MAAS- Tweede Blad. Advertentiën. Zaterdag 19 Septem ber 1914. No. 2008 Twee Bladen. LANDBOUW. UIT DE PERS. Het gaat hier over soliËe ÉiÈli ELIAS ÏÏARTOGSi J. G fAN DALEN X concmeMe mm Vraagt prtjsopaf OP DEN UITKIJK. VOOR HUIS EN HOF. GEMENGD NIEUWS. T. SCHIlPiRCOED Dit nummer bestaat uit VIL Weg(d$k 262 Middelbar nis GOUD EN ZILVER HORLOGES KORTEWEEGJE Geregeld in voorraad Beton en Ge wapend Beton Eindstukken Var kens- en Drinkbakken enz. enz. 7986 "Zr. IN MOCSEtNO vinses »Daar is de weg naar Gothem! De jonge vrouw, met het kind op den arm, knikt ten teeken dat zij 't gehoord en begrepen heeft; de droge lippen openen zich even om nog 'n woord van dank uit te brengen, maar -er kan geen klank meer door de droge keel, ze slikt 'npaarkeeren, draait het hoofd om en gaat in de aan gewezen richting. »Arm menschN mompelt de witkiel die haar wegwijs maakte. Hij kent z'n menschen vrijwel op'teerste gezicht en déze vrouw, hoe sjofel in de kleeren, heeft betere dagen gekend, dat ziet hij zóo wel. De vrouw intusschen sjokte voort, 't Is 'n kleine drie kwartier, van 't sta tion naar Gothem, maar zij zal blij zijn, als ze 't in anderhalf uur loopen kan, want haar krachten zijn weggesmolten en de kleine, die jengelig wordt van honger, weegt haar als lood zoo zwaar. 't Geeft ook niet, hoe lang het duurt. Een groote gevoelloosheid is over haar gekomen. Zij is stomp geworden voor li chaamssmart en zielepijn, zij vindt geen tranen meer voor haar leed, in baar blik lag geen verschrikking meer, haar oog is uitgedoofd, grauw als 'n uitgebrandehaard, waarin geen enkel gloeihoutje meer spran kelt: alles koude asch. De veer van het bewuste leven was tot 'JUiet uiterste neergedrukt, alle leed, dat ^^er nu verder nog bijkwam deed geen pijn meer: 't maximum was bereikt. Ze struikelt over haar voeten. De krachten ontvlieden haar. In 't gras langs den weg laat zij zich neervallen; werktuigelijk haalt ze 'n korst brood onder haar kleeren weg en laat er 't kind aan knabbelen; vaag glijdt haar blik den weg af, 't stoffig zonnepad dat ze nog uit moet, eer ze in Gothem is. Plotseling houdt 'n wagen achter kaar stil; langzaam draait zij 't hoofd op zij. iMeerijden, moeder en 't joviale breede bakkebaard-gezicht van den Bra- bantschen voerman kijkt om den hoek van de huif heen. Dat dringt toch tot haar door. Ja! rijden en dan die moede,stuk- geloopen voeten sparen: dat is 'twat zejwil. Ze knikt dankbaar van ja en de gulle voerman staat al naast z'n paard, om haar 't kind aan te geven als ze er straks zelf /ji ingeklauterd is. 19 »Naar GothemAccoordW 't Boertje zet zich weer makkelijk neer, achter 't huiflinnen in 't hoekje, dat 'm al vijftig jaar kent. 't Kind, dat nog frischis en nu geen honger meer heeft, krijgt schik in 't geval; de vrouw in elkaar gedoken tegen 'n wagenspijl, zwijgt. De voerman heeft schik in 't knaapje. Doet allerlei vogelgeluiden na, om 't jongsken te vermaken. 't Kind krijgt al meer plezier. »Pa papa!< klinkt het nu. Plotseling gaat een felle schok door 't lichaam der moeder: éen enkele snik en dan is 't weer stil, zit ze strak voor zich heen te kijken in de wijde verte. Even wacht de voerman nog. En dan vraagt hij in zijn zangerigst Brabantschen tongval: »Waar komde gij vandaan, ja Hartelijke belangstelling en vriendelijk medelijden spreekt uit de vraag. De vrouw kijkt hem aan met 'n verbaasden blik, alsof slechts langzaam de woorden aanslag krij gen op haar ziel en dan stamelt ze: »Tusschen Aerschot en Diest weg.< Nu, ineens, begrijpt de voerman. Zijde ge niet de zuster van m'neer de notaris, die op 't Hooge Huis woont?» Even knikt de vrouw van wél. Het spre ken valt haar te zwaar, de weinige woor den heeft ze met kin en kaken wegge- knepen. De voerman begrijpt nu alles wel. Daar ginds is de Pruis geweestEn die heeft er 't volk weggebezemd, zooals 't vuil van de straat geveegd wordt Ze zéggen, dat 't volk op den Pruis geschoten heeft enfin, hij weet dat zoo nietmaar hij heeft diep medelijden met zoo n arm, on gelukkig mensch en hij zal haar niets meer vragen, hoe graag hij ook 'n praatje mag... zoo'n mensch, ziede! bloédt en dan mot daar niet in gepeuterd worden Stil rijden ze naar Gothem. Even vóór de laatste bocht, buiten 't eigenlijke dorp, ligt 't Hooge Huis, 't bui ten waar notaris Pleitzer woont. Met z'n vrouw wandelt hij wat de lanen door, na 't diner. Hij heeft zoo juist z'n ochtendblad gelezen en vertelt z'n vrouw den stand der legers en de ellenden van den krijg. De huifwagen staat voor het hoofdhek stil. Pleitzer en z'n vrouw kijken toe. 'n Jonge vrouw wankelt van den wagen, moet zich vasthouden om niet ineen te zinken, nu de krachtelooze voeten haar weer dragen moeten, Nu neemt ze 't kind aan »Maar dat is Marieroept eensklaps de vrouw van den notaris uit en zij snelt naar den weg, haar zuster tegemoet, die zich haast niet voortslepen kaD. »Marie, Marieroept ze snikkend. Ze neemt dadelijk 't kind van haar over, ze laat de arme vrouw op haar sterken arm leunen en brengt haar zoo in den koepel, waar de arme verjaagde zuster in een rieten stoel neervalt en voor 't eerst sinds lang weer schreien kan. Pleitzer en zijn vrouw staan stom van verslagenheid. Dat Marie! Drie maanden geleden heb ben ze nog op haar schilderachtig villaatje gelogeerd. Toen was ze 'n bloeiende vrouw, blijde moeder van twee lieve kinderen, haar man was daar notaris vrienden waren ze al sinds jaien geweest, de twee notarissen uit Noord- en Zuid-Brabant; 't huwelijk met zusters had ze tot broeders gemaakt Pleitzer en z'n vrouw heb ben thans voor déze smart geen troost woord. De oudere zuster zet zich naast Marie en laat heur hoofd tegen 'r schouder rus ten, zooals haar moeder 't deed toen ze beiden nog aankomende meisjes waren. De notaris nam 't knaapje op z'n knie en houdt het stil Eindelijk wordt 't schreien minder. »Waar is Herm, je man? En Roosje, waar is die?« »Ik weet het niet En dan langzaam, met snikken en stooten komt het gansche ellende-verhaal. Hoe de Pruisen gekomen waren. Eerst ging alles goed, tot er door 't volk geschoten werd, ten minste dat zeien ze toen werden ze ruw verjaagd! Niets mochten ze meenemen; hun lieve villa met al wat ze hadden was verbrand Herm was met de andere mannen gebonden wegge voerd 't laatst dat ze 'm gezien had was geweest op 't pleintje vóór 't buurt- station. Toen was haar zwerftocht begonnen. Naar Holland wou ze, naar haar zus. Dagen en dagen heeft 't geduurd. Altijd maar weer aan: loopen! Telkens opgejaagd door rondtrekkende troepen Toen in dien schrikkelijken nacht is ze Poosje kwijt geraakt. Ze kampeerden den nacht over in 'n bosch, dat was nog 't veiligst, toen in eens laat in den avond de kogels tusschen de boomen doorfloten. 'n Algemeen angstgegil ging op. Kruipend trachtten ze de droge greppels te bereiken om daar weg te schuilen. 't Kleine kind nam ze in haar arm mee, Roosje zou haar kleederen vasthouden, om in 't donker bij elkander te blijven Toen ze de veilige groeve bereikt had, was 't kind niet bij haar en al wat ze den volgenden morgen beproefde, baatte niet Zoo kwam ze nu tot hier. Zonder man of dochter, weggestooten uit haar vriendelijk thuis Wie weet waar de haren zijn wie weet waar, misschien 'n handvol aarde hun naakte lichaam dekt droogstaat nu weer haar oog haar blik staart weer in de verte, zonder uitdrukking ondergegaan is zij in haar leed! UITKIJK. Lecithine is een eigenaardige min of meer met vet verwante stof, die in de lichaams weefsels voorkomt. Zij moet, volgens Dr. loteyko en Maurice Springer grooten invloed hebben op de groeikracht. Men verkrijgt deze stof door een afkooksel te maken van granen (tarwe, rogge, gerst, haver, mais, ze melen; 2 soeplepels van elk en 3 liters water 3 uur lang koken tot 1 liter over i§; laten bekoelen en door een fijne zeef). Deze drank is gebleken een zeer gunstigen invloed te hebben op kinderen, die gebrekkig groeiden. Voor kinderen met slechte spijsverteering dyspepsie en maagverwijding is deze drank echter niet aangewezen. o— Middel tegen kinkhoest. Penultimus schreef in Vox Medicorum over een kinkhoestmiddel: Zonder u te willen verkondigen, dat de steen der wijzen op 't gebied van kinkhoest door mij is gevonden, wil ik toch mede- deelen, wat mij goede diensten heeft be wezen. Ongeveer 'n jaar geleden deelde mij een confrère mee, dat het eenige, wat hem had geholpen, was een middel uit New-York: „Ozonized Sirup of Tolu". Toen m'n eigen jongen pertussis had, heb ik dat goedje latgn komen, meer om m'n vrouw genoegen te doen, dan wel, omdat ik er veel „fiducie" in had. Maar de uitkomst overtrof verre de ver wachting. Ik heb het nu in acht gevallen aangewend en steeds met succes. Ik ben er evenwel achter wat dat patentmiddel is, nl. niets meer dan Tolustroop met Hydroge nium peroxyd. En mijn voorschrift luidt: R. Hydrogen, perox. 20 Str. toluton. 100 aq. comm. ad 150 mds. 10 druppels tot een thee lepel vol, al naar den leeftijd. Ik geef een dosis elk uur gedurende 2 of 3 uren, daarna elke 2 uren gedurende 6 of 8 uren en zoo verder apart naarmate de betering. Men behoeft het evenwel niet zoo nauw te nemen met deze doseeriug. Er is weinig gevaar, al is het dan ook dat men van 't goede te veel kan nemen. In mijn prak tijk heeft dit eenvoudige middel uitstekend geholpen. o „Wenken voor Moeders", indertijd door de gezondheidscommissie te Lochem opgesteld: I. De beste voedingswijze voor den zui geling is de voeding aan de borst. Sterfte en ziekte bij zuigelingen, gevoed aan de borst, zijn veel geringer dan de flesch- kinderen. Een moeder die in staat is haar kind te zoogen, doch dit nalaat, doet nadeel aan ge zondheid en leven van haar zelve en van haar kind. In vele gevallen, waar de moeder meent niet in staat te zijn haar kind te zoogen blijkt, dat het vermogen om te zoogen wel degelijk aanwezig is. Het is derhalve plicht den zuigeling aan de borst te houden, tenzij door een genees kundige is verklaard, dat de moeder daartoe niet in staat is. II. De gemengde voeding, waarbij de zui geling slechts gedeeltelijk met vrouwenmelk wordt gevoed, is te verkiezen boven die, waarbij de zuigeling in het geheel geen vrouwenmelk krijgt. In dit heval is hetwen- schelijk, dat het kunstmatige voedsel niet uit een zuigflesch doch lepelsgewijze wordt toe gediend. III. Is fleschvoeding onvermijdelijk, zorg dan dat de flesch en het voedsel op uiterst zindelijke wijze worden behandeld en laat u, omtrent de keuze van het voedsel, de toebe reiding en de toediening (het aantal malen en de hoeveelheid) door den geneeskundige voorlichten. De flesch moet zijn voorzien van een zuigdop; de speen met slang is uit den booze. IV. Zorg voor zuivere lucht in het vertrek waar de zuigeling verblijf houdt. Wasch dagelijks uw kind geheel. Bewaar 's zomers de melk zoo koel mo gelijk anders bederft zij. V. Huilt uw kind veel, geef het niet oa- delijk meer voedsel, maar raadpleeg een ge neeskundige. VI. Laat u omtrent voeding, verzorging en het tijdperk van het spenen van het jonge •kind ook als dit gezond is door een genees kundige voorlichten. Gij kunt, door dit te doen, meermalen ziekten voorkomen. o Snuiven verstompt de reukzenuwen, ver oorzaakt duizeligheid, suizen, hersenschud ding een tegennatuurlijke vochtsafscheiding in den neus en leidt de scherpe vochten naar de oogen. o— Middel tegen brandwonden. De wond wordt dadelijk met slaolie of boter, wat het eerst bij de hand is, ingewreven, en met fijn zout dicht bestrooid. Men voelt dan geen pijn, en blaren ontstaan niet. Na 5 of 6 mi nuten kan alles weer weggenomen worden. o— Komt nooit met natte kleeren in een zie kenkamer. o— Hebt gij wratten aan uw handen of vin ger, bevochtigt ze dan dikwijls met een op lossing van zout in azijn. o— VOOR DE KEUKEN: Drie in de pan. Voor 8 a 10 personen. Men neemt 300 gr. bloem en 300 gr. boek- weitemeel, 2 a 3 eieren, 150 gr. krenten. 150 gr. rozijnen, 50 gr. gist, 7 dL. melk, 5 gr. kalfsvel of boter. De eieren worden met het zout geklopt, bloem en meel toegevoégd, eveneens lang zaam de melk, die men van te voren lauw warm heeft gemaakt, besla dit alles flink, voeg de gewasschen krenten en rozijnen toe, vervolgens de gist vermengd met wat suiker of wat melk en laat het aldus gereed ge maakte beslag een half uur rijzen. Bak er daarna kleine koekjes van, drie tegelijk in een koekepan. o— Haringsla. De haringen worden gespou wen, de middengraat er uitgehaald en aan kleine reepjes gesneden; men voegt er bij koude, fijngewreven aardappelen, gesnipperde zure appelen, gehakte uien, hardgekookte, fijngemaakte eieren, gehakte biet en gehakte pieterselie. De sla wordt aangemaakt met slaolie en dragonazijn. Men kan er een sier lijken schotel van maken, door de haring reepjes met de fijne aardappelen dooreen- geroerd, met een vork glad te strijken, en dan in de vakken te rangschikken met de biet, de uien, fijngesneden augurken en schijf jes hard gekookte eieren er opgeschikt. —o Zweedsche salade. Een gemarineerde ha ring ontdoet men van de graten en snijdt hem in vierkante stukjes, evenzoo resten van koud vleesch; ook biet en zure appelen wor den klein gesneden, met vier stuks ansjovis. Een paar aardappelen wrijft men fijn en mengt dan alles door elkander, met wat ge hakte pieterselie en kruidenazijn, Meststoffen en voederartikelen. Een brandende vraag is de laatste weken voor den landbouwerhoe zullen we in dezen benarden tijd ons kunnen voorzien van de benoodigde meststoffen en voederartikelen? De tijd voor de zaaiing van het wintergraan begint te naderen, en vele boeren zijn de laatste jaren gewoon voor de bemesting van het winterkoren geheel of gedeeltelijk kunst meststoffen te gebruiken. Bij het uitbreken van den oorlog leek het er op,««dat kainiet en Thomasslakkenmeel, welke twee meststof fen de hoofdbemesting vormen, niet zouden zijn te krijgen. Het is echter meegevallen. De invoer zoowel van kalimeststoffen uit Duitschland, dat alle kalimijnen bezit, als van Thomasslakkenmeel, werd reeds voor een paar weken in het vooruitzicht gesteld en verwacht werd, dat binnenkort Nederland op regelmatige wijze van kalizouten, vooral van kainiet, zou worden voorzien. Het Kali- syndikaat te Berlijn heeft alle moeite aange wend om zoo spoedig mogelijk de Neder- landsche afnemers te gerieven en terwijl we dit schrijyen is het vervoer van kalizouten waarschijnlijk reeds begonnen. Ook de vooruitzichten van het Thomasmeel zijn, hoewel in mindere mate dan van kali zouten verbeterdevenwel zoo meldt het Centraal Bureau te Enschede zal men er op moeten rekenen, dat slechts beperkte hoe veelheden verkrijgbaar zijn. Er zijn echter in de zomermaanden, met het oog op de zomerkorting, reeds groote hoeveelheden be steld, zoodat thans de vraag naar slakkenmeel ook niet zoo verbazend groot zal zijn. Ter vervanging hiervan kan, zoo gewenscht, been dermeel of superphosphaat worden aange wend. En anders heeft het geen bezwaar om het Thomasmeel en hetzelfde geldt voor kainiet bij latere ontvangst als overbe mesting aan te wenden. Als regel is dit af te keuren, maar als uitzondering, geboden door de omstandigheden, behoeft men er geen bedenking tegen te hebben. Nu de oor logvoerende staten niet of in veel mindere mate behoeven te worden voorzien, verkee- rcn wij in de gunstige conditie, dat men ons gaarne spoedig en zoo billijk mogelijk be dient. Van een verhooging der grondprijzen is dan ook op dit oogenblik noeh van de kali zouten noch van het Thomasmeel bericht afgekomen. Staat het er dus ten opzichte van de kunstmeststoffen naar omstandigheden vrij goed voor, betreffende de graan- en koe- kenmarkt ziet het er, volgens de laatste mededeelingen van het Centraal Bureau, ta melijk ongunstig uit. De aanvoeren zijn on geveer allen uitgebleven, 't Is zeker op het eerste gezicht vreemd, dat een neutraal land als Zuid-Amerika naar het eveneens, neutra le Nederland geen mais verzendt, maar aan de transporten schijnen meerdere bezwaren verbonden te zijn dan men oppervlakkig kan vermoeden. Slechts een enkele partij mais, die erg beschadigd was, is binnenge komen. Ook wordt niets verwacht. Het eenige artikel, dat nog wel aangevoerd wordt, zijn de Amerikaansche lijnkoeken. Op den aan koop van inlandsche lijnzaadkoek behoeft men voorloopig niet te rekenen; de aanvoer van lijnzaad is tot heden achterwege geble ven en de fabrikanten zullen dus allereerst trachten om, voor zoover de beschikbare hoeveelheden daartoe toereikend blijken, de afgesloten contracten uit te voeren. Voor granen is men uitsluitend aangewezen op de Groninger markt, waar ook slechts beperkte hoeveelheden nog verkrijgbaar zijn; deze producten zullen ook allereerst voor men- schelijk gebruik bestemd dienen te worden. Amerikaansche koeken zijn dus nog op de markt, de vraag "is begrijpelijkerwijze, in verband met de granen-schaarschte, toege nomen, dientengevolge zijn de prijzen ge stegen, maar de prijsstijging is minder on gunstig dan die van de granen. Andere koe kensoorten, als soyakoek en gröndnotenkoek, en resp. meelsoorten, zijn eveneens nog aan de markt, maar ook tegen hoogeren prijs. Offertes kunnen moeilijk worden gemaakt, dit zou slechts tijdverlies geven en intus schen kan de markt enorm veranderd zijn. De vooruitzichten op het verkrijgen van voerartikelen zijn dus verre van gunstig. C. B. Heel de wereld. De oorlog, die thans Europa teistert, wordt een wereldbrand genoemd. Terecht. Sinds Engeland er in betrokken is, zijn, volgens de mededeelingen der verantwoor delijke Engelsche staatslieden, uit alle deelen van het Engelsche Keizerrijk betuigingen van sympathie en aanbiedingen van steun geko men. En zoo zijn nu alle vijf werelddeelen in den strijd gemengd. Dat de bewoners van Canada en Australië, zelf van Angelsaksische afkomst, hun man nen en schepen naar het moederland zenden, om deel te nemen aan den strijd der Euro- peesche grootmachten, zal weinig bezwaar ontmoeten. Het getuigt van de eenheid van het groote Engelsche rijk en de kolonisten zijn mannen van Germaanschen stam. Intusschen komen de aanbiedingen van hulp niet slechts uit de door Europeanen be woonde koloniën, maar even goed uit En- gelsch-Indië. Met zekeren tfots is in het Brit- sche Parlement voorgelezen, dat van schier alle onder Engelsche zuzereiniteit staande vorsten in Indië toezeggingen van steun zijn ontvangen, zoowel in geld als in manschappen. Dit nu schijnt ons zeer bedenkelijk. Eerst is er Japan al bijgehaald. En nu komen de volken van Engelsch-lndië, terwijl ook Noord-Afrika zijn troepen aan Frankrijk levert. Wij betwijfelen het, of dit ook van zuiver Engelsch en Fransch standpunt gezien wel aanbevelenswaardig is. Stel eens, dat Duitsch land dat tot heden toe ter zee nog niet op trad, straks ook als zeemogendheid kwali teiten openbaart, waarop men in Engeland niet gerekend had. Dit zou toch zeer wel mogelijk zijn. Dat de Duitsche vloot onzicht baar blijft, is natuurlijk niet een gevolg van lafheid maar van taktiek, van systeem. We weten nu onderhand, dat de Duitschers liefst zoo weinig mogelijk aan de goede kans overlaten, doch al hun krijgsverrichtingen nauwkeurig wikken en wegen en naar vast gestelde regelen uitvoeren. Het zou toch niet absoluut ondenkbaar zijn, dat de Duitschers, gebruik makende van een storm of een mist, of zelf door een magistrale taktiek, op een of ander zwak punt door de Engelsche vloot heenbraken en de Engelschen een les gaven. Wij erkennen hetHet komt ons onwaar schijnlijk voor, dat de Engelsche vloot voor de Duitsche het onderspit zou delven. Maar niemand kan vooruit weten, wat er gebeu ren zal. Geen land weet beter dan Engeland dat zelfs een onoverwinnelijke vloot nog wel kan ondergaan. Welnu, wanneer Engelandj eens gedwon gen werd om te retireeren, dan zou, nu het zelf zijn Indische onderdanen er bij gehaald heeft, zijn prestige in dubbele mate lijden. Indië kan alleen geregeerd worden door een zedelijk overwicht. Wapenen kunnen daarbij ook helpen. Maar wanneer Engeland zijn ze delijk overwicht over de bevolking verliezen moest, zou het zich onmogelijk kunnen hand haven. Maar afgescheiden van dit alles, valt het ook in 't algemeen te betreuren, dat Azia tische en Afrikaansche volken in den strijd gemengd worden. Hoe moet daar het pres tige van heel Europa onder lijdenZonder zich zelf te verlagen en te vernederen be trekt men geen ondergeschikten in zijn twis ten. En dit nu heeft men bij deze gelegen heid ten eenenmale uit het oog verloren. Ook voor ons land is dit van groot ge wicht. Onze Nederlandsche bezittingen zijn alleen te behouden, indien wij als Euro peanen een moreel overwicht behouden. Hoezeer wij dan ook voorstanders zijn van een politiek, die de zedelijke verheffing dei- Indische bevolking tot hoogste doel heeft dit is nog iets anders dan die Indische bevolking te doen deelnemen aan den oorlog tusschen Europeesche mogendheden. (N. H. Ct.) De bliksem. Te Texel sloeg de bliksem in een arbeiderswoning en vernielde er schoor steen, dak en zinken waterleiding; uit den regenbak kwamen sterke zwaveldampen naar boven. Het huis is geassureerd tegen brand- en bliksemschade. Ernstig ongeluk. In de fabriek van ver duurzaamde levensmiddelen van den heerP. Verburg te Noordscharwoude, gebeurde gis termiddag een zeer ernstig ongeluk; Aan een bediende, belast met het aftappen van kokend water ontglipte een groote ketel van ongeveer 700 liter inhoud. Het kokend water golfde over den vloer en verbrandde van vier werklieden de voeten. Per vaartuig, waarin zij gedragen moesten worden, wer den zij vervoerd om zich onder geneeskun dige hulp te kunnen stellen. Treurig! Een arme schippersweduwe, die zich thans te Gorinchem bevindt, deelde ons dezer dagen mede, dat van de zes zoons die allen onder de wapenen in het Duitsche leger zijn geroepen, er nu reeds 4 zijn ge sneuveld. Omtrent de overige zoons kan niet met zekerheid worden gezegd of deze nog in leven zijn. Moord. Men meldt ons nader uit Amster dam r In verband met het vinden van een lijk Maandagavond in een der veestallen op de veemarkt, vernemen wij het volgende. Het lijk is dat van den 65-jarige zwerver H. P., die se dert de laatste zes jaar zijn kostje trachtte te verdienen met het vervoeren van geslacht vee, enz. Gewoonlijk sliep hij op een der zolders van de stallen op stroo. Maagdag avond trof een noodslachter, A. H. W., 29 jaar oud, den zwerver aan, zittende op een kist in een der veestallen. Er ontstond een woordenwisseling over een kat, die niet uit de stallen mocht worden verjaagd. De slach ter wilde echter, dat de kat weggejaagd zou worden. Later verwijderde de slachter zich. Omstreeks 9 uur kwam een dienstdoende nachtwaker voorbij, die den zwerver even eens aantrof op de kist ziltende. Deze gaf hem den raad naar den zolder te gaan, de zwerver wilde dit echter niet en mompelde iets van een twist en van een mes. De wa ker sloeg verder geen acht op de man, ook al omdat dezen dronken was. Toen om streeks tien uur een tweede nachtwaker voor bij kwam en deze den zwerver ook op de kist zittende aantrof, ging hij naar hem toe en begon een praatje. De zwerver gaf ech ter geen antwoord. Later bleek, dat de man was overleden. Onmiddelijk werd de politie van het geval in kennis gesteld. Bij onder zoek bleek, dat de kleeren van den man met bloed waren gedrenkt en dat een diepe wonde aan de hartstreek zichtbaar was. De politie vond aanleiding den noodslachter te onder vragen. Deze ontkende iets van de zaak af te weten. Op hem werd een met bloed be vlekt mes gevonden. De politie nam den man mee naar het bureau, waar hij heden morgen een volledige bekentenis heeft afge legd. Hij beweerde een hevige ruzie met den zwerver te hebben gehad en hem later een steek met het mes te hebben gegeven; hij had niet vermoed, dat dit den dood tenge volge zou hebben. De gearresteerde wordt morgen ter be schikking van de justitie gesteld. Het vervoer van goederen en slachtvee naar België kan naar wij vernemen plaats hebben langs de grensstationsBaarle—Nas sau, Budel en Valkenswaard behoudens eeni ge door de Belgische Staatsspoorwegen vast gestelde beperkende bepalingen en naar en kele stations in België. Langs Rosendaal kan alleen vervoer van slachtvee plaats vinden. Naar Duitschland kan langs alle overgangs stations vervoer van allerlei goederen plaats hebben (behoudens eenige beperkingen), waar bij levensmiddelen den voorrang hebben. Vuurtje stoken, 't Gebeurde te Rotterdam. De 5-jarige W. K. stookte met andere kin deren op straat bij de ouderlijke woning in de Eenhoornstraat te Rotterdam, een vuurtje. Door den wind vatten de kleertjes van het kind vlam, waardoor het ernstige brandwon den over de rechterzijde van het lichaam kreeg. Het is in het Ziekenhuis opgenomen, waar ook de moeder is verbonden, die bij het dooven van de brandende kleertjes, brand wonden aan de handen kreeg. Soldatenkwartier verbrand. Eenige mili tairen uit Schoterland, gedetacheerd aan de Belgische grenzen, in Noord-Brabant, vonden bij terugkomst van verlof hun kwartier een boerderij aldaar door brand vewoest. Hunne geweren en ransels waren een prooi der vlammen geworden en natuurlijk ook vele scherpe patronen, die afgeschoten waren, zonder gelukkig iemand te treffen. Drie flinke jongens. Het gezin van S. dat te Veendam in een woonschip vertoeft, is vermeerderd met drie flinke jongens Door den trein gedood. Men meldt ons: De 20-jarige Joh. v. E., zoon van den brug wachter v. d. Vink was zonder werk gekomen. Hij werd nu vrijwilliger en kwam te Leiden in garnizoen. J.l. Zaterdag begaf hij zich naar Voorschoten, 't Was wat laaf geworden. Om waarschijnlijk spoediger in de kazerne te zijn was hij bij het huis zijner ouders de spoorbaan overgestoken. Op dat oogenblik passeerden daar echter twee treinen. Hij heeft wellicht den eenen niet gezien, zo^iat hij daardoor werd gegrepen. Zondagmorgen vond men zijn zwaar verminkt lijk. De dokters constateer den, dat hij niet in beschonken toestand had verkeerd. voor dat U Koopt, bezoekt dan eerst het VTEUBELMAGAZIJN van daar zijn ruim voorradig solide Meubelen massief en geschilderde Buffetten, slaapka mer Ameublementen, Stoelen en Tafels in alle maten en houtsoorten. 7609 Levert franco a contant naaste Station, tegen Concurreerende prijzen. MIDDELHARNlt*. 7451 KLOKKEN PENDULES.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1914 | | pagina 5