81e mm Tweede Blad. Zaterdag 22 Januari 1916, No. 2148 Twee Bladen. LAND- EN TUINBOUW. VOOR HUIS EN HOF. UIT DE PERS. BINNENLAND BUITENLAND. PLAATSELIJK NIEUWS INHOCSIGNOWSES Dit nummer bestaat mt Men verzoekt ons onderstaande op te nemen en ter algemeene kennis te brengen Mond- en Klauwzeer. Daar is zeker geen onderwerp, waarover op boerenbijeenkomsten in de laatste maan den en weken meer gesproken is, en in boe- renkranten meer geschreven. Ook buiten de kringen van de direct belanghebbenden werd meer dan gewone belangstelling getoond voor gezegde veeziekte. Niet het minst bleek dit het geval te zijn bij verschillende volks vertegenwoordigers, hetzij deze zich vóór- of tegenstanders toonden van de maatregel, welke van regeeringswege werden genomen ter bestrijding van het mond- en klauwzeer. Of al de gesprekken, al de krantenartike len, al de verslagen, al de redevoeringen in deze tot het doel leiden, dat sprekers en schrijvers beoogden, valt moeilijk te beoor- deelen. Ook dit, of er meer eensgezindheid kwam in de vaak uiteenloopende meeningen. Maar met zekerheid kan worden vastge steld, dat de belangstelling in zake mond en klauwzeer met den aankleve van dien veel en veel grooter is geworden, zelfs bij de boeren in den ruimst mogelijken zin van van 't woord. En da's al veel gewonnen. Vele veehou ders, speciaal de fokkers hadden al sinds jaren een open oog voor de groote nadeelen die 't mond- en klauwzeer ten gevolge heb ben kan, doch de groote massa was daarvan, schijnbaar althans nog maar steeds niet door drongen. Dit nu wij hebben 't kunnen hoo- ren en lezen dit nu is anders geworden •n beter. /t^t De eerste voorwaarde, welke noodig is om ^bij 't geven van eenig onderricht kans op succes te hebben, de eerste voorwaarde daar voor is in vervulling gegaan. Er is belangstelling. Dat van deze omstandigheid nu een nut tig gebruik worde gemaakt. Wij meenen goed te doen met vooral nu alle veehouders, die wat meer dan gewone belangstelling toonden in dezen, warm aan te bevelen waakzaam te blijven en met on- verflauwden ijver de meer „lauwe" collega's te prikkelen in dezelfde richting. Want zon der twijfel moet de groote kracht, waar het geldt de bestrijding van eenige besmettelijke reeziekte, uitgaan van de eerst belangheb benden, de veehouders zelf. Zij moeten voe len en doordrongen zijn van de buitenge wone beteekenis van hun aller medewerking in dezen. Onze deskundigen, heeren Veeart sen kunnen „wenken" geven, zooveel ze wil len, de boeren moeten opvolgen. En die zul len dit eerst dan zooveel mogelijk doen, wan neer ze van het nut overtuigd zijn. 't Is nu de tijd, ijverig te werken aan het bijbrengen dier overtuiging. Met deze zijn fAwe een heel eind verder op den goeden weg zonder die overtuiging is van verder werken weinig heil te wachten. Hier volgen eenige wenken, die we in aller aandacht warm aanbevelen, 't Is een beknopt overzicht van de wijze, waarop naar onze meening ieder veehouder zal kunnen meewerken aan de bestrijding van mond- en klauwzeer, of, wat meer nog zegt, aan het voorkomen van de uitbreiding. Wanneer in Uwe provincie of in de om streken het mond- en klauwzeer zich voor doet, neemt dan vooral de volgende regelen in acht, indien ge uw veestapel op prijs stelt. I. Laat niemand toe, noch in uw koestal, noch in uw varkensstal behalve uw perso neel, dat met de behandeling van uw vee belast is. Zelfs uw schoolgaande kinderen dienen uit den stal geweerd, want vandaag spelen ze in uw stal en morgen bij uw buurman. Plaats zoo mogelijk bij den ingang van uw stal het opschrift „Verboden Toegang". II. Houdt voor u zelf en voor uw perso neel, een kiel, broek, pet en klompen be schikbaar, welke alleen in den stal en tijdens de behandeling van het vee worden gedragen. Reinigt, alvorens de behandeling van uw vee te beginnen en na afloop daarvan uw handen met zeep of creolinewater. De ge woonte, dat de veehouders met hun stalpak in de kamers komen en daardoor de smet stof in de woning brengen b.v. op stoelen, heeft al menigmaal aanleiding gegeven dat de besmetting naar andere stallen werd over gebracht. Wanneer men zich eenmaal een als boven aangehaalde manier van handelen als ge woonte heeft gemaakt, kost deze geen bizon- dere arbeid of moeite. Wanneer nu het gevaar plotseling van nabij dreigt en men moet zich dan dergelijke maatregelen eigen maken, gaat het in den regel niet direct zoo het behoort en zuilen ze veel meer moeite en zorg op leveren. III. Indien ge uw veevoeder ontvangt van uwen leverancier, die overal komt, laat dan uw voorraad nooit in den veestal opslaan. Het beste zou zijn, dat het direkt in uw eigen kisten of zakken werd overgestort, doch in dien dit onoverkomelijke bezwaren oplevert, bergt dan de ledige kisten en zakken steeds op een plaats buiten den stal. Op deze ma nier voorkomt men mogelijk dat, mocht de ziekte uitbreken, de kisten en zakken enz, direkt besmet worden. Mochten deze nu al even voordat de ziekte ontdekt werd, weg gehaald zijn, dan is de kans op overbren ging van smetstof oneindig veel geringer dan dat ze in de nabijheid van het vee waren blijven liggen. De voorzorgen moet ge dus nemen voor anderen, doch bedenkt, dat die anderen, door hetzelfde te doen uw eigen stal kunnen redden. IV. Koopt in tijden van mond- en klauw zeer, vooral wanneer ge een fokstal hebt, Keen vee aan, afkomstig van markten of vee handelaren. Al moge de nieuwe aankoop van vee, indien niet beslist noodzakelijk, in uw voordeel zijn, overweeg, alvorens aan te koo- pen, welke belangen voor u het hoogste zul len gelden, of die aankoop waard is, dat uw eigen gefokte stal, welke ge zoo gaarne tracht te behouden, in de weegschaal mag worden gesteld. - Het is waar, dat het aankoopen dikwijls geen kwaad brengt, doch van de in 1915 ge constateerde gevallen, waren tusschen 5 en 10 pCt. veroorzaakt door aankoop van vee en waarom zou het lot u niet kunnen treffen Hoevele veehouders die met tranen in de oogen hun fokvee op die manier zagen weg voeren, hebben dit te laat bedacht. V. Indien ge uw melk verkoopt, zorgt dan goed voor Uwe melkbussen. Denk er om, dat ge uw zelfde bussen terug ontvangt, waarin ge de melk hebt afgeleverd. Reinigt ze, voor dat ge de melk hebt afgeleverd en nadat ge de bussen terug gekregen hebt. Dringt er op aan, dat uw melkontvanger bovendien de bnssen nog met stoom of ko kend water schoon maakt. Voedert ge aan uw vee producten van zui velfabrieken afkomstig, laat dan niet na den leverancier van deze producten te doen weten, dat gij bekend zijt met de thans geldende wettelijke voorschriften in zake de verplichte pasteurisatie er van. De Directie van de be trokken zuivelfabriek zal zoo veel te meer nauwlettend toezien dat de gezegde verplich tingen worden nagekomen. De gevallen, in 1915 in Noord-Brabant, Gelderland enOver- ijsel, waarbij tal van aan een dergelijke fabriek aangesloten veehonders, hun veestapel door het mond- en klauwzeer zagen aangetast met de gevolgen van dien, geven een sprekend voorbeeld van het gevaar. Ook hier is het beter te voorkomen dan te genezen. VI."Gaat niet naar streken, waar de ziekte voor komt, al zou het ook zijn, naar diegenen van uwe familie of kennissen waar alles nog ge zond is; de kans, dat ge smetstof op de een of andere manier medeneemt is dan altijd grooter, dan dat ge thuis blijft. Niet onmo gelijk is, dat, waar ge heden waart en alle vee nog gezond was, morgen de ziekte uit breekt. Breidt uwe naastenliefde niet uit, tot het gaan zien van de zieke koe van uw buurman, ook al lijkt het volgens hem absoluut op geen mond- en klauwzeer, doch verwijs hem naar zijn veearts en anders naar de Burgemeester en zeg hem vooral, dat een boer die eenig verdacht stuk vee heeft, hetzij rund of varken of schaap, wettelijk verplicht is, daarvan terstond aangifte te doen, en dat spoedige aangifte vaak veel onheil kan voorkomen." Dit zijn de „regelen", U ter opvolging aan bevolen, de wenken, waarvan we ons voor stellen, dat ze nuttig kunnen zijn. Zijt ge 't niet geheel met ons eens, als we zeggen, dat het te hopen zijn zou, dat ieder veehouder in de aangewezen richting han delde. Zonder twijfel wel. En wij houden er ons ook stellig van over tuigd dat in dit geval volstrekt niet zooveel wettelijke bepalingen noodig zouden blijken als nu. Met deze bepalingen, doch zonder een ernstig streven der veehouders om mede waakzaam te zijn en te doen, wat de hand te doen vindt, zal veel minder bereikt wor den dan zonder allerlei voorschriften, doch met de hulp der veehouders. Dat dit een ieder begrijpe, vooral ieder veehouder en wel in de eerste plaats de meer ontwikkelden onder hen. Doch die begrijpen het immers wel Wat dezulken echter niet allen schijnen te begrijpen Dat op hen de plicht rust om mee te hel pen het de anderen duidelijk te maken. Dit schrijven zij een prikkel, hen daartoe op te wekken. Er is nog veel werk aan den winkelZeer veel Vooreerst dient er geholpen aan het in 't leven roepen van nog ettelijke commissiën van waakzaamheid. Dan moet er voor gezorgd worden, dat de Commissiën (en dit geldt ook van de reeds bestaande) er niet alleen in naam zijn; er is behoefte aan daden. Hare leden moeten niet alleen waken; er is ook te werken; er moet propaganda gemaakt worden. Doel dezer propaganda moet zijnhet aan tal van degenen, die heil verwachten van de toepassing van „regelen" als we hierboven aanhaalden, grooter te maken. Hoe sneller het groeit, dat aantal, des te meer kans op succes. En wat wij ten slotte ook nog wilden zeggen Dat de zoogenaamde voormannen, dus zij, die zeker de groote waarde van de toepassing der „regelen" erkennen, dat die zonder uit zondering ook een navolgenswaardig voor beeld geven. 's-Gravenhage, 12 Januari 1916. De Centrale Commissie, v. Waakzaamheid (voor Zuid-Holland). Mr. D. A. Kley (Voorzitter). C. Bakker. Mr. N. A. de Joncheere, (Allen vertegenwoordigers van het Hoofd bestuur der Holl. Maatsch. van Landb.) J. van der Hulst. G. D. van Leeuwen, (Vertegenwoordigers van den R.K. Dio- cesanenbond). P. van Schouwen, (vertegenwoordiger van de Flakkeesche Landbouwvereenigingen). A. Stehouwer, (vertegenwoordiger v. den Bond v. Fokveevereen. in Zuid-Holland. Th. C. Wesselingh, (vertegenwoordiger v. d. Provinc. Boerenbond in Zuid-Holiand). Dr. A. A. Overbeek, Districtsveearts te Rotterdam. Dr. D. G. Ubbeis, Districtsveearts te Leiden. A. Bos, Rijkszuiveleonsulent v. Z.-Holland. A. A. Neeb, Rijkslandbouwleeraar v. Zuid- Holland. G. v. d. Molen, Secretaris. Als middel tegen verkoudheid neme men voor eenige centen gekristallseerd citroenzuur en lost dit op in een glas warm water. Daar mee neemt men driemaal daags neusbaden d.w.z. snuift 3 maal daags van dit water op. De verhoogde slijmafscheiding houdt weldra op en het hoofd, dat eerst zwaar was van de verkoudheid, voelt weldra verlichting. -0- Vrouwen en meisjes die aan hartkloppingen, maagpijn, hoofdpijn of aanvallen van duize ligheid lijden, moeten alvorens ze geneesmid delen vragen, eerst eens probeeren het corset uit te doen. Gewoonlijk is dan de kwaal met een paar weken reeds verminderd. -0- Wees voorzichtig met Hulstbessen. Te Haarlem werden in de vorige maand, met Kerstmis, 2 kinderen, van 6 en van 3 jaar, ernstig ongesteld: hevige braken, enz. De dokter werd gehaald, zag het roode braaksel en vroeg wat zij hadden gegeten. De kinderen vertelden toen, dat zij van de roode bessen van den hulstboom hadden, gegeten. 's Avonds stierf het meisje van 6 jaar. Het jongetje van 3 jaar lag nog heel bedenkelijk ziek toen het bericht ons vóór een paar dagen onder de oogen kwam. -0- ONZE GEZONDHEID. Knoflook als geneesmiddel. De Oostenrijksche arts Dr. Marcoviki heeft raet veel succes knoflook gebruikt als ge neesmiddel bij gevaarlijke darmziekten. Hij gebruikt het voornamelijk om een storing te veroorzaken in de bacteriënontwikkeling in den darm. Eerst schreef hij bij eenige gevallen van chronische darmcatarrh de gewone knof- lookknollen vóór, een tot twee knollen met driemaal 0,5 salol dagelijks. Bij alle behan delde gevallen verdwenen de onaangename symptonen, de eetlust kwam terug, terwijl niet de minste andere storing plaats had. Verder behandelde Marcovici in het Ween- sche garnizoenshospitaal veertig zware di- senteriegevallen en gebruikte hiervoor een preparaat gemaakt uit knoflookknollen, ge droogd bij heel lage temperatuur. Deze wer den tot poeder gemalen en 0,4 hiervan met een tiende salol tot een tablet geperst. Dit pre paraat had een bijzonder gunstige werking op de disenteripatiënten. Ook 24 cholerage vallen werden hiermee behandeld en wel met zoo gunstig resultaat, dat de ziektever schijnselen binnen 3—5 dagen verdwenen waren. De reconvalescentie was kort en zon der een volgende chronische darmcatarrh. Het schijnt, dat de geneeskunde in dit pre paraat een goed middel tegen darmziekten gevonden heeft. De spreuk: „Men leeft slechts eens in de wereld", waarschuwt ons, goed beschouwd, tegen dwaze stormen tegen onze gezondheid. Buiten het leven is de gezondheid het hoogste tijdelijk goed. De gezondheid moet men boven alles waardeeren. Maar helaas, de gezonde kent en acht haar zoo weinig. Hoezeer de zieke de gezondheid waardeert, ziet men hieraan, dat hij gaarne alles ver duurd, om de gezondheid terug te erlangen -0- Hoe moet men een konijnenhuid bereiden ANTWOORD: Eerst 24 uur in het zout zetten. Spijker verder de huid goed gerekt op een plankje, met den vleeschkant boven dan dagelijks insmeren met een mengsel van gelijke deelen aluin en kamfer, tot het geheel doortrokken is, gewoonlijk duurt dat ongeveer 10 dagen. Verder kloppen en kneden om het soepel te maken. -0- Vallende ziekte. Wanneer iemand door een aanval van vallende ziekte wordt getroffen beproef dan vooral geen verkeerde dingen om hem weer bij te brengen. Open hem niet den mond en giet hem geen water in de keel. Het beste is, om den lijder zoo rustig mo gelijk te laten liggeh. Een Engelsche dokter raadt aan den lijder gewoon op de linkerzijde te leggen, waardoor in de meeste gevallen een verrassend resultaat wordt verkregen. De kramp houdt terstond op, de kleur van 't gelaat keert terug en de ademhaling wordt beter. Teekenen destijds openbaren zich naar alle zijden. Eiken dag weer vraagt de moordende krijg onze aan dacht en eiken dag bijna voegt nieuwe tee kenen hieraan toe. Oorlogen en geruchten van oorlogenaard bevingen op verscheiden plaatsen, de dag bladpers is er vol van. Rapporten, die te Londen zijn ontvangen maken melding van een wijd-uitloopenden aardschok, die Vrijdagavond in Midland heeft plaats gehad. Latere rapporten deelen mede, dat in Matiock en Warksworth de huizen schudden. Er werd echter geen schade aangericht. Een ernstige aardverschuiving had in de Rhymney-vallei (Zud-Wales) plaats. De wereld schokt en beeft. En dat niet op plaatsen waar van oude tijden af het vuur on der de aardkorst werkte, maar ook dè&r, waar nimmer van aardbevingen gehoord werd. Ook boven den grond woedt het vuur. Uit Kristiania wordt gemeld Zaterdagavond ontstond een brand in Ber gen, die tot aan den morgen door woedde. Het vuur breidde zich tengevolge van den htvigen Noorderwind snel uit. Hoofdzakelijk is de Handelswijk getroffende meeste pak huizen met Koloniale waren verbranden. De schade wordt op 50 millioen kronen geraamdtelefoon- en telegraafgemeenschap zijn verbroken; slechts is er nog telegrafische verbinding met het station. Het is de groot ste brand waardoor Noorwegen ooit is ge teisterd; in Kristiania wordt voor de nood lijdenden gecollecteerd. Bij het vuur voegt zich nu het water. Hooge watervloeden als bijkans in geen leeuw gekend teisteren menige plaats en brengen groote verwoes tingen aan. Hoe het in ons land ging de bladen stonden er vol van. Maar ook buiten onze grenzen leed men ontzettend. N. H. C. De Rijndam op een mijn geloopen. De directie van de Holland-Amerika-Lijn deelt het volgende telegram mede, dat zij van den gezagvoerder van het stoomschip Rijndam heeft ontvangen Dinsdagochtend 10 uur is het stoomschip Rijndam op een mijn geloopen, waardoor het voorschip werd beschadigd en ruim no. 1 vol water is geloopen. Het stoomschip ligt nu te Gravesend. De gezagvoerder van de Rijndam beves tigd, dat er drie stokers zijn overleden. De directie der Holland-Amerika-Lijn over weegt, aangezien alle droogdokken te Londen zijn bezet, het stoomschip, met toestemming van assuradeuren, naar Rotterdam over te brengen. Reuter seint uit Londen: Blijkens een Lloyds-bericht uit Gravesend zit de Rijndam in de Theemsbocht bij Hig- ham aan den grond. (De direciie vermoedt, dat dit het gevolg is van het vallende water). Engelsche duikboot gestrand. Van Schiermonnikoog wordt gemeld Woensdagmorgen 4 uur is bij den ingang van het Friesche Gat een Engelsche duikboot gestrand. Woensdagmiddag is de reddingsboot van Schiermonnikoog er heen gegaan die terug keerde met elf leden van de bemanning der duikboot, onder wie enkele officieren. De elf andere opvarenden van de duikboot zijn door een Engelsche torpedoboot gered. DE TOESTAND. Montenegro Capituleert; ziedaar de eerste eindbeslissing. Het heeft het opgegeven, de wapens gestreken en zich overgegeven. Het volk der zwarte bergen sluit een afzonder lijke vrede met de dubbel-monarchie. De hoogstbelangrijke tijding, dat dit land zich van de entente aftrok, werd Maandag middag van uit Weenen de wereld rondge- tikt. Voor de Donau-monarchie een succes, voor de bondgenooten een erg onaangenaam bericht. Na een korte, maar heldhaftige strijd heeft koning Nikita het opgegeven. Montenegro heeft in 1914 onmiddellijk de zijde van de geallieerden gekozen, verwant als het was aan de Serven. Maar veel last heeft het tot voor korten tijd niet ondervon den zelf deed het niet veel kwaad. Het zond wat stroopende benden in Herzogewina en noodzaakte de Oostenrijkers bij de Montene- grijnsche grenzen een kleine legermacht te houden. Daar kwam langen tijd de oorlogsverkla ring op neer. Maar in October 1915 veranderde de situ atie. De dag der afrekening kwam. De Cen trale mogendheden hadden het tot dien te volhandig gehad met Rassen, Franschen en Italianen, zoodat Servië en Montenegro ge heel op den achtergrond schenen te geraken. Maar in den laten herfst barstte het onwe- der los; Oostenrijksche-, Duitsche- en Bul- gaarsehe legers rukten Servië binnen, sloegen in een paar weken zijn leger uiteen en dreven de rest over de grens. Toen kwam Montenegro aan de beurt. Generaal Köves heeft van Mackensen wel geleerd dat men een geslagen vijand geen rust moet gunnen. In een oogenblik was de hoofdstad in zijn macht en daarmede ongeveer alle artillerie, 200 kanonnen, 10000 geweren, een massa munitie enz. De Montenegrijnsche regeering week naar Podgoritza, het leger week voor den over- winnenden vijand. Daar is een krijgsraad gehoudenblijkbaar een korte want de nood drong. De Monte- negrijnen konden, evenals de Serven, naar Albanië vluchten; ze konden ook doorvech ten, zonder hoop op succes. Maar het koos den derden, openstaanden weg, vroeg wapenstilstand om over vrede te onderhandelen. Dit is alzoo een ernstige slag voor de entente. Van Montenegro is het zeer begrijpelijk. Het heeft z'n best gedaan, het stond op de bres, maar het werd, evenals België en Servië in den steek gelaten. AI dagen lang richten de Engelsche bladen de ernstigste verwijten tegen de entente, maar vooral tegen Italië. De „Times" vroeg o.a.Wat heeft de Entente toch uitgevoerd in de Adriatische Zee? Scherp, maar waar; uit niets blijkt de militaire onmacht der Entente beter dan uit de geschiedenis van Servië, Gallipoli en Mon tenegro. En Italië, dat bij het behoud van de Lowt- sen het grootste belang had, verontschuldigt zich bij zijn bondgenooten met de opmerking „Om Montenegro te redden was 300.000 man noodig geweest en ik kan geen 300 missen, want ik moet er op bedacht zijn, dat een groot Duitsch-Oostenrijksch leger Italië kan binnenvallen". Maar voor de versterking van Montenegro is anderhalf jaar tijd geweest. Men wist dat dit komen moest, of ismen in Londen en Parijs naïef genoeg geweest niet met tegenslagen te rekenen Men dacht recht uit naar Berlijn te gaan om den vrede te dicteeren. Hoe het zij, Montenegro capituleert eu dit geeft een belangrijke wijziging op den Balkan. De hoofdstelling der Montenegrijnen werd beheerscht door twee puntenBerana in het N. O. en de Lowtsen in het Westen. Vooral die laatste stelling gold als een der geduchtste van den geheelen Balkan. Als een door de natuur geschapen reus achtige vesting, verheft zich de Lowtsen bijna loodrecht 1759 M. boven den spiegel van de Adriatische Zee, den heelen omtrek beheer- schend. Zelfs tot op zekere hoogte ook de aan zijn voet gelegen Oostenrijksche vesting Cattaro. Hij was de trots aller Montenegrijnen, die hem als een trouwen grenswachter vereer den, en als een heiligen berg aanbaden, om dat zij hun vaderland onder zijn bescherming als onoverwinnelijk beschouwden. Van den top wezen de bewoners den vreemdelingen steeds glimlachend op de vestine Cattaro, die daar beneden van uit de hoogte ge zien zoo hulpeloos aan de mooie gelijk namige bocht is gelegen, in het bereik der vuurmonden, die Italië, de bondgenoot der monarchie, ter bewapening van dezen berg reus met de grootste bereidwilligheid ter beschikking had gesteld. En toen de wereld oorlog begon, zonden de Franschen nog meer geschut, en tevens een afdeeling vesting artillerie, met de opdracht, door den aanleg van versterkingen op den top en tegen de helling een offensief tegen Montenegro van deze zijde onmogelijk te maken. En vele Oostenrijksche officieren, die den toestand in den omtrek van Cattaro goed kennen, ver zekerden, dat zij inderdaad een bestorming van den Lowtsen alsonmogelijkbeschouwden. Berenna ligt aan de Lim en vormde met de omringende bergen en de rivier een ge ducht bolwerk in het N. O. Zonder Berranna geen opmarsch in het eigenlijke Montenegro, want de weinige goede wegen loopen van daaruit. De offensieve stoot tegen het koninkrijkje der zwarte bergen werd tegen deze twee punten gelijktijdig ondernomen. Heldhaftig was de verdediging, onversaagd de bestor ming. En na een driedaagsch gevecht viel de Lowtsen en de hoofdstad Cettinje, was alzoo de slag beslist en Montenegro verloren. Wel poogden de Montenegrijnen nog stand te houden, maar het was tevergeefs. De groote brand te Bergen. Aan de berichten, welke de Noorsche bla den publiceeren over den brand te Bergen, ontleenen wij de volgende bijzonderheden „De brand brak uit Zondagnamiddag om 5 uur in de Strandstraat en had terstond groo- ten omvang aangenomen. Behalve door de nauwe straten werd dit teweeggebracht door de zich aldaar bevindende houten zolders waarin brandbare stoffen waren opgestapeld, terwijl een geweldige Noordwesterwind alle pogingen tot blusschen verijdelde. Te middernacht gingen het kunstnijver heidsmuseum en de beeldengalerij te gronde, alsmede het gebouw der brandweer. De vlam men bereikten het Raadhuisplein, alwaar ech ter het oude en nieuwe raadhuis en het hoofd postkantoor gespaard bleven, doch vele scho len, het nieuwe stationsgebouw, bijna alle hotels en courantengebouwen werden ver teerd. Eerst tegen den ochtend slaagde men erin, verdere uitbreiding van den brand te beletten, terwijl gelukkig de wind was gaan liggen, zoodat het gevaar als afgewend kon beschouwd worden. Totaal waren duizend gebouwen in asch gelegdde totale schade loopt in honderden millioenen Kronen. Slechts twee personen hebben het leven verloren, ofschoon een vrij groot aantal meer of minder ernstig gewond werd. Bijna alle koloniale waren, die zich in Bergen bevon den, zijn vernield. Stavanger heeft echter reeds levensmiddeldn afgezonden en aange boden voor de huisvesting van 4000 perso nen zorg te dragen. Ook is hulp afgezonden door Chrlstiania, hetwelk terstond bij het vernemen van de ramp een afdeeling brand weer per extra-trein afzond. Verder is ter stond bijstand verleend door de aanwezige troepen en het eskader, hetwelk eenige dui zenden dakloozen wier geheel aantal op 20- tot 30-duizend wordt geschat uit de stad zal brengen. Vijftien jaren geleden heeft ook een brand een stadsdeel van Bergen in asch gelegd, maar had echter weinig te beduiden, verge leken bij dezen, die een grooten slag heeft toegebracht aan» den handel van geheel Noor wegen, welks belangrijkste invoerhaven Ber gen is en waar zich de grootste handelshui zen des lands bevonden. SOMMELSDIJK. Alhier zijn 25 personen ingeschreven in het inschrijvingsregister der Militie, lichting 1917. Door een paar jongens werd alhier een meikever gevangen. Zeker heel vroeg. Op een nader vast te stellen datum zal alhier in het hotel Spee een vergadering worden gehouden van H.H. veehouders en melkleveranciers. Bij die gelegenheid zal een spreker optreden tot het houden van een lezing. MIDDELHARNIS. Donderdagmiddag had de aangekondigde opening plaats van den nieu wen winkel van Albert Heijn. 't Liep er zoo druk dat de hulp der politie moest worden ingeroepen om de orde te handhaven. De Centrale Proeftuin veilde 1.1. Woens dag 180 bloemkoolen, waarvan de le soort de colossale prijs opbracht van 25 cent per stuk. De knolselderij welke was ingezonden bracht 10'/» cent per stuk op. Naar men ons 'mededeeld heeft den heer van Kassei, alhier, zijn woonhuis staande in de ring onderhands verkocht aan den heer Bakker van Sommelsdijk. DEN BOMMEL. Vroege zomer. Op 17 Jan. jl. is door dhr. W. Bakelaar een leeuwerik waargenomen. OOLTOENSPLAAT. Tot leden van het be stuur der Antirevolutionaire Kiesvereeniging „Nederland en Oranje" werden herkozen K. Vermaat en P. C. v. d. Mast, en gekozen A. Braber Cz. Tot afgevaardigde naar de Cen trale te Middelharnis dhr. W. J. Donkersloot Lz. en tot plaatsvervanger dhr. C. J. Oost- dijk. Hedennacht zijn op verschillende plaat sen konijnen ontvreemd, op een enkele plaats waren de hokken naar beneden gehaald. Van dader of daders geen spoor, alleen meende men de sporen van een hond waar te nemen. Sollicitanten naar de betrekking als help ster in de Openb. bewaarschool en in de nuttige handwerken aan de Openb. lagere school No. 1, kunnen zich voor 31 Jan. a.s. aanmelden ter secretarie. In diensttreding zoo spoedig mogelijk. HERKINGEN. Lenteboden. Ofschoon slechts een paar zonnige dagen ons te beurt gevallen zijn is alhier reeds enkele malen door werk lieden de leeuwerik omhoog zien stijgen. Maandagavond e.k. te zes uur hoopt de A. R. Kiesv. „Groen van Prinsterer" haar jaarvergadering te houden in de zaal van v. d, Velde waarin o.m. tegelijk de houding zal worden bepaald aan te nemen bij de komende tusschentijdsche Raadsverkiezing. Ongewone toestanden worden thans doorleefd. Deze week n.l. scheen alhier bij niemand boeren- of roomboter verkrijgbaar wat in dezen tijd voorheen niet is voorge komen. STELLENDAM. Jl. Dinsdag kwam het uit gaande visschersvaartuig S L 29, schipper A. Roon, even buiten de haven in aanvaring met een visschersvaartuig van Moerdijk, waardoor het vaartuig van Roon ernstige schade bekwam. Het was de eerste maal dat R. met een eigen vaartuig uitging! Vorige week had een zoontje vanj. v. d. B. alhier het ongeluk één zijner vingers zeer ernstig te klemmen, tusschen een wind molen. De visschers van de garnalenhande- laars firma C. Jansen en A. de Jager blijven nog steeds staken. De kantoorblazers van

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1916 | | pagina 3