voor de Zuïdliollandsclie en ïieenwseli© Eilanden. lak BR - zen en te f a Zaterdag 4 Juli 1914. Antirevolutionair 29sle Jaargang N#. 1986. Orgaan EEES1E BLAB. n IN HOC SIGNO VINCES Geneest ïïwe hartkloppingen met de Pink Pillen, iiELSDIIK. HARNIS ntbieden. m prijzen. een OORD. f 0 35. Haven n. Uitsluitend voor de afeon- né's op dit blad. KAART VAN NEDERLAND. OP DEN UITKIJK. Reclames - IVfededeeSIngen li MODELLEN. Jste g-e- n goed 1 r-, ing. f.m i, Bouwmate, uiles du-Nord an, Draineer- d. 7807 Dsze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. 50 Csmt. Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. W. BOEKHOVEN. AdverÊentiën 10 oentper regel en s/s aaal, Reelaaes §0 pes regel. Boekaankondiging i Oest par regel en 4/s ®aal* Bienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. ©roots letters en vignettea worden berekend naar de plaatsruimte die zij boakan Advertentiën worden ingewaobt tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nar. Hotel S!e§Saisrant „HET GOUDEN HERT", Gedempte Boerensiefgcr 63A, 63B - Eotierdaiu. DINERS 60 cent en hooger. LOGIES MET ONTBIJT f 1.25, f 1.50 en f 1.75 Tel. No. 10595. Aanbevelend, g R. C. F. y. i LEE-Moonen. Met door ieder aanbevolen adres. 1 n werken in gewa- van plm. 15,000 VTZAND I, Als boven. IP KJ nelsdijk. delsmerk, •J. Biene- oomen en bij A. W. enbrugge. ÜITGSVÏB SOMMELSD1JK. telefoon IntercoiBsa. No. 8. Alle §tnkkeïs yoof de Redactie teestensd, Advertentlësi ei® vea-dere Administratie franc© toe te senden aan den Uïtgrever Tegen inwisseling van de BON, voorko mende op de vierde pagina van dit nummer, kan men aan ons Bureau, tegen betaling van vijf en twintig cents bekomen een tot den laatsten tijd bijgewerkte Deze kaart in acht kleuren gedrukt heeft eene afmeting van 71 X 85 c.M. Bij toezending van 40 cents wordt deze Kaart franco per post toegezonden. Voor niet abonne's is de prijs een gulden. V* Nooit neutraal in geestelijke vraag stukken. Het onderwijsvraagstuk laat geen neu traliteit toe. Omdat onderwijzen opvoeden is en opvoeden is voeden tot iets hoogers. Elke opvoeding slaat in 't aliernauwste verband met het opvoedingsdoel; want de middelen zijn van dat doel geheel afhan kelijk. En zoo krijgt men vanzelf deze schakels Verschil in opvoedingsleer veronderstelt verschil in opvoedingsdoel. Verschil in opvoedingsdoel veronderstelt versjjhil in kijk op 't leven en 't levenseind der ziel. Verschil in kijk op de waarde der ziel voor Heden en Toekomst lijdt natuurlijk tot verschil in de middelen om die ziel te bewerken. Verschil in kijk op de waarde der ziel hangt af van den kijk op zijn Bijbel en wat deze aangaande God en Christus Tijd en Eeuwigheid; Leven en sterven; plicht en eisch Gods ons leeren. Zoo wordt in den grond der zaak alle onderwijszaak een theologische kwestie een Godsbeschouwing. Te sterker dringt dit zich naar voren (want God is op alle terrein wel koning) waar 't onze kinderen betreft; geen stamverwanten van den Aap, maar van Gods geslacht, en redelijke we zens, levende onder de beademing des Evan gelies, staande door den Doop in 't Verbond Gods. En in verantwoording met hun Ou ders en opvoeders voor Hem, die ze schiep. Daarom kan een Christen nooit neutraal tegenover zulk een opvoeding staan: men voedt op met 't oog op Goddelijke eischen of men doet 't niet. Een middenweg is hier niet. De kinderziel doet ge opstreven tot den Eeuwigen Vader, of ge laat dat na. Ge stelt een kind zijn eeuwige toekomst voor; zijn leven tot God en zijn sterven om geoordeeld te worden of ge trekt U van deze dingen niets aan. 't Is voor of tegen de Godsbeschouwing, zooals de Heilige Schrift en 't eeuwen oude Christendom die heeft gegeven. Positief vóór of Positief tegen. In vollen gang. De onderwijsstrijd is niet van dezen tijd pas. Wie 't oude Testament doorbladert, vindt daar overal den Israëliet bevolen om de historie zijns volks en de daden Gods lijn kinderen in te prenten. Tekst na tekst kan overgeschreven worden om dat te be wijzen. En in 't Mieuwe Testament is dat ook zoo. Het formulier van den Heiligen Doop wijst er ook op. De eisch tot een Christelijke opvoeding is een Goddelijke eisch. En zoolang 't Christendom kloek staande bleef en van geen wijken wist, hebben de oudêrs steeds in dien geest gehandeld. Alles wat ons Ne derland in vroeger dagen aan scholen bezat, had tot grondslag: Voed uw kinderen op in de vreeze des Heeren: Maar toen 't Christendom in de harten des volks ging zinken, kwam de strijd te gen die opvoeding in vollen gang. Die strijd tegen 't Christendom werd aan gebonden tegen de Kerk; tegen de Chris telijke Maatschappij; tegen don Christelij- ken Staat; tegen de Christelijke School; tegen 't Christelijk begrip. Wat Christelijk was moest er onder en van uit Duitsch- land en Frankrijk werd op alle terrein dat Christendom ondermijnd en verwoest. Het Rationalisme kwam op, dat in Duitsck- land in Christiaan Wolff een krachtig pleit bezorger vond. Toen in 1712 ongeveer was in Duitschland in vollen gang de strijd tusschen Orthodoxen en Piëtisten. De Ortho doxen kwamen op voor de autoriteit der Kerk, der Kerkleer; en der Belijdenisschrif ten maar de Piëtisten streden voor de autoriteit van de inwendige zielservaring. De Orthodoxe hield aan de Kerk vast; maar de Piëtist liet de Kerk los en zocht't meer in het bekende „met een boekske iu een hoekske" om daar, buiten de Kerk om, „eenzaam en met God gemeenzaam" te ge nieten in allerlei ware of ingebeelde medi taties. In dien strijd stond Wolff op met zijn Redelijken Godsdienst. 't Rationalisme op de School. Wat was nu de hoofdgedachte van Wolff, die zoo ver strekkende en treurige gevolgen heeft gehad, omdat ze zoo krachtig door werkte en in dien tijd van verval, in 1700-1800, zoo talrijke aanhangers vond Dit: De Kerk mag geen autoriteit bezitten en dus de Orthodoxie deugt niet. Maar de innerlijke ervaring van den Piëtist deugde ook niet en dus, weg met de Kerk en weg met de Piëtisten. Goedde Kerk zou dan geen zeggenschap meer hebben; het Kerkgeloof niet meer worden gerespecteerd; Belijdenis niet meer worden aanvaard; de innerlijke vroomheid niet meer worden gewaardeerd! Maar wat moest er dan voor in de plaats komen. Antwoord: De Redelijke Godsdienst. De redelijke godsdienst. Een mooi woord, als je 't maar goed gebruikt. Vader Brakel heeft twee dikke deelen geschreven, samen een 1200-1300 blz. vol over den Redelijken Godsdienst en er zijn er talloos velen, ook op ons Flakkee, die dat boek van Brakel in hun bezit hebben't is een prachtstuk van een boek. Maar wie dien Redelijken Godsdienst van Brakel leest, wordt in zijn geloof versterkt en geenszins verzwakt; dat boek is een gids voor 't levenspad, en we wenschen 't in handen van eiken Ne derlander. Doch! zoo bedoelde Wolff het niet; zijn Redelijke Godsdienst was een verbond van Godsdienst en Rede; niet zooals bij Brakel: de rede onder den godsdienst; maar de Rede er boven, 't Zoogenaamde logisch verstand zou hier richtendat ver stand zou scheidsrechter zijn bij twijfel in God en Goddelijke zaken. De menschelijke Rede zou de Opperste Rede d. i. God en Heilige Schrift, beoor- deelen, doorzoeken en helaas! kon 't anders gaan verwerpen. De dingen, die des Geestes Gods zijn, zouden door de Rede begrepen en voor de Rechtbank des Verstands geoordeeld moeten worden. Dat was 't Rationalismede Rede leer en bitter, zeer bitter zijn de gevolgen geweest voor Land en Volk. Wie slechts denken kan, is Christen? Wat was nu 't grondbegrip van 't Ra tionalisme? Niet: Wie geloofd zal hebben en gedoopt zal zijn, zal zalig worden. Niet: Geloof alleenlijk. Niet: Tiet Geloof is een vaste grond der dingen. Niet: ziende het Onzienlijke. Maardenktdenkt weer denkt steeds Goed denken is het hoofdbegrip van alle Godsdienst; en gebrekkige verstandelijke ontwikkeling is de eenige oorzaak van alle Ongeloof. En niet alleen van alle Ongeloof, maar ook van alle kwaad. Denkt goed en 't kwaad is van den aardbodem verdwenen. Of wat prof. Opzoomer honderd jaar later zei: Bouw scholen, en wat je aan scholen uitgeeft, haal je uit je gevangeniswezen uit; bouw scholen en de gevangenissen verminderen. Verlicht 't verstandBreng heldere be grippen aanLeer goed en zuiver denken en dan volgt 't hart vanzelfdat hart zal zich dan vanzelf veredelen, en 't lage en 't gemeene zal wegzinken, Wat heerlijk en schoon en goed is, zal zich dan vanzelf ontplooien. O! wat bittere teleurstellingen heeft dat Rationalisme gebracht, 't Kon niet anders Direct nabij de Hoofdsteeg, 't Was veel te eenzijdig. Deuken is uitstekend! 't Behoeft tegen een Christen niet gezegd te worden, die zonder denken zijn Bijbel en zijn predika ties niet begrijpt. Een Christen is van na ture een denker, want hij zoekt de diepst verborgen vezelen van hemel en aarde te begrijpen en omvatten, vandaar zijn the ologie als wetenschap aan de Universi teiten. Maar denken alleen verandert het hart niet: dat was de reuzenfout dier dagen. Het geloof is uit het gehoor en 't ge hoor uit het Woord Godsdus 't geloof staat voorop. Hooren, zien, denken en ge- looven, maarniet: hooren, zien, denken en ontkennen. Zelfs niet zien en toch geloo- ven. Zelfs ophouden met denken omdat 't te wonderbaar is, en toch aannemen op gezag, omdat God 't zegt, Die niet liegen kan. Door 't Verstand tot 't Hart? Het Rationalisme had tot grondslag: Door 't Verstand tot 't Hart. Maar die rich ting, nog heden ten dage op de Openbare Scholen overheerschende, heeft fiasco ge maakt. En allerwege wordt 't ingezien, dat dat stelsel leiden moet tot knappe menschen, maar onverschillig voor God en Godsdienst. En natuurlijk! De denkende geest der menschen moet en mag niet stil staan se zoektblijft zoeken, tot ze een steunpunt vindt. Maar nu één van twee: of het verstand vindt eindelijk zijn rust- pund in God, waarin alles eindigt, wat op Hemel of aarde is, of het verstand gaat twijfelen, dat 't God nooit vindt; wordt daardoor onverschillig voor 't onzienlijke, omdat het dat niet omvatten kan en ein digt dan in ontkenning. Zoo staan er dus twee wegen open: Ge denkt en eindigt in Gelooven of gedenkt en geeindigt in onverschillige miskenning. Maar daar lijdt 't hart onder. Want wie God niet ziet en nu zegt: Daarom is Hij er ook niet, lijdt scha aan de ziel, die juist van den Onzien- iijken God is uitgegaanjen met dien Önzien- lijken God in dagelijks verband staat. Als de Rationalist zegt: Denkt en je hart zal verandereneischt hij 't onmoge lijke omdat verandering des harten niet in de eerste plaats een daad des menschen, maar een genadewerking Gods is En die genadewerking gaat niet buiten 't Verstand om ganschelijk nietstaat met 's menschen verstand in 't allernauwste verband, omdat toch ieder zijn verantwc ordelijkheid kent en weet, dat hij niet sterven kan, zooals hij van nature leeftmaar muurvast staat, dat een liartomzetting alleen Goddelijk werk is door den Heiligen Geest. Door 't Verstand tot 't Hart is een val- sche leus. 't Moet andersom zijnHet Hart met God en dan is 't kleinste verstand nog geadeld en geheiligd. Want 't loopt niet over de hoeveelheid verstand in de eerste plaats, maar over den aard en 't karakter van dat verstand. Waar dient je je ver stand voor? Tot een Gods vereering of ver trapping van 't Heilige? Jaren geleden had ik 'n tuin. Het had z'n vóór en z'n tegen. Soms, nu we elk bennetje groenten en elk potje aardbeien duur koopen moeten en niet zelden mondjesmaat afgepast wordt, wat we voorheen aten, zooals de kinderen Israels na de Babylonische ballinschap uit de koninklijke magazijnen het zout kregen, d.i. »zonder getal*, soms krijgen we 't heimwee. Dan gaat het ons als diezelfde Israëlieten in de woestijn toen ze terugdachten aan de ajuin, aan het knoflook en meer aange name tuinvruchten, die in de woestijn niet groeiden, 'k Beu nog altijd een broeder op 't platteland schuldig eens naar z'n boonen te komen kijken, die wij »aan de deur« zóó nooit koopen, en ik kan best be grijpen, dat die broeder trotsch is op z'n tuin, met al deszelfs heerlijkheden. Want het beste gaat als men koopen moet en geen grof geld besteden wil hand en mond voorbij. Aardbeien, zooals ik ze in mijn eigen tuin plukte, heb ik na dien zelden meer gegeten. De fijne boonen soort, die ik zelf kweekte koopt men zóó niet. En de bizondere soort van doppers, die ik als »late« teelde, waar we 's mid dags zoo van aten, dat we den gansclien dag eigenlijk geen trek meer kregen, ik vermoed, dat ze alle naar 't buitenland of naar 't Hof gaan, want bij ons worden ze niet verkocht. Maar 't had ook z'n tégen. Want een tuin moet bewerkt. En voor tuinier was ik nu eenmaal niet in de wieg gelegd. Ais ik dan eens 'n uurtje vrij had, ging ik liever wat wan delen of zat ik met m'n neus in de boeken en in de kranten. Wie zelf z'n eigen tuin bewerkt en er verstand van heeft, dien geeft hij voordeel, dat heb ik wel gemerkt! Maar 't verstand hoort er bij. 'k Heb 't gehad, dat naast me 'n kruide nier uit de stad wat kwam rentenieren. Hij had dan nu óók eeu tuin en zou dien eens bewerken naar den eisch. Vroeg in 't jaar had hij z'n zaad reeds ingeslagen genoeg om er vijf tuinen mee te bezaaien Eq half Maart kwam hij me al triomfante lijk vertellen: »'k Heb er alles al in U Wat dan ook de waarheid was. Erwten, peulen, sla, spinazie maar ook boonen, worteltjes, kroten, andijvie, peen, kool, alles lag al in den grond. Als hij nu niet vroeg was Nu, hij heeft er van de dorpsbewoners wat over moeten hooren Dit wou ik echter maar opmerken: Als men zijn tuin moet laten bewerken, dan loopt het heel wat meer op, dan men den ken zou. Toen ik nu den tuin pas kreeg, wou ik het met den ouden tuinman op een accoordje gooien! IIij zou elk half jaar zóóveel krijgen en moest daarvoor 't werk aannemen. De man keek me bedroefd aan. Ochhij nam 't mij niet kwalijk Maar als 'n gunst verzocht hij, op ou- derwetsche manier, in uurloon en daggeld te mogen werken. Ik zou over zijn ijver niet te klagen hebben. En aan 't eind van 't jaar stond ik beschaamd. De tuin was keurig onderhouden't had ons op tafel aan niets ontbrokener lagen nog heel wat winter groenten in den kelder en 't had me aan merkelijk minder gekost dan de som, waar voor ik het gedacht had uit te besteden, De man was niet slechts arbeider, maar in den waren zin des woords werkman. 't Was een lust, hem bezig te zien. Hij kwam met de pijp, legde die bij den aanvang neer, werkte aan één stuk 'tgan- sche s schoftdoor, stak dan z'n pijp op en men stond verbaasd, wat hij al had gedaan. In den herfst, 'k had ook 'n stuk aard appelland, moesten m'n aardappels gerooid. Daarvoor bood zich 'n arbeider aan. Toen die óók over daggeld» praatte, had ik weinig bezwaar. !t Was maar'n klein hoekje voor. mijn destijds klein gezin lang geen wintervoorraad genoeg dat kon nooit 'n »strop« worden. Die baas kwam den volgenden dag met twee opgeschoten jon gens: >rapers«, 'n pijp en 'n groote buil tabak. Grooter luiwammes heb ik Dooit gezien. 'tWas uitzondering, als ik es naar hem kijken kwam, dat hij werkte. Regel was, dat hij z'n pijpje uitklopte of opnieuw stopte èf leunend op de spade 'n voorbij ganger naar den welstand vroeg. Hij had naar mijn berekening in anderhalven dag rijk klaar kunnen zijn en deed er drie dagen over èn een »schoft». Nooit heb ik meer aardappels in daggeld laten rooien Aan tuin en tuinman, aan aardbeien en aardappels, werd ik onlangs herinnerd, toen ik in aanrakiDg kwam met een der sociale kwestiën, die tegenwoordig hetmenschdom beroeren en wel met die van het minimum loon. Men weet, wat dat is. De arbeiders in hun vakorganisaties trachten het daarheen te leiden, dat ze met de patroons in een bepaald vak 'n contract afsluiten, of beter gezegd een algemeene overeenkomst, waarbij dezen beloven, dat het loon nooit en nergens onder een be paald minimum dalen zal. Daar zit iets onwezenlijks in. 't Woord »minimum« zou doen denken aan een laagste loon. Het „minimum" zou dan verdiend moeten worden door den ar beider, die in zijn vak het allerminst pres teert, terwijl dan de betere arbeiders de een meer de ander minder bóven dat loon uit zouden komen. Zoo zou men het denken Maar zoo is het niet. In den regel is het »minimumc-loon tegelijk ook liet normaal-loon, dat aan alle arbeiders wordt uitbetaald. De patroon gaat er niet ónder, maar gaat er ook niet bóven. Eu de actie bij onze vakorganisaties is er dan ook op gericht, om het minimun-loon zóó te stellen, dat het niet het laagste loon, maar het gemiddelde loon aangeeft, waar mee elk aan 't eind der week naar huis gaat. En al wat daarmee in strijd is, wordt wederstaan. Stukwerk is voor velen een gruwel. Aangenomen werk mogen ze niet. De eenvormigheid dreigd ook hier te worden de vloek van 't moderne leven. sMinimum«-loon is prijzenswaard, daar kom ik dadelijk voor uit. Maar dan moet het ook werkelijk >minimun«-loon zijn, zoo dat den patroon de kans overblijft, om de vlugste en bekwaamste arbeiders ook aan merkelijk hooger te beloonen. Of anders dan moet men niet spreken van .minimum», maar gewoonweg van loon regeling. Mijn tuinman en mijn aardappelrooier verdienden per uur evenveel. En dat was de gekroonde onbillijkheid, want mijn tuin man was tweemaal zooveel waard als de rooier. Zoo zal 't in 't arbeidersleven altijd wel zijn. En dan maakt de uniforme loonregeling, dat de luie vadsigerd aan 't eind der week met precies evenveel guldens naar moeder de vrouw gaat, als de man, wiens aard het nu eenmaal is om te doen wat zijn hand vindt om te doen en die niet traag zijn kan. Nu is er een correctief, 20 cent per Regel. De hartkloppingen zijn het kenteeken van een vermoeienis van het hart. Wanneer men zeer vermoeid is, struikelt men of doet mis passen. De kloppingen zijn de mispassen van het hart. Daarom zijn dan ook de hartkloppingen een der meest voorkomende verschijnselen van de bloedarmoede en de bleekzucht der jonge meisjes, van de uit den groei voort komende bloedarmoede, van de neurasthenie, al te gader ziekten, waar de zwakte van de zieke kenmerkend is. Indien gij dus hartkloppingen hebt, kunt gij met zekerheid zeggen: „Ik ben verzwakt". Een behandeling die het bloed weder op kracht brengt, is dus noodig. Wij bevelen U dan de Pink Pillen aan. De Pink Pillen hebben ontelbare gevallen van bloedarmoede, van bleekzucht, van bloedarmoede die uit den groei voortkomt, genezen, en dit wel doordat zij met iedere pil een weinig rijk en zuiver en nieuw bloed geven. Door dat nieuwe, rijke bloed aan te brengen, maken zij dat de voeding van alle organen volkomen is. De toestand van vermoeienis verdwijnt en het evenwicht der gezondheid is hersteld. Verkrijgbaar 5 f 1,75 per doos, en f 9 per zes doozen, aan het Generaal Depót der Pink Pillen: Dacostakade 15, Amsterdam. Voor Goedereede en Overflakkee de Fa. D1J- KEMA DOORNBOS te Sommelsdijk, en in alle goede apotheken en drogisterijen. fl -••• rm a

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1914 | | pagina 1