in hoc signo vinces
to«p de %uidliolland$clie en Zeenwüclie Eilanteii.
Zaterdag 6 Juni 1914
Antirevolutionair
29ste Jaargang N°. 1978.
Orgaan
MIE BLiÜ.
LAND- EN TUINBOUW.
W. BOEKHOVEN.
SOMMELSD1JK.
Alle stukken voor «Se Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan fiess SJItyever
OP DEN UITKIJK.
ftotefi Restaurant
„HET GOUDEN HERT",
f. 1.25, f 1.50 en f 1.75
Tel. No. 10595. Aanbevelend,
g R. C. F. Y. t. LEE-Moom
Reclames - ^ededeelmgen
Aan de vrouwen Tan 45 jaren
Laten wij hare ongerustheid
wegnemen.
Deze Courant verschfjnt eiken Woensdag en Saterdag.
AfeOHmemeatsprijs per drie maanden fr. p. p. 50 C©at»
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
kfeoMerlijke uummers 5 Cent.
UITGSYIB
Teletoon IstercoHM. Ho. 2.
AdrertentiëB 10 aentpor regsl e»a Egaal, Eeolajaes 10 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en »aaI'
IMenstaanvrageu en Dienstaaufciedisgeia 50 CJes.ii per plaatsing.
3-roote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij baslaaa
Advertentiën worden ingewaaht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
De stem des Eenen.
Wat gejoel en gewoel mSchool en Kerkin de
Maatschappij. Een drang naar verandering
allerwege, hetzij ten goede of ten kwade.
Rust en stilheid kent onze Maatschappij
niet meer Het ruiseht en bruiscbt; het
stookt en stokt en stoot en botst in fabriek
en werkplaats; op 't platteland en in de
havens. Als de magneetnaald trilt bij na
dering van den elektrischen stroom, en
onrustig wordt, en heen en weer schommelt,
zoo schijnt uit deu bodem der Maatschappij
een stroom te stijgen, die werkgevers eu
werklieden onrustig maakt. En zoo is 't
op 't terrein der School evenzoo Openbaar
en Bijsonder Onderwijs liggen onder 't mes
wat zal voor haar de toekomst baren Een
bevredigingscommissie zoekt den vrede en
de verzoeningmaar buiten haar is heel 't
Bijzonder onderwijs in actie in afdeelingen
en hoogere vergaderingen over nieuwe or
ganisatie, nieuwe waarborgen, hooger sala-
rieering, betere opleiding enz. In de Kerk
onrust allerwegeeen scheuring in de Ned.
Herv. Kerk, die zich reeds aankondigt door
het Persgeschrijf der Kerkelijke bladen en
den onwil of het onvermogen om bij elkaar
te blijven.
Maar boven die stroomen hooren wij de
stem des Heerenboven het geluid, scherp
en boos vaak der velen, vernemen w» de
stem des Eenen, die winden en golven kan
gebieden, dat zij stille zijn, maar die wel
kan, doch niet zal gebieden, alvorens ook
Nederland opnieuw de les vau diepe afhan
kelijkheid van Hem zal hebben geleerd.
Er is geen rust voor niemand in een
anderen weg dan in dezen: een hoe langs
zoo meer zich openbaren als Christelijke
Natie en opnieuw te verstaan, dat het
Woord van den Sinai, ja heel het Woord
van God voor onze maatschappelijke toe
standen past.
Wijziging in de Maatschappij.
Of men 'twil of niet wil; ziet of niet
zietéén der grondslagen onzer Maatschap
pij wijzigt zich. Vandaar de strijd en de
rpering.
Achter ons ligt een eeuw vau individu
alisme met zijn: Ieder helpe zichzelf; met
zijn: Ben ik mijns broeders hoeder; met
zijn door concurrentiegeest versterkt egoïsme.
Dat individualisme knaagde aan onze
Maatschappij, omdat 't de Liefde voor an
deren uitsloot en dies 't Hoofdgebod des
Heeren schond: Heb God lief boven alles
en uw naaste als uzelf. Die naastenliefde
was in lijnrechten strijd met die individu
alistische strevingen. Waar 't egoïsme leeft
is de naastenliefde morsdood.
En 't stelsel der vorige eeuw was het
stelsel der ongeteugelde concurrentie; der
eigenbaat; der afgrissing; der botsingen
van belangen in alle levenskringen. Maar
aan plichten tot de gemeenschapaan
solidariteit van schuld en recht; liefde en
vrede; aan samenwerking en toenadering;
aan gezamenlijke plichtsbetrachting dacht
er geen een.
Totdat de wantoestanden aan 't licht
kwamen en men er van ijsde, waartoe dat
individualisme op velerlei terrein de mensch-
heid had gebracht. En toen de wantoe
standen zichtbaar werden en de harten er
onder braken, waar huisgezinnen waren
ineengestort door de drukkende ellenden
toen kwam het deernisgevoel, de sociale
liefde boven. Allen voor allen, werd nu
de roepstem, in plaats van Ieder voor
zich. Een der oude Maatschappelijke pijlers
kraakte, scheurde en een nieuwe wordt
geheid. Organisatie en solidariteit staan nu
der Sociale Gemeenschap ten dienste om
't Woord Gods toe te passen, dat van alle
deugden die der Liefde de hoogste is.
Zal 'tslagen zonder Religie?
Nu zien we mannen arbeiden, ieder op
verschillend terrein en met bewustheid van
eenzelfde doel ter invoering en versterking
der nieuwe era; van den nieuwen tijd. Maar
zal die arbeid slagen? Zal de geest van
organisatie en solidariteit die heerlijke en
rijke vruchten dragen, die men er, juist
omdat ze op Liefde rust, zoo van mag
verwachten
Een moordenaarsbende, een dievengilde,
een stroopersgezelschapeen sabotageclub
ze zijn ook georganiseerd en
zij hebben de solidariteit ook in hun bloed
vlag geschreven maar deze zullen
de Maatschap nooit kunnon reformeeren,
omdat hun Liefde ook zelfzucht is en geen
algemeen belang beoogt.
Dan alleen pas zal de nieuwe pijler der
Maatschap kunnen steuneu, als het Heb
God lief boven alias! vooraf gaat aan het
Het liefhebben van zichzelf.
Dan alleen zullen organisatie en solida-
risme steunpilaren des levens zijn, als ze
gefundeerd zijn in Christus, die de Hoogste
Liefde wasdie Zichzelf gaf om een ver
loren menschengeslacht te redden; die
Zich opofferde en dienende leed en lijdende
stierf en stervende triomfeerde.
Zonder religie komt de nieuwe Maat
schappij nooit vast te staanwant de
religie spreekt van God en Zijn geboden,
waarnaar ook elke organistie en elk soli-
darisme zich heeft te richten.
Zonder Godskennis en erkenning der
Godsopenbaring, die Jezus Christus noemt
als 't centrum van alle sociale leven, blijft
het ook in de Nieuwe Toekomst botsen en
borrelenomdat 't Nieuwe Huis dan op
een zandgrond is gebouwd en niet op de
Rots der Eeuwen.
Eu de slagregens zijn gevallen en de
winden hebben gewaaid en zijn tegen dat
zwakke huis aangestormd en 't is geval
len, en zijn val was groot.
Zonder religie slaagt de Nieuwe Tijd
niet, omdat hij de eeuwigheid vergeet. En
de mensch is voor de eeuwigheid gescha
pen; staat met God in verbinding. Dat
moeten de sociale ijveraars nooit vergeten.
Want alleen daarvoor komen alle toekom
stige nieuwe levensverhoudingen in het
ware licht te staan. Zóó gaat de organi
satie niet over tot Onrecht, want God is
Recht. Zoo wordt de solidariteit geen
dwangstelsel, want God wil billijkheid en
rechtschapenheid.
Dezer dagen vergadert te Amsterdam de
Vereeniging van Christelijke onderwijzers
en onderwijzeressen in Nederland en zijn
overzeesche bezittingen.
Aan den naam kan men al hooren dat
zij minstens is van middelbaren leeftijd.
Een 50 a 60 iaar geleden keek men op
geen paar woöRjen meer of minder en
zocht men vooral zijn kracht in volledig
heid en juistheid, als men aan een ver
eeniging, aan een boek, aan een tijdschrift
of iets dergelijks een naam geven moest.
Het waren me toen soms titels!
Tegenwoordig wil men het anders.
Dan moet een boek vooral een korten
titel en een vereeniging een korten naam
hebben.
Zelfs in de uiteraard wat conservatief
aaD gelegde wettenfabriek des Koninkrijks
is deze kortheidszucht doorgedrongen, zoo
dat men als een wet van zichzelf een
ietwat langen titel heeft er al gauw
een artikel in ontmoet, luidende: sDeze
wet kan aangehaald worden onder de be
namingvan Veiligheidswet*, .Arbeidswet*,
.Leerplichtwet* enz.
Een zeer practischa maatregel.
Bovengenoemde vereeniging met haar
langen naam heeft zulk een afkorting nooit
kunnen krijgen en de leden behelpen zich
in den regel met te spreken van de» hoofd*
of »groote« vereeniging.
Waaruit volgt dat er dan ook neven-
en kleinere vereenigingen naast moeten
bestaan, die zoo ongeveer in denzelfden
kring haar leden vinden.
Wat dan ook het geval is.
Men heeft »Barnabas<, »Johannes*
»Lukas*, de Vereeniging van onderwijzers
aan Christelijke muloscholen, de >Unie*
van Chr. onderwijzers en misschien nog
meer.
Met die »Unie* wou het nooit erg.
Die »Unie« bedoelt om, niet tegenover
maar naast de »hoofd«-vereeniging, waar
van alle onderwijzers lid konden zijn, spe-
Gedempte Boerensteiger 63A, 63B
Direct nabij de Hoofdsteeg,
Motlerdaui.
DINERS 60 cent en hooger.
LOGIES MET ONTBIJT
IBet door ieder aanbevolen adres.
ciaal de Christelijke klasse-onderwijzers te
organiseeren. Die »Unie* zou zich dus tot
de »groote« vereeniging zoo ongeveer ver
houden als de bekende »Bond« van Ossen-
dorp c. s. bij de openbare onderwijzers
tot het aloude N. 0. G.
Verder dan de verhouding trek ik echter
de vergelijking niet door, want al heeft
die »Unie« misschien weieens een enkelen
keer in woorden gestruikeld wie doet
dat niet? men zou haar groot onrecht
doen door haar verder met den Bond op
één lijn te gaan stellen.
Hard ging het met die Unie nooit.
Een hooge vlucht nam ze niet.
Zij bleef »een* organisatie van een be
trekkelijk klein procent der Christelijke
klasse-onderwijzers en daardoor was ook
de directe invloed die van haar uitging,
weinig merkbaar. Vooral nu in de laatste
jaren de »hoofd-*vereeniging wat meer
actief leven toonde, werd deze weer meer
dan vroeger »het* orgaan waardoor de
Christelijke onderwijzerswereld sprak.
Indirect echter is de invloed dezer »Unie*
niet zoo gering geweest.
Alleen reeds het feit, dat langzamerhand
ook voormannen der »Unie« in 't bestuur
der hoofd-«vereeniging gekozen zijn, wijst
er op, dat de ideeën dezer »jongeren«,
waarvan sommigen trouwens thans ook
reeds een peper-en-zout-kleur in de haren
krijgen, veel verder invloed hebben uitge
oefend, dan in den beperkten kring hunner
naaste vrienden.
'n Geweldige strijd is er jaren geleden
gevoerd over de vraag, of ook »gewone«
onderwijzers, d.w.z. zij die al hadden ze
misschien tien acten in den zak, om wat
reden dan ook geen .bovenmeester* ge
worden waren, toch in het hoofdbestuur
der .groote* vereeniging zouden verkies
baar zijn.
Och, och! wat zijn er toen een dikke
woorden gevallen.
't Scheen, dat de revolutie bezig was
ons Christelijk schoolwezen onderst-boven
te keeren. Sommigen, die wat erg gauw
last hadden van de zenuwen, meenden zelfs
den „geest uit den afgrond" in den tuin
der vergaderzaal te hebben zien rondspoken.
Als ik nu die toen gevoerde debatten
nogeens nalees, dan zeg ik zoo bij mezelf:
Wat zijn wij, menschen, toch bespottelijke,
alles-overdrijvende en uit z'n proporties
halende wezens! De „gewone" onderwijzers
werden ook verkiesbaar en alles
bleef sinds zooals het was of 't werd
er beter op
In één opzicht is deze „hoofd-"vereeni
ging een curiositeit in ons Christelijk Ne
derland. is zij bepaald éénig in haar soort.
Eigenlijk is „curiositeit" niet het rechte
woord voor iets zoo eerwaardigs, zoo lof
waardigs, zoo navolgenswaardigs, als 't
geen de „hoofd-"vereeniging tot dusver is
gelukt, nl. de eenheid in Christus te be
waren onder zooveel Christelijke verschei
denheden als er in Nederland plegen ge
vonden te worden.
Denk daar niet licht over!
Ge vindt bij deze pl.m. 2500 a 3000 le
den tellende vereeniging van alles. Ge vindt
er stoere gereformeerden en soepele ethischen
en ruime evangelischen, allen één in 't
betalen hunner jaarlijksche, gelijke contri
butie en in hun liefde voor de School met
den Bijbel, doch overigens op vele punten,
hoofdpunten zelfs, van zéér verschillende
meeningeD.
Ge vindt de soorten in soorten.
De gereformeerden b.v. zijn er, als: hei-
vormde gereformeerden, christelijke gere
formeerden en gereformeerde gereformeerden,
welke laatsten weer zijn zoowel van oud-
A als van oud-B.
De ethischen zijn er ook in soorten:
links- en rechts-ethischen en waarschijnlijk
ook midden-ethischen al heb ik van déze
ondersoort in 't kerkelijke leven nog niet
hooren gewagen.
Ook op politiek terrein jagen deze mees
ters zeer verschillende idealen na.
Er zijn anti's onder, er zijn historischen
er zullen ook wel enkele christen-socialisten
bij zijn is ook Enka niet uit de rijen
der onderwijzers te voorschijn gekomen.
er zijn .rooden* onder, ehristelijk-roodwel
te verstaan, en .zwarten*. Ook zijn er,die
van nature politiek-schuw zijn of ook na
langdurig onderzoek tot de neerdrukkende
overluiging gekomen zijn, dat het in 't be
lang van de School, en van Het Kind,
en van eigen carrière maar 't best is, als
ze zich zoo weinig mogelijk met de poli
tiek bemoeien.
Daar zijn er onder, die vasthouden aa^n
de waarheid van Gods soevereine gei ade
en die hun opvoedingspraktijk fondeeren
op het Verbond der Genade, dat de Heere
met zijn kerk en met het zaad der kerk
heeft opgericht. En ook zijn er die het
Leven en de School doorgaan met den
rechterarm om den hals van Pelagius en
den linker om dien van Arminius, in de
vaste overtuiging als er veertig kinders
voor hen in de klas zitten, dat dit dan
ook veertig vrije willetjes zijn, die zij in
de goede richting moeten sturen.
Hoe nu zulk een vereeniging het heeft
klaargespeeld, al die jaren, om één en on
verdeeld te blijven, is mij een raadsel.
Maar 't feit ligt er toe en er is ook wel
éénige verklaring voor te geven.
Vooreerst zat, vroeger vooral, en met
name in de dagen van veel gisting, de
»lioofd-"vereeniging vast aan „Barnabas."
Dit fonds gaf aan weduwen en weezen van
onderwijzers en met name in den tijd toen
het staats-pensioen er nog niet was. Maar
wie van dit fonds lid zijn wilde, die móést
lid zijn van de >hoofd«-vereeniging. Tegen
die bepaling is in vroegere jaren nog al
eens gesputterd, maar men zegt dat ze
heilzaam werkte tegen scheuring, van welke
zijde die ook dreigen mocht.
Ook de poging om in de »hoofd«-ver-
eeniging een specifiek gereformeerde groep
te stichten, ho«wel voorheen meermalen
beproefd, mislukte telkens.
Wat ook hier wel vandaan kwam dat
de beslist gereformeerd voelende leden (in
theologischen en paedagogischen zin n.l.)
vróéger in de dagen van gisting en strijd,
vóór, tijdens en na de Doleantie b.v. wel
voelden dat ze de overhand hadden in die
vereeniging, en rustig in 't bezit dier macht,
niet wilden .uitdrijven*, maar tevreden
waren als tegenover ethische Schriftbe
schouwingen (denk aan de historie met br.
Merckens!) de gereformeerde belijdenis der
H. Schrift gehandhaafd werd. Of thans alle
leden der »hoofd«-vereeniging daar nog mee
instemmen, nu! we zullen er maar geen
inquisitoriaal onderzoek naar instellen.
De eenheid bleef bewaard.
Dat is een kostelijk verschijnsel in onze
dagen en we hopen dat het zoo blijve.
Natuurlijk kan niemand verwachten of
vergen, dat zulk een vereeniging onze chris
telijke paedagogiek veel verder brengen zal.
Zij moet ook niet willen optreden als
„de" vertegenwoordigster van ons chris
telijk schoolwezen. Neen, haar groote kracht
zien we in de .afdeelingen*, waar in den
regel niet zulk een bonte verscheidenheid
van meeningen bloeit en waar veel klein,
maar goed werk kan worden gedaan.
De .hoofd*-vereeniging geve jaarlijks
haar Pinkster-réunie, waar onze onderwij
zers 'n goed woord kunnen hooren, es over
den beperkten horizon van hun plaatselijk
schoolkringetje leeren heenzien, elkander
schoolbroederlijk de hand drukken, hun
deftigheid es kunnen afleggen, es kouten,
wandelen, schertsen met de vrienden hun
ner jeugd, weer christelijke levenskracht
en levenslust opdoen voor weken en maan
den van moeilijken schoolarbeid »de
broeders gezien hebbende*, moed grijpen
Geef daarom als 't kan uw onderwijzers
'n paar dagen vacantie en als ze véél
kinderen en weinig inkomen hebben een
reispenning daarbij.
"De school trekt er de rente van!
UITKIJK.
Kunstmest in den Tuin.
Er wordt ten onzent reeds door veletuin-
bezitters van kunstmest gebruik gemaakt,
maar daar zijn er ook nog velen, die er af-
keerig van zijn, die er weinig vertrouwen in
stellen, 't Moet hun aangetoond worden, dat
de toevoeging van niet te karige hoeveelhe
den kunstmest den oogst belangrijk kan ver
meerderen, doch dan moet die toevoeging
niet willekeurig geschieden, doch volledig
zijn.
In een Duitsch tijdschrift over bemesting
wordt melding gemaakt van de volgende
proef, welke ook voor den Nederlandschen
tuinman een vingerwijzing kan zijn.
Door den proefmeester werd het veld al
dus ingedeeld, dat van de perceelen i en II
een deel alleen stalmest ontving, een ander,
even groot deel volledig kunstmest bij den
stalmest; een 3e perceel bleef onbemest. Daar
werden aardappelen verbouwd, savoye en
witte kool knolrapen en wortelen.
De bedoeling was dus te onderzoeken,
wat de kunstmest nevens den stalmest uit
werkte. Die uitwerking blijkt uit de volgen
de cijfers welke den oogst weergeven per
Are (100 vierk. Meters):
Van de aardappelen in 3 soorten, op 3
veldjes:
Onbemest (ill) 181 K.G.
I (St.) 222 K.G., 1 (St. en K.) 359 K.G. ÏI (St.)
209 K.G., II (St. en K.) 297 K.G.
De stalmest gaf dus op I een vermeerde
ring van 41 K.G., de Kunstmest bovendien
nog 37 K.G.
Op I! gaf stalmest alleen 28 K.G. de Kunst
mest daarbij gegeven, nog 88 K.G. Hier deed
dus de kunstmest toevoeging ruim 3-maal
zooveel als de stalmest vermocht uitte wer
ken.
Op I en li werden ook savoye en witte
kool geteeld, met het volgende resultaat:
I gaf met enkel stalmest (verrot) 285 K.G.,
plus Kunstmest 622 K.G., dus 2-maal zoo
veel en nog 52 K.G.
II gaf respectievelijk 388 K.G. en 658 K.G.
Per Are gaf II dus op beide deelen belang
rijk meer dan I, en de kunstmest gaf hier
een oogstvermeerdering van 270 K.G.
Nog werden knolrapen en wortelen geteeld,
na een bemesting in den herfst met witten
mosterd.
I bracht op 180 K.G. en 337, II yeel meer,
namelijk 487 K.G. en 807 K.G.
De kunstmest verhoogde derhalve de op
brengst op 1 met 157 K.G., op II met 320
K.G.
De proefnemer was tevrée en concludeer
de aldus:
20 cent per Regel.
Gij zijf nu, Mevrouw, aangekomen aan den
herfst van uw leven. Gij zijt ongerust, want
gij weet, dat een verandering in uw leven
zich gaat voordoen, een verandering, die
voor altijd het moederschap en de vreugde
daarvan gaat verwijderen. Gij zijt ongerust,
angstig zelfs, want het is niet onbekend, dat
voor vele uwer gelijken die verandering is
gepaard gegaan met [pijnlijke storingen. Som
mige uwer oudere vriendinnen hebben vree-
selijk geleden door die storingen en hare
schoonheid is er zoo door aangetast, dat zij
in enkele maanden vele jaren verouderd zijn.
Gij vraagt u zélve af, of dat ook niet uw
lot zal zijn, of gij niet zult gaan lijden, of
gij niet yreeselijk zult gaan verouderen.
Wees in het minst niet beangst, Mevrouw,
volg, bij het naderen van uwe 45 jaren, de
behandeling met de Pink Pillen, en geheel
uw gestel.zal, dank zij de Pink Pillen, zon
der sporen na te laten, worden onderhouden
in een volmaakten staat van gezondheid en
van normale werkinguw bloed zal zoo
zuiver, zoo rijk, zoo overvloedig blijven, dat
gij zelfs niet verzwakti zult zijn en dat gij
nauwelijks iets van die groote verandering
zult bemerken.
Verkrijgbaar a f 1,75 per doos, en f 9 per
zes doozen, aan het Generaal Depót der
Pink Pillen: Dacostakade 15, Amsterdam.
Voor Goedereede en Overflakkee de Fa. DIJ-
KEMA DOORNBOS te Sommelsdijk, en
in alle goede apotheken en drogisterijen.