Zaterdag 18 Januari 1913.
278te Jaargang N#. 1834.
voor de ZuicUiollandsclie en Zeenwsclte Eilanden.
Orgaan
Antirevolutionair
IN HOC SIGNO VINCES
Hotel Restaurant
n
De Partijdag op 22 Januari.
De Eerste Kamer op de helling.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
uitgever
W. BOEKHOVEN.
SOMMELSD1JK.
Advertentiën 10 cent per regel enJ/, maal, Reolames SO per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nnr.
A!8e stukhen voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever
Mr. V. H. RUTGERS, zoon van
prof. Rutgers te Amsterdam Ka
merlid voor Hilversum met
Gedempte Boerensteiger 63a, 63B
Rotterdam.
1 R. C. F. y, i LEE-Moonen.
OP DEN UITRUK.
Telefoon Intereonun. No. 2.
Een samenkomst van vrienden
en belijders der zelfde politieke be
ginselen is en blijft steeds aanlokke
lijk. Die hartverheffende saamhoo-
righeid dat eenheidsgevoeldat
bewustzijn van eendracht en saam
werking en eenparig streven naar
jJjQi schoon doel't is de oorsprong
en steeds de vrucht van een Par
tijdag.
Uit Oost en West komt men
aangetogen, om in lofzang en ge
beden, in dankbaarheid en bezieling
elkaar als medestrijders, als me
dearbeiders, als „houthakkers en
waterputters" te ontmoeten en on
der het Uw Naam zij eerete
beluisteren de keurige woorden,
die op zoo'n dag altijd door ervaren
sprekers en beginseldragers worden
geuit.
Op dan, broeders! oud en jong!
Laat niets U weerhouden om dien
blijden 2 2sten Jan. mee te vieren.
Vier jaar geleden was er een
sneeuwstorm en toch de School
Vmpvol. Geen strenge kou, geen
priemende sneeuwjacht weerhield
U en ge waart dankbaar gekomen
te zijn van buiten een verdorrende
kou, maar in de School een ver
kwikkende geestdrift, door de liefde
voor de beginselen gekweekt, on
derhouden en opgelaaid.
Op dan, broedersoud en jong.
Als sprekers zullen optreden
Ds. HOGERZEIL, Ned. Herv.®
predikant, te Vlissingenvoorman
in de rijen van 't Werkliedenver
bond Patrimonium, kandidaat voor
de Tweede Kamer te Arnhem in
1909 wiens grootvader te Nieuwe
Tonge predikant was van 1855
i860. Het onderwerp luidt
Het begrootingsdebat een wegwijzer
voor 1913.
Verplichte verzekering of
Staatspensioen
H. DE WILDE, ons Statenlid
en Wethouder van Js Gravenhage
een zeer gewaardeerd spreker, nog
vol vuur, hoewel de grijsheid naakt,
met.-
Concentatie of Coalitie.
Zooals de lezers weten, is de
Concentratie 't verbond van Links,
Coalitie het Verbond van Rechts.
De twee woorden beteekenen dus
m plat HollandsLinks tegen
Rechts.
En als vierde spreker zal zeker
met een slotwoord wel optreden,
H. Ch. VEGTEL, lid van Gede-
uteerde Staten.
De Zondagsschool gaat open, bij
ankomst der trams.
Entree is vrijmaar er zal een
ollecte gehouden worden als in
de Kerkenéén rondgang slechts.
Toegang alleen voor Partijge-
OQten en Medestanders.
Broedersdat ieder kome, die
sn en dies de sprekers het voor
recht hebben om voor een volle
zaal te redevoeren. En zegene de
Heere dat werk tot eere van zijn
Naam, tot heil onzer beginselen,
tot versterking van ons partijleven.
Kan met 't oog op de Tram het
Bestuurslid der Centrale, ieder in
zijn dorp, niet ongeveer opgeven,
hoeveel er komen.
't Zou wat moois zijn, als er
trams te weinig waren, door
onze- schuld.
In elk geval zullen we de Direc
tie te Rotterdam een beleefde vraag
doen in verband met 't rijdend
materiaal.
11
In ons eerste artikel behandelden
we de Grond wets commissie van 23
Oct. 1905; noemden we de 10 punten
op, waarop ze vooral, naar den wensch
der Regeering haar aandacht moest
wijdennoemden met name de vijf
eersteEerste Kamerde vereischten
voor de benoembaarheid harer leden
't kiesrecht voor de Eerste de ontbind
baarheid der Prov. Staten in verband
met de Eer ste het geven van het recht
van amendement. Over dit laatste
spraken we reeds.
Zien we nu, hoe sinds 1900 over deze
twistvragen is geoordeeld.
In het Wetsontwerp van mr. Troel
stra, den Koning aangeboden op 4 Aug.
1903 wordt gevraagd: Afschaffing der
Eerste Kamer. Over dit punt handelen
we in een ander artikel. We merken
nu alleen slechts op, dat de Socialisti
sche Kamergroep (toen mr. Troelstra,
Helsdingen, Hugenholtz, van Kol, Ter
Laan, Melchers en Schaper) in een
uitvoerige toelichting rekenschap geven
waarom zij de Eerste willen afschaffen
en wat ze er voor in de plaats willen
f tellen, waarop we terugkomen.
In het Wetsontwerp van mrDrucker,
aangeboden 20 Febr. 1903, wordt geen
afschaffing, maar behoud der Eerste
gevraagd. De Vrijz. Democratische
Kamerleden (toen mr. Drucker, dr. Bos,
mr. Fokker, Ketelaar, mr. Marchant,
Nolting, mr. Pynacker Hordijk, mr_
van Raalte, mr. Smidt) wenschte, daP
Om lid der Eerste Kamer te kun
nen zijn, moet men voldoen aan de
vereichten, voor 't lidmaatschap van
de Tweede gesteld en bovendien of
lid geweest zijn van de Staten Ge
neraal, van de Prov. Staten, Wet
houder öf een aanzienlijke plaats
hebben ingenomen in eenigen tak
van volksnijverheid, eeredienst,
kunst, wetenschap, of in't openbare
vereenigingsleven.
DusLid der Eerste kon worden
én man én vrouw van 30 jaarwant
deze democratische fractie wilde in
art. 84 der Grondwet als vereischte
voor Tweede Kamerlid laten vervallen
het woord »mannelijk.« In de Tweede
mochten dus zittingnemen in mannen
én vrouwen, maar in de Eerste ook.
De Liberale Unie had in datzelfde
jaar '03 een Rapport uitgebracht over
't Algemeen Kiesrecht, over de Twee
de Kamer, over de Eerste en over de
evenredige vertegenwoordiging. In dit
beruchte stakingsjaar kwamen er dus
van drie kanten kiesrechtvoorstellen
aan den horizon. Zien we nu wat de
Lib. Unie toen -voorstelde.
Zij wildebehoud der Eerste Kamer.
Maar
r
Direct nabij de Hoofdsteeg,
DINERS 60 cent en hooger.
LOGIES MET ONTBIJT 1 en f 1.25
Aanbevelend,
Om lid der Eerste Kamer te kun
nen zijn, moet men voldoen aan de
vereischten voor 't lidmaatschap van
de Tweede Kamer gesteld.
Dus30 jaarmannelijk ingezetene,
maar geen vrouwen in de Eerste, zoo
min als in de Tweede.
Zij wilde; behoud der Eerste, maar
alle 50 leden moesten tegelijk aftre
den en waren herkiesbaar.
Zij wilde: behoud, maar als de
Eerste ontbonden werd als gevolg van
een afstemming van een wetsontwerp,
moesten de Prov. Staten tegelijkertijd,
van rechtswege, ook ontbonden worden.
De Grondwetscommissie van 23 Oct.
'05 wilde ook de Eerste behouden;
maar
Om lid der Eerste Kamer te
kunnen zijn, moet men voldoen aan
de eischen voor 't lidmaatschap van
de Tweede gesteld. De Eerste Kamer
heeft even als de Tweede 't recht
van wijziging van eenig wetsvoorstel.
Dat wijzigingsrecht mag niet gel
den voor de wetsontwerpen, die
door de Kamerleden aan den Koning
worden aangeboden, en ook niet
voor de Begrooting.
Lid der Tweede en der Eerste
mogen zijn mannen èn vrouwen van
30 jaar.
De lib. Regeering diende 11 Oct.
1907 een Wetsontwerp in, dat klopte
met den wil der Commissie dus ook
vrouwen in de Eerste en Tweede,
maar geen recht van wijziging. En
de Prov. Staten die de Eerste kozen,
moesten tegelijk ontbonden worden
met de Eerste Kamer.
Zoo zou dus de Eerste worden een
copie van de Tweedein beide man
nen en vrouwen van 30 jaar maar
de Tweede zou gekozen worden door
de blanco-kiezers nl. mannen en
vrouwen van 21 jaar, wat de vrijz.
democraten vroegen of mannen en
vrouwen van 23 jaar, wat de Unie
liberalen vraagden; terwijl de Prov.
Staten kiescollege bleven voor de
Eerste. Deze Staten ook door vrouwen
gekozen.
Maar èn van 't Unie rapport,
èn van 't Wetsontwerp Troelstra, èn
van het Wetsontwerp Druekerèn van
de drie Wetsontwerpen van 't Kabinet
De Meester van geen enkel
voorstel is iets terechtgekomen, om
dat 't Kabinet binnen een paar jaar
overleed.
Zoo konden in de handen klappen
de 75 oud-liberalen, die met volle
naamteekening als no. 1 »Mr. Tyde-
man, Voorzitter« en no. 75 »Mr. A.
R. Zimmerman te Dordrechtcc op 18
Febr. 1905 aan de liberale kiezersin
hun Manifest hadden verklaard
Het op den voorgrond brengen
van een nieuwe regeling van het
kiesrecht met een daaraan vooraf
gaande en daarvoor noodzakelijke
Grondwetsherziening achten zij
thans niet gewenscht.
Voor een Grond wetsherzwaarbij
het kiesrecht vraagstuk in zijn ge-
heelen omvang, dus ook het ge
meenteraadskiesrecht, het vrouwen
kiesrecht en de Evenredige Ver
tegenwoordiging en de samenstel
ling en de bevoegdheden der Eerste
Kamer worden in behandeling ge
nomen achten zij de denkbeelden
niet rijp.
Een Grondwetsherziening uitslui
tend strekkende tot blanco kiesrecht,
ontleent in de gegeven omstandig
heden haar beteekenis aan den
wensch om tot spoedige invoering
van Algemeen Kiesrecht over te
gaan.
Waar, afgezien van het vermoe
delijk onvruchtbare ook van deze
poging die wensch door de onder-
geteekenden niet gedeeld wordt, achten
zij het weinig aanbevelenswaardig
op zoodanige Grondwetsherziening
aan te dringen, te minder, waar een
samenwerking op dit stuk van hen,
wier gevoelens over de kiesrecht
regeling zelve uiteenloopen, weinig
bevorderlijk schijnt aan klaarheid in
de politieke verhoudingen.
Ziedaar de oud-liberale partij op
18 Febr. 1905. Nu schrijven we Ja
nuari 1913; acht jaar na dato. En
staan deze 75 voor zoover ze nog leven,
er nu beter, er nu anders voor Er
is nu een aaneensluiting van Unie
liberaal, Vrijz.-democraat en Oud
liberaal; een concentratie, die alge
meen kiesrecht wil voor mannen
geen recht van amendement voor de
Eerstekiesrecht aan de vrouwbe
letselen tegen de verkiesbaarheid der
vrouw voor Gemeenteraad? Tweede
Kamer Eerste Kamer moeten weg
genomen.
Zeer zeker zijn de Oud-liberalen
vooruitgeschovenOm des levens wil.
Om wille van hun enkele zetels. Met
wegwerping van lang beleden be
ginselen.
Maar als Rechts verliest en een
nieuwe Grondwetsherziening komt
weer aan de orde, dan zal blijken,
hoever deze groep mee zal gaan. Wat
nu nog in nevelen hangt, zal dan op
klaren. Dan zal blijken, wat 't vrou
wenkiesrecht inhoudt en wie als
vrouw in de Kamers komen kan. Of
de Eerste Kamer blijft met meerdere
rechten. Of hoe ze zal worden gekort
wiekt door een ontbinding der Prov.
Staten. (Wordt vervolgd.)
De »vrome koningen van Juda.«
Ze hebben 't nooit kunnen denken, dat
zij ons in de 20e eeuw nog last zouden
bezorgen, zij 't dan zonder hun schuld.
En toch is het dezer dagen gebeurd.
In een groot liberaal dagblad werden
die vrome koningen van Juda* gebruikt,
ora ons een »deuk major* te geven en
de goe-gemeente ernstig voor ons te waar
schuwen.
Het is een heel verhaal en ik zal 't
wat ver moeten ophalen, maar kóm er
toch wel.
Ik had dezer dagen met groot genot
een brochure gelezen van den bekwamen
zendingsdirector, J. W. Gunning, over »De
inlandsche christenen.*
Die kan ik ieder aanbevelen 1
Zij is verschenen bij de Hollandia druk-
kerij te Baarn, in een brochuren-reeks over
»De Protestantsche zending,* En met na
me thans, nu eenerzijds de zendingszaak
veel meer dan vroeger de belangstelling
en het gebed der gemeente heeft en an
derzijds de Zending meer dan ooit ook in
het politieke leven van ons land wordt
ingeweven, kan het lezen van dergelijke
geschriften niet genoeg worden aanbevolen.
Met christelijke warmte en tóch weer
met nuchtere onbevangenheid, beschrijft
de heer Gunning den inlandschen christen
in onze Oost,
Maakt als 't ware de balans op.
Verzwijgt in 't minst niet, dat ook déze
christen tot zijn dood een zondaar blijft.
Maar laat voor elk onbevooroordeelde
ook zoo duidelijk zien, hoe groot, door
de genade van Christus, het »voordeelig
saldo* is, dat ik lagen er in mijn por
tefeuille maar evenveel bankjes van duizend
als er thans koperen centen in m'n vest
zak rammelen den ganschen voorraad
van deze brochure opkocht, om ze, juist
nü in de voorbereiding tot de verkiezingen
over ons land te verspreiden.
Wat me dan ook onbegrijpelijk is?
Dat deze brochurenreeks over de zen
ding, waarvan de redactie in zoo bekwa
me handen berustte, door gebrek aan
kooplust bij het publiek, moet worden ge
staakt.
Toch weer niet onbegrijpelijk.
In ónze kringen alleen reeds zou koop
lust genoeg zijn als zulke uitgaven maar
genoeg onder de aandacht werden ge
bracht, Onze menschen lezen veel, maar
ze gaan zelden uit zichzelf iets koopen.
Men moet het hun aanbieden.
'k Heb indertijd eens cijfers hooren noe
men, hoeveel exemplaren een betrekkelijk
»klein« uitgever nu reeds jaren dood
van zijn werken-in-afleveringen, die ver
scheidene guldens en rijksdaalders kost'ten
wist te plaatsen. Dat was geen kleinigheid
Maar die man werkte dan ook onophou
delijk met bekwame, mondrappe colporteurs,
die onze menschen wisten te vinden en
steunde hen door voortdurend adverteeren
in onze bladen.
Doch zoo zou ik gaan dwalen.
'k Wil alleen maar zeggen, dat de groote
meerderheid onzer menschen, anders dan
uit 'n korte resensie, 't bestaan zelfs van
deze zendingsgeschriften nauwelijks kennen,
anders zouden er heel wat meer van ge
plaatst zijn.
Maar toen ik nu zoo las over die ^in
landsche christenen kwam de wensch bij
me opWare toch de zendingsijver, die
thans ontwaakt is, eens twee eeuwen vroe
ger over ons volk vaardig geworden, hoe zou
in ons schoon Insulinde, naar den mensch
gesproken, de toestand reeds heel anders
geworden zijn.
In den regel meent men, dat onze ge
reformeerde vaderen de Oost maar aan
haar lot hebben overgelaten en er gansch
geen christelijke zending hebben gedreven.
Dit is toch bepaald een vergissing.
Met name in de eerste helft der 17e
eeuw, vóór, tijdens en een paar menschen-
geslachten na de Synode van Dordrecht,
werd er wel degelijk aan deze zaak ge
dacht.
Werd zij ook min of meer kerkelijk ter
hand genomen.
In de tweede helft dier eeuw verslapte
het al. En de 18e eeuw was ook op dit
gebied de tijd der inzinking. Eerst in de
tweede helft der 19e eeuw kwam de her
leving.
Voor de eere onzer gereformeerde va
deren is het goed, dat we daarop letten.
Zeker, er is groote schuld.
Zeer veel reden tot zielsbeschaming en
diepe verootmoediging. Over inzinking en
ontrouw. Maar toch, wat gedaan is, moet
worden erkend.
Het is echter een feit, dat onze gere
formeerde kerken al heel gauw weinig me-