iONEN.
Woensdag 13 Augustus 1913
MM.
>rdam
voor de Zuidliollandsclie en Keeuw^ehe Eilanden.
ICK
1813-1913
HET JAAE HER BEVRIJDING.
Antirevolutionair
'48*le Jaargang N". 1893.
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
it beste!
[NESSE
:am.
W. BOEKHOVEN.
met succes
lulden.
pers en industrie in
everbaar en brand-
oe, Benzol, Carba-
ene, Autoliene, Spi-
|um en gas. Deze
:en onberispelijk en
roef geleverd door
'tegenwoord^er op
idsche Eilanden J.
*l.Jz. Zuidzijde, Den
6967
Motoren worden
Station. Liggend en
met Magneet en
rrijscourant/rawco
Ie C. ALBLAS,
7101
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. 50 Cent,
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
uitgever
SOMMELSD1JK.
AdvertonMën 10 eent per regel en */s maal, Reclames f 0 per regel.
Roekaankondiging 5 Qeat per regel en Va maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Gent per plaatsing.
Groote letters en vignetten vrorden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nnr.
AlSe stukken voor de Medactle bestemd, Adverteutiee en verdere Administratie franco toe te lendea aan den Uit «re ver
tailleerde ijzeren
aten
rOEKBIZEÏ.
Ja geëmailleerd
REEDSCHAP.
JEVOEDEBKETELS.
loudelijke
Artikelen.
het nieuwste
^traatnb.
Vruchten-
ts, Cacao,
straat 70,
3opst en ver-
ien. KAPOK-
Bedden vanaf
uit: 2-pers.
len-, Gewat-
isen f 26.—.
Jhuine Peluw
)ers van Bed-
cadeau. 7104
V
IV.
Ge moet tweeërlei goed onderschei
den.
Groen van Prinster er wees daar reeds
bij herhaling op.
Wanneer daar de wind aanzwelt
tot een storm, de storm een orkaan
wordtwanneer de woeste wateren
jvan zee en rivieren dammen en dijken
beuken en breken en wijd en zijd
het land ónder water zetten, dan is
dit, wie zou het tegenspreken? een
schrikkelijke ramp.
Een ramp die at te bidden is.
Waarvoor God de arme inwoners
beware I
Een ramp die bij eenige uitge
strektheid, met recht een nationale
bezoeking kan worden genoemd.
Maar nu gaat de wind liggen.
De wateren komen tot rust.
Straks zakken ze langzaam weer
weg, het land komt weer bovenhet
droge wordt weer gezien en
ziet! nu blijkt de watervloed eenig
vruchtbaar slib te hebben achterge
laten, dat den grond vetter en rijker
'heeft gemaakt.
Nu mag men niet het oog sluiten
i(#^woor dezen over blij venden zegen dien
Vk het oordeel nog medebracht.
Maar evenmin, ja veel minder nog,
'mag men den vloed gaan loven en
prijzen, omdat die dan toch maar het
slib over het land heelt gebracht.
Zoo is het nu ook hier.
'De vloed, dat zijn de wateren der
revolutie, die zich in en na 1705 ook
over ons vaderland hebben verbreid
IMt die vloed nog een zegen inhield,
zagdn we in onze vorige artikelen.
Ojbk dien zegen is van God.
£)nder wiens bestuur ook stonden
en staan de wateren van dien vloed
Maar de vloed zelfs was en bleet
en blijft een ramp, een nationale
ramp, onder welks nawerking ons
volk nog zucht.
Dat mag allerminst vergeten.
Stellig niet in het jaar waarin we
ons opmaken om te herdenken de
verlossing van het vreemde juk, dat
door onzen eigen nationale dwaasheid
ons op de schouders was gelegd.
De la Saussaie zei het aldusVan de
Bevolutie onderscheide men wèl de
orde van zakendie door en met en
na de Revolitie is ontstaan.
In die norde van zakenis veel,
dat zich gunstig van wat vroeger be
stond, onderscheidt. Maar de Revo
lutie zelf blijft, wat haar beginselen
betreft, de groote ramp, die over ons
vaderland kwam. Ja het gansche op
treden der anti-revolutionaire partij
is er op gericht, ons land zooveel
mogelijk van de gevolgen dier ramp
te bevrijden en te bevestigen de chris
telijke grondslagen van ons volksle
ven Zónder natuurlijk te raken aan
den zegen, die er ook in het oordeel
nog lag.
Wat nu was de rampt
De triomf, niet slechts van de Re
volutie, doch van de beginselen der
Revolutie.
We moeten niet hierin het eigen
lijke karakter van deze ramp zoeken,
dat Nederland en Oranje voor een
tijd van elkander gescheiden werden
en dat wè om zoo te zeggen van den
eenen staatvorm in den anderen rol
den.
Ook dat was een ramp.
Oranje is niet maar bij Nederland
bijgebracht. Het is maar niet een or
nament aan ons Staatsgebouw, jzooals
men van vrijzinnige zijde het opvat.
Neen, de dynastie der Oranje's is
historisch zóó in ons volksbestaan in
geweven, dat Nederland en Oranje
niet zonder groote schade gescheiden
kunnen worden.
Dat was dus zeker een ramp.
De historische roeping van Oraüje
was en is, om in hoogeren zin de
eenheid van ons volk te bewerken.
Oranje behoort te staan boven de
partijen en waar de partijstrijd op
verdrukking zou uitloopen, is het|de
taak van Oranje, om het voor die
verdrukten op te nemen.
Zóó heelt ons volk in de glorie
dagen van onze Republiek altijd de
historische beteekenis van OraDje ge
voeld.
Zie als de twisten tusschen de
partijen en de haarkloverijen tusschen
de gewesten dreigden het leven en
bestaan zelf van ons volk aan te tas
ten, dan greep niet dat volk zélf naar
de teugels der regeering, maar het
zag op naar den Oranjevorst, als de
natuurlijke toevlucht en schutsheer
der »arme schapens.
Het bestaan van Nederland is niet
van Oranje afhankelijk, wie dat
zegt, doet de eere Gods tekort.Maar
't gemis van Oranje is een diepe won
de aan ons nationaal bestaan toege
bracht.
Vergeet echter niet, dat in de 18e
eeuw, ook Oranje zijn historische,
nationale roeping niet altijd was ge
trouw geweest. En dat de scheiding
van 1795 tot 3813 er krachtig toe
meegewerkt heeft, om den Oranje
vorst, die door eigen zwakheid in 't
hoekje van den partijhootdman was
geraakt, weer in het midden van ons
volk op zijn eigen plaats, met hooger
titel nu terug te zetten.
Neen, de eigenlijke ramp is in iets
anders te zoeken.
In de valsche filosofie, die de be
ginselen der Revolutie triomfeeren
deed.
De beginselen van Rousseau.
Met zijn »contrat social
Zijn »maatschappelijk verdrag.s
Die theorie was en is zoo verleide
lijk schoon. Zelts kan ze gelijk te on
zent geschiedde, in een mantel van
vroomheid worden gehuld.
De predikant, die in 1795 een soort
feestspreek houden moest ter eere
der omwenteling zei het zoo vrome
lijk »Ik mag met veel vrijmoe
digheid, tot 's He eren lof, openlijk
beweren en allen, die een welgeplaatst
hart hebben, zullen het gereedelijk
erkennen, dat Gods goedertierenheid
en trouwe van ons nog niet geweken
zijn en dat Hij ons omringt met vele,
lang verbeurde en steeds vernieuwde
ontfermingen en weldadigheden.
Maar desondanks was er in werke
lijkheid niets anders dan een vrome
lijk afhoereeren van den Heere zijn
God.
De vrijheid werd geproclameerd
Van het Bataafsche volk.
Doch de vrijheid bestond d&arin,
dat de wet werd losgemaakt van den
hoogsten Wetgever; dat het recht
niet meer vaststond is den wil van
den oppersten Rechter; dat het gezag
niet meer lag-in de hand van den
Koning der Koningen,
Het rad was omgedraaid.
De mensch was in top gekomen.
Deugd en ondeugd, recht en on
recht, moraal en boosheid, 't hing
niet meer aan den onveranderlijke
wil van God, jmaar aan het telkens
wisselend inzicht van den mensch
dat is óf van den grooten denker,
of van den harden schreeuwer want
de groote massa denkt en zegt slechts
na, wat de enkele haar voordenkt
of voorschreeuwt.
Dat was de kërn der Revolutie.
Die ommekeer was »de« ramp,
En nu meet men één zaak wèl in
't oog houden. Dat n.l. het herstel in
1813, hoe roemens- en dankens- en
lovenswaardig |ook, niet beteekende
een terugkeer in beginsel en uitgangs
punt tot de oude, goede paden.
Beginselen van 1795, zeide men in
1913, waren goed geweest, maar in
de practische toepassing had men ge
faald. De 95-ers hadden zich niet
weten vrij te houden van de onbe
zonnenheid, de roekeloosheid der jeugd
en daardoor hadden ze den -wagen
van staat in de modder gereden.
Nu op den harden weg teruggehe
ven, zou jhij met bedachtzaamheid
gestuurd worden, de koppen der paar
den met Oranje gesierd
Maar het aangezicht bleet gekeerd
in de richting, waar het dwaallicht
eener valsche vrijheid glansde
Een Oranjevorst hield de leidsels
en trok de teugels strak, de remket
ting werd aangelegd, waar de weg
maar een weinig helde, maar de wa
gen gleed voort op den weg der Re
volutie
Bij al onzen feestjubel, waartoe al
le reden is wanneer straks 1813, naar
we hopen luisterrijk wordt herdacht,
mag dat toch niet vergeten worden.
Om onszelt te verheffen over 't geen
tóén is geschied, daarvoor is gee
nerlei reden
De kerk 7 dagen open.
Door den kerkeraad der Doopsge
zinde gemeente te 's Hage zal een proef
genomen worden om de kerk ook door
de week open te zetten, opdat ver
moeide zielen, die zich eens een oogen-
biik willen afzonderen daar in ge
meenschap met hun God een kwartier
of half uur kunnen doorbrengen. Het
leven is zoo rusteloos snelzoo zenuw
schokkend voorwaartsjagend. Allerlei
aardsche beslommeringen nemen den
geheelen mensch van uur tot uur in
beslagmet zijn zorgen in hoofd en
hart holt en draaft de mensch maar
voort van 's morgens vroeg tot
's avonds laat en de snelgevoete tijd
jaagt den sterveling maar op tot nog
hooger spanning, tot nog meer actie.
En daarom meende die kerkeraad,
dat 't goed kon zijn, om de kerkdeuren
ook op werkdagen eens open te zetten,
oplat, als er eens een vrij half uur
was, of als de gelegenheid tot stil
gepeins bij den werkman of den burger
ot de burgeres eens geboren werd,
hij of zij zich aan 't rumoer der stad
onttrekken kon, weg gaan van het
pleinbankje onder de boomen, waar
de kinderen stoeiden en de grijsaards
in hun verleden wegdommelden, om
dan in 't kerkbankje eenzaam en met
God gemeenzaam zijn bijbeltje even
na te lezen en in mystieke gedachten-
productie daar in 'truim der kerk
God te zien en Hem zijn zorgen be
kend te maken en zijn hart uit te
storten.
We gaan met 't denkbeeld mee. Of
er menschen komen zullen, daar vra
gen we nu niet naar. Maar't denkbeeld
zelf is best, al is 't niet nieuw. In de
R. Kath. kerken is 'tal een oude ge
woonte en in Amerika wordt het ook
toegepast, zelfs in niet R. Kath. kerken.
We hopen, dat de proef slaagt, opdat
ook andere stadskerken haar deuren
openzetten. Vraag ons nu niet, of we
dan geen bedenkingen hebben. Zeker 1
voor de onverschilligen aan godsdienst
en kerk is de openzetting van geen
waarde en tochdie zouden er het
eerst moeten komen. Zeker 1 voor de
moeders, die vaak meer nog dan de
vaders met de zorgen gedrukt en ge
kweld worden, pmdat ze met een
kindertal achterblijven in haar woning,
is zoo'n wegsnappen naar 't Godsge
bouw haast onmogelijk en toch, zij,
moeder, heeft het zoo vaak juist noodig,
dat zij eens stil mijmeren en peinzen
en bidden en danken kan dat zij eens
als Hanna in de dagen van Eli en
als Anna bij de geboorte van den
Heiland zich daar eens uitstorten kan
in beê en dank. Zeker 1 ook in de
woning is een enkele zucht tot God
vaak een verademing en opluchting
en is de kerk daar niet voor noodig
God aanbidden in geest en waarheid
behoeft noch te Jeruzalem noch op
den berg Gerizim, zooals de Heere
z»i tot de Samaritaansche vrouwook
aan tafel, op zolder, in de keuken, op
de werkplaats is een moment van
overgave te vindenZeker, als het in
zoo'n kerk druk loopt en daarom is 't
toch te doen, is een groot deel der
aandacht, die men begeerd had, weer
weg en komt de wereldtoch weer
de kerk in om den geest af te trekken.
En zoo zijn er nog andere bezwaren
van geestelijken aard.
Nochtanslaat de Doopsgezinde
kerkeraad het beproeven. De onder
grond van 't bedoelen is best. Nooit
kan men den mensch te veel met zijn
God in aanfraking brengen. Het leven
legt het er toch al op toe, om af te
zakken en weg te zinken en in mate
rialisme op te gaan. Dat er dan eens
een oase zij in de woestijneen klein
Elim met palmboomen en waterfon-
teinen, als men zoo pas uit Egypte
getogen en 't gevaar der Roode Zee
ontgaan is. De menschenziel moet
eens rusten. Ze is zoo vaak moe. Ook
door de week.
De School.
't Ligt in den aard der zaak, dat
een meerderheid in de Kamer komt
met eigen regeeringsprogram. Ze zou
al heel goedertieren moeten zijn om
met bepaalde principiëele eischen der
minderheid rekening te houden. Slechts
dan zal dit laatste 't geval zijn, als in
de regeeringsmeerderheid een sterke
strooming is om dat programpunt
der minderheid op het meerderheids-
verlanglijstje te zetten. En die sterke
strooming voor zoo'n programpunt
hangt at van de grootte der oppositie
en van den strijd, die er over dat
punt aan de orde is geweest.
Zoo bv. staat 'tmet de Schoolkwestie.
De regeeringsmeerderheid is vóór do
Openb Schoolalleen do Socialisten
hebben bij Groninger motie rechtsge
lijkheid beloofd, tenzij er de gereno-
meerde waarborgen konden worden
gevonden, dat Rechts de toegestane 100
pCtookzeer nuttig besteedde. Wij gaan
nu op die socialistische motie niet
verder in en vragen niet, of achter
dat lachende masker van vriendelijk
heid en welwillendheid niet een leelijk
bakkes verborgen was, dat in zijn
grijnzende plooien loerde op buit, op
de stemmen van Christelijke arbeiders,
die zich door die mooie motie zouden
laten verschalken. We vragen ook niet,
of bij een eventueel ingaan van so
cialistische ministers in 't Kabinet die
motie niet onder de Groene Tafel zou
gestopt worden, door de Kamerbe
waarders opgeraapt en in de prulle-
mand geworpen. We zwijgen verder
over die oude motie en constateeren
alleen 't feit, dat ze er is. De regee
ringsmeerderheid is voor de Openbare
School en Troelstra heeft den 26 of
27 Juli tegen den reporter gezegd, die
hem over den toestand aan den tand
voeldeWat de Schooi betreft moet
uitgevoerd worden de motie Ter Laan
nl. uitbreiding van den leerplicht tot
14 j. en moet de wet Kuyper herzien
worden inzake de subsidie aan die
dwergschooltjes van 25 tot 40 leer
lingen die dwergschooltjes waren
Troelstra een doorn in 't oog, omdat
ze volgens hem de volksontwikkeling
tegenhielden en de subsidie dus nut
tiger kon besteed. Maar al ware de
regeeringsmeerderheid vóór uitbrei
ding van den schoolplichtigen leeftijd
al had zij de driestheid om de kleine
schooltjes te gaan kortwieken, daarmee
was toch nog het groote beginsel van
rechtsgelijkheid niet aangerand, indien
ook openbare kleine dwergschooltjes
werden tegengewerkt.
En om dat groote beginsel van Recht
is 't alleen te doen. Nu zou 't toch
niet onmogelijk behoeven te zijn, dat
de regeeringsmeerderheid erkende den
strijd van 1857 af; erkende de mil-
lioenen schats door Rechts opgeofferd
erkende, dat het Bijzonder onderwijs
overal concurreeren kan met 't open
bare erkende, dat die School toch
eens eindelijk op moest houden de
steen te zijn, die het wrijtvlak der
politieke partijen jaar in jaar uit sleep
erkende, dat die minderheid van 46
man in de Tweede Kamer en als
meerderheid in de Eerste Kamer er
recht op had dat ook met haar harte-
wensch werd rekening gehouden.
In deze dagen leest men niets anders
dan van A.Kiesrecht en Staatspensioen,
maar als de regeeringsmeerderheid nu
meent, dat ze er de School buiten
kan houden, dan vergist ze zich deer
lijk, temeer, waar de Bond van Ned.
ündw. dezer dagen den vinger reeds
heeft opgestoken met zijnMeer sa
laris alsjeblieft«. Zóó worden de School-
uitgaven nu al op 't regeeringspro
gram geschoven door de vrienden der
regeering maar .als de uitgaven
erop geschoven worden, dan zullen
de inkomsten oftewel subsidies er toch
ook wel op moeten komen en anders
loopt dat, stel in 1917 voor de meer
derheid miserabel verkeerd.
Men kan schetteren over dat A.Kies
recht en Staatspensioen zooveel men
wil, maar de regeeringsmeerderheid
dient de School niet te vergeten. Rechts
laat niet met zich spelen op dit punt.
En elke Grondwetsherziening zal zon
der subsidie verhooging er.wuit Komen.
I® en buiten de Ramer.
a
denstraat 12-14.
ilepen glas.
plet wasch tafel
*nt, J Tafel, 1
marmerblad, 9
en In pitch pine
7C25
door mg reeds h(j
i eenige contractant
nstaand merk niet
iing gemaakt door
•rijsenvlugge.
Telefoon Iaterconn. No.
Amice
Wat zeg je er nu van? Waar blijvende
Münchausens 't Scheen dezen zomer als
of al wat Links» staat met slaande trom
al wat tot de rechterzijde behoorde zou
wegvagen, terwijl de overwinnaars met de
-- I