:sse
larkt
KIIS
EB
Én.
F.
in HOC SIGNO VINCES
lijijils
iiiHI
yoor de Zuidhollandsehe en Zeeuwsche Eilanden.
w
ponderdag24 December 19!4
!OER.
ang N *036
KERSTFEEST.
OP DEN UITKIJK.
1
1
8212
ivermengde
2-persoons
allen gevuld
ITEN vanaf
ïpvrij f 7.90,
lodellen en
|DIK ANTEN
kwaliteiten
l 2-persoons
[INDERLE-
50.
3LAME vee-
5L gestikte,
|luw overtrek
;e sehrff-
8478
joncur-
Larnis.
8214
m-i^iA
m im 0 II»
Orgaan
A ntirevohi tion ah
B O h K H O V
BO M. M J&LSDI J K
Is dat woord van den Heiland
wel in overeenstemming met het
vredelied, dat over de velden van
Efrata uit Engelenmond weerklonk
Hoort nu toch eens de tegenstel-
ling:
0 „Eere zij God, in de hoogste
hemelen, vrede op aarde en in
menschen een welbehagen."
En:
„Jeruzalem, Jeruzalem, gij die
de profeten doodt ziet uw
huis wordt ulieden woest gelaten."
Dat vloekt met elkaar. „Vrede"
ruischt 'tbij de kribbe; „oorlog"
in de toekomst, als de stad des
Grooten Konings, 't heilig Sion,
door Vespasianus zal belegerd en
door Titus zal worden verwoest.
Hebben de Engelen zich vergist
De Heiland heeft zich niet ver
gist, want Jeruzalem is tot puin
geschoten en de paarden der Ro
meinen waadden in het menschen -
bloed. Vuur en vlammen verstik-
'M ten mensch en dier.
Vrede op aarde! Uw huis
wordt u woest gelaten!
Is deze stelling op te lossen?
Ze lost immers zichzelve op. Als
de oorlog door den Heiland in
Luc. 13: 35 is aangekondigd: als
Hij op andere plaatsen tot zijn
discipelen spreekt van oorlogen en
geruchten van oorlogen, dan is 't
zoo klaar als de dag, dat 't Vrede
op Aarde nooit kan bedoeld zijn
in den zin van: Geen oorlog tus-
schen de volken.
Trouwens, wat de idealisten
onder de menschen ook mogen
gelooven over een Vrederijk hier
op Aarde, als 't gezond verstand
en 'c goede inzicht zich maar baan -
breekt en de menschen maar nog
al wijzer zullen worden en nog al
beschaafder en nog al verdraag
zamer trouwens, wat de
Pacifisten ook mogen droomen van
Vrede door Recht, zooals dit in
onze dagen dagelijks gehoord wordt
van hen, die gelooven, dat er be
stendige Vrede zal zijn, als er maar
Internationale Rechtsbedeeling was,
als er maar een Internationaal ge
bruik werd gemaakt van 't Haag-
sche Vredespaleis met zijn Arbi
trage Hof om de Internationale
Volkengeschillen op te ruimen en
te beslissenals er maar een Inter
nationale Politie was om eiken
spelbreker der Staten tot zijn plicht
te brengen; trouwens, wat
sommigen in Europa ook mogen
beweren, dat ontwapening de eenige
weg is tot eeuwigen vrede en niet de
leuze zoo gij den vrede wil, bereid
u ten oorlogwat men ook prate
en welke middelen men ook moge
aanwenden of in zijn uitstalkast
te pronk zette om den argeloozen
vrede-aanbidder te lokken; zoo
lang de zonde als verwoestend
element in de Natiën woedt en de
hebzucht en de eerzucht en de
heerschzucht en de begeerzucht
prikkeltzoolang zal er op Aarde
geen vrede zijn.
Onder welke vormen die zonden
ook mogen verschijnen nl. als wel
lust naar meer koloniënals honger
naar nieuwe afzetmarktenals ma-
teriëele drijfkracht naar geld en
goed, handel en scheepvaart, nij
verheid en effectenbezit; als gees
telijke prikkel om eigen beschaving,
eigen cultuur, eigen genie aan
andere Naties op te dringen, ze
daarmee te overgietenze voor 't
barbarisme met geweld te doen
wijkenhoe die zonden zich ook
openbaren't blijven zonden, over
tredingen tegen den Allerhoogste,
die ten slotte gestraft worden in
de gevolgen, die aan heb- en
heersch- en begeer- en geldzucht
onafscheidenlijk zijn verbonden.
Dwaas daarom hij, die in 't Vrede
op Aarde beluisteren wil een vrede
tusschen de volken 't Kan niet
anders beteekenen en 't beteekent
ook niet anders dan de persoonlijke
vrede door 'tgeloof in Hem, die
in de kribbe geboren werd.
Vrede op Aarde! 'tls geen af
schaffing van oorlog; maar een
strijd tegen eigen zonde en een zich
werpen in vol geloofsvertrouwen
op Hem, die genoemd werd in den
tijd der profeten; Vredevorst!
Vrede op AardeEn de Duitsche
soldaat, badend in bloed, lispelt
met stervende lippen Present
Heere Jezusen zoo ontslaapt hij
op 't slagveld in 't vertrouwen op
zijn Heiland.
Vrede op Aarde! En de Engel -
sche officier, doodelijk gewond door
't lood van den Duitscher, keert
zich op één zijde, ziet nog een
oogenblik naar de wateren aan de
Belgische en Engelsche kust en
smeektO, mijn God, wees mij
armen zondaar genadig, en op
Christus genade hopend, ontvlucht
de adem 't veege lijf.
Vrede op AardeEn de sergeant
door de ziekezuster van 't Roode
Kruis bijgestaan, hem nog even
lavend, spreekt 't aandoenlijke ook
voor haar hartverscheurende woord
uit, twijfelend of hij al dan niet
al gestorven ware„Zuster, ik leef
nog, ik wacht op het Hemelsch
appèl." En 't appèl kwam. Nog één
blik naar boven Nog een draaiïng
van been en hand. „Present! mijn
Heiland" en zoo ontslaapt hij.
Vrede op Aarde! Neen, weg
met alle illusie, dat de Heiland
vredestichter zou zijn der volken.
Dat 't Christendom dat zou kunnen
of willen zijn.
Vrede op Aarde is mogelijk,
alleen door persoonlijke verhouding
tot den Christus als Verlosser van
zonden.
Eens zal 't dubbele vrede zijn
op aarde. En in de harten der uit
verkorenen èn dus onder de vol
ken. Maar toch kan hier nu reeds
zielevrede gesmaakt worden Vrede
bij de onrust der volken. Vrede bij
strijd. Vrede door zielestrijd.
Moge 't Kerstfeest van 't vol
gende jaar gevierd worden onder
„HiiT GOUDEN HERT",
gunstiger omstandigheden dan nu
en door den oorlogsfakkel vele
harten teederder gemaakt voor
Hem, die in den zwaars ten strijd
des levens, bij oorlog en oorlogs
gevaar 't Zijn kinderen toeroept
Mijnen vrede geef Ik u.
Zij die vrede ook op en na het
Kerstfeest ons aller, ons nationaal
deel
1
11
Horloges,
[sedert 25
2RDAM.
hIC
u*ï**€
savlugge.
Is
8283
7008
senhouwerü
73,196
Telef. 1946.
7782
Deze Courant verschijnt eiken Woeiïsds? ss Zaterdag
AbonaeKeatsprys p#r drie smanden fr. p. p. 59 Ceaï.
Btsltenisnd bij vooraitbetaiiag f 4,50 par aar
Afzonderlijke nnsaisierB 5 Cent,
A4v»rt«IÉië* 19 «nip» regel ei» s.reaal. Reelaseesi v*r
Sv.» Ttnlrn-n«mw*. *lo
v
ij BoekaaakoEdigiag C/ent per regal es 4/s «taai.
jj dienstunvrage» eu öieasta&iiMefiingea 59 öaat pa? ulaataïH^
I ©roots letters es vignetten «orden barekend naar de piaatsraiisst© dis an
Advertentiën worden tag®wacht tot Qiaadag- en Vrgdagmorgea 10 uur.
Alle siKikStess voor de ttedacef ^iwe, «•rteois^-s?
t erdrr-' t<nnf«itcitra*f«- «ra»«« toe se «es&den aan 4«h Ültaeve»
Ziet, uw huis wordt ulieden
woest gelaten. Luc. 13: 35.
üoul IUsiaur&oi
fipilempte ii«ereti%teïü®r 63A 639
Direct aahij de Hoofdsteeg,
S&otlertlanï.
DINERS 60 cetu eu hooger.
LOGIES MET ONTBIJT
J 1,25, f 1.50 eu f 1.75
Tel. No. 10595 Aanbevelend,
g R. C. F. 1 LEE-Moonen.
ïlet door ieder aanbevoie» ssds'es.
Duitsche en Engelsche vloot.
De Duitsche v'oot is nog jong. Ze ont
stond door den uitzet van den handel.
Toen lijn invoer en uitvoer in do laatste
20 jaar zulke reusachtige cijfers gingen
be'oopeu, dank aan Duitschlands energie
en zijn be-eheimende handelspolitiek; toen
het van Landbouwstaat hoe iangs zoo
meer tot Nijverheids- of Industriestaat
overging en er dus nieuwe markten en
nieuwe koloniën en nieuwe afzetgebiedou
moesten worden gezochttoen er dus een
handelsvloot ontstaan was. kon het niet
uitblijven of zoo'n handelsvloot moest rug
gesteun erlangen in een ooilogsvloot. liet
lot van Spanje Portugal, Frankrijk en ook
Nederland indachtig. <lia hun handelsvloot
en hun koloniën zonder krachtige bedek
king lieden en daarom elk oogenblik in
gevaar verkeeren of niet de een of andere
brutale Mogendheid uit Azie of Europa er
een st.uk van toeëigenen zouaan dien
treurigen toe-land indachtig vroeg de Kei
zer ruillioenen aan voor een oorlogsvloot
te meer waar er alle kans op is. dat bin
nen een 10-t.al jaren de Duitsche in- en
ui.voer die van Engeland zal overtreffen.
Wsi heeft eens minister Palmerston in
Engeland honend over de Duitsche vloot
gesproken. In 1861 zei hij:
dat zij den bodem konden ploegen
en Inchtkasteelen bouwen, maar nooit
het genie hadden getoond den oceaan
over te steken, de hooge zee of ook
maar de kleine wateren te bevaren.
Maar dat was tegen geen doove gezegd.
Het Duitsche Reichs-riiarioeanibt, onder
admiraal vou T»ppitz hoeft door brochures,
voorlezingen enz. den Duitschen geest be
werkt en gewezen op 't zwaard van Da-
mocles of Engeland, wiens politieke ge
schiedenis een waarschuwing was om op
zee voor dat Laad beducht te zijn; gewezen
op Engeland, hoe 't in de 17e eeuw ons
Nederland ter zee aanviel en 't Frankrijk
in zijn vloot havende en kapot maakte,
uist die Engelsche politiek in het verleden
en daarbij gevoegd dat Duitschland van
derden Haadelsstaat de tweede geworden
was, drong dit Land er toe een krachtige
oorlogsvloot te krijgen.
In Engeland deed men het voorkomen of
dat wat grootdoenerij was van Duitsch
land en dat men in Engeland er gansch
niet over dacht om Duitschland aan te
val'en.
Minister Churchill, in een rede te Glas
gow. 9 Febr. '12, noemde het van Duitsch
land slechts »l"xe«. Engeland had een
vloot i.oodig, want zoo sprak de Minister,
dat bestaat slechts door zijn macht ter
zee; doch Duitschland bestaat sleehtsdoor
macht te Land. De Engelsche vloot zou
den vrede van het kleinste dorpje op het
vastel nd niet verstoren, hoe groot en
oppermachtig zijn vloot ook ware, maar
het zou wel de hegemonie (heerschappij)
ter zee handhaven, Engeland zou niet kun
nen dulden, dat zijn suprematie (oppermacht)
verloren ging. Duitschland, zei de Minister,
was al groot zonder vloot, maarEugeland
moet het. wezen door een reusachtige vloot.
Ook dat woord verstonden deDuitschers
en daarom bouwden ze nog met meer
kracht aan hun vloot om dubbel groot te
zijn: èi te land èn ter zee.
Een Engel ch blad had iu 1897 gezegd
en de Duitscher heeft 't onthouden:
Engelands welvaart kan slechts
verzekerd zijn, als Duitschland ver
nietigd wordt.
Als Duitschland morgen van de
aarde verdelgd werd., was er over
morgen geen Engelschman op de ge-
heele wereld, die niet rijker zou
worden.
Volken hebben jaren lang om een
stad of provincie gestreden, waarom
zouden zij niet om een jaarlijkschen
handel van 5000 millioen strijd
voeren
Verstaan we nu niet den steeds koorts
achtige!! ijver van beide Rijken om een
oorlogsvloot te krijgen of ze op peil te
houden En verstaat men nu ook niet,
hoe elke victorie der Duitsche vloot, zooals
nu pas weer op de kust v» u Eugeland,
da Duitschers in de wolken brengt van
vreugd
Dat is een kwestie van levensbelangen!
XXI,
»Nog éven, moe-je?» vleit Karlientje.
De twee broêrs liggen allang. die
draven en stoeien zich den ganschen dag
zoo moe, dat ze om zeven uur al legen 't
lamplicht zitten te knipoogen en om half
acht niet meer kiinuen van de slaap. Als
moes dan maar belooft, dat zij ze straks
wel eens warm zal instoppen, zoodra ze
kau van haar werk. dan trekken ze zoet
en graag af, blij dat ze '11 bed hebben,
waar ze zoo knus kunnen inkiuipen!
Moes heeft bun van die Belgen verteld.
En ook van die Belgische kinderen.
Kleine jongens, net als zij. - die niéts
meer hadden: geen bed geen brood, geen
speelgoed, geen huis die zoo maar
hadden moeten wegvluchten uit hun slad
en uit hun land, neen! dan hadden zij
het toch nog boter, al maakten ze dan
weieens ruzie, wie vooraan zou liggen en
over de vraag of de ander met z'n li
chaampje ónder dek de denkbeeldige streep
voorbij kwam, die bóven dek preci s de
helft van 't ledikant afmat en aldus an
nexeerde wat hem rechtens niet toekwam.
Maar zoo iets duurde nooit lang.
Slaap dwong hen ras tot vrede!
Karlientje echter zong al vroeg het lie
deken van verlangen eu gpbruikte honderd
kleine kinderlisten om den offioieelen tijd
te overschrijden.
Met vader lukte dat zelden.
Gewoonlijk was dat eigen schuld!
Als vader 's avonds vol inspanning over
z'n boeken zat gebeurde 't vaak genoeg
dat hij haar klokje van gehoorzaamheid
niet hoorde en t over 't uur heenschoof,
dat Karlientje t,t regel was gesteld zon
der dat bij 't merkie.
Maar dan werd zij onrustig
Keek telkens schichtig op
Bespiedde vaders minste bewegingen.
Met het onafwendbare gevolg dat deze
de dr.iadl oze waarschuwing vóélde: >Iets
nie' in den haak» opkeek, haar schuw
gezichtje zich haastig buigeD zag en alles
begrijpend, glimlachend kuchte: »Hm! bed
tijd meisje!»
Da wa- alle kans verkekeri.
Vader liet niet met zich gekken
Ma r vader is nu wèg ja hoelang
weet Karlientje niet maar 'n hééle
tijd, dat weet ze wel! Niks gedaan in huis,
nu dat tóo lang duurt. Moe heeft 't zoo
druk zóo druk, dat ze nooit geen raadsels
meer cioen kan, of kwartetten of pand
verbeuren met de jongens of zoo iets
wat was dat verleden wintor niet gezellig
geweest
En de jongens worden zoo lastig
Ze plagen haar soms zoo erg! Toen va
der thuis was, durfden ze zoo niet: En
als moes es goed gromt dan laten ze 't
óok wel maar Karlien wil t moes
niet zéggen, nu vader weg is. Moes heeft
nu toch al akeligheid genoeg, dat ziet ae
wel! Neen, dan bijt ze maar es op haar
tong, als de jongens 't al te erg maken.
Ze zal zien, dat ze hun ergste plagerijen
onthoudt hoe lastig 't haar ook valt
en ze aan vader vertellen, als die voorgoed
thuiskomt, dan kan d,é met, de beugels
wel afrekenen 1
Heerlijk dan ook dat avonduurtje!
De jongen^ naar bed en zij met moes
alléénmoes aaien en zij wat lezen of
irei-m
En moes kijkt niet zoo nauw ook.
Die laat 't wel over tijd worden.
»Jp oet opt ver' Jaa'de Korlientje dit
wijzig aan haar ochoolvrieuoinnetje, »nu
vad-r wag is, is 't voor moes óok gezel
liger, als ik wat langer opblijf!»
Eén ideaal Iqid Karlien.
't Nog es zóo lang te lekkeu, dat ze
heelemaal gelijk met moes naar bed kon!
En nu vanavond schéén dat te zullen luk
ken. Half tien was at v orbij. 'tliep tegen
tienen moes had 'r naaidoos toege-
klapt, op de k ok gekeken en haastig ge
zegd
>Toe kindje gauw hoor; Mé^rdantijdU
Daarop had Karlien 't g waagd.
>Nog éven, moe-.? Héél evemj^s?»
»Nee, kind! daar kan metsv »uinkomen.
Moes moet nog 'u brief aao. vader schrij
ven, uioes had van middag geen tijd,
weet je!»
Daar zwicht Karlientje voor.
Natuurlijk, als moes met vader t8 pra
ten heeft, moet zij er zich buiten houden,
dat weet ze wel! Als ze er dan morgen
ochtend vroeg er nog even wat ónder zet
ten mag?
»Dat mag ho r! maar nu gaiiw!»
Vijf min .ton later zit »nioes< gebogen
over hoar blief
Al zou 't middernacht worden haar
mail moot op tijd z'n brief hebben
Vroeger wat is dat lang geleden
toen hij nog thuis was en niet aan de
grenzen zie, toen was 't nietzooerg,
al moest hij e- even wachten met middag
eten of koifietijd! 't Kon zoo uitkomen,
niet waar. met kinderen of huiswerk.
Welnu, dan stak hij z'n smookertje nog
even op en als ze 'm dan met een vrien
delijk woord wat paaide, dan was hij de
eerste, om te zeggen, dat ze zich vooral
niet overhaasten moest.
Maar nu is 't een ander geval.
Driemaal in de week. op vasten tijd,
moet hij schrijven hebben van huis en 't
is haar nooit te veel al moet ze 't uurtje
van haar rachtrust afknijpen.
Nu echter zit ze en zucht,
'n Traan glinstert in haar oog.
Zelfs de dapperste kent zijn oogenblik-
keu, dat hij versaagt
Wat zal ze 'm nu wel schrijven?
En eveu welt de biltere gedachte in haar
ziel op, om hem nu maar eens de volle
waarheid te schrijven en al de moeiten hem
te klagen, waarmee zij, arme vrouw, in
deze bange tijden ompakken moet.
Dat de zaak vrijwel stilstaat.
Dat de schuldenaars niet betalen en 't
haar geweldig kwalijk rem mi als ze be
leefd om afdoening vraagt. Dal de knecht
luiert en brutaal laat merken, dat ze niet
zonder hem kan, nu de baas er uit is. Dat
zijn e'gen zusters man de kans waarneemt
en er met zijn zaak »in« tracht te komen,
bij voorkeur onder hun duiven schietend.
Dat ze gedurig van haar spaarboekje,
waarop ze zoo trotsch was, dat ze 't als
meisje zelf verdiend had, irtereu moet. Dat
ze t japonuCD-naaien en 'tmantelvak aan
huis maar weer begonnen is, hoe druk 't
ook is, om tenminste nog eenige inkomsten
te hebben Gedeeld leed is maar half
leed, zoo overpeinst ze
Maar ineens schaamt ze zich.
De vrouw kan niet de wapenon dragen
voor 't vaderland, doch ze hoeft daarom
niet laf !e zijn al uit vrouwenmoed zich
op eigen wijze
>Hulpe« moet ze zijn tegenover haar
man en dat is ze niet als ze zijn hart week
maakt
Zal dan hun God niet zorgen?
Heeft haar nog iets ontbroken?
En al moeten ze dan straks, als zc weer
samen zijn, alles weer van den grond af
opbouwen hebben ze niet met een