Zaterdag 1 Juni 1912. 27s ie Jaargang N°. 1768. voor de Znidhollandüclie en ZeeiiwscEie Eilanden. TWgB BLAH Antirevolutionair Orgaan 2 IN HOC SIGNO VINCES Drie Bladen en Zondagsblad. Hotel Restaurant Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent. zonder oö Buitenland bij TOOrnitbetaling met Zondagsblad f 7,50zonder f 4,50 per jaar. Ifzonderlijke nnmmers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent. W. BOEKHOVEN. SOMMELSD1JK. Advertenties 10 cent per regel en Boekaankondiging 5 Gent per regel en 4/i Reclames SO per regel, aal. DienstfianTragen en Dienstaanbiedingen 50 Gent per plaatsing. Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever Dit nummer bestaat uit In en buiten de Kamer Rotterdam. DINERS 60 centen hooger. LOGIES MET ONTBIJT 1 en 1 25. Aanbevelend, I R. C. F. IA. LEE-Mooneil. Bijenteelt. Reclames, Mededee- litigen enz. (20 Cents per regel.) Plaatselijk Nieuws. Middelharnis. Tusschen Zondag en Maandagnacht is door onbekende oorzaak afgebrand de kolosale bouwschuur van den heer J. Kardux en een schuur van W. Nieuwland, hoewel de brandweer spoedig aanwezig was, kon men alleen de belendende gebouwen sparen. §tad aan 't Haringvliet. De vorige week werd een kind van M. de W. door een wagen overreden Geneeskundige hulp moest worden ingeroepen. Den Bommel. Het onderzoek der ver lofgangers zal plaats hebben op Woensdag 20 Juni a.s. Ooltgensplaat. De op Dinsdag 21 dezer ingelijfde lotelingen G. M. Tiggelman C. Pipping en M. Vermaat zijn ingelijfd resp. 6e Reg. Inf. Breda, 4e Reg. Vest. art. Hellevoetsluis en 4e Reg. Vest. art. Den Helder. IJITGEYEB Telefoon Intercom». No. 2. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nnr. Amice Ge hebt meermalen een reisje per spoor gemaakt, hetzij voor zaken, hetzij voor plei ter. In het laatste geval kijkt ge uit om de schoonheid van het land te bewonderen. Alleen hindert het u, dat zoo af en toe de nuchtere opmerking wordt gemaakt, >mooi weer menheer*, of iets dergelijks. Al zou het alleen maar zijn om aan- zulke woorden te ontkomen, is het aanbevelens waard met een sneltrein te reizen. Ge hoort deze op- en aanmerkingen alleen bij de hoofdstations. Toch hebt ge voor ge not op reis zijnde, er zelden aan gedacht dat de groote mannen voortdurend aan het vervoermiddel denken, dat gij voor genot gebruikt, en voor ontspanning, terwijl het hen hoofdbreken kost. In de 2de Kamer komt telken jare de kwestie van het spoor wezen te sprake. Mr. Smeenge heeft gewoonlijk een doos vol klachten. De aansluiting is niet goed, de tijd van vertrek en aankomst evenmin, de prijzen zijn te duur enz. enz. Dan be looft ZEx. dat hij met genot den geachten afgevaardigde van Meppel heeft gehoord, en dat hij diens woorden in ernstige over weging zal nemen. Nu, we weten dat mr. Smeenge geen scheppende geest is, en dat dit werk hem telke jare weer wacht. Klacht op klacht kan hij uiten, en hij is weer tevreden dat hij iets heeft kunnen zeggen. 'tZou ook wat wezen, als de kiezers in het district Meppel hun afgevaardigde nooit hoorden, 't Is echter niet alleen de jaarlijksche schoonmaak, welke de aandacht vraast. Ge weet dat in ons land maatschappijen het spoorwezên exploiteeren. Het rijk heeft on getwijfeld groot belang bij een goede exploi tatie, reden waarom het niet karig is met groote kapitalen te storten opdat de maat schappijen alles in orde kunnen houden, en het spoorwegnet uitbreiden. Meermalen is er verzet aangeteekend tegen de wijze van exploitatie. Reeds in 1908 heeft dr. Bos in de Kamer te sprake gebracht de kwestie of het niet gewenscht was, dat het rijk alle lijnen aan zich trok, en de nieuwe voortaan door het rijk liet aanleggen, zoodat geheel het spoorwezen een zaak van den staat werd. M.a.w. weg met de maatschappijen en daarvoor in de plaats Staatsexploitatie. Deze kwestielieeft de heer Treub weer in de kamer ter sprake gebracht. Hij is groote voorstander van Staatsexploitatie, en heeft Jieel veel aan te merken op de zaken gelijk zij nu loopen. Lettende op den gang der zaken, achtte hij den tijd gekomen, dat er ingegrepen moest worden. Of hij goed heeft gezien? Terwijl ik u dezen brief schrijf heeft de stemming voor de motie. De Kamer, van oordeel, dat beëindiging der spoorweg over eenkomsten van 1890 in het belang van Rijksfinanciën noodig is, gaat over tot de orde van den dag, door den heer Treub in gediend, nog niet plaats gehad. Als ik u zeg, dat er Kamerleden waren die den heer Treub den raad gaven de motie in te trek ken, en den minister de vraag te doen of hij bereid is, en onderzoek in dezen in te stellen, zult ge kunnen begrijpen dat er niet veel kans is, dat de motie wordt aangeno men. De Minister is geen minnaar van Staats exploitatie, zoodat gij voortaan nog niet in een Staats-koets vervoerd zult worden. Een eigenaardig geval heeft mijn aan dacht getrokken, nl. het dispuut over het begrip „objectief" en „subjectief." Uit mijn brief zult ge begrepen hebben dat het rijk groot belang heeft bij het be heer der gelden, wijl het rijk millioenen aan de maatschappijen voorschiet. Zoo doende houdt het rijk steeds een oog in het zeil. Daaraan is de motie van den heer Treub te danken, gelijk voorheen anderen op hetzelfde aanbeeld hebben geslagen. 't Eind was telkens, dat er een commissie werd benoemd om de zaken te onderzoeken. Zulk een commissie was er geweest, be staande uit 16 personen. Op die commissie had de heer Treub heel wat aan te merken. Waarom Omdat er 9 personen zitting in hadden, die bekend stonden al te zijn tegen staatsexploitatie, en 7 waren er voor. Het onderzoek kon niet objectief* ge weest zijn. Zoo gaat het gewoonlijk. Als men zijn zin niet krijgt of kan krijgen, ligt de oorzaak in het feit dat de zaak niet objectief* maar subjectief* is onderzocht. Ware het maar juist andersom geweest, dan was het klaar. Over die beschuldiging heeft hij, en zeer terecht, heel wat moeten hooren. 't Schijnt wel alsof de 7 voorstan ders van Staatsexploitatie groote kwajon gens waren, en de 9 tegenstanders echte mannen van Stavast. De heer Doorn heeft hem eenige tikken gegeven, om u een der Kamerleden te noemen. Weet ge, van wien hij echter de meest gevoelige tikken heeft ontvangen Van Z.Exc. den Minister van Waterstaat. Volgens het analytisch verslag sprak min. Regout het volgende: Bekend is dat de heer Treub met buitengewoon talent de pen hanteert, soms pennen weet te bezigen met zeer scherpe punt, maar toch blijft binnen de grenzen van een hoffe lijke elegantie, welke geheel overeenkomt met zijn ganscke persoon. Spreker betreurt het, dat de heer Treub die loffelijke ge woonte in zijn brochure liet varen en meent den heer Treub dit compliment te moeten maken dat wanneer die brochure geen onderteekening had gedragen hij het on mogelijk zou hebben geacht, dat deze die artikelen had kunnen schrijven. De heer Treub is niet verrukt over de samenstelling der Staatscommissie. De benoeming ge schiedde vóór sprekers optreden en vond de Minister die samenstelling minder ge lukkig, dan zou hij er over zwijgen. Maar hij acht die samenstelling juist zeer geluk kig; men bracht mannen van kennis en talent bijeen, van wie een onpartijdig on derzoek ware te verwachten. Niemand ware aangewezen om op te treden als voorzitter dier commissie, dan wijlen de heer de Marez Oyens, van wiens rechtschapenheid men kon verwachten, dat in die commissie elke richting tot haar recht kon komen. Men wist dat hij de spoorwegovereenkomsten een succes, maar niettemin een ernstig on derzoek noodig achtte. De heer Treub is niet ingenomen met de samenstelling der commissie. De Minister neemt hem zijn cri- tiek niet kwalijk, want hij kon het niet helpen. Buitengewoon geleerde monschen hebben wel eens een idee flice, een stokpaardje. En dit berijpt de heer Treub ookhij ziet niet anders dan Staatsexploitatie en acht iedereen een bekrompen individu, die het niet met hem eens is. Dan deugt de com missie natuurlijk niet, wanneer er niet de verlichte menschen inzitten die den heer Treub aanstaan, en wanneer niet als voor zitter dier commissie de eenige man in Nederland optreedt, wien cijfers, die zekere beruchtheid genieten, naar het oordeel van den heer Treub, vertrouwen genieten*. Mij dunkt daar kan hij het mede stellen. Als ik u nog zeg dat ZEx. nog sprak, dat »de heer Treub blijft doorhollen met zijn puik-pillerige aanbeveling van Staats exploitatie* dan zult ge verstaan, dat ZEx. geen persoon is die zich door een profes sor de kaas van zijn brood laat eten. Wanneer gij nu voortaan voor genot op reis gaat, hoop ik dat deze brief u niet zal hinderen, omdat de gedachte bij u leeft, dat terwijl GIJ geniet, de heer Treub op zijn stokpaardje blijft doorhollen. We weten wat we hebben, maar niet wat we krijgen, als de heer Treub zijn zin kreeg, Concur rentie acht ik zeer goed. Als er geen con currentie in dezen is, vrees ik dat de ver voermiddelen er niet beter op worden. Mijn vriendelijke groet, MARNIX. Gedempte Boerensteller 33A, 33B Direct nabij de Hoofdsteeg, Wij willen nu de vraag behandelen, hoe men het zwermen kan beletten of tegen houden. In den gewonen strookorf, waarin men de bijen niet voldoende kan bewerken, is het om die reden ook moeilijk het zwermen tegen te gaan. Dit is tot op zekere hoogte slechts mogelijk door toepassing van eenige algemeene middelen. Ze "sijn de volgende 1. Men plaatse de korven in de schaduw en luchtte en verkoele tijdens den grooten honigoogst zooveel mogelijk groote hitte toch zet de bijen tot zwermen aan. 2. De sterke en zwakke koloniën verwissele men van plaats, de eerste zullen dan heur uit vliegende werkbijen verliezen, waardoor de zwermlust zal verminderen. 3. Men geve den bijen werk en ruimtemen zette daar toe hoogsels onder, nog beterboven den korf. Het plaatsen van hoogsels moet zoo wel bij kasten als bij korven, alleen bij hooge temperatuur geschieden, en ook al leen dan, wanneer korf of kast reeds ge heel bevolkt is. Het beste tijdstip van den dag isop den middag als veel bijen zijn uitgevlogen. Is het hoogsel met honig ge vuld dan vervange men het direct door een ander. 4. Het darrenbroed snijde men herhaaldelijk den kop af, met een lang en scherp mes. Zonder darren of mannelijk broed zal een volk nooit zwermen. 5. Even eens vernietige meD alle acht dagen de moerdoppen (moeder- of koninginne-cellenl, maar ieder vaste-bouw-imker weet, dat het onmogelijk is in zijn korven al de moêidoppen te vinden. 6 Voorts kan het aankweeken van darren worden belet door de raten met groote cellen uit te snijden en te vervangen door raat met fijn werk. Dit is echter ieders werk niet, maar die het ernstig wil, kan het wel uitvoeren, 's Morgens keert de imker den korf om, drijft de bijen met een weinig rook naar binnen, snijdt dan de raten met groote cellen met een mes weg en vervangt ze door stukken met kleine cellendeze stukken maakt hij met dubbele haakjes aan de wanden van den korf of aan de nevenliggende raten vast,- de bijen bevestigen ze aan de oude raten, zoodat de haakjes na eenigen dagen kunnen worden weggenomen. Bij lossen bouw, in kasten, kan men gemakkelijker te werk gaan. Ook hier kan men genoemde verrichtingen toepassen, maar men doet dit op een andere manier. Ie. Het aankweeken van darren gaat men tegen ten eerste door het gebruik van kunstraat, verder door het verwijderen der darrencellen uit het broedaest en het af snijden der koppen van het darrenbroed. 2e. De moedercellen vernietigt men om de acht dagen. Dit gaat beter dan in een korf. Als men nauwlettend toeziet en bij gestaan wordt door een helper, dan zal niet licht een moêrdop aan het oog ont snappen. Twijfelt men nog, dan strijke men de bijen geheel van de ramen af. 3e. Op tijd moet men de woning vergrooten. Het achteruitschuiven der ramen met honig zonder broed en het tusschenplaatsen van ledige ramen moet verscheidene malen achtereen gedaan worden, vooral wanneer de bijen zwermlustig zijn. Op de verticale kasten met hoogsels zet men ook de honig- zolders, maar als de warmtegraad hoog, de bevolking sterk en de groote honingoogst daar is. Opdat de bijen beter in het hoog sel zullen gaan, zetten sommige imkers een raam met broed in den honigzolder; de bijen, die het broed blijven verwarmen, bezetten aldus het hoogsel. (Wordt vervolgd.) Hoevele menschen hooren wij iederen dag zich beklagen over hun slechte gezondheid, zoo wel onder lien die ons vreemd zijn, als onder hen met wie wij van nabij omgaan. Bestaat er dan geen middel voor hun kwaal? Welzeker doet het dit, maar een noodlottige aarzeling houdt hen tegen nog een proef ta nemen, terwijl zij er dikwijls reeds zoo vele vruchteloos hebben genomen. Aan die ongelukkigen die zich aanhoudend en terecht beklagen over hun treurig lot, houden wij de loftuitingen en de tevredenheid votjr van hen die den goeden inval hebben gehad de Pink Pillen te beproeven en daardoor spoedig vaB hun lijden zijn verlost, zooals dit altijd gebeurt wanneer men zich bedient van dat zoo werktfadig genees middel. Mejéf. J. G. Bouquenon. Mejuffrouw Jl-Q. Bouquenon, geboren Bavius wonende te 'sjGravenhage, Korte Groenewegje 79, heeft ons hét volgende geschreven „Sedert langen tijd was mijn gezondheid zeer afgenomen ik had er niet voldoende op gelet en zoo kwam er een dag dat ik, geheel verzwakten volkomen blo^darm, in zulk een toestand ver keerde dat ikjhet bqna onmogelijk achtte er ver andering in té brengen. Mijn leven was dan ook ondragelijk voor mij geworden. Ik was zoo zwak dat ik niet meer kon werken. Ik was uitgeput en meermalen bleef ik geheele dagen in een soort van verdooving. Ik ben meerdere malen vele da gen te bed moeten blijven. Ik at slechts zeer weinig doordat mijn maag ais't ware gesloten was en ik kon dientengevolge niet op krachten ko men. Na vele versterkende en andere middelen gebruikt te hebben, was ik nog even ver en ik wist niet meer wat te doen. Gelukkig is mij toen het gebruik der Pink Pillen aangeraden en bij deze heb ik heil gevonden. Zoodra ik de Pink Pillen heb genomen, heb ik mij beter gevoeld en door vol te houden, hebben ze mij krachten en gezondheid weergegeven." Verkrijgbaar a f 1.75 per doos, en f9 per zes doozen, bij het Generaal Depot der Pink Pillen, Van Eeghenlaan 22 Amsterdam. Voor Goedereede en Overflakkee de Fa. DIJKEMA DOOKNBOS te Sommelsdijk. Sommelsdijk. Het onderzoek der ver lofgangers der Militie te land, die in het verlofgangersregister dezer gemeente inge schreven zijn, zal worden gehouden te Middelharnis op het Kerkplein, aan het einde der Voorstraat, op 19 Juni 1912, n.m 3 uur. Tegen de minderjarigen J. R. en J. K, is proces-verbaal opgemaakt wegens diefs'.a! bij den heer H. Timmer. De keuringsraad zal voor deze ge meente zitting houden te Middelharnis, in de Ambach'sschool, den 17 Juni 1912, v.m. 9 uur. De verlofgangers der Landweer, in hel verlofgangersregister dezer gemeente ingeschreven, die 7 jaar bij de Landweer hebben gediend zijn verplicht de hun van Rijkswege verstrekte wapenen enz. in te leveren te Middelharnis in de Bewaarschool op 11 Juli 1912, n.m. 12.45 uur. Donderdagmorgen sloeg van den heer S. Gazan een hit op hol. Deze werd spoedig gegrepen zoodat ongelukken niet voor kwamen. De milicien E Knape is tegen Dins dag 4 Juni a.s. v.m. 10 uur opgeroepen om voor heeren Ged. Staten een herkeuring te ondergaan. Van M. de Haas moest een koe in nood geslacht worden. Voor de consumptie is ze goedgekeurd. Ter gemeente secretarie ligt ter inzage een verzoek met bijlage van P. Bouma, machinesmid, om vergunning tot het plaat sen van een petroleum-motor van 5 paar- dekracht in zijne smederij, gelegen aan den Dorpsweg op het perceel kadastraal bekend, sectie B, no. 1665. Op Donderdag, 13 Juni 1912 v.m, 10 uur zal er in het ge meentehuis gelegenheid bestaan om be zwaren tegen dit verzoek in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten. In de vlammen zijn omgekomen een paard, een hit en een kalf. Assurantie dekt de schade. Wegens geringe belangstelling is de voorstelling van het muzikaal Duo Rotowsky welk gezelschap Maandag bij den Heer Meijer zou optreden, niet doorgegaan en zijn ze dienzelfden dag nog vertrokken. Maandag kregen buren op den Oostdijk twist met elkander 't welk al spoedig in een vechtpartij ontaarde, waarbij beiden elkander bloedende wonden toe brachten. Met 2e Pinksterdag heeft de tramboot ongeveer 2000 personen vervoerd. Op het gehouden concours te Krim pen a/d Lek heeft de muziekvereeniging alhier de 3e prijs in de ie afdeeling be haald en de zangvereeniging de ie prijs in de 3 e afdeeling. Donderdag lag van P. Peeman Dz. een varken dood in het hok 't welk vcor hem zeer zeker een schadepostje opleverde. Donderdag terwijl den heer v. H. met zijn stoomfiets aan Rottenburg reed werd hij door voorbijgangers opmerkzaam gemaakt dat de vlam uit zijn Machine vloog. Na er f'.uks afgesprongen te zijn wierp hij de fiets in de sloot, zoodat hij ontploffing voorkwam, doch de machine was geheel vernietigd Tegen A. T. van Middelharnis is procesverbaal opgemaakt wegens overtreding der rijwiel- en motorwet. Bij het slootje springen had het zoontje van S. van Nieuwaal het ongeluk zijn pols te breken. Het Roodvonk in het gezin van Jan Hobbel, is door den Plaatselijken geneesh. als geweken verklaard. De landweerverlofgangers die in 1912 aanspraak kunnen doen gelden op ontslag uit den dienst moeten hun wapenen, klee-

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1912 | | pagina 1