III
i,=
ROAM.
Woensdag 25 Augustus 1015
B0,t' Jaargang N°. 2105
An tirevo lu tionair
voor de HSuidliollaiulsche en Zeeiiwsclte Eilandfii.
EN
De Oorlog.
IN HOC SIGNO VINCES
W. BOEKHOVEN,
ms.
1738.
BINNENLAND.
PENNEKRASSEN.
BUITENLAND.
7ERIJ
9158
Deze Courant versohgnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
SOMMELSDIJK.
Advertentiën 10 Cent per regel en */s maal. Beel&mes SO per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */8 maai.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die ajj beslaan.
Advertentiën worden ingewaoht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 sar.
Alle stukliep voor de Redactie bestemd, Advertentie» ei» verdere Administratie frane© toe te eenden aan den Uitgever.
ij die zich nu abonneeren, ont
vangen de nog in deze maand
verschijnende nummers gratis.
AAT
vond.
RNIS
«hoon 4
n.8605
nco.
die
C.
o. 1946.
J
daar ge-
MÜH
Veeren
Kapok-
lelen en
en koo-
UITGEYBB
Telefoon Intercosana. No, S.
z
8668
rloges,
ert 25
DAM.
elfleschjos
mberbier,
en andere
artikelen
403
re. K*.
't Onderwijs.
Geen Blad kan je in je handen krijgen,
of je leest klachten over het tekort aan
onderwijzers door den Oorlog. Zeker, de
examens lijn voorbij en allerlei benoemin
gen kunnen weer gedaan wordenmaar
de Landstormwet is er ook en die neemt
weer heel wat personeel weg. Tal van
hoofden en onderwijzers staan in dienst
en worden ais ze kader zijn, niet losgela-
Daardoor zijn verschillende Scholen
^K%1 een jaar in moeite. Dat 't onderwijs
onder zulke omstandigheden er slechter, in
elk geval niet beter op wordt, is duidelijk
Waarom nu niet een Wetsontwerp ge
maakt; een nood-ontwerp, om de Rijks-
Subsidie voor de Volontaris, die nu f 260
is, met f 240 te verhoogen, wanneer de
volontair werkelijk in de plaats komt van
een dienend onderwijzer.
Laat de Regeering de gewone volontairs
f 260 blijven geven, maar aan de plaats
vervangers van soldaten f 500. Gewis, dan
is er onderscheid gemaakt tusschen den
eenen Volontair en den anderen. Maar ieder
weet, dat een gewone Volontair is te mis
sen; hij is op school niet omdat 't nood
zaak is, maar om 't Onderwijs te bevorde
ren, 't Is eigenlijk een onderwijzer dis er
te veel is, Maar 't staat heel anders met
die Scholen, waarvan een onderwijzer weg
is. Dan is er te kort. En om dat te kort
aan te vullen, moet er een volontair zijn.
ma Somt die voor f 260? Ja, als de soldaat-
onderwijtsr van zijn Salaris f 240 laat
vallen; want dan heelt de plaatsvervanger
er 260 plus 240 of 500 en dat kan, nu ja,
er zoowat mee door.
Maar alle onderwijzers, bv. de kostwin
ners, kunnen zoo maar geen f 240 laten
vallen? Waar moeten dan de ouders van
eten? En er zijn nog andere redenen,
waarom een onderwijzer of een Schoolbe
stuur finantieel niet doen kan, wat 't zoo
graag zou willen doen.
Daarom vragen we of de RegeeriDg geen
f 240 meer aan een Volontair zou kunnen
geven, mits blijke, dat de finantieele toe
stand van de School en de Volontair, die
in dienst is, daartoe reden geve.
't Westfront.
De militaire medewerkers der verschil
lende Bladen zijn 't er over eens, dat, al
wordt Rusland hoe langs zoo meer 't Oos
ten ingedrongen en vesting na vesting hem
uit handen valt, de eindbeslissing toch in
't Westen vallen zal, tenzij vóór dien tijd
de vredesonderhandelingen aan den gang
zijn. Wannéér die militaire medewerkers
gelijk hebben; de vrede dit jaar nog niet
geteekend wordt, maar op 't Westfront de
oorlog wordt doorgezet, dunkt ons Neer-
lands toestand hachelijk. Niet dat van
Duitsche zijde naar de uitlatingen van den
Rijkskanselier ons gevaar dreigt, en dat
Duitschland expres onze Neutraliteit zal
schenden; geenszins; de uitlatingen in den
Rijksdag van dien spreker waren sympat
hiek voor ons Land; maar Duitschland
heeft den toestand ook niet in zijn macht.
Engeland is er ook nog. En niemand weet,
als eenmaal de Duitscher met zijn volle
kracht op 't Westfront verschijnt, in hoe
bange gelegenheid de Engelschman komen
kan Trouwens, van 't begin van den oor
log af, zijn er aldoor stemmen opgegaan,
die vrees uit spraken voor Engeland. Ea
wel is daartegen beweerddat deze zich
wel tienmaal bedenken zou, eer hij de
Schelde tot doelwit van zijn operaties ne
men zou, maar evenveel malen is daarte
genover beweerd, dat Zeeuwsch-Vlaanderen
en dus de Schelde toch wel kan geforceerd
worden, al gaat de EDgelsche vloot er niet
met één reize doorheen.
Komt 't eenmaal zoover, dat de Duit
scher zijn Westfront nog meer naar 't
Westen gaat uitzetten, en hoe langer hoe
meer de Noordzee nadert, nadat hij dus
oen Franschman tegen de kust heeft aan
geduwd, hem daar stuk knelt tusschen
Duitsohlanda front en de Zee, dan komt
Engeland in de allerhachelijkste positie.
Want hoe dichter de Duitscher bij de kust
is, des te gevaarlijker wordt de situatie
voor den Engelschman én te Land, maar
ook voor zijn eigen Vaderland. Welke be
nauwde sprongen zal de Engelschman dan
moeten maken. Den Duitscher in den rug
trachten aan te vallen over België, over
Zeeuwsch-Vlaanderen, over de Schelde?
Zal de Engelsche Vloot, die nu zoo rustig
bij de Orkadische eilanden ligt te slapen,
wakker worden en er een zeeoorlog gaan
uitbreken? Te Land en ter Zee samen de
strijd worden uitgevochten tegen Engeland?
We weten 't niet. Maar we vermoeden,
dat de toestand voor Nederland thans zijn
gunstigsten kant heeft gehad en dat de
moeilijke en spanningvolle dagen nu pas
zullen komen. Want aan vredesvoorwaar
den, zonder dat Duitschland met Engeland
eens flink afgerekend heeft, gelooven we
niet. Daar zit bij Duitschland te veel nijd
tegen den Engelschman, om allirleioorzaken.
Algem. Ned. Geh. Onth. Bond.
De Algemeene Vergadering van den A. N.
G. O. B. zal 29 Augustus te Deventer ge
houden worden.
Uit het jaarverslag van den Alg. Secre
taris, den heer J. Laverman te Steenwijk,
blijkt, dat de oorlogstoestand voor ledenaan
tal en uitgave van geschriften zijn invloed
heeft doen gelden, maar dat het laatste half
jaar de toestand weer vooruitgaande is.
Het aantal afdeelingen daalde van 72 tot 68.
Het aantal leden was voor een jaar 3275
en bedraagt thans 3140.
Het officieel orgaan „DE GEHEELONT
HOUDER" kon ondanks de cricis toch blij
ven verschijnen. Wel daalde de wekelijksche
oplage van 17000 tot 12000, maar langzamer
hand steeg zij weer tot 13500.
De financieele toestand, vooral van het
blad, kan zeer gunstig worden genoemd
ook het brochure-depot mag zich verheugen
in een grooten omzet van brochures, platen
en andere geschriften. Van het vlugschrift
„De Allerhoogste Wet", dat over den huidi-
gen oorlogstoestand handelt, werden 50.000
ex. verspreid.
Zondagssluiting en haar vrucht.
Dezer dagen werden de cijfers openbaar
gemaakt betreffende het aantal inhechtenis
nemingen wegens dronkenschap over 1914
in de Schotsche stad Glasgow.
Ze zijn gesplitst naar de verschillende da
gen der week (de dagen gerekend van 's
morgens acht uur tot 's morgens acht uur.)
In 't geheel hadden in genoemd jaar 15.929
arrestaties wegens dronkenschap plaats. Daar
van vielen er op Zondag 351 en op Zaterdag
8251. Het reusachtig onderscheid vindt zijn
verklaring in het feit, dat in Schotland de
drankhuizen des Zondags gesloten zijn, en
dat de arbeiders op Zaterdag weder een ge
vulde beurs hebben.
De cijfers voor al de dagen derweekzijn:
Zondag 351, Maandag 1648, Dinsdag 1521,
Woensdag 1280, Donderdag 1197, Vrijdag
1681, Zaterdag 8251.
Naar de uren verdeeld maakt natuurlijk de
Zaterdagavond het droevigst figuur. Van 8
tot 12 uur voormiddag is op Zaterdag het
aantal 78, van 12 tot 4 uur namiddag 613,
van 4 tot 8 uur n.m. 2354, van 8 tot 12 uur
's avonds 4283.
Drankwetgeving.
In twee provinciën van Canada had dezer
dagen groote verandering plaats in zake
drankwetgeving.
Beide, Alberta en Saskatchewan, hadden
tot heden Plaatselijke Keuze aangevuld door
het vergunningstelsel.
Alberta heeft door volkstemming uitge-.
maakt, dat met 1 Juli 1916 Staatsverbod
wordt ingevoerd. Bijna twee derden der uit
gebrachte stemmen verklaarden zich daarvoor.
Saskatchewan zal de proef nemen met het
monopoliestelsel, te weten als aanvulling van
•de Plaatselijke Keuze. Sedert 1 Juli j.l. be
staan er alleen nog Regeeringsdrankhuizen,
die enkel in verzegelde verpakking en in be
perkte hoeveelheid verkoopen. In die drank
huizen kan niet worden gedronken. Wie dat
wil, moet het thuis doen. Op overtreding de
zer nieuwe drankwet zijn zeer zware straffen
gesteld. De proef met het monopoliestelsel
duurt tot 1919. Dan heeft weder stemming
plaats en wordt door stemgerechtigden uit
gemaakt, of men dit stelsel houdt of niet.
Ja, toen
Maar toen was het een heel andere tijd.
Toen was er geen sprake van een grens, van
twee volken. Toen besefte men dat absoluut
niet. Toen leefde men hetzelfde leven, sprak
dezelfde taal, had dezelfde zeden, ging met
elkaar om, huwde met elkaar. En naturalisa
tie, ach, men dacht er niet omj Immers,
waar was het noodig voor?
Er kon immers indezen tijd geen sprakezijn
van oorlog?
En zoodoende vermaagschapten de twee
grensdorpen zich met elkaar, het Hollandsche
en het Belgische.
En zoo was het ook geen wonder, dat zij
elkaar „gevonden" hadden; dat het huwelijk
op de daar gebruikelijke wijze gesloten werd,
bij welk feest het bier met vaten tegelijk
werd uitgedronken, zoodat het slot van de
historie niet twijfelachtig was Zoo wa
ren zij dan getrouwd. Zoo leefden zij voort,
evenals alle menschen daar, zorgeloos en
los Alleen gingen zij aan den Belgischen
kant wonen. Maar dat bleef toch feitelijk
hetzelfde, nietwaar Hij deed daar zijn werk
als klompenmaker en verdiende, zoo niet
maar zoo oppervlakkig hartroerend. Want
een week later merkte men oogenschijnlijk
niets meer, danste men volop in de cafés en
menig jong getrouwde vrouw kon niet na
laten, nu haar man toch weg was, den teu
gel bot te vieren en naar de cafés te gaan,
om in dansen en bier drinken haar lust te
vergeten
Maar, neen, dat kon zij toch nietHet
popelde in haar hart. Maar zij wierp zich
voor de Heilige Maagd op de knieën, bad
haar vader Onsjes, sloeg kruis op kruis en
meende, dat zij vrede had
Daarna kwam heel die ontzettende catastro
phe, die in de geschiedenis met bloed-roode
letters zal worden opgeteekend Arm
België
Zij vluchtte, maar niet ver. Immers in het
Hollandsche gedeelte woonden haar ouders.
Daarheen trok zij en wachtte, met haar kindje,
af, de dingen, die komen zouden.
Gazetten las zij nooit. Dat mogen enkele
notabelen van het dorp eens doen, maar dat
doet toch een gewoon meiisch niet, nietwaar!
Met zwermen kwamen zij daarna over de
grens, de soldaten die geïnterneerd werden.
Zij was overal bij, met zoo'n enormen toe
vloed konden de onzen toch geen toezicht
houden
aan hem gedacht!"
Hij tracht haar te troosten. Dan gaat zij
heen, naar heur kind H. K. 4
DE TOESTAND.
De doodstrijd van een millioen armee of
een keerpunt in de historie. Dit kunnen
we wel de toestand op het Oostfront noe
men, om daar maar weer mede te beginnen.
Zooals we schreven Kowno gevallen
Brest-Lytorosk ingesloten. Het is gewoon
weg verbazendwekkend met welke sprongen
de gebeurtenissen in het Oosten vooruitgaan.
Bij al hetgeen ddar afspeeld blijft het an
dere, wij zouden haast zeggen van onder
geschikt belang. De gebeurtenissen volgen
elkaar zoo snel op, de slagen vallen zoo kort
na elkaar, de toestand van het Russenleger
wordt o.i. zoo hachelijk, dat een beslissing
niet ver meer af kan zijn. De hoogste span
ning schijnt daar haast bereikt.
Riga hoofdstad van het gouvernement Lijf
land gelegen aanTle Dwina op ruim 10K.M.
afstand van de plaats waar deze rivier in de
Golf van Riga uitmondt. Na Petersburg is
Riga de belangrijkste haven aan de Oostzee,
heeft ruim een half millioen inwoners. Vroe
ger behoorde Riga tot Zweden, in de oorlog
van dit land onder Karei VII met Rusland
door de Russen veroverd, die de stad bij
den vrede behielden. Uit krijgskundig oog
punt is Riga belangrijk als knooppunt van
spoorwegen en om hare ligging door de
Russen zeer versterkt.
ruim, dan toch een tamelijk stukje brood.
Want moeder de vrouw heeft niet veel noo
dig. Karpetten of kleedjes op den steenen
vloer is natuurlijk overbodige weelde; zand
op de steenen, da's je werkBehangselpa
pier, ge zult het tevergeefs in haar woning
zoeken. Gordijnen, nu ja, zooiets, dat er op
lijkt. Voor onze huismoeders om van te water
tanden, nietwaar
Wat dat alles betreft is trouwen er dan
ook zeer gemakkelijk.
Ik sprak eens met iemand daarover en gaf
mijn verwondering te kennen. „Kaik es, mijn
heer", zei-ie „zoo nauw kaiken we hier niet,
zulle. Als ze maar een huis hebben en een
weinig pré (geld), dan is alles in orde."
Hoe dat huis gemeubileerd moet worden,
geriefelijk ingericht, zij bekommeren er zich
niet om. Mettertijd komt het wel in orde.
Men kan ook te veeleischend zijn
Ja, toen
Toen was het veel andere tijd.
Maar nu
Nu is alles veranderd. De oorlog is uit
gebroken en hij werd opgeroepen. Dat was
voor een moment wel een ontsteltenis in
het Belgische dorpje. Maar ook in het Hol
landsche. Want ons land mobiliseerde ook
en bovendien, men wist betrekkelijk niet
meer, tot welke natie men hoorde. Maar de
oproepingspapieren wezen het natuurlijk
wel uit
Toch gevoelde men het ontzettende niet.
Men dacht dat het spoedig zou zijnafgeloo-
pen, en daarom werd het zoo jammer ge
vonden, dat zij heen moesten nu, nu het juist,
kermis was op het Belgisch gedeelte, nu
men zoo lustig in de „estaminet," ronddraai
de op de schrille tonen van draaiorgel of
harmonika. Maar er was natuurlijk niets aan
te doen 1 Zij moesten gaan en zij gingen dan
ook. Zeker, het afscheid wa,s hartroerend,
Zij informeerde. „Maar zij kon gerust te
ruggaan", werd haar verzekerd. „Want dit
was alles Hie division."
„Maar daar behoorde hij toe, bij de mi-
trailleur-afdeeling." „Dan was zeker alles
uitgeslotende mitrailleur-afdeeling was
zuid- opgetrokken, naar Oostende
Daarna heeft zij gezien aan de grens, de
vijanden van haar land. Heelemaal geen ruwe
kerels, zooals haar verzekerd was. Neen men
schen van gelijke bewegingen als zij.
Flinke, robuste kerels, die speelden met
de kinderen, als zij dachten aan de hunne,
ver weg, ginds in Berlijn en Potsdam
Langen tijd ontving ze geen bericht. Maar
toen kwamen de brieven betrekkelijk regel
matig. Van het Yserfront over Havre en
Londen. Hij maakte het uitstekend, maar zat
in de voorste linie
Ja, toen
Toen was het een heel andere tijd
Maar nu, nü. Nu weet zij, dat haar man
is gesneuveld. Nü weet zij, dat hij heeft
liggen zieltogen. Zou hij een begrafenis heb
ben gehadZij weet het niet
Zij weet alleen, dat hij niet meer terug
keert
En zij schreit bittere tranen. Nu eerst voelt
zij pas, hoe lief zij hem had, niettegenstaan
de de ruwe schors, die om hem zat
In haar stille smart gaat zij heen
Naar de kerk
Zij knielt in haar bank, met het oog ge
richt op het Kruisbeeld. Dan snikt zij harts
tochtelijk alsof heur hart zal breken
Een hand wordt op haar schouder gelegd.
Zij merkt het niet. Maar dan klinkt een stem.
„Wat is er mijn dochter?" Liefdevol is haar
klank.
Zij wendt zich om en zegt dan, naeenige
aarzeling.
„Hij is dood en ik heb soms zoo weinig
De slagen volgen elkaar snel op zeiden
we daar.
Nog zouden we veel kunnen schrijven over
de inname van Kowno of het nieuws bereikte
ons, dat we nog in tijds onder de telegram
men van ons vorig nummer op konden ne
men, dat de vesting Nowo Georgiewsk ge
capituleerd heeft.
Ver over de 85.000 man en meer dan 700
kanonnen benevens een onmetelijke oorlogs
buit zijn daarbij de Duitscheis in handen ge
vallen.
Al wat Rus is werd dus genomen.
Dit kon niet anders ook.
Warschau en Kowno werden door de Duit-
schers bezet en genomen, toen er nog aan
één kant een aftochtsweg was, waarvan de
Russen handig gebruik maakten, al moesten
ze in Kowno ook al eenige honderden ka
nonnen achterlaten.
Maar Nowo Georgiewsk, nog aan dézen
kant van Warschau, was geheel omsingeld.
De Russische bezetting zat er vast en 't is
op 't oogenblik nog niet uitgemaakt, of zij
zich daar vrijwillig had laten vastzetten dan
wel of 't een gedwongen fraaiigheid was
Er zijn twee lezingen over.
De eene zegt, dat zij deze geweldige ves
ting opzettelijk hadden lüten insluiten, onge
twijfeld in de hoop, dat zij lang aanmerke
lijke Duitsche strijdkrachten zou vasthouden
en onttrekken aan den verderen opmarsch
der centraien naar het Oosten, vervolgens,
als de Russen zouden standhouden in de
Brestlinie, voor hen een dergelijke rol ver
vullen als Przemysi voor de Oostenijkers
zoolang had gedaan, en ten slotte misschien
een hervat offensief door uitvallen zou steunen.
Een andere lezing zegt echter, dat de op
marsch der Duitschers in Polen zóó srrilen
voortgang maalde, dal de bcz.ti.uu dezer
vesting niet tijdig meer weg kon ca zich du#
moest laten insluiten.