EN
ISRIHSEH
I
HET.
Ism3
Zaterdag 6 Juli 1912.
278te Jaargang N". 1778.
voor de Zuidliollaiidsche en Zeeuwsclie Eilanden.
EEESIE U
mmmmw
Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
Zie onze
Opruiming.
tTE Sz.
•zekering
„DE STEK"
ie en soliedste
ir 5124
[to fetters, Re-
bacMües enz. enz.
n spoedig en
(llijk.
lime sorteering.
IGE.
|8 voor
TEER,
lers, Raas, 5154
lui en, enz.
EVE
rten, prijzen-,
Ikende
otterdam. 5>
1297.
Soiled.
liling van oud SS
tegen de hoog- H
2903
lamlsHi
Vooröam C11.
Millioen Guldei
;r koogh
w
uren, inboedels enz.
Isdtik. s 441
SV
its p. 5 ons.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent.
zonder 50
Buitenland bij TOOrnitbétaling met Zondagsblad ƒ7,50zonder f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent.
W. BOEKHOVEN.
SOMMELSD1JK.
Advertentiën 10 cent per regel en */i maal, Reolamea 20 per regel.
Boekaankondiging i Gent per regel en V»maal.
Bienstsanvragen en Bienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Advertentiën -worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nnr.
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever
Dezer dagen lazen we daaromtrent
enkele bijzonderheden, die vermel-
dingswaard zijn, omdat in heel Europa,
ook in ons Land, de vraag aan de
orde gesteld is: wat doet de kerk en
wat moet ze doen in dezen tijd, waarin
de maatschappij geen vriendenkring,
^maar een woelig strijdperk geworden
■4s. Meermalen hebben we in ons Blad
de meening uitgesproken, dat het nog
langer zijn of niet zijn van de kerk
des Heeren onmiddeiijk in verband
staat met het door die kerk al of niet
bespreken van den socialen toestand.
Het sociale leven grijpt de gemoederen
in onze dagen zóó aan, bij oud en
jong, itfan en vrouw, vrije en dienst
bare, dat een prediking, die met al
die toestanden geen rekening houdt,
bij voorbaat al met doelloosheid en
onvruchtbaarheid is geslagen. En daar
om, omdat de denkende koppen in de
kerk dat inzien, rijst ook in Nederland
telkens de verzuchting: laat de kerk
in haar daad en woord voorlichtenj
een weg wijzen, aanmanen, notitie
nemen, in gebed en gezang de nooden
den Heere opdragen in zulke veelbe
wogen tijden als we thans beleven.
Zie naar Engeland, waar de onrust
groot is; denk slechts om de mijnwer
kersstaking en om de transportarbei
ders. En wat doet de kerk daar? Op
Vrijdag 12 April werd te Londen een
groote betooging gehouden, een optocht
voorbereid door den Bond van Soci
alisten in de Anglikaansche kerk, om
ben smeekschrift te overhandigen aan
den bisschop van Londen. Het geschrift
dat aangeboden werd, hield een pro
test in tegen de onzijdige houding der
kerkelijke hoogwaardigheidsbekleeders
tegenover de zaak der mijnwerkers,
't Was een kerkelijke-sociale-processie,
vooraf gewijd in een Godsdienstoefe
ning, waar de Geloofsbelijdenis en de
.Geboden waren gelezen en Ps. 72 was
gezongen. Toen na die plechtige wij
ding met gebed en psalmgezang trok
de ontzaglijke stoet van werklieden,
voorafgegaan door een kruis en van
geestelijken in ambtsgewaad naar het
paleis van den bisschop. Het smeek
schrift werd hem overhandigd, hij
sprak den zegen over de schare uit
en de stoet trok weer ordelijk ieder
naar zijn huis.
Zie daar een bemoeiing van de kerk
met 't Sociale levende werklieden
gingen naar den bisschop, ernstig,
waardig om zijn hulp te vragen bij
de staking, althans om de neutrale
houding los te laten.
Zóó kan 't in Nederland nooitnoch
Gereformeerde, noch Hervormde, noch
Roomsche werklieden kunnen aldus in
'tpubliek optreden: maar dat er met
de voorgangers veel meer dan nu ge
sproken en behandeld moet worden, dat
is toch uit 't Engelsche voorbeeld wel
te leeren.
Er zijn flinke dominees in Nederland,
die hun roeping en taak verstaan.
Hun roeping en taak Is die niet deze
om Zondag op Zondag over de Recht-
vaardigmaking te spreken en over de
Uitverkiezing en over de Zaligheid en
over de Bevinding van 't volk van God.
Onzes inziens niet. Zulk een eenzijdig
prediken zou de dood van alle leven
zijn, de ondergang der Kerk en het
kwijnen der zielen en der huisgezinnen.
Wat Is ons Gods Woord niet gegeven
om er de beginselen van alle leven uit
te leeren Zou de Bijbel 66 boeken
moeten bevatten over de historie aller
volken en van duizenden met name
genoemde personen, als 't den Heere
alleen te doen ware geweest, om ons
den weg der zaligheid te leeren ken
nen Waarlijk, de Heilsweg van Adam
tot Betlehem; van Bethlehem tot Gol
gotha van Golgotha tot den Olijfberg
had dan wel in veel minder bladzij
den kunnen geschreven zijn.
Maar 't heeft den Heere behaagd
66 boeken tot onderwijzing en leering
en opmerking niet alleen over den weg
der zaligheid, maar over de eischenen
beginselen die God aan t menschdom
stelt om tot Zijn eer te leven, te spreken
en te zwijgen, uil te deelen aan gees
telijk en stoffelijk goed, te betalen aan
loon en te schenken aan rust des
lichaams; 66 boeken om de verhoudin-
gen te leeren kennen, ja, zeer zeker in
de eerste plaats van God tot zijn schep
sel voor tijd en eeuwigheidmaar ook
de verhouding van schepsel tot schep
sel hier in dit aardsche leven.
En zoodra de Kerk deze laatste taak
verwaarloost en ze alleen maar over
zonde en zoenverdienste spreektalleen
maar over 't geluk hiernamaalsalleen
maar over de Zielsverhouding tusschen
Jezus en den Zondaar, predikt ze een
zijdig en alle eenzijdigheid in de pre
diking weekt zich ten slotte door de
onverschilligheid, die over de toehoor
ders komt.
De Kerk moet op alle vraagstukken
beslag leggen, die haar leden innerlijk
en uiterlijk beroeren. Zoo krijgt de
Kerk "vat op de harten van allen en
als ze dan, aan wijzend en leidende
te werk gaat, allerlei ziele en lichaams-
nood besprekend en opdragend aan den
troon der Genademet 't oog op Gol
gotha en 't oor naar de sprake Gods
in de historie, dan leeft zoo'n Kerk en
trekt ze 't volk tot zich. Dan wordt
er een Soli Deo Gloria geboren
EenAan U alleen de eere, uit
wien, door wien en tot wien alle dingen
zijn. Dan klinkt in de harten des volks
een »God wil het« en uit volle borst
stijgt de jubel des Geloofs tot de ooren
des Heeren Zebaoth Want U komt op
aarde toe de lof en de aanbidding en
de dankzegging en 't gansche
volk zegge Amen, zoo is heb
Wat een combinatie Wat een ver
binding de Kerk en de Bakkerswet.
We schrijven dit artikeltje expres
na onze twee voorafgaande? Wat
heeft de Classis Zwolle gedaan der
Ned. Herv. Kerk? Ze heeft met een
parige stemmen den wensch uitge
sproken, dat de Overheid een nieuwe
wet make, waardoor den nachtarbeid
in het Bakkersbedrijf wordt afgeschaft.
BravoPrecies wat we willen. De
kerk ook in 't gareel met haar begin
selen.
Nog iets en weer een bravo
De Synode der Ned. Herv. Kerk
heeft een voorstel ingediend tot in
voering van buitengewone classicale
vergaderingen om te bespreken de
gewichtige vragen van dezen tijd,
waartoe natuurlijk ook het sociale
leven behoort.
Deze- weg dunkt ons uitstekend.
Maar, vraagt iemandWil u dan
den socialen strijd op den kansel Wil
u dan op den preekstoel zoo maar
MANTELMAGAZUN
172.
uitgesproken hebben, wie gelijk en
wie ongelijk heeft? Moet de leeraar
partij kiezen tusschen werkgever en
werknemer
Geenszins.
De Kerk, de Synode, de Classis, de
kerkeraad, de leeraar moet uit Gods
Woord, naar haar inzicht de begin
selen putten, waarnaar het stelsel
moet opgebouwd. Maar de Kerk moet
zich niet met uitwerking in hoofd
stukken en artikelen eener wet be
moeien. Dat blijft voor den wetgever.
De Kerk moet het sociale leven be-
studeeren en dan bij 't licht van Gods
Woord aanraden tot of waarschuwen
tegen verkeerde geesten en gevaarlijke
stroomingen.
En wanneer er eens een wetsont
werp komt, dat aan de Kerk geestelijk
afbreuk kan doen, bv. Zondagsarbeid
en nachtarbeid, waardoor de knechts,
de werknemers uit de Kerk blijven,
dan dient ze daar flink tegen te pro
testeeren.
De Kerk behoeft geen propagandist
te zijn voor sociale wetsontwerpen,
maar ze moet haar licht laten schijnen
over de stof, de materie, waarover't
gaat. In Duitschland heeft men ker-
kelijk-sociale conferenties en evan-
gelisch-sociale congressen-. In Engeland
betrekt men de Kerk in de stakingen.
En ook in Nederland ga de Kerk dien
weg opDe Roomsche Kerk in ons
land is al lang op dien weg, adres
aan de bemoeiing der bisschoppen
met de interconfessioneele vakver-
eenigingen. Maar voor 't overige is 't
nog een ongezonde toestand.
Minister Tal ma's Bakkerswet is ver
worpen, en de oppositie in den Lande
werd groot. Wat gebeurt nu? Iets
ongehoords
Mr. Aalberse (R. Kath.) een Kamer
lid, zal een nieuw wetsontwerp in
dienen. Klaar? neen.
De Unie Liberalen (Pafijn Borge-
sius) zullen ook een nieuw wetsontwerp
in den handel brengen. Klaar? neen.
De Christelijk Historische club zal
ook gaan proefstoomen meteen nieuw
Bakkerswetje. Klaar? neen!
De Anti-rev. zullen ook komen met
een dito.
Wat zeg je daar nu eens van?
Minister Talma brengt alle partijen
in rep en roer. Loopen, draven, ren
nen, de een al harder dan de ander
om de Bakkers, eerst weggestooten,
nu te helpen.
Ja, die kiezerskoning met zijn drei
genden vinger naar 1913 .is toch
een machtig mensch. Hoe 't geweten
gaat kloppen!
Of meer idealistisch de zaak be
keken Wat is de democratie toch
heerlijke muziekHoe lokken haar
tonen. Zelfs de Unie liberalen en de
Christ. Historischen moeten er naar
luisteren.
En vooral deze twee partijen hebben
de Bakkerswet om koud gebracht. Nu
komen ze aangalopeeren, bang voor
de gevolgen van hun roekelooze daad,
de verwerping. Wel bekome 't U. De
»slimmelingen« zitten er ook tusschen.
OP DEN UITKIJK.
!-l
1
li
1
edert 1866,
Vernissen,
l-verkoopers rabat.
Telefoon 73.
•g hoek Breestraat.
iaat 6.
Instraat 45.
pen 107.
volgestort.
J
arisen t Credieten, neemt
last zich met den aan-
■n en conpons, sluit be
dien en verricht verder
It het Kassiersvak be-
5538
rente 3"/„
1 MAART 1912
f6.192,263,57
-1.403,258,35
- 270,477.42
De Directie,
■en, J. P. MOENS.
LEEST. Mr. M. MOENS.
lelliarnis en omstreken
KLHABDflI.
EDtPONttRD
jeponeord handelsmerk
A. C. A. Poots.
A. van Eesteren.
L. W. Zaaijer
J. van Oostenferngge.
5679
ÜITOITBB
Telefoon Iatereoan. So.
De Engelsche Kerk en de Sociale
nooden.
Flinke dominees.
De Kerk en de Bakkerswet.
HOOGSTRAAT
Het onrustige geweten.
»Mag dat op Zondag, pa
Wie, die opgroeiende kinderen heeft,
welke met de Wet des Heeren in aanraking
komen, kent die vraag niet
Ge komt er niet af, met den algemeenen
regel te stellen, dat al wat we doen moet
zijn tot eere Gods, inzonderheid op den
Dag des Heeren en dat we van allen slaaf-
schen arbeid ons zullen onthouden
een kind heeft nu eenmaal weinig vat aan
algemeenhedenhet wil een categorisch
antwoord van ja of neen, op kinderlijk-
begrijpelijke wijze »met redenen omkleed.i
En dan zijt ge er niet al
Ge zegt b.v. »neen,« en onmiddellijk
weten ze voorbeelden van een broeder of
zuster, wiens kinderen het wél mogen.
Antwoordt ge dan, dat ieder dit voor
zichzelf moet weten, dan hebt ge de ver
warring in 't kinderbrein slechts vergroot
Het is wet en Gods wet kent toch maar
één uitlegging.
Ik ben blij, dat we niet meer onder den
Paus zitten.
Maar voor 't sabbats-gebod zou ik haast
een zoodanig iemand wenschen, die met
gezag bekleed een j>index« vaststelde van
verboden arbeid en bezigheid op den Dag
des Heeren.
Ge doet dan ook maar 't best, uw kind,
indien immer mogelijk, tot zélfbeslissing te
brengen en het voor de vraag te stellen of
het op déie en géne bezigheid op des
Heeren rustdag, met een vrij en zuiver
geweten 'n zegen van God zou durven
vragen.
't Is en blijft lastig.
Aan den eenen kant moet het kind er
van jongsaf aan wennen, dat het met
den Zondag niet mag doen wat het wil
dat het de Dag des Heeren is, die in bij
zonderen zin Hem afgezonderd en geheiligd
worden moet.
Maar als ge nu dien kant uitstuurt,
liggen er twee klippen.
Daar is gevaar, dat het kind een te groot
onderscheid gaat maken tusschen den eer
sten dag der week en de zes volgende,
meenende, dat die eerste goedmaakt, wat
er op de zes bedorven wordtdat het op
dien sabbatdag vooral zeer nauw moet
worden genomen, om dan de zes andere
dagen de mazen der consciëntie zeer wijd
te kunnen nemen.
Dat gevaar bestaat inderdaad.
Men ziet het aan de grooten.
Daar zijn er, die 's Zondags als 't kón,
driemaal ter preek zouden gaan en 's avonds
nog naar gezelschap maar die door
de week een slordig leven leiden, zoo dat
de oude Adam aan alle kanten door den
mantel der eigengerechtigheid henengluurt.
En er is ook gevaar, dat ge het kind
wilt gaan wennen aan een zoo streng-pu-
riteinsche Zondagsviering, dat het niet slechts
aan uw zondagspractijk, maar aan den
ganschen Zondag een hekel krijgt.
Dan geschiedt onberekenbaar kwaad.
Daarom is 't zoo'n moeilijk punt.
Gelukkig, dat we ook hier de belofte
hebben Indien iemand van u wijsheid ont
breekt, dat hij ze van God begeere!
En zoodra ge bij uw opgroeiende kinde
ren eenig verlangen naar den Zondag ont
dekken gaat, niet, om es lekker lang te
»mafïen« of extra te smullen, maar om met
Gods volk op te gaan naar des Heeren
huis ochdan komt de sabbats
kwestie wel in orde, al willen die kinderen
dan, naar den aard der jeugd, daarover
soms wonderlijke boomen opzetten
Dit is zeker wij zijn wel genoodzaakt,
vanwege de tijden en omstandigheden, de
zaak strenger op te vatten dan onze vaderen
deden.
Ik bedoel dan de 17-eeuwsche vaderen.
Die van de 18e eeuw kwamen onder te
straf Engelsch-puriteinschen invloed weieens
tot sabbatspraktijken, waar de oud joodsche
rabbijnen jaloersch op hadden kunnen zijn.
In de 17e eeuw stond het anders.
Onze contra-remonstrantsche vaderen re
den zonder gewetensbezwaar na kerktijd uit,
om 't hooi te mennen, als er regen dreigde.
God had het niet gegeven, om 't op Zondag
te laten bederven, oordeelden zij.
Ook op ontspannings-gebied was hun
praktijk zéér ruim.
Wij maken er, terechtaanmerking op,
als de Zondag aan voetbal-, fiets-, kaats-
sport enz. wordt »gewijd.« Maar onze vade
ren, in hun dorpen, kwamen na de preek
op de dorpsbank of in de kaatsbaan vaak
samen, om met lichaamsoefeningen zich te
ontspannen.
En 's Lands hooge regeering, die biddagen
uitschreef en boog voor de opperhoogheid
Gods, had vaak de gewoonte des Zondags
na den morgengodsdienst een gewone ver
gadering te houden, om loopende zaken af
te doen, waarbij dan ook de Prinsen van
Oranje hun gewone plaats innamen.
Dat kan nü zoo niet meer.
De toestanden veranderden,
In vroeger eeuw waakte de Overheid er
krachtig voor, dat de Dag des Heeren niet
ontheiligd werd.
Optochten met vaandels en muziek, waar
door de kerkbeurten werden -verstoord en
de kerkgangers gehinderd, waren toen een
voudig ondenkbaar.
Er was ontspanning mèt rust.
Zooals er nu ontspanning is met zenuw-
brekende drukte.
De Kerk gaf den toon aan.
En de Overheid luisterde naar 't advies
der Kerk.
Nu is 't andersom geworden.
De wereld geeft den toon aan. En dit
verschil maakt ook ons optreden geheel
anders. Veel wat anders geen bezaar ont
moeten zou, moeten we ons en onze kinde
ren, uit protest, wel ontzeggen.
En zoo is 't vaak onze plicht, om het
kind op bepaalde vragen ook een bepaald
antwoord te geven, waarnaar het zich op
den Dag des Heeren te gedragen heeft.
Daar is 't een kind voor
Maar och 1 niet meer dan noodig is
Maak er geen j>joodjes« van.
De joodsche »ouden« waren sterk in het
sabbatsgebod en maakten er een soort van
geestelijke sport van.
Schrijven mocht niet. Dat was »arbeid.«
Maar als nu de wandelaar met zijn stok
gedachteloos 'n paar letters in 't zand trok,
stond hij dan schuldig of niet?
Iets dragen mocht niet. Het was »arbeid.<
Maar hoe nu de man, die met een houten
been liep Mocht hij dat meê rondsleepen
op den sabbat Droeg hij dan niet iets
Schapen, met 'n vetstaart, die een soort
wagentje achter zich hadden, om dien staart
voor kwetsing te bewaren mochten
zij op sabbat rondloopen of moesten ze
worden vastgezet?
Gesteld, een kip legde op sabbat een ei,
wat niemand verbieden of verhinderen kon
mocht dat ei gegeten worden of niet
Enzoovoort, enzoovoort
Der vragen was geen einde.
En door al die sabbatskwesties der
j>ouden« haalde Jezus tenslotte een groote
streep, zeggendeDe sabbat is gemaakt
om den mensch en niet de mensch om den
sabbat.
Laten we dan voorzichtig zijn.
Ook met onze kinderen.
De eigengerechtige farizëer schuilt ook in
hun hart.