\l tooi* de Zuidliollaiidsclic eia Zeeuwüelie Eilanden. Zaterdag 4 Maart 1916 31sle Jaargang N°. 2160 3 Antirevolutionair Orgaan Derde Blad. Advertentiën SN0JBPTAF£LS. ■r Bijbels en Kerkboeken i.IoilÉvifi Sommelsiiijk IN HOC SIGNO VINCES m, W. BOEKHOVEN. LAND- EN TUINBOUW. VOOR HUIS EN HOF. UIT DE PERS. BINNENLAND. SNIPPERS c. s. Martiin Firma Tb. Treianlregt Botersloot 141 ROTTERDAM. SOMMELSD1JK. De grootste keuze De laagste prijzen. >plnies anders ges wordt de erkend. Vele ïbloedigen en Ie opinie be- n het kan den ;n maar ten rde lezer, de 3p algemeene enuwzwakte; ilom geroem- bij bevinden. ksaanwijzing Den Haag. :n Drogisten. tt daar ge- DËR en. Veeren ïn. Kapok- ïubeien en !au en koo- 9158 I. trdt Öese Ooarant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag, AboasesgeBteprijffi pes drie maasden fr, p. p. 50 i-SSfc Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. ihtgbvbe TeletooB latereoma. Ho. Z. AdrerteaïlSl 10 sant pa? tegel es maal, Esalames SO pgr regel. Boekaankondiging 5 Gent per regel en 4,/? sssasL Menstunvragen sa Dienstaanbiedingen 50 Gent per plaatsing. jSroote lettere en vignetten vrorden berekend naar da plaatsraisste die zij bsalaao. I Advertenties worden ingeiraoht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nar. Tile stufefeen v««»r de K&edacfB® oeste^aiao, Advertentiên eis verdere Administratie iranco toe te asesideii *m dew I/ltcever. Het Insluitstelsel. „Wat heeft onze zorgeloosheid en on verschilligheid, en egoïstisch standpunt niet vaak veel bedorven Het „éên voor allen en allen voor één" hoe mooi het ook klinkt en hoe best ook bedoeld, bleek zoo menigmaal een ijdele leuze". Nu de Minister het afmaakstelsel als regel heeft laten varen en zijn toevlucht heeft ge nomen tot het insluitstelsel, rust op alle vee houders de dure plicht mee te werken zoo veel in hun vermogen is. Er zijn nog maar al te veel boeren zoo zei de heer E. Wesbonk, lid v. d. Centrale Waakzaamheids commissie, in een vergadering te Franeker die in de bestrijding van het mond- en klauwzeer het laat-maar-waaieu-systeem wil len toepassen, bang als zij zijn voor iedere opoffering ten behoeve van het algemeen, en daarmee ook van hun eigen belang. In vroeger jaren was het niet andersonder allerlei voorwensels trachtte men te ontko men aan het naleven van de voorschriften, door de hoogere macht, in hun eigen be lang, in het leven geroepen. Wanneer wij de geschiedenis der veepest in de jaren 1866 en '67 nagaan vervolgde spreker en de houding, die toen werd aangenomen door vele veehouders, vergelijken met die van thans, dan komen wij tot de jammerlijke con clusie, dat het geslacht van critiek en "te genwerken dat toen leefde, nog niet is uit gestorven. Niet, dat critiek op zich zelf is te veroordeelenintegendeel, maar zij moet opbouwend, meewerkend zijn. Wat zijn er veel menschen, die zich als tegenstanders van het afmaaksysteem voor deden om allerlei redenen, maar die nu blijken ook tegenstander te zijn van isolatie 1 Dezulken kunnen moeilijk tegenstanders van het mond- en klauwzeer genoemd worden, 't Komt voor, dat er bijna geen leden voor de waakzaamheidscommissies te vinden zijn Dat is niet, zooals 't hoort. Niemand mag zich onttrekken aan den arbeid allen dienen eendrachtig samen te werken in het belang van ons bedrijf! De heer Werbonk meent van het afzonde ringsstelsel wel succes te mogen verwachten. Mits het streng wordt toegepast, en dan nog voor den eersten tijd. Dat door isolatie wel iets kan worden be reikt, is meermalen bewezen. In 1866 en '67, toen de veepest zoovele offers eischte, zijn de drie provincies Groningen, Drente en Limburg geheel vrij van die ziekte gebleven, doordat men zeer strenge bepalingen van in- en doorvoer in het leven had geroepen. Wie de geschiedenis kent van die jaren, zal moeten toestemmen, dat, was men toen waakzaam geweest, de ziekte zich tot enkele gevallen zou hebben beperkt. Maar door de onhandelbaarheid der boeren, en de veelvul dige overtreding der voorschriften, werd steeds grooter omtrek besmet, zoodat 156000 beesten werden aangetast, zijnde meer dan een derde in die provincle's aan wezige dieren, waarvan 27.000 zieken en 10.000 gezonden of verdachten zijn afgemaakt. Of het nu te danken is aan het afmaaksy steem, dat de ziekte zich niet weer vertoonde of aan de wet van in- en doorvoor voor ons land dus het isolatiestelsel laat spr. liever in het middenzeker is dat die wet voor 1865 niet bestond. Ook bij de bestrijding van mond- en klauwzeer zijn wel goede resultaten ver kregen. Als de boeren maar beter te vertrouwen waren, zei de Directeur-generaal, de heer Van Hoek, dan was er van het afzonderings- systeera nog wel succes te verwachten. Wij hebben dus in de eerste plaats te zorgen, dat wij, allen te zamen, vertrouwd kunnen worden. Dit is noodig zoowel voor heteene als voor het andere systeem. Kan ook bij het afmaken niet veel bedorven worden? Blijkt dat niet telkens, waar gevallen wor den verzwegen? Ieder, die zich het moeilijke en waakzame afzonderingsstelsel wil getroosten, heeft het recht zei spr. ten slotte om zijn vee te behouden, tenzij en hier ging hij met het besluit der Kamer of liever met het be sluit van den Minister accoord tenzij de hoeve ongelegen en ongeschikt ligt,endaar- door het welslagen der isolatie ln den weg zou staan. Maar dat treft dan ook zoowel het beste als het minderwaardige vee, en hier is dus geen bevoorrechting in het spel. Dat in die gevallen een ruime vergoeding wordt uitgekeerd, zal ieder moeten toejuichen. En daar is dan ook meteen een schoone gelegenheid het „één voor allen en allen voor een" toe te passen, Dezulken van ander vee te voorzien op billijke voorwaarden, is ons aller plicht. C. B. De Slaapkamer. Een derde van iemands leven wordt in de slaapkamer doorgebracht, die licht, luchtig en zonnig moet zijn. Als zij niet zonnig is, dan moet men ten minste zorgen, dat zij door kleur, er gezellig uitziet. Bij de keuze van het behangselpapier moet men er op letten dat dit rustig, kalmeerend is. Hoe dikwijls wordt de fout niet gemaakt, de wanden van de slaapkamer te behangen met papier van een onmogelijk patroon of vree- selijke bloemen. Een effen, niet aan kleurver andering onderhevig papier, maakt de kamer gezellig; daarbij een smalle rand, die in kleuren harmonieert met de kleeden en gor dijnen. Een slaapkamer moet goed geventileerd zijn en geen meubelen of zaken bevatten, die stof opnemen. Een vloer van fraai geschil derd of ingelegd hout is het best, doch vloer zeil is even goed. Kleedjes voor het bed, voor de toilet en waschtafel vroolijken de kamer niet zoo fraai op, als een niet groot kleed midden in de kamer. De kleur, die men voor een slaapkamer moet kiezen, hangt af van haar ligging. Ligt zij op het Zuiden, dan kiest men koele, rus tige kleuren, zooals blauw of groen, terwijl men voor een kamer op het Noorden warme tinten als geel, olijfkleur of rood kiest. Wat het bed betreft, verkiest menigeen houten ledikanten, die in eenvoudlgen doch fraaien stijl zijn gemaakt, en wit geëmailleerd of gevernist zijn. Een ijzeren ledikant met stalen springveeren matras is echter het meest verkieslijk. Men kan dit in fraaie vor men krijgen; het is danhethoofdmeubel.dat de geheele slaapkamer een gezellig aanzien geeft. (De Gezondheid). Bloedvlekken. Het komt dikwijls voor, dat men bij het naaien zich in de vingers prikt en een roode bloedvlek plotseling het werk ontsiert dat men onder handen heeft. Men moet dan terstond een propje watten, een linnen doekje of een dotje dik breikatoen nemen, dit met een weinig koud water be vochtigen en hiermee van onderen en van boven de vlek uitdrukken. Dit moet men eenige malen herhalen en daarna met een schoon wit doekje de vlek geheel droog wrijven om te voorkomen dat er een water kring ontstaat. Verfvlekken. Zijn deze versch, dan met benzine uitwasschen zijn ze verouderd, dan eerst met vazeline bestrijken, tot de verf weer vochtig is geworden en daarna eveneens met benzine uitwasschen. De meeste verfsoorten kunnen ook door terpentijn worden opgelost. Omgekrulde hoeken van kleedjes weer glad tnaken. Om gekrulde hoeken van kleedjes weer glad te maken, zóó, dat ze blijven liggen, moet men ze eerst bedekken met een doek, die in schoon water is gedompeld en niette droog is uitgewrongen. Men strijkt er dan met een heet strijkijzer over. Ook pluche kleeden worden op die manier glad, maar dan moet men den ver keerden kant boven leggen en niet te sterk drnkken met het ijzer. Rooken van kinderen. Grooter schijnen dan men werkelijk is, dat is nu eenmaal zoo'n trek bij kleinen en grooten mensch. Vader rookt, de meester rookt, „de kleine man" wil dus ook rooken. Hij wil „groot zijn", net doen als „vader", net doen als meester". Ouders zoowel als onderwijzers moeten onze jongens bijbrengen, dat rooken slecht voor hun gezondheid is, aanleiding geeft tot kwalen, die later voor den dag komen (vooral het rooken van sigaretten is zoo verderfe lijk) het moet hun gezegd worden, dat het jonge menschen niet past alles na te doen wat groote menschen verrichten; 't past hun niet zich te mengen in hun gesprekken, maar óók niet hen na te volgen in al hun gebrui ken. Den baardeloozen knaap siert geen ge- kleede jas met hoogen hoed, zoo past den jongen niet wat des mans is. Er zijn nog andere redenen, waarom het rooken moet tegengegaan worden. Niet alleen dat het verkeerd is voor de gezoudheid en dat het de grootdoenerij bevordert, maar ook kost het onzen jongens, of anders den ouders geld, geld dat door beide veel beter gespaard kan worden of voor iets nuttigs, iets dat ontwikkelend is, kan worden uitgegeven. Want, dit is wel eigenaardig, jongens, die al zoo vroeg rooken, hebben meest weinig idee om zich wat te ontwikkelen in 't een of ander. Zou er samenhang bestaan? En dan boven dien hoe komen onze jongens menigwerf aan de rookcenten In het Tijdschrift voor Armenzorg en Kinderbescherming van 11 Juli 1914 wordt ook 'n artikeltje gewijd aan het „Rooken door kinderen" en daarin wordt gezegd, dat „aan de Vereeniging „Pro Juven- tute" (voor de jeugd) te Breda was gebleken, dat het rooken door kinderen een groote aanleiding is tot het plegen van dieverijen". Het ééne kwaad brengt dus óók hier weer het andere voort. Het gaat ook met rooken menigmaal als met snoepen, het voert tot stelen. Men wil rooken, heeft lust tot rooken, bezit geen geld, en 't wordt genomen Men zij dus gewaarschuwd! Observator. Verarming der volken. Veertig jaar lang heeft West-Europa in vrede geleefd. Veertig jaar lang heeft de bevolking zonder noemenswaardige stoornis gewerkt en schat bij schat is opgespaard. Toch vraagt men zich af, of die schatten voldoende zullen zijn om de ongeloofelijk hooge kosten van den oorlog te bestrijden. De oorlogscredieten van het Britsche Rijk zijn nu gestegen tot een bedrag van 25 mil liard gulden. Naar matige berekeningen kost de oorlog aan alle oorlogvoerenden te zamen per dag ruim 200 millioen, dat maakt per jaar 73.000 millioen, een som, die aan onze stoutste ver beeldingskracht ontglipt. De bange vraag doet zich voor, waar het uitgeven van zulke alle berekening te boven gaande schatten op uit moet loopen. Want het spreekt van zelf: dat geld moet betaald worden en de natiën moeten het opbrengen. Het is niet te zeggen tot welk een verar ming dit straks na den oorlog voeren zal. De demon van een afschuwelijke paupe risme ligt op den loer en het is te vreezen dat de volken aan zijn greep niet zullen ont komen. In Engeland heeft men na den Napoleon tische oorlogen met zulk een pauperisme te kampen gehad. Maar wat nu te wachten staat, zal de vroegere ellende zeker verre te boven gaan. Alleen de rente van één jaar oorlogvoeren zal den mogendheden te staan komen op een jaarlijksch bedrag van meer dan 31/» milliard. Zoolang de oorlog duurt leeft men van den hoogen boom. Men leent. Maar straks moet daar toch een einde aan komen. De schuldenlast der natiën zal drukkend zwaar zijn, indien zij voor sommigen niet uitloopt op een staatsbankroet. Brengt men nu met deze sombere voor uitzichten op finantieel gebied den geest van materialisme en Godverzaking in verband, die hoe langer hoe meer de volken heeft overmeesterd, dan zal, na het sluiten van den vrede, indien God het niet verhoedt, een roering onder de volken te duchten zijn, die heel de menschheid schokken zal. Niemand weet waar het heen moet. Niemand ziet een einde. Maar dat het menschdom leeft als in een verdwazing, dat speurt zelf de eenvoudigste. We gaan in elk geval in het economische leven spannende tijden te gemoet, even span nend als die welke wij thans doormaken op militair en diplomatiek gebied. N. H. Ct. Een droef verschijnsel. Een der meest droeve verschijnselen van dezen oorlog is, dat de verwildering der jeugd ten gevolge van den krijg zeer sterk toeneemt. In Duitschland en in Engeland wordt daar ten zeerste over geklaagd. In Berlijn werd onlangs een vergadering gehouden van voor aanstaande mannen, die het euvel bespraken. Zij konden het constateeren, maar stonden verlegen, toen zij naar een geneesmiddel zochten. Een Engelsche politierechter vertelde, dat het aantal misdrijven, door kinderen gepleegd, met meer dan 50 pet. toenam. Het zijn meest kinderen van soldaten, die tot misdrijf ko men. De vrouwen der soldaten verwaarloo- zen in vele gevallen hun gezin nu de man des huizes in het veld is. Naar wij onlangs mededeelden, neemt het drankmisbruik onder de vrouwen zeer sterk toe. Jeugdige perso nen verdienen ook reeds veel geld en als zij het niet verdienen, stelen zij het meest om naar de verderfelijke bioscoop te gaan, die hoogeschool van de misdaad. Welke droeve tijden gaan wij tegen. De oorlog werkt, dit bewees de historie, verwilderd voor velen, die lang in den strijd waren. En onderwijl het zedelijk besef van den vader gevaar loopt is te huis het hek van den dam, gaat de vrouw drinken en zwerven, de kinderen op straat of zitten in de bioscoop en gaan het pad van de mis daad op. Wel mochten we de overheden toeroepen denk nu eens niet aan vernietiging van uw vijand, maar denk aan uw volk, aan het op komend geslacht, aan de toekomst en sluit vrede. God heeft een twist met Europa. En waar is de verootmoediging onder Zijn slaande hand (N. Pr. Gr. Ct.) Altoos door. Weer melden de seismografen op het Mag netisch en Meteorologisch Observatorium, thans uit Java, van drie op elkaar gevolgde aardbevingen, waarvan, gelijk men bericht, „de tweede zeer zwaar was". Ze volgden elk ongeveer twee a drie uur na elkander. De eerste om 1.43. De tweede om 4.15. En de derde begon om 6.13. Het geheel gaf alzoo een verloop van vier en een half uur. De tweede aardbeving die zeer zwaar was nam men waar op een afstand van 3300 K. M. van Batavia. En het opmerkelijke hierbij was, dat er 's nachts, omstreeks half twaalf, nog een vierde stoot kwam, doch ditmaal op veel korter afstand, niet veel meer dan 150 K. M. van het Observatorium. Zoo blijft de onrust ook in de natuur aan houden. Eerst was het alleen aardbeving. Toen kwam de hooge golving bij Japan. Daarna ten onzent de ontzettende waterramp. Na de waterramp hier, de waterramp op Java. En thans, na dit alles, keert de aardbeving terug en blijft verschijnsel na verschijnsel cok in het leven der natuur van onrust getuigen. Zelfs volgde er bij Tapanoelie nog meer. Iets stelligs valt hieruit niet af te leiden, maar nu het ééne verschijnsel niet week, of het andere komt weer, zou het toch van schuldige zorgeloosheid getuigen, indien er op dit alles saam niet gelet werd. Of is het niet zoo, dat de Schrift ons zeer stelliglijk op zoodanige verschijnselen in verband met wat ons te wachten kon staan wijst Standaard. De Bijbel. Wat Groen van Prinsterer van den Bijbel zei De Zeeuw laat 't haar lezers als volgt we ten De Bijbel is het boek der boeken, ook en overal in de anti-revolutionaire boekerij. De nieuwe wijsheid, ook waar, zij de Open baring niet onbewinpeld verwerpt, meent dat hooger uitspraak in den kring van het staats recht niet te pas komt. Wij daarentegen (zonder daarin, gelijk sommigen gedaan hebben, eene encyclopae dic te zoeken) beweren dat de Heilige Schrift de grondslagen van recht en zedelijkheid, van gezag en vrijheid, ook voor Natiën en Regeeringen aanwijst. De Bijbel is de onbedriegelijke toetsteen. Onvoorwaardelijke onderwerping aan Gods Woord was steeds de waarborg van plicht matig verzet. Met de uitspraken der Openbaring kan geen leer van trotsche zelfvolmaking of van schro melijke losbandigheid bestaan. Er is geschreven. Ziedaar de bijl, die el- ken wortel van revolutionair misgewas af snijdt. PERSBERICHT van het Nationaal Persbureau voor Drank bestrijding. GELEGENHEID EN GENEGENHEID. De Wereldstrijd brengt nieuwe cijfers over de werking van het tijdelijk verbod van den verkoop van sterken drank te Apeldoorn. Men zal zich herinneren dat vroeger reeds de volgende openbaar werden gemaakt. We willen ze hier even herhalen. Vier maanden met drankverkoop (April Juni 1914)108 arrestaties. Vier maanden onder verbod (Augustus November 1914)53 arrestaties. Zestien dagen met beperkten drankverkoop (21 Dec. 1914 5 Jan. 1915) 29 arrestaties. Zestien dagen onder verbod (6 Jan. 21 Jan. 1915)geen enkele arrestatie. Nu schrijft het blad over de volgende tijd vakken van 22 Januari 12 Augustus 1915, tijd vak van verbod maar waarin duidelijk waar te nemen is dat de drankhandel iets meer durfde wagen, van 12 Augustus 26 October 1915, tijd vak waarin getapt mocht worden van 9 uur v.m. tot 4 uur n.m. op Maandag, Dinsdag, Woensdag, Donderdag en Vrijdag. Op Zater dag van 9 tot 12 uur v.m. Op Zon-en feest dagen niet, en van 26 October 1915 12 Februari 1916, waarin alie verbod was opgeheven. Naar de ambtelijke gegevens, die het ont ving, maakte het voor elk tijdvak berekenin gen per 100 dagen en komt dan tot de vol gende cijfers: Eerste tijdvak (drankverbod)55.5 over tredingen per 100 dagen. Tweede tijdvak (beperkte drankverkoop) 92 overtredingen per 100 dagen. Derde tijkvak (onbeperkte drankverkoop) 132 overtredingen per 100 dagen. Men ziet het ook hier wedergelegenheid wekt genegenheid en waar beperking is van drankverkoop vermindert het aantal overtre dingen. UIT EEN ONDERHOUD MET EEN LUCHTSCHIPPER. De aanvoerder van een Duitsche lucht- scheepvloot, kapitgin-Iuitenant Mathey, die vóór eenigen tijd een aanval op Londen deed, deelde in een persgesprek, aan Karei von Wiegand, het volgende mede over het ge bruik van alcoholhoudende dranken met het oog op de luchtscheepvaart. „Het is ontzettende koud op deze hoogte van 3 h 5000 voet, als men tnet zulk een snelheid zich voortbeweegt als wij doen. Daarbij komt dat men zich nauwelijks kan bewegen. Vóór wij ons inscheepten, had den wij een goeden maaltijd gebruikt en bovendien namen wij van tijd tot tijd een slok warme koffie uit onze Thermosflesschen." „Niets sterkers?" vroeg de verslaggever er tusschen door. „Neen, volstrekt niets sterkers," antwoordde de jonge commandant. „De Zeppelins hebben evenmin een buffet als een keuken of eet zaal. Wij allen onthouden ons in de lucht schepen geheel van alle geestrijke dranken, want wij hebben heldere hoofden en kalme zenuwen noodig, en dat zijn dingen waarop de alcohol geen gunstigen invloed oefent. Op een Zeppelin gaat het toe als op een Zondagsschool, er wordt evenmin gedronken als gerookt. De kortste weg. Ontdekt het kind zijn sluimerende kracht En breng die tot ontwikkeling door waar- [deeren, Dan zal de lust in d' arbeid hem regeeren En hebt g' uw deugniet 't rustigst in uw [macht. Heel stil Uw hand zacht op zijn hoofd gelegd Een enkel woord, heel stil gezegd En menig kwestie komt terecht. r; T-n; Het beste en goedkoopste adres voor 7, cents artikelen is bij Telefoon 11774. Alles tegen concuireerende prijzen. Van ouds bekend voor prima dagelijks versch gebrande OLIENOOTEN, 85 cents de 5 pond. (50 p. f 8.-). Speciaal adres voor alle soorten Drop, Pe permunt, en alles wat tot de snoeptafel be hoort. 1000 stuks telgoed a f 2.80. 5 Sé

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1916 | | pagina 9