voor de Zufidliollandüclie en Zeeuwsclie Eilanden.
Zaterdag 1 Februari 1918
27sle Jaargang N°. 1888.
Orgaan
Antirevolutionair
- IN HOC SIGNO VINCES
Hotel Restaurant
Deze Gourant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke Maimers 5 Cent.
UITOSVBS
SOMMELSD1JK.
Velefoou Intercoaawa. No. S.
Advertentiën 10 cent per regel en i/i maal, Reolamea 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Gent per regel en vaal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Oent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
Alle §fni&feess v®or de Redactie
bestemd, Ad verteistiëïs ess verdere Administratie frasse© toe te Eenden aan den Uitgever
Klacht van Patrimonium.
In de jaarlijksche vergadering van
den Prov. Frieschen Bond van Patri
monium werd een klacht geuit over
het Ministerie Heemskerk. Kunnen
we tevreden zijn, werd er gevraagd.
En een der sprekers antwoordde
»Dit Kabinet heeft onze Chr. werk-
lieden bitter teleurgesteld. Vanwaar
die teleurstelling. Ten eerste zijn de
sociale ontwerpen te laat ingediend,
ondanks herhaalde waarschuwing van
dr. Kuyper. Tweedens: de coalitie
bevat elementen, die een rem zijn
voor flinke democratische maatregelen.
Het toeslag wetje werd door de Eerste
Kamer verworpen tegen de wijziging
der Arbeidswet stemde de Chr. Hist,
heer Idsinga 6 rechtsche leden stem
den tegen de SteenhouwSrswetde
Bakkerswet werd verworpen de Bak-
kersraden vinnig bestreden door Van
Idsinga. Rechts was in zee gegaan in
1909 met de Verplichte Verzekering,
maar er is sterke twijfel of heel
Rechts nu nog meegaat.
Met zorg ging, aldus de sprekers
in Friesland en Gelderland, Patrimo
nium de toekomst in.
Die zorg van Patrimonium deelen
we ook. Maar nog grooter zorg heb
ben we, als Links aan 'troer moet
komen. Waarom?
Van Staatspensioneering komt nie
mendal. Daar zal geen meerderheid
voor te vinden zijn. De Vrijzinnig
democraten en Oud-liberalen, hoewel
beide lid der firma Concentratie, zijn
op 'tpunt van Staatspensioen onbe
trouwbaar; de Vrijz.-dem. hechten nog
veel aan eerlijke sociale politiek en
strijden nog steeds voor verplichte
premiebetalingde Oud-lib. zijn en
blijven vijanden van den dwang en
hebben nog altijd een goed oog op
't Belgische stelsel, al zijn ze onder
den drang van het noodlot al bezig
geweest zoeklicht op Denemarken en
Engeland te laten vallen.
De defensie, oorlog en marine, is
aan liberale handen niet toevertrouwd;
dit weten ze zelf.ook wel, en daarom
hebben ze er in 't Concentratieprogram
ook maar geen letter aan gewijd; in
dat program staat geen woord, geen
letter, geen cijfer over oorlog en ma
rine. Niet of de heeren maken wel
veel kouwe drukte over Colijn, den
eminenten oorlogsminister, maar dat
is meer uit jaloezie, dat zij onbekwaam
zijn om een organisatie tot stand te
brengen zooals hij dat doet. Zij, firma
Concentratie durft over oorlog en
marine niets schrijven, omdat ze bang
is voor een houw en een snauw der
Socialisten, die loerend kijken of de
aanstaande bondgenooten ook teveel
aan den bekenden Moloch zullen offe
ren. Zij, firma Concentratie, durft over
oorlog en marine niets schrijven,
omdat er een hopelooze onzekerheid
en verdeeldheid onder haar firmanten
bestaat, welk leger er komen moet
en wat het kosten zal. Zij, firma Drie
span, durft in haar program er niets
over zetten, omdat ze vooruit weet,
dat de oorlogsbegrooting stijgen zal
en moeten als ze nu kwansuis ver
mindering beloofde, met het oog op
de stembus in 1913 (want dan durven
ze alles te beloven, om- 't maar te
winnendan zouden later de kiezers
zeggen Gij, politieke tinnegieters
('t mooie woord is van mr. Treub!)
ge hebt ons met de Staatspensionee
ring in de luren gelegd, doe je 't nu
met Defensie ook
En met Staatspensioen èn met
Defensie is de firma Driespan onbe
trouwbaar; voeg daar nu nog bij 't
Openbaar Onderwijs en 't Bijzonder
dan zal elke Patrimoniumman, hoe hij
ook moppert over de sociale ontwer
pen, toch moeten erkennen, dat met
zoo'n Concentratie voor Land en Volk
en dus ook voor Patrimonium niets
te beginnen valt,
De overleden minister Regout gaf
uitstekende wetten, om de ontucht te
breidelenminister Heemskerk gaf een
Bouwwetteke; Kolkman een mooie
verhooging van de Successierechten
en de TariefwetDe Waal Malefijt
wil de Zendingsscholen in Indië krach
tig steunen Colijn oogst lauweren in
van vijand en vriend over zijn kranig
werkalleen over Talma klaagt men
èn over de Coalitie wat de Chr. Hist.
betreft.
Welnu late men dan de Chr. Hist,
een praam op den neus zettenlate
men die heeren muilbanden door een
vast accoord late men Talma tot toe
geeflijkheid aansporen: alles best!
maar late men ook de toekomst zeer
donker inzien, als ons Vaderland de
ramp moet treffen, dat een zoo on
beholpen firma als de Concentratie
in Sept. 1913 als Kabinet moet op
treden. Dat is beslist een ramp voor
den werkmanvoor dé Defensie
voor 't Onderwijs van alle soort en
gadingvoor de Oostvoor Binnen
land en Koloniën.
De Nederlandsche politiek zit al een
jaaf of 12 in 'tmoeras; maar als de
Concentratie aan 'troer komt, zitten
we nog eens 12 jaar in de ellende.
Dan krijg je in 1915 eerstens de val
van een paar ministers over de Staats
pensioneering dan struikelt in 1916
'theele Kabinet over 't Algemeen
Kiesrecht met Vrouwenkiesrecht. Al
weer een nieuw Ministerie met al
zijn oponthoud.
Neen! over den loop der zaken zijn
we gansch niet tevredenhet had in
deze vijf jaar vruchten moeten en
kunnen regenen, want de boom was
volgeladen. Maar als de Concentratie
baas wordt, staat heel de politiek in
dor en naakt winterkleed. Dan komt
er niets tot stand.
Dan zijn 'tloopende boodschappen
van de Tweede naar de Eerste Kamer,
maar degelijk werknationaal werk
ho maar!
DerhalveWe klagen met Patri
monium mee over den weinigen oogst
over de Conservatieve elementen in
de Coalitie. Maar voor Links ook maar
één strootje wegruimenneen, nooit
Deze firma verdiént geen cent crediet
Die wil graag koopen, maar aan be
talen heeft ze een broertje dood, adres
aan 1905—1908.
*jjtPolitiek en Schoolkinderen.
Mag een onderwijzer zijn leerlingen
met den politieken toestand op de
hoogte brengen en met hen hidden
om den zegen op de christelijke be
ginselen. De N. R. Ct. protesteert er
tegen.
Volmondig antwoorden wij hierop:
ja, en nog eens ja. En waarom Om
dat de kinderen met die beginselen
van huis uit reeds op de hoogte zijn.
Omdat de leerlingen door de JBijb.
Oesch. tamelijk goed begrijpen, wat
christelijke beginselen zijn. Omdat de
leerlingen door de Vad. Gesch. een
Gedempte Boerensteiger 63A, 63B
iSotterdam.
DINERS 60 cent en hooger,
LOGIES MET ONTBIJT fl en f 1.25
Aanbevelend,
I R. G, F. I i LEE-IOOM.
redelijk, zij 't ook kinderlijk, begrip
hebben van wat christelijk en niet-
christehjk is. En door de Kerkge
schiedenis krijgen ze een kijk op Calvijn
en Luther,
Niet, dat we de leerlingen de onder
scheidingen leeren tusschen een Libe
raal met Staatspensioen of zonder
een Socialist als Wijnkoop of als
Troelstraeen onderscheid leeren tus
schen mr. Heemskerk en dr. Kuyper;
och neendat zou te ver gaan boven
de bevatting der kinderen.
Maar in het Jaartallenboek, dat we
op de school gebruiken, lezen ze toch
van een Vollcspetionnementlezemze
van Groen, Da Costa, Bilderdijk,
Mackay en Kuyper. En zouden we
dan die leerlingen niet tamelijk vol
ledig en nauwkeurig op de hoogte
brengen met deze mannen en hun
christelijke beginselen.
Ze leeren in hun Geschiedenisboek
over Oranje's en Regenten; over Pa
triotten en Revolutieover de verja
ging in 1795 van stadhouder Willem
V. Ze leeren wat. Reformatie is en
kennen uit de Kerkgeschiedenis den
naam van Calvijn en Luther. Dat
alles staat met christelijke beginselen
en politiek zeer nauw in verband.
En nu staat een onderwijzer niet te
praten over politiek; maar droppel
voor droppel en lepel voor lepel giet
hij de kinderen elke week wat in,
zonder nu precies te zeggen«Kin
deren vandaag gaan we weer praten
over politiek.d Hij zegtVandaag is
aan de orde het jaartal 1834 of de
Afgescheidenen vervolgd. En dan ver
telt de meester goed duidelijk, dat die
Afgescheidenen in de gevangenis ge
worpen zijn door Nederlandsche Re-
geeringspersonen. Gaat de les over
1878, dan vertelt de meester over 't
Volkspetitionnement en mijnheer Kap-
peine, die ons onderdrukken wou.
Gaat de les over 1889, dan vertellen
we, dat een christelijk Ministerie onze
scholen geld gafdat de dwang in
vrijheid veranderde.
Zie, zoo gaat dat elke week voort
droppel voor droppel uit 't fleschje,
dat voor kinderen een lekkere medi
cijn bevat, Want ze luisteren met
groot genoegen naar die geschiede
nissen over die christelijke en niet-
christelijke beginselen. En of ze 't
goed begrijpen!
En thuis, aan tafel, als er gegeten
wordt, wordt het duidelijk gezegd,
dat er Liberalen in 't dorp zijn, die
nooit bidden en nooit naar de Kerk
gaan. En 's avonds bij de kachel, bij
een kop koffie, wordt heel kalmpjes
gezegd, naar aanleiding van een bericht
uit de Standaarddat de Socialisten
en Liberalen het tegen 't christendom
altijd roerend eens zijn.
Zie, zoo gaat dat droppel voor drop
pel er in
En als de schooltijd eindigt, dankt
de meester voor 't onderwijs en vraagt
hij om Gods barmhartigheid over
Land en Volk en om Gods hulp over
de menschenkinderen, om toch Hem
niet te vergeten, en zijn Christus te
dienen en lief te hebben. Dan bidt hij
om de doorwerking dier christelijke be
ginselen en de kinderen volgen hem,
want iQ verstaan dat gebed. Omdat ze
er in opgegroeif zijn en de meester er
zijn ziel geheel en al inlegt.
OP DEN UITKIJK.
W. BOEKHOVEN.
mm blab.
r
Direct nabij de Hoofdsteeg,
Zooveel in ons is, moeten we vrede houden
met alle menschen.
Indien het geoorloofd ware, aan de
apostolische vermaning iets toe te voegen,
zou ik zeggenBovenal met de vrouwen,
bedoelende dan het vrouwelijk geslacht in
't algemeen.
Wij mannen, zijn de heeren der schepping.
Die kroon laten we ons natuurlijk niet
ontnemen en als onze ^heerlijke rechten*
in allen ernst aangetast wordendan weten
wij ze met energie te verdedigen en zijn
de vrouwen knap, als ze 't ons afwinnen.
Maar desondanks, kunnen en willen we
de vrouwen toch maar niet missen, moeten
we 't in velerlei opzicht van de vrouwen
hebben en geef ik elke jongeling, die in 't
volle besef zijner mannelijke kracht de we
reld aankijkt en meent bergen te kunnen
verzetten, den welgemeenden raadHoud
vrede, bovenal met de vrouwen
Want het is soms nog gemakkelijker een
berg, dan een vrouw te verzetten.
Een vrouw, die haar zin ergens op gezet
heeft, wijkt, buigt, geeft mee en als
ge meent, haar goed en wel verzet te heb
ben, dan staat ze nog precies op dezelfde
plaats en bewijst ze met haar minnelijkste
glimlach en op onweerlegbare gronden, dat
het, zooals zij het inziettoch eigenlijk
het beste is, hoewel gij, als man, het
natuurlijk ten slotte voor 't zeggen hebt.
Dat is der vrouwen eigenaardige kracht
en aantrekkelijkheid.
Wat zouden wij, zonder vrouwen
Ik bedoel natuurlijk goede vrouwen en
elk rechtgeaard en rechtgepaard man zal
ongetwijfeld zijn eigen vrouw voor de beste
houden.
Wij hebben ze elk oogenblik noodig.
Een man, die zichzelf respecteert, zal er
op staan om in 't publiek onberispelijk voor
den dag te komen maar hoe zou dat
kunnen, als we de vrouw niet hadden die
op mogelijke en onmogelijke plaatsen knoo-
pen aanzet en stofjes wegborstelt, die ons
linnengoed helder houdt en onze das in de
plooi strikt, die in een woord voortdurend
haar critisch oog laat gaan over den gan-
schen uitwendigen mensch
Met hoe ernstige problemen wij ons ook
bezig houden, het lichaam heeft ook zijn
eischen en 't wil goed gevoed zijn met
smakelijke spijzenWat zou daarvan terecht
komen, als de mannen zelf daarvoor zorgen
moesten 'k Heb eens met een man gegeten,
die een lekkeren biefstuk in dobbelsteentjes
sneed toen ik later informeerde, ver
nam ik, dat hij ongetrouwd was, begrij
pelijk genoeg
Wij willen op z'n tijd een geurige kop
koifie hebben ieder kenner proeft 't
verschil, of ze door de zorgzame huisvrouw
naar den eisch is klaargemaakt, dan wel
door mannen, die wegens omstandigheden
hun eigen kostje moesten klaarmaken, is
opgezet en vergoten.
Om dit alles en nog vele andere redenen
wil ik bovenal met de vrouwen vrede hou
den, wat in 't eind ook niet zoo moeielijk
is, want het vrouwelijk geslacht heeft bij
zijn vele deugden ook nog deze, dat het
gevoelig is voor een vriendelijk woord en
de weinige uitzonderingen daargelaten, het
den mannen niet lastig maakt, om in goeden
vrede met haar te leven.
Ik weet niet, of de Engelsche ministers
mij dit na zullen zeggen.
De gansche mannelijke oppositie uit het
Lagerhuis heeft het hun in de jaren van
hun bewind, niet zoo lastig gemaakt, als
de vrouwen, die hun met alle middelen,
van de meest gewone tot de meest buiten
sporige toe, het kiesrecht willen afdwingen.
Dat is nu de vrouwelijke taaiheid en
vasthoudendheid op haar smalst en slechtst.
Als ik zoo, van die vrouwen lees, dan
heb ik diep medelijden met haar kinderen.
Niet zoozeer met haar mannen.
Die hebben met hun vrijen wil deze
moderne vrouwen gekozen en moeten nu
ook maar zien, hoe ze 't er in 't leven mee
klaar spelen. Zij hadden, vóór het trouwen,
behalve naar de huiselijke deugden, dan ook
maar een onderzoek moeten instellen naar
de politieke overtuigingen van het »meisje,«
Maar de arme kinderen beklaag ik.
Treffend was het verhaal, dat onlangs
in de kranten rondging van een gesprek
tusschen twee knaapjes, waarvan het eene
toebehoorde aan een zeer werkzame, spraak
zame, vergader- en debatzieke vrije vrouw,*
Zijn kameraadje verhaalde hem, dat mama
met hem vaak speelde, raadsels opgaf,
vertellingen deed en 't was den armen
jongen als een mooi sprookje uit een ver
land, waarvan hij 't bestaan nauwelijks ver
moedde.
De Engelsche Suffragettes kunnen thans
weer opnieuw beginnen, vermoed ik. Een
ernstige poging, die in het Lagerhuis werd
aangewend, en eerst wat kans van slagen
scheen te hebben, dreigt te mislukken. Na
de winkelramen en de brievenbussen moeten
die dames dus weer naar een ander object
gaan uitzien, om de noodige variatie in
haar optreden te houden 1
Wij, Hollanders, zijn kalmer.
Onze Hollandsche vrouwen zijn niet voor
de poes, maar ze gebruiken verstand en ik
kan me niet voorstellen, dat ze in de Kal-
verstraat de spiegelruiten gaan stukslaan,
om op die manier het kiesrecht te krijgen
Toch zijn er ook in ons land genoeg,
die naar dat recht watertanden. Met name
als een vrouw wat op jaren komt, ultra
moderne ideêen heeft, maar gelijk nu
eenmaal 't lot van niet weinigen is niet
>tot den trouw* kwam, ook niet van kana
ries en katten houdt, dan gaat ze 't allicht
in 't kiesrecht zoeken.
Nu vindt ik voor mij 't niet zoo ver
schrikkelijk, als een vrouw meestemt. Ik
geloof ook niet, dat het uit onze beginselen
te bewijzen zou zijn, dat een vrouw niet
stemmen mag.
Let welik zeg »een< vrouw.
Ik zeg niet»de« vrouw.
Dat is 't groote verschil tusschen ons en
de tegenstanders. Die eischen voor man en
vrouw het kiesrecht op als een natuurrecht,
dat ze bij de geboorte al meebrengen, net
als de zoon van rijke ouders bij zijn geboorte
al erfgenaam is, voor 't geval zijn ouders
komen te overlijden.
Van zulk een »recht« weten wij niets af.
Noch voor den man, noch voor de vrouw.
En daarom doen wij met het gezwam
van vrouwenkiesrecht ook Diet mee.
Trouwens we zullen es zien, wat
er van komt, als de heeren Links 'tes
mochten winnen.
Ze zittc, er nu elkaar al om in 't haar.
De heer Roodhuyzen is nogal gul. Dat
is zoo z'n aard. Die wil alvast beginnen met
vrouwen het stemrecht te geven voor den Ge
meenteraad. Maar de N. Cour. een vrij
liberaal orgaan, heeft hem om deze stoutig
heid al een kwade veeg uit de pan gegeven,
Ik hoop, dat onze vrouwen voor dat
revolutionaire vrouwenkiesrecht bewaard
blijven. Want als het haar, buiten ons om,
geschonken wordt, dan zouden ze er gebruik