EERSTE BLAB.
Antirevolutionair
Orgaan
Zaterdag 14 December 1912
2TI(' IN" l8-4.
IN HOC SIGNO VINCES
voor de Zuidhollandsclie en Zeenwselie Skilanden.
„De Ster"
Rotterdam
W. BOEKHOVEN,
Algemeen Stemrecht, een
dwaalbegrip.
Man tel magazijn
SOMMELSDIJK.
%lle «tukken voor de Kedaetie bestemd, Advertentiën eit verdere %dininisfratie traiaeo toe te zenden aan den Uiltrever
Hoogstraat 472
Ontvangt dagelijks de
laatsi uitgekomen
NOUVEAÜTE'S.
OP MN UITKIJK..
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent.
zonder 50
Buitenland bij yooraitbetaling met Zondagsblad ƒ7,50; zonder 4,50 per jaar
Afzonderlijke nnmmers 5 Cent Met Zondagsblad 7 Cent.
UITGEVER
Telefoon Intercoms». So. 3.
Advertentiën 10 Cent per regel en ij% maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */8 maal.
Oienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nur.
De fout der Vrijzinnigen inzake 't
Alg. Kiesrecht ligt em in hun be
schouwing van 't begrip »Staat.« En
de tegenzin van Rechts tegen dat
kiesrecht vloeit ook uit die beschou
wing voort. Onze beschouwing is deze
De Staat, de burgerlijke Staat heeft
zijn wortel in onze menscbelijbe na
tuur, die naar Eenheid en Samen
werking is aangelegd. Zóó zijn we
geboren. Zoo groeien we op. Zoo ont
staat in dien Staat ook allerlei andere
organisatie De Staat uit organisatie-
drilt geboren ziet in zijn opgroei aller
lei kleinere organisatie ontluiken. Maar
die natuurdrift tot vereenigen is een
werk Godes, omdat Hij den mensch
schiep en schiep met die gaven en
lust, die later tot allerlei Band aan
leiding zou geven.
Het huisgezin is de kleinste Staat,
dien we kennen. Die Staatjes vormen
weer een Familiestaat. Al die families
vormen weer het Dorp of de Stad.
Ai die dorpen en steden weer de
Staat der Nederlanden. Elk van die
Staatjes heeft een Gezagdrager.
Vader is 't hoofd van 't gezin. Groot
vaders gezag gaat over kinderen en
kleinkinderen. Burgemeesters gezag
gaat over het dorp of de stad. De
Commissaris der Koningin heeft gezag
over de provincie en de Koningin
heeft gezag over allen.
En al dat veelsoortig gezag in den
Staat daalt af van God Almachtig
want zoo zegt de Heere zelf bij monde
van Paulus in Rom. 13: Daar is geen
macht dan van God, en de machten,
die er zijn, zijn van God verordineerd,
Derhalve: èn de vader, èn de Bur
gemeester, en de Commissaris, èn de
de Koningin met macht en gezag over
die kleinere of grootere Staatjes ge
steld, ontvangen dat alleeniglijk van
God.
Houden we ons nu verder alleen
bezig met de grootste organisatie
den Staat der Nederlanden met Wil-
helmina als Koningin.
De Vrijzinnigen rekenen met God
in 't Staatsrecht niet. Als ge hen
vraagtshoe is die Staat ontstaan en
hoe is in dien Staat aan de Koningin
dat gezag gegevendan weten ze
daar geen ander antwoord op te geven
dan dit»de menschen wilden zich
organiseeren en ze wilden aan iemand,
die ze Koningin noemden, gezag op
dragen
Natuurlijk moet dit antwoord zóó
uitvallen. Als God de menschen niet
saambrengt in en tot een Staatsleven,
dan moeten ze er zelf toe gekomen
zijn: Wie zou anders den Staat for-
meeren 1
En als ge aan de Vrijzinnigen vraagt
Hoe komt de Koningin toch aan hare
machtdan moeten ze weer ,even
natuurlijk antwoordendie hebben de
menschen haar gegeven, want voegen
ze er bij van God heeft, ze die niet.
omdat die God voor ons niet bestaat.
Zoo staan dus de Rech'sche par
tijen vlak tegenover de Linksche!
Uit God is de Staat en't Gezag in
den Staat, zegt Rechts. Uit de men
schen zegt Links. Uit God, zegt
Rechts, omdat geen ander dien mensch
die drift tot organisatie inschiep Uit
de menschenbeweert Links, en uit
kracht van de natuurwet alleen, dié
onafhankelijk van eenig Hooger wezen,
haar beteekenis behoudt in alle
schepsel
Maar als de menschen dien
Staat vormen en dat Gezag opleggea
als de Volkssouvereiniteit geldt en
niet de Goddelijke souvereiniteit, dan
volgt een zeer gewichtige opmerking
nl. dat het kiesrecht ook aan al die
menschen toekomt Zonder kiesrecht
kan geen sterveling zijn wil open
barendus kiesrecht is eisch voor
alle menschen, die dien Staat for-
meeren en dat gezag opdragen. Met
welk recht heeft dan de Vrijzinnige
partij van 1848 af tot heden nagelaten
allen menschen dat kiesrecht tue te
kennen Waarom heeft ze dat in 1848
gegeven alleen aan belastingbetalers
van f 10 tot f 160 -
De Vrijzinnige moet krachtens zijn
beginsel van Volktsouvereiniteit d i.
»de Staat geboren uit den mensche
lijken wil, even als 't Gezaga door Al
gemeen Kiesrecht den wil van allen
doen uiten.
Dat ze er nu in 1913 pas mee komen,
is geen bewijs van 't foutieve hunner
grondstelling, maar alleen van 't wan
trouwen in eigen Staatsburgers.
Algemeen Kiesrecht is een antithese.
En geen enkel antirevolutionair zal
er ooit zijn stem aan geven. Is de
Staat en 't gezag van God Ja, dan
is dat kiesrecht veroordeeld want dit
rust op de erkenning, dat de menschen
met God niets te maken hebben bij
de bepaling van Staat en Staatsleven
en Gezag dat zij zelf, krachtens hun
natuur en souverein gezag eigen schep
pers zijn van Staat en Overheid.
Doch daar vloeit meer uit voort.
Wie Algemeen Kiesrecht voorstaat is
ook voor een Volksvertegenwoordiging,
die den wil des volks, der kiezers
uitroept; zoo'n Parlement neemt het
Gezag uit handen van den Koning of
de Koningin in Naam des Volks 1
In Naam des Volks is aan den Koning
dat Gezag gegevenIn Naam des volks
wordt het hem of haar weer ont
nomen. In Naam des Volks is het
Parlement de Regeeringen de Ko
ningin het Ornament.
In Naam des Volks beslist de helft
plus één over de minderheid en in
Naam des Volks wordt de minderheid
onderdrukt.
In Naam des Volks is de Koning
dienaar des Volks, maar met een
gouden kroontje, dat er nochtans af
genomen kan worden, als die dienaar
het Parlement durft weerstaan.
Het Alg. Kiesrecht, waarin de
mensch op den voorgrond treedt als
schepper van eigen politiek leven is de
dood voor 't Koninklijk gezag Alleen
als men met Alg. Kiesrecht bedoelt
uitgebreider* kiesrecht aan een Volk,
dat God erkent, is de Staat en 't
Gezag veilig
vBij de gratie Gods". Moet
het weg?
Dezer dagen aanvaardde mr. Joos-
tmg het privaat-docentschap aan de
hoogeschool te Groningen. Hij gaf zijn
eerste openbare les over»bij de
gratie Gods«, de bekende zinsnede,
waarmee elk wetsontwerp begint:
Wij, Wilhelmina, bij de gratie
Gods, Koningin der Nederlanden,
enz. enz.
Hij gaf een overzicht van het Ger-
maansche en Frankische koningschap,
van de ontwikkeling en het te niet gaan
van het geloof in een Goddelijke op-
dracht en de beteekenis van de clau
sule in vroeger dagen Daarna be
toogde hij dat de koningin van Ne
derland die woorden niet kan gebruiken
met het geloof in een Goddelijke op
dracht en dat dus op grond van de
historische rechtsontwikkeling het
vorderen van de clausule in het afkon-
digingsformulier van de wetten geen
aanbeveling verdient.
't Is zacbt uitgedrukt: »geen aan
beveling verdient«, maar niettemin is
't een afbraak, die moet weerstaan.
Zeer zeker! in het liberale staats
recht is die uitdrukking ongepast
een staatsrecht, dat met God niet
rekent, heeft geen plaats voor een
Koningin, een Overheid, een Gezag
bij Gods genade Voor den liberaal
bestaat God niet in 't politieke leven.
In 't persoonlijke leven, in't huiselijk
leven, in 't kerkelijk leven mag de
Liberaal zich nog een God voorstellen,
maar in de staatkunde heeft de Libe
raal met 't Hoogste Wezen afgerekend.
Daarom is 't voor den Liberaal en
Socialist ook een dwaasheid om een
wetsontwerp te zien beginnen met de
erkentenis, dat er een Gezag is, bij de
genade Gods.
Het liberale staatsrecht erkent geen
ander gezag dan dat der Wet en die
Wet gegeven door het souvereine,
zelf-regeerende Volk, in de 2e Kamer
vertegenwoordigd door de 100 Kamer
leden.
Alleen in het christelijk staatsrecht
is de uitdrukking »bij de gratie Gods«
gepastomdat het uitgangspunt van
alle christelijke politiek is: »De Heer
regeert! Eert, eert zijn hoog bestek.
Van Hem daalt alle macht neer op
allen, macht op de Overheid om ons
te regeerenmacht op den vader om
zijn gezin te besturen; macht op het
Volk op zijn e<gen enger terrein, om
in school, in kerk, in de fabriek, op
den akker, op de boot, in de werk
plaats. te kunnen zeggen:
Ik, koopman bij de gratie Gods, in
mijn winkel; Ik, bij de gratie Gods,
schipper op mijn schip; Ik. arbeider,
bij de gratie Gods bezitter van mijn
arbeidskracht en werkiuigen. En voor
de KoninginWij,- Wilhelmina, bij
de gratie Gods, regeerster over Ne
derland.
Het christelijk staatsrecht zoekt in
God Almachtig alleen de bron van
alle Gezag. En de »Wet« waarvan de
Liberalen spreken, heeft slechts voor
den christen in zooverre gezag, als
ze gemaakt is door de wettige Over
heid. En dan nog onder de beperking:
Gij zult Gode meer gehoorzaam zijn
dan de menschen. Bij de gratie Gods«
mag uit onze wetten niet verdwijnen,
omdat we een Christelijke Natie zijn.
't Ging zco van 't een op 't ander.
Kun je hebben vooral in de donkere
dagen voor Kerstmis, als je 's middags om
drie uur niet goed meer zien kunt, je
schaamt om de lamp al op te steken en
dan wat gaat zitten soezen en droomen
over al wat je gelezen hebt.
Dan krijg je 'n kettingreeks van ge
dachten. Je weet wel, waar je begint maar
niet waar je uitkomt en toch is er msschen
al je droomgedachten 'n ingrijpbaar verband,
't Is me overkomen, dat ik bij Hare Majes
teit de Koningin begon en toen ging het
zóó* Het Loo jaarlijksch bezoek in
Amsterdam 't paleis de Dam
'n schoenpoetser, die me daar es gebor
steld had met 'n muts soorten
van mu'sengrootmoeders nachtmust
'n ^slaapmutsje geheelonthouding
en de rest doe ik cadeau
't Begon ditmaal bij mij met de salaris
meeting, die de openbare onderwijzers j.l.
Zondag in Dpn Haag gehouden hebben en
waarop een -•Onderwijzer uit Sneek o.a. een
boekje open deed over den toestand der
onderwijzers te platte laode.
Er was veel waars in wat hij zei.
Zoo'n onderwijzer moet »m'neer« zijn
en 't heele dorp kent hem als een kale
m'neer tenzij hij 't geluk had de liefde te
vinden in de gedaante van een schoone
dochter des lands, die flink schijven heeft.
Maar in den regel zijn de boeren-vaders
op dergelijke schoonzo ns niet erg happig.
Ik las daar in 't laatste jaar èn in het
christelijk tijdschrift Bloesem en Vrucht*
èu in »De kleine Gids* een schets over,
waaruit blijkt, dat in dit opzicht eenerlei
den openb»ren en den bijzonderen onder
wijzer wedervaart.
In elk geval, de wetgever mag het
niet op een >vrijster« met geld* laten aan
komen, want hoe licht is daarbij niet de
liefde zoekdan verleerd de onderwijzer
weer de noodige ^opgewektheid*, omdat
hij met het s-gelletje* ook het »velletje*
trouwde en dit hen 't vergulde leven zuur
maakte.
Die openbare onderwijzers intusschen
leggen 't niet snugger aan. Ik zou daar
vele bewijzen voor kunnen bijbrengen. Ik
wil alleen maar hièrop wijzen dat ze in
hun 3>genootschap« achterlijk genoeg zijn
geweest, om tegen de subsidieering van
't bizonder onderwijs op te komen en aldus
nieuwe olie in 't vuur van den schoolstrijd
te gieten,
Nee, heerendat is de weg niet, om
uw lot verbeterd te krijgen.
Ik wijs u een weg, die uitnemender is
Zonder ironiein vollen ernst.
Als gij eens een actie begont, om uw
traktementen door het vrijwilligheids-be
ginsel verbeterd te krijgen.
Er zit bij u zooveel »lood«.
Niet bij u, als onderwijzer, maar bij de
vrienden, voorstanders, voorvechters, lof-
zingers en vaandeldragers van de neutrale
openbare school.
Veel meer 'dan bij ons
Als ge nu al uw energie eens aanwenddet
om door vrijwillige bijdrage een fonds te
vormen, waaruit de schrale traktementen
worden aangevuld.
Daar trekt ge uw neus voor op
Neen, dat is juist veel eervoller, dan dat
ge verhooging krijgt uit de gemeentekas.
Dat laatste is gedwongen. Daar moeten o:.k
de mannen van de bizondere school aan
mee betalen. Tegen heug en meug. Is hei
niet veel eervoller voor u en voor uw
werk, dat de vrienden en voorstanders van
uw arbeid, zelf de koorden van de beurs
losmaken P
Zie eens b.v. naar de bezoldigde be
stuurders der vakvereenigingen. Achten die
zich gekleineerd, omdat hun manneD vrij
willig hooge contriebuues betalen, waar zij
een behoorlijk traktement uit trekken Im
mers neen
Zie eens naar vele dominees.
Daar zijn er alles en-alles zeker wel zoo'n
acht honderd in ons land, die geen halven
cent Rijkstraktement ontvangen.
Toch hebben verreweg de meesten het
beter dan gij. Alleen door het vrijwillig-
heidsbeginsel. En nu er in den laatsten tijd
op gewezen is, dat tal van predikanten te
laag bezoldigd worden, is er ook op vele
plaatsen een streven, om bun traktementen
te verbeteren, al zet men dat niet in de
krant en hangt het niet aan de groote klok.
Er is hier zelfs verkéérde schuchterheid.
Ik vind het tenminste flink, dat het es
duidelijk, met cijfers, in de bladen werd
medegedeeld, hoe de Geref kerk van
Amsterdam de trakiementen harer leeraars
verhoogd heeft tot een maximum van
3700 gulden.
Men kan alles verzondigen.
Men kan gaan staan als de farizeër in
den tempel en roemen op de mildadigheid,
de offervaardigheid enz. van zulk een kerk.
Dat is >stinkeude hoogmoed.*
En een gruwel voor God.
Doch er kaD ook zijn een roemen in den
Heere, met besef van eigen onwaardigheid.
En als het dan de Heere God is, die een
gemeente doet groeien en bloeiendie
haar leert van 't hare te geven voor den
dienst van God en als haar voorbeeld
anderen tot navolging prikkelen kan en den
tegenstander beschamen dan zou ik
niet weten, waarom we de publiciteit zou
den moeten schuwen.
Ik voor mij zie in zulke voorbeelden een
schoon getuigenis voor het vrijwilligheids
beginsel, waar het de Kerk des Heeren
betreft.
Er is in den laatsten tijd veel gesproken
over art. 171 der grondwet.
Veel te veel, dunkt mij zoo.
Want het is er ODder een breede zoom
van ons volk als pap ingegaan, dat er een
complot gaande is, om de Ned. Herv,
Kerk haar staatstraktement te ontfutselen.
Een fabeltje. Dat weet men.
Maar wat mij zoo hindert bij die breede
schare is dit, dat ze in felle beroering
komt over die financieels kwestie en over
den geestelijken nood der Herv. kerk op
z'n hoogst een goedkoope zucht slaakt.
Dat moest eens anders worden!
Gelijk het, Gode zij dank, reeds aan 't
beteren is. Met name de gereformeerden
in de Herv, kerk beginnen weer te begrij
pen dat het geestelijk welzijn der kerk
hoofdzaak is en niet de financieele omstan
digheden. Wat ik een hoopvol verschijnsel
acht.
Talma in zijn allereerst optreden, j aren
geleden, heeft eens in een debat over deze
zaak gezegdDe Herv. Kerk staat niet en
valt niet met een millioen uit de Staatskas 1
En zoo is het ook.
Zij staat en zij valt met het vasthouden
't loslaten der Belijdenis.
Een kerk die haar belijdenis begraaft
gaat dood. Als zij zich echter aan die be
lijdenis vasthoudt, komt ze over de >centen-
kwestie* wel heen.
Dat leert ons de vrije kerken in Ame
rika, Etigeland en Schotland.
Dat leert ons ook onze eigen kerkelijke
Historie.
Ik raak daarmee de kwestie van staats
kerk of vrije kerk niet aan, maar ik zal er
mij hartelijk over verblijden, als ook in
onze Ned. Herv. Kerk het vrijwilligheids-
beginsel steeds meer in toepassing wordt
gebracht.
Daar zat een stuk ^volkskracht.*
De groote steden roepen om bearbeiding.
Waarom toch moeten er eerst groote kapi
talen bijeen zijn, voor men een nieuwe
predikantsplaats formeert? 't Is absoluut
niet noodig. Leer de gemeente haar roeping
veistaan en waag het met het vrijwill ght-ids-
beguisel En beroep voor elke 3000 of
40 ro gulden, die vrijwillig geteekend wor
den een predikant er bij. Daar zullen ook