK. Reclames Mededeefingen. Zonder eiwit geen Beven Dsze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. 50 Cant. Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cont. W. BOEKHOVEN, SOMMJEIiSDIJK. A&vertentiën 10 Gest per regei en */s maal. Beeiames SO per regel. Boekaankondiging 5 Oost per regel m 4/8 maal. Blenstaanvragen sa Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Groote letters se vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan Advertentie)! worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur. Alle stukken de Redactie bestemd, Advertentièn ees verdere Administratie Irttac© toe te kénden aan den Uitgever. Wegens de invallende Feestdagen zal ons a.s. Woensdagimmmer NIET verschijnen. Bij zooveel somberheid des levens is het een verkwikking voor hot hart nog Paaschfeest te kunnen vieren en zijn oog des Geloofs een wijle meer op te heffen naar den Hooge, waar de opge stane Heiland zit ter rechterhand Zijns Vaders. Zoo'n Feestdag maakt ons eens los van de velerlei zorgen en beslom meringen van den Tijd en laat onze gedachten opwaarts zweven van Oorlog en oorlogsellende; van Volkerenhaat en Volker ent wistvan Hongergevaar en Mobilisatie-bezwaarvan Kazerne-on rust en Soldatenwrevelvan Zakenin- zinking of Rijkdomopstapeling; 'tFeest laat dit alles los en we pogen in de Kracht des Geestes ons oog te slaan in het Heiligdom, waar Christus is, sinds Hij uit den doode is opgestaan en op gevaren ten hemel. Die opstanding is een triumf over den Dood en daarom is ook voor die g. kinderen Gods, welke op het slagveld gevallen zijn, de dood slechts geweest een overgang naar beter leven en geen straf der zonde Dat is de dood trouwens ook voor allen, die in den opgestanen Heiland mede zijn opgestaan, zooals ze ook met Hem zijn begraven. Trouwens een opstanding met Hem is onmogelijk zonder eerst met Hem begraven te zijn. Een Vernedering moet de Verhooging voorafgaan; en na de Begraving luidt hef. dan ook in Filip. 29, Daarom ft Hem God ook uitermate verhoogd. Opstanding van Christus is het voor portaal om tot de Heerlijkheid in te gaanen voor Hem persoonlijk en voor Zijn Volk. Van die Verhooging is de Paaschmorgen de eerste getuige. Daarna treedt als tweede getuige op de Olijf berg, toen Hij opvoerde derde getuige is in den hemel, waar Hij zit aan de rechterhand Gods en de vierde getuige zal de Wereld zijn, allen die uit de graven zullen opstaan, of die nog zullen leven, wanneer Hij komen zal om te oordeelen de levenden en de dooden. En hoe verstond men alle eeuwen door, de waarde dier Opstanding, van dien eersten getuige zijner verhooging. Indien Cristus niet opgewekt is, zoo is dan zegt Paulus tot de Corinthiërs, onze prediking ijdel en ijdel is ook uw geloof. Ja, aan het geloof aan die Opstan ding, verbindt de Apostel 's menschen zaligheid; want zoo spreekt hij tot de Romeinen: Indien gij met uwen mond zult belijden den Heere Jezus, en met uw hart gelooven, dat Hem God uit de dooden heeft opgewekt, zoo zult ge zalig worden. En in al de Brieven, hoofd stuk na hoofdstuk, is dit de grondge dachte en het thema, waarop do ver dere verklaringen der Apostelen ge bouwd zijn. Houdt in gedachtenis, dat Jezus Christus uit de dooden is opge wekt. En steeds leest ge, dat de Brieven der Apostelen »met groote kracht* ge tuigenis afleggen van de Opstanding. Dat was zeer natuurlijk. Een doode Christus? Maar wat is dat voor een Christus? Dat is een Christus, die de verworven Genadegaven nooit aan een ander kan ^deelachtig maken. Waar zou de Hand zijn om die Genadegaven aan de Kerk en aan den enkelen persoon uit te reiken? Waar het Oog om de Kerk in hare worstelingen als strijdende Kerk gade te slaan? Waar het Hoofd der Kerk om voor haar te denken en 't Lichaam der Kerk n.l, de geroepen ge- loovigen, te voeden en te verkwikken met het Manna des levens Een doode Christus is geen Hoofd der Kerkhaar noch ten oog, ten hand of ten voet. Alle geloof in toekomstige zaligheid is ijdel; alle prediking ijdel; alle gebed om schuldvergeving ijdel ijdel de smeeking, dat Zijn Koninkrijk kome, want Gods Koninkrijk komt niet dan door de Kerk en de Kerk is dood zonder haar Hoofdze is dan een lichaam zonder Hoofd, d.i. zonder ziel. 't Paaschfeest is daarom het feest van de Vaste Hoop en de Vurige Liefde door het Geloof't Paschen te belijden is Christus vasthouden als ziende den On zienlijke. Reëel waarachtiglijk is Hij, en leeft Hij, en aanmerkt de Wereld in haar Verval en Zijn Volk in hun nood en pijn. En die wetenschap is eensdeels heer lijk anderdeels beklemmend, ook in deze beteekenisvolle tijden Heerlijk: want Christus leeft en ook deze kom- merrijke jaren zijn in Zijn hand ge weest ten oordeel of ten voordeel, Be klemmend want is Hij opgestaan, dan is Zijn komst op de wolken af te wach ten. Hij staat te komen, omdat Hij op gestaan is en leeft. De opstanding in den hof van Jozef is profetie van die eindelijke Opstanding. Wie zal zeggen hoe dicht we bij deze laatste zijn Duizend jaren zijn bij Hem als één dag. En alles wat ons in Europa omringt en daarbuiten, perst ons de vraag naar de lippenHoe lange nog Dood op de slagveldenDood in de militaire hospitaalsDood in de golven als het schip is getorpedeerd, of opeen mijn geloopen. Dood op de ziekbedden. Maar voor alle Christgeloovigen klinkt- over de groene zoden of over de golven der zee dat Paulinische woord der over winnende hope en berusting-: »Ik houd 't daarvoor, dat 't lijden dezes tegen- woordigen tijds niet is te waardeeren tegen de heerlijkheid, die aan ons zal geopenbaard worden*. Hotel Restaurant „HET GOUDEN HEET", Gedempte Soerenstefger 63A, 63B Motterdaaa. DINERS 60 eest en hooger= LOGIES MET ONTBIJT Mei door lede? sanfcevoïea adres. 32 Ai ÜITGBYEE telefooia bsteïeosaka. kj®. Nog weinige weken. Uit da verschillende provinciën komen de data los van stemming voor de Prov. Staten, Een bewijs, dat weinige weken slechts ons nog scheiden van deze ge wichtige verkiezingen. Want gewichtig zijn ze, omdat 't behoud van de Eerste Kamer met den voor ons gunstigen afloop ver zekerd is bij ongunstigea afloop gaat de Eerste Kamer links. Ook op Flakkee moeten van Rechts alle hens aan 't dekwant van Links zal men geen geld en moeite sparen om hun twee candidaten er te brengen trouwens dat is hun recht en plichtmaar onzerzijds moet de leus sijn Wij zullen handhaven en zien te houden wat we kunnen. Twee factoren zijn daarbij in 't oog te houden deze vier a vijf weken werken door persoonlijk bezoek docr te overtui gen door den kiezers 't hoog belang der Eerste Kamer, als waarborg tegen onbe kookte voorstellen eener Socialistische leer, voor te stellen. Want dit is 't eenige werk der eerste Kamer. Vooral in een tijd als we nu beleven, nu de Staatskas voor alles en ieder wordt opengezet. Van den Staatsruif peuzelen ligt op de Socialisti sche lijn, gevolg van hun theorie der Meer waarde. De staat moet de Alvader worden De Schatkist de Almoeder. En dat in een periode, die, al houdt de oorlog morgen op nog jaren loodzwaar op Nederland druk ken zal in den vorm van belastingen. Zoo als 't nu den boeren gaat, blijft 't niet. De zeven vette koeien van Farao zullen door de magere worden verslonden. Er komt een tijd ven inzinkingvoor den Direct nsfey de Hoofdateeg, f 1.25, f 1,50 en f 1.75 Tel. No, 10595. Aanbevelend, boer, maar ook voor den burgerstand, die altijd al 't slachtoffer is geweest en 't weer in bijzondere mate worden zal. Bij zoo'n dreigende depressie (verval) ia handel en landbouw, die aanstaande is, moet er gewaakt worden voor zuinigheid. Moet toezicht gehouden op de daden der Tweede Kamer, hoe deze 's Lands belas tingpenningen gebruikt. Want geld uit strooien is wel aanlokkelijk, maar t hin kende paard komt achterna. Ook de Staat is geen melkkoe. Ze kan ook droog wor den, als de wei kaal en 't voer schaarsch wordt d.i. als sociale en economische toe standen in verval raken. Alles heeft zijn hoogtepunt, maar na hooge conjunctuur (welvaart) komt ook de tijd van armoe. Oeld noodig. Hat is totaal geen schande te erkennen, dat men arm is. Armoe is geen schande, zegt het spreekwoord, maar ze ia lastig. En vooral als er een verkiezing op til is, moet er geld wezen. Ook onze Centrale ziet den bodem van de strijdkas. Een leening uitschrijven; neen, dat gaat niet. 't Per centage is te hoog, Dus daar komt niks van. Hypotheek nemen? Als de Centrale maar wist. waarop. Op een oud archief, en meer heeft se niet, wil de meelijdendate fioancier geen rooien duit geven. Dus dat idee moet ook aan den kant. Wat in den Lommerd brengen, bij Oama Jan zeggen ze ia de Vorstelijke Residentie och hé; maar je krijgt het nooit gelost, want als de ver kiezing voorbij is, sija we weer net zoo arm als Job. Zoo kan het dus ook al niet. Met voorschotten werken, net als de boeren bij de suikerpeen, is ook absoluut onmogelijk, omdat niemand weet of de oogst wel mee of tegen zal vallen. Bij een gun stigen politieken oogst; nu jal er sija er allicht eenigen van den >Bondc, die wat durven geven op den voorste; maar een mensch weet niets vooruit En de oogst kon tegenvallendan moet je terug betalen; maar waarvan Pluk eens veeren van een kikvorsch en maak eens een pruik van iemand, die zijn haar kwijt is. Het is een gekke boel. Ea toch moet er geld wezen 1 Daar helpt geen moedertje lief aan; want is er geen geld, dan doet de Centrale niets. Op schuld werken, daar bedanken we voor. C'est de argent comptant, zegt da Franschman; boter bij de visch. Eerst geld en dan wer ken. Dus en we bedoelen nu de Voorzit ters der Antirev. Kiesv.zorgt er toch voor, -dat er wat binnen komt. De circu laires zijn in Uw bezit; er is geld onder de boeren; dus van de oorlogswinst moet er maar eens flink geofferd worden voor onze Partij. Laat haar ook eens proeven van de winstjes der dure juin en koeja peen. Maar geen nood! Het geld zal er best koaien. We kennen onze Voorzitters wel. Waar een ander geen kans krijgt, daar halen zij het uit de beurzen. Vrinden! aan het werk asjeblieftOp 10 Mei verantwoording niet waar? 'k Was gelogeerd »op den buiten*. Ver van de rook eener groote stad af, écht op 'n plaats waar oude zeden en ge woonten nog ongestoord voorttierden. 't Was even acht uur in den avond en net donker geworden. Daar herinnerden zich de huisgenooten, dat een boodschap verge ten was bij 'n ambachtsman, die 'n kwar tier buiten het dorp, even van den weg af woonde. Ik bood aan, er mêe heen te gaan en zoo gmgen we met ons beiden op weg. »Als hij nog maar op is!* riep men ons twijfelend achterna Daar lachte ik luidkeels om. Maar miju gezellin lachte niet. »De menschen gaan hier nu eenmaal on begrijpelijk vroeg naar bed,* zei ze. We kwamen weldra ter plaatse. De deur bleek gesloten wat een ge wone avondvoorsorg kon zijn. Ik tikte aart, en wachtte, ik klopte en wachtte, ik bonsde op de deur en riep en wachtte. Ik ramraeldomet de klink, sloeg een roffel op de deur en toen kwam eindelijk van binnen een gemelijke stem, die vroeg, wie daar was en wat dit moest. Nu, 't gold een flink karwei, dus dat liep wel af. Alleen maakte ik in't maanlicht de opmerking, dat de man beslist uit bed ge komen moest zijn. Mijn horloge wees 8 25. Den volgenden dag bleek me bij een praatje dat ik niet misgeraden had! Wij hadden den man uit zijn eersten, diepen slaap gehaald en hij verzocht beleefd als we weer eens wat hadden, een uurtje vroege? te komen, want 't was nu wel half tien geworden, eer hij eindelijk den slaap te pakken kreeg De man redeneerde vrij gesond. Wat sou bij met de zijnen 's avonds bij duur lamplicht blijven omhangen In lezen hadden ze, moe van 't dagwerk, geen lust, praten je raakte eenmaal uitgepraat en dan werd het al gauw praatjes maken, 's morgens kon hij vroeg met frissche kracht aan don arbeid voor half negen lag hj te bed. Of hij dat straks nóg doen zal? AU we n.l .zomertijd* krijgen! Daar twijfel ik aan! Immers de Regee ring wil de klok 'n uur vooruitsetten zoo dat het den ganschen zomer in werkelijk heid een uur vroeger ie, dan de klok wijst. Als de zon in 't Zuiden staat, is 't nu twaalf uur. Dan zal 't één uur zijn. Als dus, gewoon, de zon iu 't langst der dagen over aehten ondergaat, zal ze dan pas over negenen ondergaan. En waar we nu be halve in onze prille jeugd in ons l&nd nooit gewcon zijn geweest om met de zon aan den hemel op bed te kruipen, daar zullen die extra-ordinaire vroegelingen toch wel genoodzaakt zijn, om hun gewoonten iets te veranderen. 't Zou eerst nog wel vreemd zijn. Verscheidene steden b.v. hebben de9-uur winkelsluiting. Dit correspondeert in 't midden van den zomer mooi met het dag licht; da meeste winkels doen 't dan zon der kunstlicht of kunnen 't met een enkele gasvlam af, en sluiten precies met donker do zaak. Met .zomertijd* zal 't anders zijn. Dan staat om negen uur de zon nog aan den hemel, als de winkels sluiten tenzij mon gauw in da verordening der ne gen-uur-sluiting op tien uur stelt, dan blijft 's avonds alles net zooals 't is Doch dit zou niet verstandig zijn. Want 'b morgens begint het leven ten minste in de grootere plaatsen, onverbid delijk een uur vroeger. De treinen versprin gen een uur. De scholen gaan een uur vroe ger aan, de markt gaat 'n uur vroeger open dan moet de burgerij wel volgen, ofte wil of niet. Zal je dus geen slaap tekort komen en slaap hebben we om als natie gezond te blijven net zoo hard ncodig als brood! Dan zal 't zaak zijn 's avonds ook werkelijk op nieuwen tijd naar bed te gaan al kan 't dan in de hondsdagen wei eens een penitentie zijn! Er staat echter tegenover, dat menig stadmensch dan mis schien er tot de wetenschap komt, hoe frisch zelfs in den heetsten tijd de zomer morgen kan zijn! 't Platteland zal 't minder merken. Daar regelt men zich meer naar de zon en naar den gang van 't werk. 'k Heb streken gekend, waar in den hooi bouw de lui 's morgens om drie uur al uit hun bed kwamen, zoo vroeg als maar mo gelijk is. Ze kijken dan niet naar de klok, hoe laatmaar naar 't raam hoe licht het al is, Daar regelen ze zich naar en dat zul len ze wel blijven doen, wat de Regeering ook met de klok scharrelen moge. En vooral, wanneer zulke streken wat afgelegen liggen, weinig in aanraking ko men met 't moderne verkeer, dan zal daar van den .zomertijd* weinig worden gemerkt. Wat we er mee winnen zullen? Dat is duidelijk, voer tal van bedrijven een uur kunstlicht des avonds, dat dan vervangen wordt door 'n uur meer daglicht des morgeus. Dat kan nog al iets schelen. Treinen, stations, emplacementen, de groote steden enz., enz. 't Scheelt overal een uur kunstlicht, wat bij den steenkolsnnood geen kleinigheid heeten mag. En wij wennen-er wel aan! We hebben ons in den loop der tijden wel aan zooveel verkeerds gewend ook! Velen hebben zich aangewend, om bij zon licht te slapen en bij kunstlicht te arbeiden, 's Avonds blijven ze vaak tot middernacht door boven hun boeken gebogen, en 's mor gens weten ze niet hoe ze zich rekken moe ten om op tijd wakker te zijn. Acht uur dóór liggen ze vaak nóg op bed als de morgenzon al 'n uur of wat achter hunne dikke, gesloten gordijnen geschenen heeft, als de morgendauw in millioenen droppels hangt aan boom en struiken, als de vogelen reeds uren lang gratis-volks concert gegeven hebben dan liggen •rij nóg. .Kwartier later gluurt dan een ongekamde kop achter 't gordijn, om te zien» wat voor weer het is.* Om half negen wordt tusschen 'n geeuw en een zucht in, 'n hap brood naar binnen gewerkt en dan is 't voorts haastje, repje, vaak geen tijd om behoorlijk te leten en samen te danken daarl't is al kwart voor negenen ik moet weg?* En 's Zondags speelt dit alles zich dan een uur later af om te 10 ure in de kerk te sijn Onze vaderen hadden hun vroeg preek, om zeven uur of haSf achtdan was 't niet zoo heet en zij waren frisch en monter Zie, zoo zijn veler gewoonten. 's Avonds is er dan nooit haast. Of God zijn zon al wegneemt, duisterheid over de aarde legt, de planten laat ineen krimpen, de dieren zwijgen, de gansche schepping rust de mensch moet dan juist en goed laten merken, dat hij er is, 't Wordt elf uur eer de plaatsen van ver maak uitgaan, déin nog es ergens neerstrij ken en wat gebruiken, over twaalven thuis, en dan is men vroeg en netjes! zóó hebben duitenden dag en nacht door elkaar gehaspeld. Laat dat alles maar gerust 'n uur vroe ger opschuiven! Och! ik weet wel dat er geen boemelaar 'n braaf man door worden zal. 20 cent per Regel. Volgens het gezegde van den bekenden en populairen dr. Dekker is het menschelijk lichaam een eiwitmachine, die met vet en koolhydraten gestookt wordt. Evenals alle machines is ook de menschelijke aan slijtage onderhevig en al wordt er nog zoo lustig met vet en koolhydraten gestookt, de slijtage der machine veroorzaakt, dat zij niet werkt zooals behoort. Deze slijtage openbaart zich door een gevoel van zwakte en neerslach tigheid. Er hapert iets aanHarder stoken, meer smeren met opwekkende mid delen als alcohol, bouillon, koffie, thee, cacao, helpt niet. Het eenige wat baat, is het her stellen der slijtage door een krachtiger toe voer van eiwit, het materiaal waarvan de machinedeelen gebouwd zijn. De krachtige toevoer van zuiver, direct opneembaar, direct herstellend eiwit geschiedt het best, naar het oordeel van meer dan 21000 artsen, door het gebruik van Sanatogen. Sanatogen herstelt in den waren zin des woords, wanneer er iets aan den toestand van gezondheid hapert, wanneer de mensche lijke machine door te harden arbeid, door te groot krachtsverbruik versleten is. Daarom is het dan ook het middel bij uitnemend heid bij bloedarmoede, zenuwachtigheid, uit putting, na ziekten enz., want zooals een van Europa's beroemdste medici, prof. von Noorden te Weenen, zegt: „Sanatogen be vordert krachtig de eiwitaanzetting". Sanatogen is bij alle apothekers en drogis ten verkrijgbaar in verpakkingen vanaf/1.—.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1916 | | pagina 1