I
Zaterdag 25 Mei 1912.
27sle Jaargang JN°. 1766.
EERSTE BLAD.
'IDE
mé
Antirevolutionair
Orgaan
voor de Zuidhollandsclfte en Zeeuwsehe Eilanden.
Z00N
mm s
IN HOC SIGNO VINCES
W. BOEKHOVEN,
in tig
•oedels enz.
|eu wing
ten der
elk uit
koorten
door de
5497
izase.
|>"8lsnier!i
lUth.
n brogSfe.
In.
Ibrieven uit
I °/o- plus
an ƒ2500
en ƒ100,
■e der Bank
5371
IK
ERS.
zich beleefd
2981
arnalen
den laagst
tvoering.
Rotterdam.
Mam,
ran oud
e hoos-
2903
rsdeslten
Slagers) bij
Udijk.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent.
zonder 50
Buitenland bij vooruitbetaling met Zondagsblad ƒ7,50; zonder 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nnmmers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent.
SOMMELSDIJK.
Advertentiën 10 Cent per regel en s/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */s maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nnr.
Alle stukken voor de Redactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgrever.
ij die zich nu abonneeren, ont
vangen de nog in deze maand
verschijnende nummers gratis.
Het antirev. standpunt ver-
r laten bij de Bakkerswet
Al maanden lang was 't te voorzien,
dat de. Bakkerswet voor alle partijen
een kruidje-roer-me-niet worden zou
dat er in de partijen door die wet
een klove zich zou openbaren. Rechts
zou verdeeld zijn en evenzoo Links.
Rechts werd dat ontwerp vroeger al
reeds een twistappel genoemd en bij
Links was 't niets minder.
En zelfs is nu reeds beweerd met
een zekere blijdschap oftewel zuur
zoete hatelijkheid, dat minister Talma
door de Socialisten is gered en zijn
eigen partij genooten hem lieten zitten,
wat dan weer diende om te bewijzen,
dat we als Coalitie niet steunden ol
stoelden op één wortel des Geloofs
en we 't met elkaar in den grond der
zaak glad oneens zijn, wat dan weer
diende om te betoogen, dat we met
de leuze: »Tegen de Revolutie Het
Evangelie« volksmisleiders waren, om
dat Talma met de Revolutionairen,
dat is, met de Socialisten zijn Bakkers
wet er door kreeg en de mannen van
»'t Evangelie** den broeder in den steek
lieten.
We komen op dat beweren terug
en zullen aantoonen, dat het oude
standpunt gehandhaafd bleef.
Eerst echter merken we, dat bij
Links nl. Unie-liberalen en Vrijzinnig
democraten dezelfde scheuring zich
openbaarde en dus hun »Rede« net
zoo min een zuiver kompas was als
ons »Evangelie«dat van Linksche
zijde dus geen aanmerking gemaakt
mag worden op den scheur rüj Rechts.
Ook zij waren in eigen boezem ver
deeld. Bij alle gewichtige amendemen
ten vielen alle partijen uit elkaar,
uitgezonderd de Socialisten en de zoo
hoog geroemde democratie der Unie
liberalen liep even leelijk in den kijkerd
als de bekende conservatieve begin
selen bij sommigen van Rechts.
Verwijten van Links aan Rechts of
andersom komen niet te pas: pot en
ketel moeten maar geen praatjes ver-
koopen over eikaars zwartheid. Bij
Links is 't nog de. Redebij Rechis
nog de Openbaring èn de Rede. Bij
Links nog de Revolutie als wortelidee
bij Rechts nog 't Evangeliehoewel
bij de Bakkerswet alle partijen uit
elkaar gedreven werden.
En waarom Omdat hier een andere
antithese in 't spel was. Er is zoovelerlei
antithese. Er is er een tusschen Geloof
en Ongeloot. Tusschen Kapitaal en
Arbeid. Tusschen Revolutie en Evan
gelie. Tusschen Gezag en Anarchie.
Tusschen Democratie en Conservatis
me. Tusschen Rechtsstaat en Over
heidsdwang.
Bij de Bakkerswet was 't Democratie
tegen Conservatisme of is die tegen
stelling U te kras dan was't Rechts
staat en Overheidsbemoeing.
De Rechtsstaat eischt de vrijheid
den natuurlijken loop der zaken
maar de Overheidsdwang bindt de
vrijheid van knechts, van patroons,
van 't bedrijf en eischt onderwerping
aan Staatsvoorschriften.
En bij de stemmingen bleek nu,
neen volstrekt niet! dat de Coalitie
niet meer één is in Worteldenkbeeld
't Geloot aan Gods Openbaring als
richtsnoer van alle levenook niet,
dat de Liberalen bekeerd zijn van hun
Verlichte Rede, maar 't bleek, en niets
anders bleek, dan dat in alle partijen
voorstanders zijn van den Rechtsstaat
en dus van de vrijheid van bedrijf,
terwijl er ook waren, die voorstanders
zijn van den Overheidsdwang en dus
't bedrijf willen regelen en schoeien
naar Staatswetten en voorschriften.
Is het antirevolutionaire standpunt
nu verlaten? Naar 't inzicht, dat wij
in die beginselen hebben, zijn alle
voorstanders der wet in de rechte lijn en
zijn de tegenstanders van onze beginselen
afgeweken.
Het antirevolutionair beginsel heeft
in de Sociale kwestie, die al een
veertig jaar in de Kamer aanhangig
is, nooit anders op den voorgrond
gesteld dan de Overheidsbemoeiing
in sociale zaken, een dwang tot bescher
ming van mannen, vrouwen en kinde
ren, die in de worsteling tusschen
Kapitaal en Arbeid onderliggen.
En nu moge men zeggende antirev.
partij moet voor de verdrukten optre
den en niet voor de patroons; moet
voor de knechts optreden en 't bedrijf
vrijlatenons is geen enkel artikel in
Ons Program bekendnoch eenige
uitspraak van een Congres, noch eenige
handeling van een rechtsch Kabinet,
waarin 't bedrijf gespaard is gebleven.
Men kan geen sociale wet maken voor
de knechts of men tast onmiddelijk het
Bedrijf, 't Heele Bedrijf wordt aange
raakt met al zijn reilen en zeilen.
Elke wet, die een knecht bevoordeelt
hetzij door betere inrichting der werk
plaatsen, hetzij door afschaffing van
Zondags- en nachtwerkhetzij door
verbod van vrouwen- en kinderarbeid
enz.tast onmiddelijk't heele Bedrijfaan.
En wilt ge niet, dat de Staat 't Bedrijfs
leven regele; wilt ge den Staat laten
toekijken laat dan de Staatzijn handen
maar afhouden van allen, die bescher
ming noodig hebben, dan kunnen alle
Sociale wetten wel in den doofpot.
Van tweeën één Of de Staat moet
niets doen maar dat is niet antire
volutionair. Of de Staat moet de
knechts helpen en dan grijpt ze onmid
delijk aan 't Bedrijf, al liet men de
patroons totaal vrij.
Volgens ons inzicht is minister Tal
ma volkomen op de lijn der antirevo
lutionaire beginselen en geen woord
van verwijt zal over onze lippen komen
Willen andere Rechtsche Bladen hem
treffen't blijve voor hun rekening.
Maar wij brengen Talma op ditpuDt
onze hulde.
Met leege handen.
In ons artikel over Grondwetsher
ziening klaagden we, dat de stembus
van '13 een treurige verwarring zou
opleveren, als men zich niet haastte
te gaan ontvouwen wat men wilde.
Zoo b.v. met de Grondwetsherziening.
Er wordt te hooi en te gras over die
Herziening geschreven, maar wat en
waarom men de fundamenten ont
wrichten wil: niemand heeft er nog
houvast aan. 't Kiesrecht, 't Onderwijs,
de Verhouding van Kerk en Staat, de
Legerorganisatie enz. allemaal funda-
menteele staatsstukken, daar men al
lang aan knabbelt, hebben voor nie
mand nog een oplossinkje zelfs gevon
den. En toch roept men nu al, zonder
kennis van de veranderingen: de
Grondwet moet veranderd en in 1913
moet Herziening op den voorgrond?
Wat moet herzien? De kiezers tasten
nog in 't duister, 'tls wel treurig.
Maar 't wordt nog treuriger.
Dezer dagen lazen we deze uiting
van liberale zijde:
Tegenover klerikalisme stellen
we in de eerste plaats ons anti
klerikalisme. Dan staan we reeds
gelijk met de tegenpartij.
En dan?
En dan gaan we eens kijken
of er niet eenige dingen te vinden
zijn, die we op 't gemeenschap
pelijk program kunnen plaatsen.
Ooit zoo'n politieke waaghalzerij
gezien
De Liberalen kunnen 'tmet elkaar
niet eens wordenze kunnen geen ge
meenschappelijk stembusprogram bij
elkaar krijgen. En wat is nu't advies
Studeeren op zoo'n program; zoeken
en nog eens zoeken? Neen: men zal
met leege handen bij de kiezers komen,
men zal in '13 zeggenkiest ons maar
en als de clericalen weg zijn, en wij
Liberalen hebben 't weer gewonnen,
dan zullen de nieuwe liberale Ministers
de kip verder wel plukken en snijden.
Als ze maar vast aan de Groene Tafel
kunnen komen en de Anti's eraf, dan
is 'tgoed.
Treurig! wat een advies.
Met leege handen voor de kiezers.
Socialisten, oud Liberalen, Vrijzinnig-
Democraten, Unie-Liberalen in één
Bond, in één Concentratie maar
zonder program! Als Rechts geslagen
is, zal men wel eens zien, hoe 't loopt.
Ook politiek van den kouwen grond I
Flesschentrekkerij, mijnheer! anders
niet.
Arm Vaderland, aan zulke tinne
gieters overgegeven.
Dat gaat 1905 achterna: 4852,
hi, ha, ho. En in 1908 lag dat mooie
Kabinet de Meesters al op zijn dooie
rug. Socialisten en Vrijzinnig-Demo
craten met onze Anti's hebben 'tmet
trommelslag zoDder rouwfloers erom
begraven
OP DEN UITKIJK.
Land- en Tuinbouw.
Overgang van Landbouw in
Tuinbouw.
:i
tl
isr
S44-1
IS.
,ereu.
lr
5679
bij deze aan
idbouwers, dat
iderijen welke
zuiver uit te
luizen met of
verzekert te
Inscht.
:e inlichtingen
IELSDIJK
taanden ge-
UITGEVER
Telefoon Intercom». Bfo. 3.
z
»De« vraag wordt straks, wat »zij« doen
zal.
Of 't »aan< zal zijD, of *af«.
Maar ik heb 't nu niet over een frisch-
wangige maagd, die een aanzoek kreeg en
nu binnenkort beslissen moet.
Ik heb het over de alleszins zeer deftige
bejaarde, s'emmige Eerste Kamer der Sta
ten Generaal.
Al ontbreekt mij alle gezicht in de toe
komst, toch durf ik aannemen, dat de
Tweede Kamer der Staten Generaal de
»Bakkerswet« aanneemt.
Het zal mij genoegen doen.
Zonder bezwaren ben ik niet.
Maar van nabij heb ik den verwoesten
den invloed van den nachtarbeid kunnen
gadeslaan ik herzeg dat ik blij ben, als
daar straks een eind aan komt.
Doch die blijdschap is >gemengd«.
In de politiek moeten we maar geen ver
stoppertje spelen, en ik zou driemaal zoo
blij geweest zijn, als de meerderheid, die
straks naar alle waarschijnlijkheid de Bak
kerswet aannemen zal, op Jandere wijze was
samengesteld.
De »Notenkraker« van de S. D. A. P.
had een plaatje, waarop de 2>rooden« mi
nister Talma beschermend onder den arm
nemen en dreigend de opdringende mannen
der Coalitie op een afstand houden.
Natuurlijk zeer overdreven.
Toch is het waar, dat zonder de hulp
der sociaal-democraten minister Talma's
wetsvoorstel al driemaal tegen den grond
gelegen zou hebben, eer 't aan de eind
stemming toe was.
Nu kan de Coalitie 'n stootje velen.
En aan den anderen kant slaat of valt
onze partij niet met de Coalitie.
Maar op 't oogenblik leven we dan toch
min in de Coalitie-jaren en als het Ka
binet op de voornaamste punten van zijn
regeeriDgsbeleid niet laLger op de Coalitie
rekenen kan, dan heeft het den vasten grond
onder zijn voeten verloren en waggelt voort op
het drijfzand eener toevallige meerderheid.
Dat is het begin van het einde.
De historie leert ons dat.
En de »oude« Heemskerk uit de 6o-er
en 70-er jaren mag er van mee praten,
dat het regeeren zonder vaste meerderheid
op den duur toch spaak loopt.
Edoch geen zorgen voor den tijd
De Tweede Kamer zal denkelijk de Bak
kerswet wel aannemen en reeds nu houdt
meu zich bezig met de vraag, wat de Eerste
doen zal.
We zijn niet in Engeland.
Daar zou deze vraag reeds aanleiding
gegeven hebben tal van weddenschappen
en met de week zou dat wedden feller ge
worden zijn.
Zoo doen wij niet, maar de belangstel
ling zal er niet minder om zijD.
Er is hier niets te profeteeren.
Ja, als een j>rechtsche< meerderheid in
de Tweede Kamer de Wet aannam dan
zau niemand zich bezorgd maken
Maar dat is nu zoo niet!
'tZal een >gemengde« meerderheid zijn
.en of de Eerste Kamer stemmen
zal voor een Wet, die in de Tweede met
zooveel enthoesiasme door de sociaal-de
mocraten is begroet daar kan men drie
vraagteekens achter zetten
Ja, in sommige bladen is men al zoo
ver gegaan, de meening uit te spreken, dat
de Eerste Kamer wis en zeker verwerpt.
Och, zegt men, de tegenstanders hoeven
zich niet druk te maken
Ze kunnen minister Talma gerust de
zegepraal gunnen, dat hij met dezen voet
bal door hun gelederen heenbreekt, zoo-
dat het al den schijn heeft, dat hij 'n
punt maken zal ze hebben een
»doelman« staan, de«. Eerste Kamer, die
den bal op 't laatste oogenblik toch nog
wegwerkt
En dan kijkt Talma op zijn neus
Ik vind dat dwaas gezegd.
Vraagt men mij, of ik niet geloof, dat
de Eerste Kamer met de zakken vol be
zwaren zal komen aandragen, dan antwoord
ik rondweg van ja 1
Daar ken ik de heeren wel voor.
En er zijn ook groote bezwaren
De vraag is maar hoe groot en hoe tal
rijk de bezwaren mogen en moeten zijn,
zal deze Kamer daarom een Wet afstemmen.
De Eerste Kamer toch is er niet, om
't werk der Tweede nogeens dunnetjes
over te doen. Dan konden wij haar mis
sen Eén Kamer kan een wet alzoo
leelijk bederven en verminken: Twee kun
nen haar nog al slechter maken, 't Is dan
ook maar goed, dat de Eerste Kamer
mist het recht van amendement en ik hoop,
dat ze 't nooit krijgt ookl
Dat de Eerste Kamer een wet verwerpt
moet hooge uitzondering blijven.
Zelfs als zij ernstige bezwaren heeft,
moet zij zich tienmaal bedenken, eer ze
tegenstemt. Zij moet vooral het hoofddoel
in 't oog houden En waar dat haar
sympathie heeft, moet ze over vele bezwa
ren kunnen henenstappen.
Waar zou 't anders heengaan?
De E.e Kamer telt vijftig leden.
Als nu 5 leden bezwaar hebben tegen
art. 1 vijf anderen tegen art. 2 enz.
dan zou tenslotte een Wet van 10 artike
len met algemeene stemmen verworpen
worden, indien elk lid zijn bezwaar den
doorslag geven liet.
Men moest die Eerste Kamer wat meer
met rust laten. Waarlijk, de heeren daar
zijn oud en wijs genoegzij weten hun
politieke wetje wel. Als zij de Bakkerswet
afstemmen, dan komt er van de afschaffing
om den nachtarbeid in geruimen tijd niets.
Dat is de hoofdzaak der kwestie.
Want 't is niet zoo, dat er twee stel
sels van afschafiing tegenover elkaar staan.
Dat was wel zoo met de Ongevallen
wet. Toen de Eerste Kamer die verwierp,
kon fluks een ander voorstel ingediend,
waarmee toch het doel werd bereikt.
Maar nu staat het anders.
Er kan niet worden gemaakt een nieuwe
»Bakkerswet«, op den grondslag van de
door min. Talma afgewezen amendementen.
Want dan zou de nachtarbeid wel worden
geregeld, doch niet afgeschaft om de af
schaffing te krijgen, is dat de eenige weg
een andere is niet aangewezen.
Dus laat ons vertrouwend wachten.
En laten de voorstanders zich kalm
houden. Laten ze vooral niet bedekt of
openlijk gaan dreigen.
Dat mag op zichzelf niet.
Maar 't is dom ook. Want dan gaat na
tuurlijk een zoo hoog college, als de Eerste
Kamer zeggen Nu zullen we dubbel op
passen, dat we vooral niet den schijn
aannemen voor dreigementen te zwichten.
Wij wachten vol vertrouwen af.
En hopen, dat de E, Kamer, ondanks
vele bezwaren uit sympathie voor de hoofd
strekking der Wet, haar weldra aannemen
zal
UITKIJK.
Over dit onderwerp sprak eenigen tijd
geleden de heer C. H. Claassen, Rijkstuin-
bouwleeraar te Boskoop. De toestand van
den tegenwoordigen landbouw nagaande,
legde hij den nadruk op 't verschijnsel, dat
het meer inspanning kost dan vroeger, om
op de hoogte va» het landbouwbedrijf te
zijn, teneinde de noodzakelijke winst
te maken, terwijl dan nog het be
zwaar blijft bestaan, dat de landbouwer
dikwijls zijn kinderen geen »boer« kan ma
ken. Om die redenen zou het wellicht voor
menigeen verkieslijk zijn, om mits met
beleid 1 de richting van den tuinbouw in
te slaan.
De tuinbouw kan op veel mindere uitge
strektheid grond een vrij goed bestaan op
leveren dan de landbouw op een veel groo-
tere oppervlakte. Daartoe is echter noodig
met de volgende eischen rekening te houden
De tuinbouw eischt een veel diepere
grondbewerking, omdat de gewassen ge
regeld moeten kunnen doorgroeien, eenige
gewassen elkaar opvolgen en de grond
weinig rust krijgt.
Daaruit volgt de tweede eischeen veel
zwaardere bemesting, zoowel met stal- als
kunstmest.
Voorts vereischen de tuinbouwgewassen
een geregelder en betere verzorging tijdens
den groei dan landbouwgewassen, dus meer
werkloon. Eindelijk nog een, al is het maar
geringe beschutting, welke goedkoop, op
eenvoudige wijze, is aan te brengen.