iVcz.
R
II.
en
rkt
voor de Zuidliollandsclie eat Seeuwsclte Eilanden.
lie Oorlog.
Woensdag 15 Maart 1916
31st" Jaargang N°. 2163
Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
ft
rkas
c>
RNIS
ieden.
rijzen.
)n
in.
Grondwetsherziening.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
3.00 I
4.50 0
6.00 I
i, 3.25 f
a 3.25 ft
4.00
8.50 5
■s 8.50 S
18.50 f
ksprijs. S
5, 5.60 -
8.00 A
8.50
7.50
20.50
a 37.
»r all
iiarn».
X
8663
ELLEN.
9242
ft
Omrei' uo van L.beiale zijde genoemde
caudidateu voor den Statenbus behoort
ook de heer van Vessem, burgemeester van
Ouddorp. Hij is genoemd en vooropge-
schoven door de Centrale Vrijzinnige Kiesv.
op ons Eiland. Eu dat wil zooveel zeggen
als: »U, mijnheer van Vossem wordt de
Vrijzinnige candidaat». De andere vrijzin
nige heerea, die ook in aanmerking komen
zijn de heer Vau der Koogh, reeds meer
malen gecandideerd, en de heer P. van
Schouwen, wethouder vau Oude Tonge.
LT-
is.
L57
iche
ig
OUTS.
li worde
5,— aan-
0, srehoel.
-
Oj
Werk- en
9400
velend.
9730
Desa Courant versohijnt alken Woensdag as SSttterdsg.
Abonnementsprijs per dria maanden ff. p. p. 50 Cssii»
gaitenland bij vooruitbetaling f 4,50 par jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
ffiïesvEB
W. BOEKHOVEN.
SOMMELSD1JK.
Haees-eosas. So. 3.
AdverÈeiïiës 10 «sens per regel ea ss&si, Beeiaaess 20 pes regel.
HoeksaKkonéiglBg 5 Gent pes regel m */s
Dienst aanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Oeat pes plaatsing.
ötroota lettere ©n viguattan worden berekend naar d® plaatsruimte dia jij beslaan.
Ad-rartentiën morden isgowaoht tot Dinsdag- en Vrgdagaaor^c 1
Alle stnlken voor «Se Kedactte bestemd, Advertenties* fan *«rdere Adnuirtlotraaa*1 irranes» ïoe te «eredes# aan «iesr*
Een Grondwet is geen onveranderlijk do-
kument, is geen wet van Persen en Meden.
Op haar is niet van toepassing wat Pila-
tus eens sprak: >Wat ik geschreven heb,
dat heb ik geschreven». Despotische kracht
kan aan haar niet worden toegeschreven»;
reeds hierom niet, omdat tot de totstand
koming van onse Grondwet én Koning, maar
ook het Volk het hunne heeft bijgedragen
reeds hierom niet, omdat bij een beschaafd
en meelevend Volk de politieke toestanden
a wijtigen en de staatkundige verhou-
afcgen in 't land zelf veranderingen onder
gaan. De Giondwet is voor verandering
vatbaar, moet soms gewijzigd worden om
de rechten en plichten van Vorstin en on
derdanen nauwkeuriger te omschrijven;
breeder te ontplooien, al naar den Tijd
waarin men leeft en de omstandigheden,
waarin dat Volk verkeert.
Een despotieke kracht heeft een Grond
wet niet; maar onzerzijds is ze ook niet
een stuk scheurpapier; is ze niet een or
gaan van een wufte volksmenigte, die van
daag dit en morgen weer wat anders wil.
Een speelbal van Partijen mag ze nooit
zijn; een jaarlijks gewijzigde en vermeer
derde en herziene druk van een in 1813
uitgegeven boekwerk mag ze ook niet zijn.
Vastheid, als een spijker en 't hout dient
/j/. ter dege te bezitten; en slechts door een
jjfjptang van een krachtig en bekwaam
timmerman, mag hij losgemaakt opdat deze
deskundige man die vastgeklonken plank
niet ontwrichte en daarmee het heele tim
merwerk kapot zou wringen en uit zijn ver
band zou brengen.
Een Grondwet moet een flink vastgesla-
gen nagel zijnvastgeslagen in onze natio
nale leven, maar tijd en omstandigheden
eischen soms, dat een zeer bevoegde hand,
als de roest en de vérweering door den
Tijd is ingetreden, een nieuwen spijker er
naast invoegt, om 't gebouw vau Staat
hechter te maken dan ooit te voren.
Een speelbal des Volks; der politieke par
tijen mag ze niet zija. Wel is ze dat; is
ze dat geweest in dagen van Revolutie en
Volkswaanzin, maar dat duurt nooit lang>
omdat ieder burger en iedere politieke par
tij zeer goed weet, dat alleen in een tijd
van Orde en langs reohtmatigen weg voor
haar winst is te behalen, die beklijft en
stand houdt, en tot heil des Volks kan
gedijen.
Daarom is elke Grondwetsherziening ge
bonden aan een bepaalde meerderheid, die
de beslissing in handen heeft, of en hoe
ze zal worden gewijzigd. Thans heeft men
op 't oog; Veranderingen in 't Kiesrecht
en 't onderwijsartikel.
Niet één kiezer is er meer in den Lande,
of hij is tamelijk wel met deze zaak op de
hoogte, omdat ze reeds een 10-tal jaren
aan de orde is. Het Christelijk Lager On
derwijs heeft reeds zoo'n vlucht genomen,
en is reeds van zoodanige beteekenis ge
worden, en is door vorige wetsontwerpen,
regelende de Subsidie en Subsidievoorwaar
den in zulk een positie gekomen na een
halve-eeuw-zwaar-strijdens, dat de Grond
wet absoluut óp dat punt een wijziging
moet ondergaan.
De hooge en bijna eenige positie, die 't
Openbaar Onderwijs in de Grondwet tot
heden nog inneemt, mag en kan niet lan
ger bestendigd.
Door de Subsidieering, vastgelegd in de
gewone lager-onderwijs-wet (dank zij de
Rechtsche Kabinetten I) is er al eengreote
verandering ingetreden in de verhoudingen
tusschen 't Openbaar en Bijzonder onderwijs;
is op de vraag om Rechtsgelijkheid reeds
een aanvankelijk zeer gunstig antwoord
gegeven en liggen de Christelijke Scholen
niet meer onder 't oude dwangsysteem dat
de Vrijzinnigheid zoo lang mogelijk op 't
Christelijk Onderwijs toepaste. Maar de vrien
den van 't Car. Onderwijs zijn nog niet
tevreden, noch voldaan. Dankbaarheid voor
't door strijd verworvene sluit nog geens
zins tevredenheid en voldaanheid in.
Er is nog een Rechtsongelijkheid, die
krenkt. De Gemeentekas is nog de koe,
waaruit 't Openbaar Onderwijs, dagelijks
melkt. Ea dat kan en moet veranderen. Geen
enkel voorrecht mag in de toekomst de O.
School bezitten boven de Christelijke In
alles en in elk opzicht moeten die twee
soorten van Scholen tegenover Staat en
Gemeente dezelfde zijn. Geen enkel voor
recht mag de Openbare School bezitten;
maar gelijk recht voor beide is de bedoe
ling van alle voorstanders van 't Christe
lijk Onderwijs.
En omdat gelijk recht te ontvangen is,
Grondwetsherziening noodig.
Om die herziening te doen werken tot
heil van 't recht-voor-allen is aanneming
door Tweede en Eerste Kamer noodig. En
deze laatste doet de deur toe. Aau haar is
de einduitspraak. En daarom stellen we in
die einduitspraak van dat college hooge
waardij.
Hoe ziet die Eerste Kamer eruit, als de
Grondwetsherziening inzake 't Christelijk
Onderwijs in haar College behandeld wordt.
Is ze dan Rechts of Links; daar gaat 't
om. En 't is om een Rechtsche le Kamer
te doen.
Daarvoor ook het hooge belang der Sta
tenverkiezing.
Een kluifje voor Ouddorps Kiesv.
Maar wat de heer van Vessem betreft,
ja al ware 't een ander, voor de pas
nieuwe, pas opgerichte kiesv. te Ouddorp
een prachtig begin. Die kiesvereeniging
kan door haar eerste kranig optreden naar
buiten lauweren behalen. De vuurdoop
heeft ze nog niet ondergaan, want ze heeft
nog geen politieke strijd mee kunnen
maken. Toen broeder Gnnwis met zoo'n
roijaal stemmencijfer uit de Gemtenlebus
kwam, was de Kiesv. er nog niet.
In den Giideniijd mocht niemand zich
»meester« noemen (car. bakker, mr. schil
der) öf hij moest oen proefstuk leveren.
Dat proefstuk is in Ouddorp te leveren
door den heer van Vessem zoo'n klein
bagatelletje van stemmen te leveren, dat
heel Plahkee, en heel onze Centrale 't uit
roept: da's een victorie voor de nieuwe
Jammer, dat de kiezerslijst door de
oude Kiesv. zoo verwaarloosd ia; er is
niets aan gedaan, en dat zal zich wreken
dat komt op de verantwoordelijkheid van
de gestorven Kiesv. En niet graag zouden
we, waar toeh in Fttbr. een statenstrijd in
't zicht was, zoo'n nietsdoenerij op ons
geweten hebbeD.
De nieuwe Kiesv. moet van die laksch-
heid natuurlijk de bittere gevolgen dragen.
Maar nog eens: zij haar debuut, haar
eerste officieel optreden een eere. Het zou
ook een smaad kunnen zijn. Dat ze daar
voor bewaard blyve. Maar dan ook de
oogen flink open. En alle hens van nu af
op 't dek. Dan wachten we, dat 't ouwe
Ouddorp vau voorheen weer eens vriend
en vijand tot jaloerscbheid strekke.
Japan. Het Korr. Bureau te Weenen meldt,
dat het Neues Wiener Journal een uittreksel
heeft gepubliceerd uit een geschrift van den
voormaligen Japanschen minister Joesaboero
Takekosji een gezien en invloedrijk
staatsman te Tokio waarin deze de
annexatie van Ned.-Indië door Japan (voor
alsnog in den vorm van een protectoraat)
aanbeveelt.
Nadat Java en Sumatra door Japan zouden
zijn bezet en aan straat Soenda verdedi
gingswerken zouden zijn aangelegd, zou geen
vreemde vloot zich meer een doorbraak naar
Oost-Azië kunnen banen.
Chichoreiwortelen. De minister van land
bouw, nijverheid en handel heeft bepaald,
dat de tijd, gedurende welken zij, die een
certificaat voor den uitvoer van chichorei
wenschen te ontvangen of hebben ontvan
gen, een voorgeschreven hoeveelheid cicho
reiwortelen voor binnenlandsche verwerking
beschikbaar moeten houden, is verlengd
tot 1 Mei. (St.ct.)
De lawines in het gebied der Zuid-Tyrool-
sche Alpen blijven aanhouden; thans wordt
weder een nieuw lawine-ongeluk van daar
gemeld, waarbij talrijke personen in de
diepte werden geslingerd. Tot nu toe zijn
12 lijken gevonden.
Is het niet opmerkelijk. De Christen ver
staat zijn tijd en de verschijnselen daarvan.
De Zaandijk. Zondagochtend te 4uur
is de Harwichboot Colchester kapitein F.
Lawrence, aan den Hoek van Holland aan
gekomen en na daar de mail gelost te hebben,
opgestoomd naar hier, waar het stoomschip
in den namiddag aan de Parkkade ligplaats
nam.
Vrijdagmorgen te 10 uur vertrok de Col
chester, zoo deelde kapitein Lawrence mede,
van Tilbury, en ankerde daarna wegens
slecht weder tot 11 uur Zaterdagmorgen bij
Southand op de Theems, waarna de reis
naar Rotterdam werd aanvaard.
Zaterdagnamiddag tusschen 3 en 3'/2 uur,
ongeveer drie mijlen oost-noord-oost van
het Kentisch Knock vuurschip, kreeg men
de Zaandijk in zicht, seinende met een vlag,
waarin de letters N. C., hetwelk beteekent,
dat er assistentie werd gevraagd.
Onmiddellijk stoomde de Colchester der
waarts. De voorpiek van de Zaandijk stond
vol water, maar de waterdichte schotten be
letten het water verder in het schip door te
dringen. De schroef stak boven de zee uit,
zoo diep was het voorschip gezonken. De
gezagvoerder, alle officieren en de beman?
ning waren aan dek, terwijl een gedeelte
van de bemanning was overgegaan aan
boord van een in ballast varend Noordsch
stoomschip, zich in de nabijheid bevindende.
Aan boord van de Zaandijk werd een tros
uitgebracht en met behulp van een reddings
boot aan boord van de Colchester gebracht,
waar hij bevestigd werd. Kapitein Lawrence
hoopte in staat te zijn het in nood verkee-
rende schip de Theems op te sleepen.
Nadat men twee uren bij slecht weder de
Zaandijk gesleept had, brak de tros en
moest van verder hulpverleenen worden af
gezien. Doch kapitein Lawrence verliet met
de Colchester de Zaandijk niet, voor hij
door middel van signalen aan Engelsche
patrouillevaartuigen kennis gegeven had van
den nood, waarin het Hollandsche s.s. ver
keerde. Eerst toen deze vaartuigen tot assis
tentie ter plaatse verschenen waren, het
was toen kwartier na zeven in den avond
en al donker geworden, zette de Colchester
de reis naar Rotterdam voort, waar het
stoomschip zonder verdere wederwaardig
heden behouden aankwam.
Kapitein Lawrence is stellig van meening,
dat men er in slagen zal de Zaandijk de
Theems binnen te brengen. N. R. Ct.
Een onrechtmatige aanhouding.
De Sum, Post heeft over de nieuwe aan
houding der „Mijer" nader vernomen, dat
deze aanhouding weer in de buurt van de
Karimoeneilanden plaats had, tegenover Sin
gapore. Kort na tafel, zoo deelt het blad
mee, omstreeks half tien, werd de „Mijer"
door een Engelsche torpedoboot, de „Fame",
die bleek zwaar bemand te zijn, gesommeerd
om stil te houden. De „Mijer" voldeed aan
deze sommatie. Twee Engelsche officieren,
een politieman en een reservist kwamen
daarop aan boord van de „Mijer" en ver
zochten, de passagiers te doen aantreden.
De Britten onderzochten daarop de papieren
van de passagiers, evenals van de aan boord
zijnde koelis, doch vonden geen aanleiding,
om, zooals den vorigen keer, tot een arre
statie over te gaan. Het geheele onderzoek
duurde nog geen half uur. De Britten ge
droegen zich zeer correct.
Wij vernemen verder uit betrouwbare
bron, dat volgens meeningen, door den
kapitein van de „Mijer" gedaan, op het
moment van de aanhouding het schip zich
op slechts D/2 mijl van de Nederlandsch-
Indische kust bevond en derhalve binnen de
Nederlandsche wateren voer. De kapitein
van de „Mijer" heeft zijn bevindingen in
een rapport vastgelegd en aan de autoriteiten
overlegd.
De Deli Ct. teekent hierbij aan
Blijken de inlichtingen van de Sum. Post
juist, dan zal door onze regeering natuurlijk
worden geprotesteerd tegen dit optreden
der Engelschen. Zij hebben de macht ter
zee en een weigering om te stoppen zou
den gezagvoerder van de „Mijer" duur zijn
te staan gekomen. Echter kunnen we niet
aannemen, dat de aanhouding bewust is ge
schied binnen neutraal water.
De vorige maal was het den Engelschen
blijkbaar bekend, dat de heeren KSmpfert
en Götte aan boord waren en toen hadden
ze hun ons niet bekende reden om deze te
arresteeren. Bij aanhoudingen in open zee
kunnen we weinig anders doen dan faire
bonne mine h mauvais jou daarvoor zijn
we een kleine natie maar de vraag dringt
zich wel op wat de Britten er aan kunnen
hebben, om onze K. P. M.-booten van de
Duitsche passagiers te ontlasten. De booten
vervoeren toch alleen van en naar plaatsen
in Nederlandsch-Indië. De buitenlandsche
havens, die in de vaarroutes liggen, behooren
tot Duitschland vijandige landen. Daarheen
zullen Duitschers zich dus vanzelf niet be
geven. Voor den buitenstaander moet het
dus vreemd lijken, dat de Engelschen liever
de Duitschers op hun kosten interneeren op
een plaats, vanwaar ze niet weg kunnen,
dan dat dezen op eigen kosten in een
neutraal land blijven, dat ze evenmin ver
laten kunnen. Deze zaak hebben wij intus-
schen niet te beoordeelen. Voor ons geldt
slechts de kwestie van de ontoelaatbaarheid
van aanhoudingen binnen ons gebied door
welke buitenlandsche natie ook. Een protest
mag dus zeker niet achterwege blijven,
indien inderdaad onze neutraliteit geschon
den is.
Oorlogswinstbelasting. Bij de Tweede
Kamer is gisteren het ontwerp van de
oorlogswinstbelasting ingediend, eene be
lasting „wegens de vermeerdering van in
komen of winst als onmiddellijk of middel
lijk gevolg van den oorlogstoestand." iedere
vermeerdering van inkomen of winst wordt
geacht een gevolg van den oorlogstoestand
te zijn, „indien en voor zoover het tegendeel
niet aannemelijk is gemaakt."
De wet wordt geacht in werking te zijn
getreden 1 Aug. 1914. De belasting wordt
jaarlijks geheven.
Tegen opzettelijke onjuiste of onvolledigê
aangifte wordt gevangenisstraf bedreigd van
ten hoogste 6 maanden. Tegen vervalsching
van bewijsstukken of boeken ten hoogste
2 jaren gevangenisstraf.
Ter verzekering van een goede controle
kan de directeur der directe belastingen op
verzoek van den inspecteur deskundigen
(aacountants) aanwijzen voor de inzage van
boeken of andere bescheiden.
DE TOESTAND.
Voor een zóó geweldig offensief als erbij
Verdun plaats greep of nog grijpen zal, is
er bepaald heden weinig nieuws.
De belegeringsoorlog, zou men zoo zeggen
raakt thans in vollen gang. Het Fransche
veldleger is op de fortenlinie teruggetrokken
of teruggeworpen. Wel is de vesting nog in
Fransche handen, en of hij ooit in Duitsche
zal overgaan dient te worden afgewacht,
maar de aanvaller heeft reeds een bedenke
lijke bres in dien stevigen wal gemaakt.
Opmerkelijk is hoe deze oorlog militaire
theorien vernietigd. Deze geweldige vesting
werken die millioenen hebben gekost, blij
ken weinig waarde te hebben, en de verde
diging moet steunen op het leger, dat voor
heen zijn bescherming zocht in de werken
van beton en staal.
En nu bij Verdun is het juist de omge
keerde wereld. Een tweede les uit deze oor
log is dat loopgraaflinies enz. veel sterker
dan vestingwerken zijn.
Maar wat Verdun zoo sterk maakte was,
dat de Franschen zich de lessen van Luik en
en Antwerpen hadden ten nutte gemaakt en
om de stelling heen, een zeer machtig loop
graaf-front hadden gebouwd.
Die loopgraven stellingen maakten Verdun
„onneembaar", zooals werd gepocht.
Maar deze stellingen zijn gevallen, na een
nooit gehoord bombardement, dat de Duit-
schere „krachtige voorbereiding" noemen.
En nu wordt de vesting zelf belegerd.
De artillerie neemt nu eens dit, dan weer
dat stuk onder haar verdelgend vuur.
En is dit klaar dan een infanterieaanval,
liefst bij nacht, die het geschoten gedeelte
in beslag neemt en zich daar tracht te nes
telen.
Met moed en talent verweren zich wel de
Fransche troepen, maar de Duitsche artillerie
schiet al hun versterkingen plat, eerst in het
Noorden, toen in het Oosten, en nu weer in
het Westen. De infanterie gaat sprongsge
wijze vooruit en al nauwer wordt de mach
tigste sterkte van den N. Franschen vesting
muur ingesloten. En men vraagt zich met
reden af: zal de eerstvolgende vloedgolf
Verdun wegvagen, zooals zoovele dorpen en
sterkten zijn neergestormd door den projec
tielen-orkaan
Want meenens is hetdat blijkt o.m. uit
den systematischen, met groote nauwkeurig
heid voorbereidden en zorgvuldig doorge-
voerden aanval.
De geweldige artillerie heeft het woord
en uit deze gevechten der laatste veertien
dagen blijkt, dat de Duitsche artillerie verre
de baas is.
Nergens nog hebben de Franschen het uit
gehouden en het wordt door hen toegege
ven, dat zoo nergens artillerie is opgetreden.
Er gaat een hardnekkig gerucht, dat maar
schalk Mackenzen het bevel heeft gekregen
op het front van Verdun tot Belfort.
De Duitschers verzwijgen de namen hun
ner bevelhebbers zooals ze over't algemeen
een zware sluier hebben geworpen over heel
dit offensief.
Maar onwaarschijnlijk klinkt het niet. De
fronten-dwinger, die de Russen tot den
terugtocht noopte, die de Balkandeur open-
rameide, lijkt bij uitstek de man om het
geduchte Westfront aan te pakken.
En op het Oostfront zoowel als in Servië
heeft hij getoond liefst het sterkste het eerst
te nemen.
Hij is de man der artillerie.
Zooals hij kanonnades organiseert, is hij
nog niet overtroffen. En ook bij dezen
aanval wordt het er blijkbaar op toege
legd het leger zooveel mogelijk te sparen
en technisch een doorbraak te forceeren.
Met spanning wordt het duel bij Verdun
gevolgd, omdat aan de mislukking of het
slagen van het Duitsche plan onberekenbare
gevolgen verbonden zijn.
Als totaal-buit melden de Duitschers thans
De in de berichten van 29 Febr. en 4 Maart
opgegeven getallen van gevangenen en buit,
van den tijd sedert het begin der gebeurte
nissen in het Maasgebied, zijn thans geste
gen tot 430 officieren en 26,042 man onge-
wonde gevangenen, 189 kanonnen, waaron
der 41 zware, en 232 machinegeweren.
Voorts kan de Duitsche staf op een nieuw
militair succes wijzen, zij het dan ook niet
bij Verdun, maar in de streek van Reims.
Ten Noorden van de Aisne, ten Z.W. en
Z. van Vilie au Bois, 20 K.M. Noordwestelijk
van Reims, hebben de Duitschers nl. sterke
Fransche stellingen ter breedte van 1400 M.
en ter diepte van 1 K.M. bestormd. Aan
ongewonde gevangenen vielen hun 12 offi
cieren en 725 man in handen en aan buit 1
revolverkanon, 5 machinegeweren en 13 mijn-
werpers.
De Franschen noemen de verloren stelling
een vooruitstekend punt in hun linie en zeg
gen, dat zij na een zeer hevig gevecht de
Duitschers uit den Noordwestelijken hoeken
het Westelijk deel van het bosch, dat de
Duitschers hadden weten te bezetten, weer
hebben verdreven.
Vermoedelijk hebben we hier met een
plaatselijken aanval te doen.
Van Ter Zee wordt het verlies gemeld van
de Engelsche hulpkruiser „Fauvette" die op
de Oostkust van Engeland op een mijn liep
en zonk. 10 off. en 12 man zijn verdronken.
Ook is een Russische torpedoboot „Leite
nant Toeatsjin ten Zuiden van Wama op een
mijn geloopen en gezonken. 4 off. en elf man
zijn door Bulgaarsche soldaten gered.
Intusschen heeft Duitschland, door het
aanstoken van Engeland, om de Duitsche
schepen, die in Portugal lagen, maar in beslag
te nemen, zich genoodzaakt gezien, aan dien
vazalstaat den oorlog te verklaren.
Duitschland riep zijn gezant te Lissabon
terug en beschouwt zich als in oorlogstoe
stand met Portugal.
Veel verandering geeft dit niet.'
Portugal is al jaren niet anders, dan als