voor «Ie Ziiidliollanilselie en Keeuwsclie Eilanden. Eerste Blad. 1 W. BOEKHOVEN, Vrij en toch gebonden. „HIT ÖOtJDIN HERT". OP DEI UITKIJK. Deze Courant veraohijnt eiken Woensdag sn Saterdag. Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. 50 Cent. Buitenland bij TOornitbetaling ƒ4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. SOMMELSDIJK. Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiêia eu verdere Administratie franco toe te «enden aan den Uitgever. Rotterdam. DINERS 60 cent ea hooger. LOGIES MET ONTBIJT tJÏÏÖ-STBE telefMa Interccinia. M®, 'Z-- .«dvertontiën 10 Gent per regel en */s JKoclamos 20 per segsi. Boekaankondiging 5 Osat pee regel ea */8 maai. Bienstaanyragen en Bienstaanbledingon 50 Cent per plaaMag. Groot® letters en vignetten wcrdsa berekend naar de plaatsruimte die zij beslaaa Adverteïitiës worden ingewacht: tot Dinsdag- en Vggdagmorjgen ift *mr (Slot.) De persoonlijke vrijheid is geen goed van stoffelijke, maar van zedelijke waarde;'tis het recht om zelf te bepalen en zelf de verantwoordelijkheid te dragen, 't is het recht om naar eigen overtuiging te handelen, en naar de mate der geestesgaven, die ieder gegeven zijn om te beoordeelen wat zijn Apeping en plicht is. En deze vrijheid, toe gepast op 't Staats- en 't Rechtsleven, eischt dus gebondenheid aan 't Recht, dat er is; dat er is onafhankelijk van onzen wil; gebonden aan God, want Hij is Recht. Daarom zegt ook 't Antirevolutionaire program: Noch in den Volkswil, noch in de wet, maar alleen in God vindt de Anti- rev. partij de bron van het souvereine ge zag en verwerp zij mitsdien eenerzijds het beginsel der Volkssouvereiniteitterwijl zij anderszins de souvereiniteit van Oranje eert, als onder de leiding Gods in onze geschie denis gewortelddoor de mannen van 1813 in den Nederlandschen Staat tot ontwik keling gebracht en door de grondwet als zoodanig bevestigd. Ook op Staatskundig terrein beleid zij de eeuwige beginselen van Gods Woord; zoo evenwel, dat 't Staats- fgezag noch rechtstreeks, noch door de uit- ™Bpraak van eenige kerk, maar alleen in de konsjentie der Overheidspersonen aan de ordinantiën Gods gebonden zij. Er is dus ook op 't Staatsterrein vrijheid, persoonlijke vrijheid; maar niet losbandig heid om te bepalen, of men 't Kwade zal doen; niet losbandigheid om de verantwoor delijkheid voor 't Onware op zich te laden er is vrijheid der konsjentie om Recht te oefenen en er naar te leven, maar dat Recht gebonden aan de bevelen Gods; niet ge bonden aan wat men zelf Recht gelieve te noemen. Wel zelfbepaling, maar binnen den kring van den Goddelijken eiech, nooit er buiten. Persoonlijke Vrijheid. Persoonlijke Sou vereiniteit. Maar die uitvloeit uit den levenden God, want zoo zegt onze Geloofsbelijdenis: Ik geloof in God, den Almachtige, Schepper des Hemels en der aarde. Eu zooals de Toelichting op 't Program 't ook schrijft is het waar»Men kan noch met zijn lichaam leven naar welgevallen, maar God daarin gehoorzamen. Men kan noch mag denken naar willekeur, maar moet dit doen gelijk de macht tot oordeelvorming dit oplegt. En zoo ook op 't gebied van atudie en bedrijf, blijft ons niets anders over dan de wetten en verhoudingen op te sporen, die God daarin gelegd heeft. Er is een persoonlijk gezag; er is een persoonlijke vrijheid, maar 't zedelijk leven, 't lichamelijk leven, 't Rechtsleven op allerlei terrein, is onderworpen aan wetten en in vloeden, die Hij bepaalt en niet demensch, «n op straffe van ondergang, is alles en «en ieder gehouden, die wetten op te volgen en aan die invloeden te gehoorzamen. Aan geen overtuiging mag geweld worden aangedaandat zou in strijd zijn met de idee van de persoonlijke vrijheid; geen Staat of Kerk ol Individu heeft 't recht om met geweld onze vrijheden aan te randen en onze persoonlijke rechten te krenken. Er is een persoonlijke vrijheid, een gewetensvrij heid; een vrijheid van gelooven, handelen •n wandelen op alle terrein des levens; maar wel mag en moet door overreding een tlak veld gemaakt worden voor onzen God, en alle vrijheid moet blijven binnen den cirkel van Gods ordinantiëngaat men daar in zijn persoonlijk en Staatkundig leven buiten, dan spot men daadwerkelijk met 't God is Rechtmet 't God is onze Schepper en Hij alleen heeft te bevelen, hoe we leven en hoe we Hem dienen zullen. Niemand behoeft daarover in onzekerheid te zijn, want we hebban Zijn Woord dat zeer vast is. Wie dan ook de idee der persoonlijke vrijheid kennen wil, die vrijheid op prijs stellen wil: hij onderzoeke de Schriften,J Meer nog. De idee der persoonlijke vrijheid wordt eerst recht gekend door hem, die bij geesteslicht die Schrift onderzoekt. Want de wijsheid der wereld is dwaasheid bij God. Want het dwaze Gods is wijzer dan de menschen. Maar de natuurlijke mensch begrijpt niet de dingen die des Geestes Gods zijn; want zij zijn hem dwaasheid. Al de Schrift „is van God ingegeven en is nuttig tot leering, tot wederlegging, tot verbete ring, tot onderwijzing, die in de rechtvaar digheid isepdat de mensch Gods volmaakt zij, tot alle goed werk volmaaktelijk toe gerust. Om die volmaaktheid is 't te doen. Zich uitleven in Hem. En daarom vrij. Maar toch gebonden aan Zijn Wil en Wet. Geen an deren dwang opgelegd wordende dan de Liefde. Door Liefde gedreven voor Zijn Woord. Door Liefde uit Hem, voortaan tot Hem. Persoonlijke vrijheid; maar om volmaakt te worden; tot alle goed werk volmaakte lijk toegerust. Daarom geen neutraliteit op geen enkel terrein; maar possitieve waar heid. Naar den Woorde Gods. Opdat ieder wete en hoore, dat de persoonlijke vrijheid is gebondenheid aan Hem. Eenheid en toch strijd. Ieder voelt den onnatuuriijken toestand, waarmee we de Statenverkiezingen tegemoet gaan. Beangstigende berichteu kwamen uit 's Hagesomber is nog de hemel, selfe na de kalmeerende tegenberichten, die weer zijn rondgezonden. Maar heel Nederland ia toch onder 't gevoel, dat er iets broeit, dat er ongehoorde spanning is. En onder zoo'n nationale spanning gaat men in de 2e Ka mer de Ouderdomsbedeeling behandelen, dat strijdpunt, zoo bitter, al sinds jaren, en worden voor de a.s. Statenverkiezingen reeds allerlei voorbereidende maatregelen getroffen. Tot Nationale Eenheid bij donkere oorlogstoekomst moest alles en ieder 't zijne toe brengen, tot Nationale Eenheid prest 't Heden en de naastbijzijnde toekomst. Het oog omhoog en 't hart naar boven voor naderend Wee, dat Hij verhoede. Maar toch, hoe alles tot Eenheid drijven moest: de »noodc van den strijd ook bij de ver kiezingen in ons .opgelegd*, ten ware in Juni reeds de oorlogsfakkel ook in ons Land ontstoke ware. Toch politieke strijd om 't behoud der Eerste Kamer. Maar ernstiger dan in 50 jaren zal die aanstaande strijd moeten gevoerd worden. Met een kloppend hart. Met angst voer ons Volk en Vaderland. Met volle bewustheid van onze roeping als Christen-Kiezer om in zulke bange tijden zijn God te erkennen; maar ook met volle bewustheid, dat de nationale Eenheid om groote verdraag zaamheid Bmeekt, waar wie weet hoe spoedig, politieke tegenstanders samen zullen moeten gaan tot wederzijdsche be scherming en verdediging. Tot Eenheid drijft de Oorlogstoestand. Tot strijd de wet, die de Verkiezingen in Juni voorschrijft. Tot verdraagzaamheid in dien strijd, een mogelijke toekomst van bittere gebeurtenissen. Aardbeving in Nederland. We lazen 't volgende ber.ckt De seismologen te De Bilt hebben in den nacht van Zondag jl. te 1 uur 59 min. 55 sec. een zeer zwakke aardbeving op korten afstand opgeteekend. Dien zelfden nacht zijn te Den Helder, te Moordrecht en te Gouda omstreeks 2 Hotel RestasiBmif Qede&sjeie Boerensteller 63A, 63B Direct nabij da Hooftsatasg, f 1.25, f 1,50 en f 1.75 Tel, No. 10595» Aanbevelend, 1 E. 0. F. f, i UE-lJiiS. Het door lede? sasthevoien ssdress. uur zwakke aardschokken waargenomen. Te Klundert zijn te 6 min. vóór 2 uur twee ontploffingen gehoerd. Onophoudelijk leest ge van aardbevin gen, maar aangaande Nederland is dit 't eerste bericht, en wie leest 't niet met kommer? Was 't maar een onwaarheid 1 De storm bezocht vooral Noord-Holland op een zeer teisterende wijze. De Regeering komt ons bezorgd maken met angstige telegrammen. En nu weer een berichtje over aardschokken in eenige plaatsen. We zijn huiverig om in verband met zulke ontroerende feiten over 's Werelds Einde te spreken, ook dat is in Godes hand en de sterveling kent Zijn verborgen wil niet, hoewel nochtans zijn Woord, onao Bijbel wel vingerwijsingen geeft en ons toeroept: Wees ook gij bereid I Waak dan! Maar hoe ingetogen we ook in ons oordeel over 's Werelds afloop begeeren te zijn, toch moet en mag gevraagd: Als de Zoon des menschen kwame, zou Hij nog Geloof vinden op onze Erve? Of is er Verharding? Verstomping van Schuldbesef? Wan- en ongeloof in Gods Rechtvaardigheid als Toskomend Rechter? Een blijven miskennen van Zija Majesteit en Macht? Ia er nog de dwaas, die zegt: Er is geen God. Blijft men voortgaan Hem toe te roepenWij scheuren den band met U. Laten we acht geven op de teekenen der tijden. Zij er verteedering voor Zijn aangezicht, Met gesloten deuren. Wat verleden week naar alle hoeken des Vaderlands is geboodschapt, alsof er een dreigend gevaar onxe Erve bestookte, heeft allerwege een slechten indruk gemaakt. Want eerstens blijkt 't een storm* in een glas water te zij," geweest; althans vol gens de allerlaatste berichtenen tweedens verwaardigt 't Kabinet zich niet om ook maar één woord los te laten, van wat er nu toch eigelijk aan 't handje was. Ea zoo'n Kabinet noemt zich nog al zeer graag: 't Kabinet van den Volkswil, opge komen uit den wil des Volks en levende bij den wil des Volks, Maar dan diene 't toch aan dat Volk eens mee te deelen, waarom 't j 1. Vrijdag heel Nederland in rep en roer bracht. Dan moet 't niet komen verklaren door de pers: ochl -"t was maar iets ge woons N8en! dat kon Vrijdag j.l. niet iets ge woons geweest zijnöf 't Kabinet is met groot onverstand opgetreden. Want feit is, dat heel 't Nederlandsche Volk in alle hoe ken en gaten duchtig is opgeschrokken. Ook is 't een feit, dat de Buitenlandsche Pers zich reeds met die Vrijdagavoedbood- schap heeft bemoeid. Maar als er nu niets aan 't handje was, waarvoor dan zelfs door zulke boodschappen ons Land in opspraak gebracht? Waar is dat nu goed voor? En als er wel wat aan 't handje was. waar om dan niet met den »Volkswil* wat meer rekening gehouden en 't Volk inge licht, wat er dreigt en komen kan, 't Ne derlandsche Volk mag en moet weten, waar voor 't zijn zonen en vaders in dienst heeft mag en most weten, welke zichtbare ge varen aanstaande zijn. Nu hebben de Ka mers wel vergaderd met gesloten deuren; maar die gesloten deuren zijn ons niet wel gevallig Gesloten deuren wil zeggen: Mondje toel En we willen juist de zaken weten. Daar heeft de .Volkswil* nu eens degelijk recht op! Oorlog is geen onderonsje van eenige Mi nisters en hooge militaire Oomes. Oorlog raakt onze kinderen en vaders. En daarom de vraag: wat, is er aan de hand geweest? Ia er nog gevaar? AprilMei: vernieuwing des jaars. Gewichtige tijd, voor velen! Hier is 't iemand, die na een leven van stuggeu arbeid, zich eindelijk niet meer tegen de beslommeringen en vermoeienis sen van zijn landbouwbedrijf voelt opge wassen en nu, met den nieuwen zaai- en weidetijd het werk aan jonger handen overgeeft, om zelf, als 't God wil. nog enkele jaren van zijn welverdiende rust te genieten. Ginds daarentegen zijn 't de jonkmau en zijn vriendin die den grooten stap wagen zullen en het eigen gezin ves tigen gaan al sullen de mobilisatie en de tijdsomstandigheden ook dit jaar me-ig dergelijk plan tegenhouden. 'n Tijd vol veranderingen dus. Na de winterstijfheid, kwam er weer be weging onder 't menschdom Tot zelfs de kinderwereld voelt dit. Zullen ze .overgaan* op school? Dat is de vraag, die re, enigen jongen, menig meisje soms het spel bederft en on rustig maakt in den slaap. Zalfs zij, die gewild branieachtig luid uitroepen, dat het hun »heelemaal-niks« schelen kan, vinden het toch inwendig »lam*, als de kameraads tot een hoogere klas bevorderd worden en zij zitten-blijven. Voor de ouders ook niet prettig. Niemand voelt hot nu juist a's een »eer«, waaneer een van sijn spruiten de afgeloo- pen jaarklasse bisseeren mag 't heele gezin voelt zich ietwat gedrukt. Evenals Nahas, de Ammoniet, door Jabes schande aan te doen, gaasch Israel dacht te onteeren, zoo dragen alle gezinsleden persoonlijk 'n ietsje mee van de schande, die het achter gebleven kind heeft thuis gebracht. En dan wordt er héél wat gezon digd; worden vaak zeven dwaasheden be gaan. Men wil zijn wrevel afwrijven, 't Geprangde hart moet gelucht 1 Bij dea een krijgt de meester de schuld die zeker zijn werk slecht verstaat, als-ie nog in een vol jaar geen kans ziet, 'n kind dat geregeld school komt, te brengen waar het volgens den rooster móét zijn. 't Is immers zoo eenvoudig: Als ik een kruiwagen niet mest heb en ik geef een robusten kerel zooveel minuten tijd om dien langs een goeden weg voort te kruien, dan kan ik immers precies zeg gen, waar de man aan 't eind van dien tijd sijn moet en als hij er niét is, volgt daar immers uit, dat-ie lui geweest is of stilgezeten heeft I Welnu maak dan de slotsöm maar Die uitkomen zou alstraderwijs-geven met mestkruien op éèn lijn te plaatsen ware Het object oftewel voorwerp van onderwijs is echter het kind, d.i. een redelijk zedelijk wezen en dat is >het ongeluk*, als ge wilt! Natuurlijk kan een meester weinig ge schikt sijn voor zijn taak. Doch dat blijkt al gauw, de eerste jaren reeds als hij ergens in school staat. En ik geloof dat dan als sijn tekort aan bekwaam heid duidelijk blijkt, een bestuur en een hoofd verplicht sijn, hem daar broederlijk over te onderhouden en aan te raden als nog een betrekking buiten het ouderwijste zoeken. Dat is geen gemakkelijks taak, maar zij kan noodzakelijk worden. In den regel echter staat de zaak zóó. dat .meester* gedaan heeft wat mogelijk was om de(n) leerling(s) »bij« te houden, maar dat hij aan 't eind zuchtend z'n han den in onschuld wasschen kan en zeggen »A 1' impossible nul 'n est tenul* Hst ónmogelijke kan nu eenmaal van niemand worden gevergd 1 Die critiek op meester verlucht dan wei eens even het geprangd gemoed en een wijs man zal zich niet over eiken letter, die in zulke oogenblikken gezegd wordt, boos maken. maar toch! zij heeft een giftig smaakje 1 Vooral wanneer zij gegeven wordt in het bijzijn van het schoolgaand kroost. Dan kan se misdadig zijn I Zie, dat vader en moeder, zoo 's avonds voor 't naar bed gaan, onder 't haarvlech ten en 't opsteken van 't waxme-lichtje es even de vraag onder de oogen zien of .meester* voor hun kind de rechte man op de rechte plaats heeten mag, dat is zeer begrijpelijk; ze zijn dat zelfs aan hun kind verplicht. Maar de .lieve jeugd* er buiten houden 1 Dat is een opvoedkundig axioma. Evenmin als de kinders tusschen vader en moeder de fijnste speld mogen kunnen steken, waardoor ze deze twee van elkaar zouden kunnen verwijderen, evenmin mag dit mogeüjk zijn tusschen 't gezin en de school. En zit er iets: werk dat af, als de kiuders naar bsd zijn, ze hooren toch al vaak meer dan op hun leeftijd wensche- lijk is! Andere ouders wijken weieens aan den tegenovergestelden kant van 't rechte pad en méénen dan nog wel, dat ze de zaak heel verstandig trakteeren. Neen, meester heeft geen schuld. Die heeft zijn uiterste best gedaan! Trouwens, dat kun je wel zien aan Piet van Klaas oom of aan Jannetje van den hoek, of aan zooveel andere kinders, die met prachtige vorderingen .over* gingen en die toch precies hetzelfde onderwijs hebben ontvangen Maar ais .meester* geen schuld heeft Dan heeft hun eigen kind schuld! Dan is de jongen of het meisje lui ge weest, of speelsch, of babbalzuchtig. of onwillig, in elk geval heeft dan het kind de schasde over de familie gebracht. Eu ik héb 't wel gezien, dat een arm jongsken erbarmelijk stond te snikken in een hoek: hij durfde niet thuiskomen, want zijn vader had hem een .rammeling* be loofd van heb-ik-jou- daar, als hij zitten bleef wat het geval was geweest Sommige vaders verkeeren dan ook in een grove dwaling. Zij meenen .getrouw* te moeten sijn. Wie wat verdient moet wat hebben. En al straffen se dan hun kiud niet pre cies met een lieh melijke tuchtiging, zoo storten zij toch zulk een reeks van bestraf fingen over zijn sciiuidig hoofd uit, dat de pija zeker niet minder wordt gevoeld. Nu kan dit noodig zijn. Noodig en dubbel verdiend! Daar zijn nu eenmaai jongens en meisjes wier vermogens normaal zijn, die een goede gezondb e d genieten, geregeld kunnen school gaan, maar te traag zijn om zich behoor lijk in te spannen en zoo zélf oorzaak zijn, dat ze aehferblijvea. Toch zijn dit uitzonderingen, In den regel moet een kind, bij al wat het doet eer wat teruggehouden dan aan gevuurd worden. Dat is e6n kind eigen. Een jongen met name, wil zijn hoofd en zijn spieren gebruiken, enkel om al 't genot van se in te spannen. Ook in dit opzicht geldt het dat we wat meer moeten worden »als de kinderen* en dus niet als sommige arbeiders, die per uur worden betaald of in daghuur werken. Als echter eigen schuld in 't spel is, dan voorzeker móét het kind ernstig bestraft. Maar de ouders zullen wél doen. in geval van twijfel eerst bij mee-ter eens inlichtin gen te vragen. Zij zullen dan leeren, dat God de gaven onder de kinderen der men schen seer onderscheidenlijk verleent. Zij zuilen hooren, dat hóógst zelden een kind in alles achterlijk is, maar dat het blijven- zitten in den ïegel het gevolg is van een onevenredige ontwikkeling. Zij sullen dan gaan begrijpen, dat ze vaak meester dank baar behooren te ziin, dat hij het kind een jaar zitten iaat. omdat zoodoende, let daarop 1 de kans op een goed eindresultaat zoo veil te beter wordt. Dit is almee de groote, moeieüjke kunst in de opvoeding: Na te gaan wat God in den jongen of in het meisje gelegd heeft en dat f elegenheid geven om tot ontwik keling ti komen. 't Knaapje dat schreide om de gevrees de .rammeiing* b.v. was nn eenmaal wat eenzijdig aangelegd. Iets van-buiten-leerén en onthouden was hem een kruis. Lastige denk-complicaties warea hem een marteling. .Nooit zit-ie ook es met 'n boek!* grom de z'n vader. Alt ij i in de sehuur te prut sen met zijn timmergereedschap

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1916 | | pagina 1