Zaterdag 11 October 1913
28s1'' Jaargang A". 1910.
voor de Zaidltollaiidsclie en Zecuwsclie Eilanden.
EU SUIL
Antirevo
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
op den uitkijk.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p, 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
W. BOEKHOVEN,
SOMMELSDIJK.
Advertentiën 10 Cent per regel en maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewaoht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nnr.
Alle stukken voor de Redaetfe bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever.
Het Fransche onderwijzersgenoot
schap, de vakvereeniging van onder
wijzers en onderwijzeressen bij het
lager onderwijs heeft pas zijn jaar-
lijksche algemeene vergadering ge
houden. Sedert jaren is het een traditie,
dat de minister van onderwijs dan
een redevoering houdt, en onder meer
merkte hij op dat van 1882 tot 1912
het aantal analfabeten (niet kunnen
lezen-scbrijven) gedaald is van 18%
op 3'/2%. 9eze daling, zei de Minis
ter is onvoldoende, vooral in een de
mocratisch land, geregeerd door 't
algemeen kiesrecht. De republiek, zoo
vervolgde hij, moet niet langer de
schande verduren van een vernederde
vergelijking met sommige der monar
chieën, die haar omringen. Het gaat
om haar eer, haar kracht en haar
toekomst.
De eer eens Landszijn kracht en
toekomst door goed en aller onderwijs
En dezen Franschen minister hoorende
komt ons Opzoomers woord in de her
innering; Wat ge aan 't onderwijs te
veel uitgeeft, houdt ge op de gevan
genissen over. Hierin is trouwens 't
Liberalisme van heel de wereld 't eens
dat is één hunner dogma's, al bewe
ren ze die niet er opna te houden
Onderwijs is de eer, de kracht, de
toekomst eens Lands. Het is de al
duizenden malen gemaakte hoffelijke
buiging voor koning Intellect; het is
de ijver van den zeloot voor den pt ies-
ter der Rede; het is de aanbidding
van den afgod Onderwijs.
Setwisten we dan den Franschen
luister zijn stelling. Aanvaarden wij
dan den dienst voorden Koning der Re
de niet en is knielen in zijn tempel dan
den mensch onwaardig?
We ontkennen niet, dat goed en
aller onderwijs een noodzakelijk ver-
eischte is voor een Landmaar we
ontkennen wel, dat onderwijs alleen
dat goed lezen en schrijven slechts de
hoofdfactoren zijn om tot welvaart te
komen. De eer, kracht en toekomst
eens Lands ligt alleen vast in een On
derwijs naar den woorde Gods. Zoodra
bij het kind 't geloof in God 't gezag
des Bijbels't bewustzijn van zonde en
zaligheid wordt afgeslepen, gedoofd,
ondermijnd, beschaduwd en geknakt
raakt de onderwijzer niet alleen
het hoofd, maar de ziel des kinds.
Dan raakt die ziel los van God
van 't geestelijk leven. En de geheele
mensch met lichaam, hoofd en hart
ervaart den droeven terugslag van die
dooving van 't zielsleven. Het contact
tusschen Schepper en schepsel raakt
los, de bron, waaruit alle hoogere aan
drift voor 't schoone, goede en nutti
ge en aangename van 't leven* ont
spruit, droogt uit en 't leven van een
kind en later van den jongen mensch
wordt dor als de boom in 'therfst-
gewaad. Zoodra 't onderwijs de hoo
gere aspiratiën wegneemt; zoodra 't
onderwijs los wordt van den eenigen
Wortel, waarop 't vruchtbaar bloeien
kan, even zoodra tiert er op den va-
derlandschen bodem een distelveld
van ongodisterij en een struikgewas
van tegen elkaar groeiende, gansch
stoffelijke belangen.
Gewis 1 deugdelijk onderwijs begeert
elk Christenwant daardoor leert hij
zijn Bijbel des te beter verstaan en
wordt hij des te beter in staat ge
steld de hooge roeping te vervullen
in deze maatschappij, die hem van
Godswege is opgelegd. Daarom, ja
daarom vooral offert de Christen jaar
lijks duizenden maal duizenden voor
alle onderwijs, opdat maar Land en
Yolk beantwoorden zouden aan 'thooge
ideaal, dat God zelf voor zijn ge
schapen wereld stelt n.l. dat ze zij
een voorportaal kon het zijn des he
mels een voorsmaak bieden van dat
eeuwige Paradijs.
Gewis 1 eere aan de bijzondere en
openbare onderwijzers, die met liefde
voor 't kind in de ziel, dat kind willen
opleiden tot den strijd in de maat
schappij. Eere aan de ouders, die hun
kinderen trouw ter school zenden. Eere
aan den Staat, die 't onderwijs behar
tigt. Maar bij al die eere aan allen
die de vaan van de ontwikkeling hoog
houden en een mooiere maatschappij
aan hun kinderen willen overgeven
bij hun sterven dan zij zelf doorleef
den de eer, de kracht en de toekomst
eens Lands hangt af van't onderwijs,
dat ontzag biedt voor God Almach
tig; voor de Christelijke Kerk en alle
geestelijke openbaring. Want ronder
dienst van God is alle eere, alle kracht,
alle toekomst eens Lands als Chris
tennatie weg.
Als in 't hart der jeugd 't Gezag niet
wordt vastgelegd door de kennis, dat
alle Macht is uit God en dat om Zijns
wil aan alle Overheid onderdanig
heid moet worden bewezen, staat dat
Gezag ten allen tijde wankel en zul
len ten slotte de bajonetten moeten
beslissen waar de anarchie en orde
loosheid haar triumfen viert.
Als in 'thart der jeugd den band
aan Gods Woord wordt losgesneden,
raakt de zedelijke mensch in 't kind
reeds ten onder en in den jongeman
herkent men den beelddrager Gods
niet meer.
Als in 't hart der jeugd de histo
rische wet vernietigd wordt dat de
zonde de schandvlek der natiën is,
maar de gerechtigheid een volk ver
hoogt, leert de jongeman ook Het He
den niet verstaan, als de wrake des
Allerhoogsten haar roede zwaait over
een volk.
Neen, hoog slaan we het lezen en
schrijven aan. 'tis een behoefte des
levens en onafscheidelijk verbonden
aan geestelijke en stoffelijke welvaart
Maar men make het niet los van den
Wortel, waarop alle Intellect bloeien
en tieren kan.
Trouwenswie durft zeggen, dat
Frankrijk met zijn weinige anaifabee-
ten bloeit? De Minister erkende dat
er 97 lezen kunnen van de 100. Toch
waarlijk voldoende om de eer en de
kracht en de toekomst van deze Re
publiek te bevorderen. Maar Viviani
sprak het eenmaal in zijn beruchte
rede uit: »Wij, Franschen, hebben
de lichten des hemels uitgedoofd«.
En de Fransche schoolboeken zijn ge
speend aan het kruis van Christus
't is alles oppervlakkige zedenleer. Maar
zeg onsis er in Europa ook maar
één staat aan te wijzen, dat met ja
loezie op Frankrijk neerziet? Geen
enkele. »Zie naar Frankrijk®, is de
zoo herhaald door merg en ziel drin
gende aanklacht tegen een Volk, dat
in losse zeden daar heenleeftwuft en
der kerk ontgroeidoproerig en haat
dragend. Ja, zie naar Frankrijk, maar
keert U met droefheid om en neem
U voor hoog te houden de vlag van
't Onderwijs, maar tevens omvang met
't kind in uw arm 't Kruis van Gol-
Hotel Restaurant
„HET GOUDEN HERT",
Gedempte Boerensteiger 63A, 63B
Eofterdam.
DINERS 60 cent en hooger.
LOGIES MET ONTBIJT
R. C. F. t. d. LEE-iïooneii,
Het door ieder aanbevolen adres.
gotha en dan is de eer van 't Land
verzekerd de kracht bestendigd de
toekomst verlicht. Tot de Wet en de
Getuigenis Zoo ze daarnaar niet hoo-
ren, ze zullen geen dageraad zien.
De afdeeling Den Haag van den
Bond wil op de jaarvergadering een
motie ter tafel brengen om het Hoofd
bestuur te machtigen bij de landelijke
betoogingen door de moderne vakor
ganisatie op touw gezet, namens den
Bond vertegenwoordigd te zijn; om
het Hoofdbestuur te verzoeken in de
Algemeene Verg. van 1914 met een
vast plan van aansluiting bij de moder
ne vakorganisatie te komen.
Het Hoofdbestuur, deze motie over
wogen hebbende, heeft er ooren naar,
want 't verklaart den tijd gekomen,
dat de Bond principieel verklaren zal
te staan op 't standpunt van den klasse-
strijd.
Zoo gaat dus deze Bond, wordt de
motie aanvaard, de Sociaal-democrati
sche leer geheel en al, met bewustheid,
uit vol beginsel aanvaarden. Hij wordt
Rood in merg en been. De Openb.
Onderwijzers zullen den klassestrijd
prediken, dat verderfelijk maatschap
pelijk beginsel, dat steeds getoond heeft
haat en vijandschap te begeeren tegen
de grondslagen der maatschappelijke
orde. Zoo is de Bond socialistisch ge
worden met al de droeve gevolgen van
dit haatdragend beginsel. Een mooie
aanwinst voor Troelstra
Maar voor de Openb. School achter
uitgang
Het Volk, is o zoo in de wolken
over den Raad van Zaandam. De meer
derheid is daar Rood. Duys is wethou
der. En nu hebben ze een werklieden-
regelement opgesteld, dat klinkt als
een socialistische klok. Achturendag,
zomervacantie met nog 10 gulden als
uitgaanskas, hooger tractement. Wel
mijnheer 1 't is nergens zoo in heel
Nederland. Een paradijsEn 't Volk
steekt die roode Raadsleden in de wol
ken, van zoo heh je me niet
Maar 1 maar een verstandig
mensch roept nooit geen hoera voor
hij aan 't eind is van den tocht.
't Is immers niets geen kunst, om
iets hoog en voornaam in te zetten,
maar kan je 't volhouden?
Een bruidspaar kan gemakkelijk ge
noeg zich prachtig in zijn huishouwen
tje zetten, maar als over een jaar de
deurwaarder de tafels en en stoelen
en dito dito bij opbod en afslag ver
koopt, is er een knak in dit huwelijks
leven gekomen. Dan wordt 't met den
vinger nagewezen
Kan Zaandam dat jaren volhouden
Of zal de nering de tering krjjgen.
Roept nu niet hard, heeren van Het
Volk Hoe zullen de Gemeentefinan-
tiën er over tien jaar bijstaan, da's de
vraag. Als 't Goor maar niet achter-
aangaat. Daar deelden de Socialistische
Raadsleden ook de lakens uit en breed
genoeg. Maar van 't jaar werden ze
gewipt. De bnrgerij had er de maag
van vol.
Torens bouwen goed 1 Doch eerst
de kosten berekenen, niet waar
UITGEVER
Telefoon Intercom*. No. 3.
De eerkracht en toekomst eens
Lands.
Direct nabij de Hoofdsteeg,
f 1.—f 1.25 en f 1.50
Aanbevelend,
De Bond van Ned. Onderwijzers.
Is dat zoó'n kunst?
'k Had hem in langen tijd niet gezien,
een van m'n >goede kennissen,die ik zoo
op verschillende plaatsen in het land heb
wonen. En zooals 't dan bij een ontmoe
ting gaat, er wordt dan in een paar
uur heel wat afgepraat.
't Kwam ook op de kinderen.
Me dunkt, dat kan onder vrienden, die
elk voor eigen kroost in maatschappelijken
en geestelijken zin het goede zoeken, haast
niet anders.
Het is soms verschrikkelijk dat
stem ik toe.
't Ouderwetsche spreekwoord Elk meent
zijn uil een valk te zijn, wordt op dit punt
maar al te veel bewaarheid en ouders, die
hun kinderen zitten op te kammen, zooals
het wel gebeurt, zijn onverstandige op
voeders.
't Bloempje moet in stilte groeien
Ziet ge werkelijk in een of meer uwer
kinderen iets buitengewoons, bedenk dat
het vaderoog door een vergrootglas kijkt
en dat het gulle moederhart voor haar
vluggen zoon een professoraat in de toe
komst droomt, eer ze er zelf erg in heeft.
Wilt ge er over spreken, doe het
dan in 't gezamenlijk gebed tot God en
dankt Hem voor den zegen, dien Hij u in
uw kinderen schenktbelijdt ootmoedig
dat het een onverdiende gave is, die u uit
Zijn hand toekomt en bidt dat Hij, wat
Hij in uw kroost gelegd heeft, verder tot
Zijn eer ontwikkele.
Maar overigenszwijg er van.
't Wordt licht pochende hoovaardij.
En die komt vóór de verbreking.
Praat er niet over tegen hen, die buiten
uw huisgezin staan, als 't niet beslist noodig
is. Och, die ander is ook een mensch en
heeft misschien niet zoo te roemen over
zijn kinderen en dan maakt ge 't hem maar
te moeilijker, om eenswillend te blijven met
Zijn God, die dan toch de Souvereine uit-
deeler Zijner gaven is onder de kinderen
der menschen.
En praat er allerminst over als er
de kinderen zelf bij zijn.
Want ook dat gebeurt.
'k Heb zoo es iemand hooren getuigen
»Wat mij betreft, ik ben maar een domme
arbeider, maar die jongen van mij, die kan
't een heel eind brengen.* Het laatste be
twijfelde ik, het eerste moest ik den man,
helaasvolmondig toestemmen.
Ik keer tot m'n kennis terug.
»En Johan vroeg ik hem.
'tHad m'n aandacht getrokken, dat hij
juist hem niet had genoemd, hoewel de
jongen, negentien jaar oud, lang niet de
minste was onder de broederen.
Hij dacht es even na.
»'k Had er eerst niet over willen spreken,*
begon hij. >Maar een mensch wil wel eens
raad vragen, al moet ieder ten slotte voor
zichzelf beslissen.*
Ik knikte, ten teeken van instemming.
»Wil ik 'tje maar eens vertellen?*
»Mij goed,* antwoordde ik.* Of ik je
werkelijk raad geven kan, dat is een andere
kwestie 1 't Is in den regel niet gemakkelijk,
om over andermans kinderen te oordeelen.
Maar als ik je helpen kan, dan met plezier
Toen begon hij z'n verhaal.
Johan had altijd goed kunnen leeren.
Daarom had hij hem het gymnasium laten
afloopen, al was dit eigenlijk boven zijn
krachten gegaaner waren meer kinderen
en hij had nu een bediende in zijn zaak
moeten nemen, welke plaats hij vroeger
altijd had gemeend, dat voor Johan, als
de oudste aangewezen was.
Maar hij wou graag leeren.
En zoo was dit dan geschikt.
Mijn vriend had daar dan ook in het
minst geen berouw van.
Nu had Johan eindexamen gedaan, was
geslaagd en de groote vraag wasWat
zal er nu verder^ gebeuren
Ik ging nu lont ruiken.
Mijn vriend kwam er eerlijk voor uit,
hoe hij zelf en nog meer zijn vrouw ge
hoopt hadden, dat Johan lust zon hebben
voor het predikambt. Daarmee zou een
van de vurigste wenschen der moeder ver
vuld zijn, als ze nog eens mocht neder-
zitten onder den Dienst des Woords en
haar eigen zoon op den kansel stond.
Ik kan me dat begrijpen.
Er is geen heerlijker werk, dan dat
waartoe Christus de herders en leeraars
der gemeente gebruiken wil en 't is te be
grijpen, hoe de moeder van een begaafden
Zoon, als ze een vrome christin is, het als
't hoogste voorrecht beschouwen moet, haar
zoon tot dit ambt te zien ingaan.
»Doch daar komt niets van,* zei mijn
vriend mismoedig.
Hij had al enkele voorbereidende stap
pen gedaanhij wou zien voor zijn zoon
een beurs te krijgen en zou dan probeeren,
wat er verder noodig was zelf te bekos
tigen.
Maar er kwam niets van
Johan wilde er niet van hooren.
»ls dat uit onverschilligheid?* vroeg ik
voorzichtig, 'k Had den jongeling in een
paar jaren niet gesproken en wat kan er
op dien leeftijd niet met een mensch ge
beuren 1
Neen, dat was het niet.
Eer was het tegengestelde waar. Johan
was een jongmensch van onbesproken ge
drag en zijn ouders mochten hopen, dat
er iets goeds in hem gevonden werd. Hij
had dit voorjaar tot groote voldoening van
den kerkeraad belijdenis des geloofs afge
legd en kwam sedert getrouw tot de Tafel
des Heeren.
Maar voor het predikambt voelde hij
niet de minste roeping of bizondere ge
negenheid. Hij geloofde ook niet er de
gaven voor te bezitten. Hij schrok er eer
voor terug, dan dat hij er zich toe aan
getrokken gevoelde.
>Dan moet hij 't ook niet beginnen,*
zei ik beslist.
Want er is niets treurigers, dan dat een
leeraar zich in zijn ambt niet op zijn plaats
gevoelt.
>Maar wat wil hij dan
»Dat is het juist. Er heeft altijd een
min of meer onrustige geest in den jongen
gezeten en nu is hij met zijn begeerte voor
den dag gekomen»hij wil weg, nu of
lateruit huis, uit de stad, uit het land
liefst naar Indië,*
Ziezoo, 't was er uit.
'k Had van 't begin af al gemerkt, dat
er iets zat en ik begreep ten volle, wat
het voor mijn vriend zijn moest.
Hijzelf en zijn vrouw waren zelden buiten
hun stedeken en nog minder vaak buiten
de grenzen van hun provincie geweest. De
landsgrens was altijd een onbereikbare lijn
gebleven. Zij leefden wel mee met 't geen
er in het Vaderland en daar buiten ge
beurde, maar steeds op een afstand, zonder
er zelf deel aan te nemen en nu leek hen
hun zoo iets verschrikkelijks, dat de eerste
hunner kinderen reeds den vaderlandschen
bodem verlaten zou om ginds aan de
andere zijde van den aardbol te gaan ge
winnen het brood van zijn bescheiden deel,