zonder 50
Woensdag 28 Augustus 1912.
27ste Jaargang N°. 1793
Antirevolu tionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
PlP PPPPHH 1-r..-n
voor de Zuidltollandsclie en Zeenwsclie Eilanden.
W. BOEKHOVEN,
Artikel 171 der Grondwet en
de herziening of de zilveren
koorde langer
Reclames, Mededeelingen enz.
I
,,€erc§tt" i
SOMMELSDIJK.
Alle stukhen voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever.
ij die zich nu abonneeren, ont
vangen de nog in deze maand
verschijnende nummers gratis.
3) (Slot.)
De knoop is dus doorgehakt. Met 't
gewijzigde Grondwetsartikel, dat Sub
sidie geeft aan de Geref. Kerken, mag
dus niet meer gevraagd»aan wie
behooren de Kerkelijke goederen: aan
de Ned. Herv. Kerk, zooals ze in 181G
door een daad des Konings werd ge
transformeerd of omgezet in een
synodale organisatie dan wel aan de
Geref. Kerken van 1815,1837 en 1886.
De toestand, historisch vastliggend,
wordt aanvaard nl. de Herv. Kerk
bezit de goederen en houdt ze en uit
die goederen wordt, als vooiheen, 't
Rijkstractement betaald. Zoo zijn we
dus een belangrijke schrede vooruit
gegaan in den Godsdienstvrede, zooals
we door de Schoolsubsidie op marsch
zijn naar den Schoolvrede. Er was
onrecht gepleegd in de oogen der Ge
reformeerden in 1815, die zich de
nazaten achteden der Gereformeerde
vaderen en die, wat ook de koning op
eigen houtje voorstelde, in 1816 die
nazaten bleven; dat bleven in 1837
bij de Afscheiding van 't Hervormd
Kerkgenootschapdat bleven in 1886
bij een tweede afscheiding, toen Do
leantie genoemd, 't Koninklijk besluit
van 1816 door een eigen wilsdaad van
Koning I, door niets gerechtvaardigd
en tegen alle historische rechten in,
ontnam aan de Gereformeerden allen
eigendom. Deze hebben dan ook art.
171 der Grondwet altoos op zich zelf
toegepast; dat is: ze beweerden, dat,
met de Grondwet in de hand, alle
kerkelijke goederen aan hen toekwa
men maar om dien band te breken,
om tot scheiding van Kerk en Staat
te komen, wilden ze die goederen
natuurlijk daarom nog niet cadeau
geven aan den Staatneen de schel
ding zou geschieden door de goederen
te kapitaliseerendat Kapitaal uit te
deelen aan de Geref. Kerken, die dan
met de rente zelf haar eigen predi
kanten enz. kon betalen. Zóó, door
die Kapitaliseering was de zilveren
koorde tusscheu Staat en Kerk los.
Let welde zilveren koorde was los
niet de koordeDe Gereformeerden
hebben nooit een scheiding tusschen
Kerk en Staat begeerd, zooals de
Socialisten, Liberalen en Radicalen
die begeeren nl. een totale losmaking
van Staat en Kerk, wat bij deze par
tijen een uitvloeisel was van den haat
tegen de Kerk; van een vijandschap
tegen den Clerus; van een verlangen
om de Kerk te trappen en dienstmaagd
des Staats te maken; van een begrip
om de Kerk te laten overheerschen
door den Staat.
Neen, zoo'n scheiding hebben de
Geref. nooit bepleitmaar wel in dat
opzicht een verband tusschen Kerk en
Staat; een invloed der Kerk op den
Staateen vriendelijke bejegening door
den Staat; een juiste erkenning van
den Staat van wat de Kerk van Chris
tus, als geestelijke organisatie naast
den Staat en in den Staat, kanpres-
teeren voor de Maatschappij en 't heele
weksleven.
De Gereformeerden zijn nooit voor
totale losmaking geweestintegendeel
maar de zilveren koorde wilde men
wel los. En tochhoe kunnen de om
standigheden soms dwiDgen. De com
missie legt zich neer bij 't oude art.
171; ze laat de rechterlijke zijde van
't vraagstuk blauw blauwze laat in
't midden van wie de goederen nu
eigenlijk zijn; maar maakt toch door
die f 455 per 1000 lidmaten een eind
aan de bevoorrechte positie der Her
vormde Kerk, die op voet van ge
lijkheid wordt gesteld met alle ge
zindheden tweedens geeft ze aan de
gezindheid, die zich afscheidt evenzeer
zoodat er nooit meer een tusschen-
komst der rechters noodig is, wie nu
de ware en wie de valsche kerk is
derdens wordt door de commissie met
't genootschapsidee gebroken, want
ook de gereformeerden, die alleen
met plaatselijke kerken rekenen en
niet met »een kerkgenootschapee zul
len dat geld ontvangen en dan moe
ten de Synodes en Classis maar ver
der uitzoeken, wat elke kerk krijgt,
waar slechts een 10 of 50 of 100 lid
maten zijn.
Zeer zeker, kan door deze wijze
van betaling de scheuring in de kerk
grooter worden, ook kunnen de ge
zindheden de subsidie krijgen, die al
les behalve zuiver godsdienstig zijn
en de ware kerk van Christus
zelfs helpen afbreken, maar dit is de
leelijke kant, die alle vrijheid aan
kleeft. Het kwade dier vrijheid moet
men op den koop meenemen, en al
leen door de geestelijke actie van de
ware kerk kan en mag men die actie
van de valsche kerk vernietigen, maar
nooit door den dwang van 't geld,
zooals dit steeds plaats had.
Hoe mooier echter de subsidie is
ieder voelt, dat er ook bezwaren aan
verbonden zijn. Hoe zal 't met de of
fervaardigheid blijvenVerminderen
't Is nipt te hopen, dan ware de sub
sidie te duur ontvangen. Dan zou de
subsidie het goud van de vleugelen
afslaan. Dan bracht de subsidie geen
verkwikking maar geestelijke achter
uitgang en verdorring in de kerk.
Zullen de tractementen der predikan
ten stijgen We betwijfelen 't voor
kleine kerken zooals die zich op de
dorpen openbarenvoor die is de
subsidie veel te kleinwat is 45 cent
voor één lidmaatdat is nog maar
45 gld, voor de 100. Zal de Subsidie
niet stijgen moeten, als men eenmaal
begonnen is op dien weg te wandelen.
Hooger, steeds hooger!
Doch genoeg. We juichen met al die
Subsidies volstrekt nog niet zoo hoog.
't Harde geld maakt harde harten en
de band aan den Staat én van School
én van Kerk, is niet aangenaam. Vrij
heid blijft de leus I Maar de feiten
staan er niet naar om nog langer over
die begeerde Vrijheid te spreken.
In en buiten de Kamer.
(20 Cents per regel.)
beslist kurkdroog*
HENRI HÜINCK ALEIIMHOFE,
Voor Huis en Hof.
Deze opvatting is onjuist, Weelde is
Buitenland.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling met Zondagsblad f 7,50; zonder f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent.
UITGEVER
Telefoon Intercom*. No. 2.
Advertentiën 10 Cent per regel en 3/, maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */8 maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewaoht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10[(uur.
i
Z
Amice l
Het eerste punt dat dr. Kuyper lieeft
behandeld was «het menschelijke in den
mensch mag niet te gronde gaan.s 't Tweede
waarop hij wees, was op de historie welke
op maatschappelijk gebied was gezien en
doorleefd. Hij begon zijn tweede punt, vol
gens het kort verslag aldus »dat men niet
«alleen te doen heeft met het menschelijke
»in den mensch, maar met de historische
«ontwikkeling, met de cultuur.*
Hij zegt, gelijk gij ook wel weet, altijd alles
mooi, maar dit is toch beslist zeer mooi
gezegd. Toen hij deze woorden ging ont
vouwen, wees hij op het egoïsme dat van
maakt natte kelders en vochtige woningen
ROTTERDAM, UTRECHT,
Groote Draaiateeg. SpriDgweg 1
Vraag prospectus No. 32,
nature bij ieder mènschenkind werd en wordt
gevonden. Ge moet dus volstrekt niet den
ken, dat de voorouders een ander soort
menschen waren, dan onze medeburgers.
Zoo oppervlakkig redeneert weer de zelfvol
dane. Hij ziet in het vroeger geslacht slecht
deugnieten en in het tegenwoordig geslacht
o zulke poeslieve menschen. Hetgeen vroe
ger werd gevonden en thans in Afrika,
steekt werkelijk gunstig af bij de beliah-
deling die menige werkman moet verduren
van die poeslieve lui. In Afrika wordt de
slavernij nog gevonden. Ge weet dat dr.
Kuyper daar een kijkje heeft genomen. Eu
daarvan gaf hij getuigenis met deze woor
deni Wat ik in het Noorden van Afrika
»zag, wekte bij mij den indruk, dat die
menschen het even goed hadden als de
«knechts, het soms beter hadden dan de
«eigen kinderen, althans de meisjes.* Deze
slavernij heerschte in vroeger eeuwen ook
op den bodem waarop wij wonen. Hoe deze
er gekomen is Vraag het maar aan uw
onderwijzer op de plaats waar ge woont.
Hij zal het u trouwens op school wel
onderwezen hebben. Slaven werden de
overwonnelingen in den strijd. Ze hadden
geen rechten, alleen maar plichten. Ver
vulden zij de plichten, dan kregen ze voed
sel, anders met de zweep. Energie en levens
moed en levenskracht werd bij den slaven-
stand niet gevonden. Hunne kinderen in
slavernij geboren, deelden in het lot waarin
hunne ouders waren geboren. En liefde
band tusschen ouders en kinderen werd wel
gevonden, maar er werd geen rekening
mede gehouden. De slaven werden gelijk
de paarden en koeien verhandeld. Het
menschelijke dat in den mensch werd ge
vonden, werd totaal vernietigd. Ze werden
overheerscht door de bezitters. Ge ziet
daaruit dat de sociale kwestie niet eerst
in onze dagen bestaat. Toen was er zoo
goed de sociale kwestie als thans. Nu heb
ik u niet te zeggen, wie in de oplossing van
deze kwestie het leeuwenaandeel hebben
gehad. Waar het Christendom zegevierde,
werd de slavernij afgeschaft. M.a.w. de
partij die leefde uit de openbaring. Waar
het licht des evangelies kwam werd de
blijmare ontvangen ook door de slaven.
Hetgeen zoo goed als te gronde was ge
gaan, nl. «het menschelijke in den mensch*
kwam tot ontwaking en tot ontplooiing,
Heer en slaaf buigende voor één en den
zelfden God, die zich in zijn Woord heeft
geopenbaard werkten samen aan de oplos
sing van deze kwestie. Snapt ge niet dat
er met de Christelijke partijen alles .te be
ginnen is waar het geldt de oplossing van
het sociale vraagstuk? Begrijpt ge ook
waarom de zelfvoldane liberalen zoo be
vreesd zijn voor een Christelijk kabinet
Juist de Christenen hebben de historie aan
hun zijde waaruit blijkt, dat ze kunnen en
willen en moeten. Op de periode van sla
vernij hebt ge gekregen de periode van
lijfeigenschap. Sommigen der slaven lieten
zich «het oor doorbooren* en bleven sla
ven. Alle energie was gedood. De lijfeige
nen gevoelden echter dat zij niet in allen
deele zelfstandig konden staan. Vrij waren
zij, maar zij stelden zich onder de bescher
ming van een machtig heer. Het gaf hun
meerdere veiligheid. In deze toestand ver-
keerende, kon het menschelijke in den mensch
tot meerdere ontwikkeling komen. Helaas,
het egoïsme speelde hier weer een groote
rol. Zij, die heer waren, waanden zich lang
zamerhand als mensch de meerderwaardige
en de lijfeigenen natuurlijk de minderwaar
van de weldadigheid moest leven en de
heer liet zich soms meer leiden door zijn
egoïsme, als door het besef, dat hij van
Godswege geroepen was, de lijfeigenen zoo
te steunen gedurende geheel zijn leven dat
hij geheel zelfstandig in zijn lichaamsnoo-
den kon voorzien, ook wanneer hij krank
en oud was. Daaruit is geboren de toe
stand van armenzorg, toen nl. de lijfeige
nen zich tot vrije poorters hadden opge
werkt en de bescherming mistte. De armen
zorg heeft, zoo zeide dr. Kuyper tweeërlei
kwaad gedaan. Zij doodde weer de per
soonlijke energie. De gedachte een soort
genadebrood te eten deed een flinken werk
man, al was hij vrij, pijn. Toen de heeren
het niet meer voldoende deden, ging men
zijn toevlucht nemen, zoowel van de zijde
der rijken als der armen bij den Staat.
De Staat kon in alles voorzien. En toen
de energie weer kwijnden en dreigde ten
onder te gaan, kwam men met de z.g.„Staats-
pensioneering." De lamlendigen juichen dit
van harte toe. Het volk, dom genoeg om
te begrijpen dat dit een klap in hun aange-
zich is, schijnt, althans in liberale kringen
er heil in te zien. Die lamlendigheid vindt
ge juist bij hen die zich zoo gaarne «de
bewuste* noemen. Ik kan me begrijpen,
dat menige patroon zoo'n «lamlendige* niet
gaarne in zijn werk heeft. Zelfs liberale
patroons zoeken Christen-werklieden. Waar
om Het antwoord ligt voor de hand. Ze
hebben bewustzijn van vrijheid, van hun
roeping en plicht en doen, werkende het
geen God hen op de schouders heeft ge
legd. Snapt ge waarom juist van de chris
telijke partijen weer heil voor de oplossing
der sociale kwestie is te wachten Natuur
lijk, omdat dezen het oog niet sluiten voor
de ware nooden en behoeften van den werk
man. De zelfvoldane liberalen of ontevre
dene socialisten brengen geen oplossing.
Ik kom er nog weer op terug.
Mijn hartelijke groeten,
MARNIX.
Grijze haren: «Haarverven bevatten in
den regel het een of andere metaalzout,
dat vooreerst ontsteking van de haarhuid
kan teweegbrengen, ja, op den duur gebruikt
zelfs vergiftigend werkt op alle organen.
Dikwijls bevatten ze ook kinine, wat, op
den duur gebruikt, toch ook niet in het
lichaam thuisbehoort, oorsuizingen bezorgt,
pijn in het achterhoofd, belemmering in het
vlugge denken, enz.
Zeer modern worden tegenwoordig ook
wel de Röntgen-stralen aangewend om het
grijs worden der haren te voorkomenmaar
behalve dat het gebruik hiervan dikwijls
aanleiding geeft tot allerpijnlijkste brand
wonden, bewerken ze ook het uitvallen der
haren
Het beste middel bestaat hier ook weer
in een voorkomen, dat beter gaat dan af
wenden. Daarom, late men zich niet te zeer
terneer drukken door de zorgen en waakt
vervolgens voor een lichte, luchtige hoofd
bedekking en verder drage men met
verstand deze door het noodlot opgelegde
waardigheid. Voor onze dames vooral die
nen nog de volgende wenken in aanmerking
genomen te wordenWe moeten het dragen
van te [zware hoeden vermijden, daar liet
hoofdhaar behoefte heeft aan licht en lucht.
Het gebruik van verwarmde krulijzers is
zeer nadeelig, aangezien hierdoor de haren
verdrogen en onregelmatig verkleuren, ter
wijl ze door het crepeeren licht een roode
tint aannemen.
Tegen het uitvallen van het haar kan
men zonder nadeel citroensap gebruiken:
vooral bij bruin haar. Overigens is aanbe
velenswaardig een mengsel van 15 gram
jaborandi-tinctuur, 9 gram lanoline en 60
gram glycerine. Het kammen en borstelen
mag voorts niet te wild geschieden, en
steeds vange men aan bij de kruin en niet
beneden aan."
Kweek bloemen Bloemen zijn geen weel
de. Bloemen worden door velen nog tot de
weeldeartikelen gerekend.
geeft en onnoodig is.
Bloemen zijn evenwel in verschillende
opzichten zeer nuttig.
Met alle recht beschouwen wij bijv. een
opgeruimd gemoed even noodzakelijk voor
den mensch als de gezondheid; want een
mensch is ook met de beste gezondheid en
den grootsten rijkdom ongelukkig zonder
een opgeruimd gemoed. De geneeskundige
wetenschap heeft dan ook reeds lang ver
klaard, dat bloemen en het verzorgen er
van, in 't algemeen het omgaan er mede,
het gemoed opgeruimder maakt en daarvoor
een uitstekend middel, een opwekkende
verfrissching, een eigenlijk voedsel is.
VOOR DE HUISHOUDING.
Wanneer men vleesch, al is het nog zoo
taai, met de bladeren van de brandnetel
koo/ctdan wordt het malsch, en rauw
vleesch tusschen deze bladeren gelegd, houdt
zich langer dan gewoonlijk goed. In som
mige streken van Frankrijk wordt de visch,
die men bij warm weder verzenden wil, in
brandnetels verpakt; zij zouden daardoor
minder spoedig bederven. In den Reinpalz
gebruikt men ze om niet geheel rijpe
vruchten het spoedigst zacht en rijp te
maken, waartoe de vruchten laagsgewijze
met brandnetels in manden worden gepakt.
Het moet opmerkelijk zijn hoe spoedig de
vruchten de kleur en zachtheid van rijpe
vruchten verkrijgen.
Om eieren lang te kunnen bewaren legge
men ze in verdund waterglas (1 deel wa
terglas met 9 deelen water). De eieren
moeten geheel onder deze oplossing zijn.
Tegen vliegen. De vliegen bezorgen de
menschen tegenwoordig verbazend veel last.
Een heel gemakkelijk en niet wreed middel
is het volgende: men zet hier en daar in
huis schoteltjes klaar met laurierolie. Daaf
de vliegen de lucht daarvan niet kunnen
verdragen, ontvluchten ze spoedig de ka
mer door het geopende venster. Wil men
ze op den duur weghouden, dan dient men
al het houtwerk met deze olie te bestrijken,
en gaat men verven, dan een weinig van
deze stof onder de verf mengen.
OBSERVATOR
ENGELAND.
Tot opvolger van den ontslapen gene
raal van het Heilsleger, is William Bram-
well Booth, de oudste zoon, definitief be
noemd. De nieuwe generaal is geheel met
het Heilsleger opgegroeid. In het jaar
1856 geboren, stond hij zijn vader reeds
op zeer jeugdigen leeftijd als secretaris ter
zijde. Hij was hem in het bijzonder be
hulpzaam, toen hij de Christelijke zending,
waaronder hij zijn werk begon, in het
Heilsleger omzette. De jonge Booth begon
zijD werkzaamheid voor de heilsarmee in
Zweden en op 24-jarigen leeftijd was hij
in het jaar 1880 reeds stadscommandant
van het toenmaals nog kleine legertje.
Gedurende de vele reizen, die zijn vader
ondernomen heeft, leidde William als plaats
vervanger de geheele organisatie.
Hij bepaalde er zich echter niet toe,
alleen een goed bestuurder te zijn van het
geen zijn vader geschapen had. Hij trad
zelf scheppend op en heeft vooral door
zijn werken onder de jeugd veel goeds
tot stand gebracht. Hij riep tal van jon-
gelingsvereenigingen in het leven, ter
behartiging van de geestelijke en lichame
lijke belangen der jeugd. De tegenwoordige
generaal is sinds het jaar 1882 met de
dochter van den in niet-kerkelijke kringen
zeer bekenden dr. Soten gehuwd. Uit
dezen echt ontsproten zeven kinderen, van
wie de oudste vier reeds in dienst van de
heilsarmee staan. Hij staat bekend als een
der beste kanselredenaars, terwijl overal zijn
voortreffelijke karaktertrekken en geestes»
gaven zeer geroemd worden,