Hl BLAB.
Zaterdag 30 December 1911.
26"ie Jaargang JN*. 1724.
Antirevolutionair
Orgaan
voor tie Zuidliollandsclie en Meeuwsclic Eilanden.
IN HOC SIGNO VINCES
Wegans invallen
de Nieuwjaarsdag zal aan
staande Woensdag dit blad
NIET verschijnen.
W. BOEKHOVEN
SO MM ELS D L) K.
Advertenties 10 eent per regel en 3/i maal. Reclames «0 per regel.
Boekaankondiging 5 Gent per regel en
Rienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Advertenties worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
,418e stukken voor de kedaefie nestemd, AdTertentién ess verdere AdmlnfsMie franco toe te zenden aan den- Uitgever.
Deze Courant verschgnt eiken Woensdag en Zaterdag-
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Gent.
zonder 50
Buitenland bij roornitbetaling met Zondagsblad f 7,50 zonder f 4,50 per jaar.
Afzonderlijhe nummers 5 Cent. Met Zondageblad 7 Cent.
UITGEVER
Telefoon Interconn. lt». 3.
Groote letters en vignetten worden berekend naar da plaatsruimte die zij beslaat-.
Vooruit in deernis.
Vooruit is met deernis bewogen.
Dat overkomt ze net zoo dikwijls als
ze kansen ziet om in troebel water te
visschen. Heeft ze 't over de Openbare
School, ach, die burgers, die school
geld moeten betalen, al zitten ze er
nog zoo royaal voor; ach, die arbei
ders, al hebben de meesten een jaar,
dat klinkt als een klok.
En nu had ze j.l. Woensdag weer
een bevlieging van smart over De
lasten der Werkgevers!
Wie lacht daar Waardoor worden
die werkgevers dan toch zoo gedrukt.
Eerstens door de Tariefwet. Dan,
maar hoort wat de medelijdende schrij
ver zucht
Bovendien mogen ze even als alle
werkjes voor eiken knecht per
week een premie storten van min
stens een dubbeltje per week.
Zoo'n blad noemt zich nu een vriend
der arbeidersAls de boeren voor
die menschen al een heel dubbeltje
per week moeten bijpassen voor 't
pensioen, om zoo'n ouden, afgeleelden
arbeider een vroolijken ouden dag te
bereiden, dan verzet Vooruit er zich
tegen.
Want ziet udie tariefwet, en ziet
u, dit dubbeltjedat zal die boer
nekkende man is er mee geruineerd.
Zoo komt de aap uit de mouw, dat
heet nu liefde voor u, arbeiders, om
den boer tot verzet te prikkelen tegen
dat onnoozele dubbeltje, dat hij voor
u zal bijdragen. Da's 5 gld. in een
jaar voor 1 vaste arbeider.
Is 't geen schande, dat er nog zoo'n
libeiaal blaadje bestaat, dat in onzen
democratischen tijd durft te zeggen
Boeren, pas toch oplaat die arbei
ders draaien wat geet je om die
menschen der pensioen dat kost je
al weer 5 gld.
Wat blaadje om zoo tegenover
de arbeiders op te treden en dat in
onzen tijd. En dat heeft me nog al
den mond vol van democratie, 't Is
diep bedroefd. En of Vooruit haar
deernis voor de werkgevers nog eens
luider wil luchten, en zich nog al
meer tegen die arbeiders wil schrap
zetten, schrijft ze
Hoe staat het nu met de ver
goeding, die de belaste werkge
vers krijgen door de hoogere
prijzen ten gevolge der Tariefwet
Wel Vooruitéén middel geeft ge de
werkgevers al in hand dat dubbeltje
op de arbeiders verhalen laten dezen
die 5 gld. premie betalen, dat wilt
gedat schrijft geanders heeft uw
medelijden geen zin; danisuwmede-
lijden boerenbedrog, onwaar.
En 't tweede middel is 't protest.
Ze schijft (hoe uitgerekend tegen de
arbeiders
Voor de gezamelijke werkgevers
bedraagt de last der premie voor
de ouderdoms-vei zekering niet
minder dan 974 millioen. 10
millioen aan premie.
Ja, ja, arbeiders dat vindt Vooruit
verschrikkelijk en daarom is zoo be
droefd over die arme werkgevers en
daarom zouden jullie het loodje moe
ten leggen op je ouden dagVooruit
stuun je liever naar de Diakonie, dat
snapt je Want de arme werkgevers
moeten wel 10 millioen premie voor
je betalenen als jullie naar 't Arm
huis gaat, kost 't die werkgevers
niets. Wat een hardvochtigheid.
Dan gaat ze door
Als we dezen last van 10 milli
oen voegen bij hetgeen de werk
gever, in casu, onze boeren te
betalen krijgen in de Tariefwet,
kan men zich begrijpen, dat met
recht uit alle nijverheids- en
landbouwkringen protest wordt
aangeteekend tegen een zoo druk
kende en onrechtvaardige wet als
deze tariefwet Kolkman zal blij
ken.
Wat een weeklachtDie arme werk
gevers moeten eerst voor de arbeiders
10 millioen opbrengen voor de premie,
opdat die menschen een genoeglijken
ouden dag zouden hebben en dan moe
ten ze nog 't tarief betalen, waaruit
de Staat de arbeiders steunen zal.
En zoo is Vooruit overtuigd, dat de
arbeiders die premie maar moeten
betalen, dat ze durft schrijven: de
boeren zijn met recht aan 't protestee
ren Nota bene 1 dat noemt ze recht,
zij, die den mond vol heeft van demo
cratie. Kapitaalliefde, dat zit bij Voor
uit op den troon en verzet tegen het
pensioen van den afgeleefden werkman.
We denken er krek anders over.
We gunnen den ar beider een behoorlijk
pensioenhij zelf moet een dubbeltje
betalen maar de werkgever, voor wie
de arbeider slooft en zwoegt, moet het
ook betalenen alle menschen moeten
meebetalen voor dat pensioen door
hooger prijs van sommige artikelen.
Persoonlijk of ons gezin hebben we
schade van de Tariefwetniet veel,
toch schamaar dat hebben we er
voor over, als we de zekerheid heb
ben, dat eenige duizenden arme arbei
ders gepensionneerd kunnen worden
en niet naar het Armhuis moeten
gestuurd of bij hun kinderen in.
Verzet gij u maar Vooruit, tegen
de pensioenvragende, arme arbeiders
klaag maar over die arme werkgevers,
die 10 heele centen per week zullen
moeten betalenzet de boeren maar
op tegen enkele duurdere artikelen
we staan, ter wille van den arbeider
en zijn kinderen lijnrecht tegenover
u en zeggen De werkgever is verplicht
te betalen hij neemt de krachten der
arbeiders in hun jonge dagen hij moet
dus op hun ouden dag hun niet onver
zorgd aan den dijk zetten, en dat zoudt
gij willen, Vooruit!
Neen, neeneen arbeider is een
mensch, meer waard dan Vooruit hem
acht, want die zou hem in 't Armhuis
zetten, want dat dubbeltje van de
boeren, ziet u, drukt zoo zwaar op
hun tilburry en op hun klepper. Neen,
neenlaten d§ boeren dat dubbeltje
maar betalen, 't geeft ze niets, 't Is
geen knoop van hun jas.
Da's waar Men behoeft daarom nog
geen »politieke« dominéé te zijn maar
gewoonweg »dominée.« Elke dominéé
is voor de coalitie.
Wat? is dat waar?
Wel neen, je hebt een aantal domi
noes, en je vindt ze uitsluitend in de
Herv. Kerk, die de li er ale partij en
de socialistische steunen. Ieder weet 't.
't Is publiek bekend, dat er verschei
dene socialistische dominees zijnen
dat er volop hervormde dominee's zijn,
die met hart en ziel liberaal denken,
liberaal spreken, en liberaal stemmen
en liberale propaganda maken
Dat weet Vooruit net zoo goed als
Jan en alleman.
Maar wat doet ze nu. Wie nu de
coalitie steunt, wordt genoemdeen
politieke dominee; en wie de liberalen
steunt, noemt ze een dominee
Snap je 'em. Je mag wel dominéé
wezen en dan steun je de liberalen
en de socialisten; maar o, wee, ais je
de coalitie steunt, dan ben je een
politieke domineeéén van minder
soort, ziet u één, die eigenlijk, als
in de dagen van de Remonstrantsche
twisten door Oldenbarneveld en de
Staten van Holland verboden werd te
spreken en tusschen twee gerechtsdie
naars de stad uitgebracht werd, 's
ochtends om 4 uur, uit zijn bed ge
licht.
O, foei! die en die dominéé of pas
toor is een politieke dominéé Rechts
Houdt den dief!
O, heerlijk, zegt ze, die en die is domi
nee, want hij steunt ons met de Socia
listen incluis. Houdt hem in eere
Maar wij zeggenEere, wien eere
toekomtEn dat is aan de politieke
dominés. De andere heeren gunnen
we aan Vooruit en Troelstra, tenzij
hun oogen open ^aan voor 't gevaar,
waarin de Liberaal en Socialist, Kerk
en Altaar brengt; en zien ze dat gevaar,
dan wenschen we met eiken Hervorm
den predikant als een broeder onder
de broederen samen op te trekken
naar de stembus, onder de. leus Voor
God, Nederland en Oranje tot steun
van Kerk e.: Altaar. Tot behoud van
't geestelijk en stoffelijk bestaan der
Ned. Herv. Kerk. Maar zien ze dat
gevaar nietwillen ze 't niet zien. dan
beklagen wij ze en laten we hen verder
koud Uggen.
Middelharnis.
Politieke dominéés.
Vooruit schrijft:
Meermalen is bewezen, dat ook
de politieke dominéés propagan
disten voor de clericale coalitie
zijn.
Da's nog eens een liberale meerder
heid Daar zou je je hoed voor
afnemen Houd em op, vrindTrek
em over je ooren voor die heeren, dat
je er geen ten meer ziet.
Schilperoort, antirev. moet aftreden
als lid der Gascommissie, en wordt
gewiptgekozen wordt de heer C. Kolff,
Benoemd moet worden een Regent
van 't Weeshuis; aftredend was de
heer Vinken nu wordt zeker eens
een antirev. daar tegenover geplaatst
neen de heer Stein, liberaal, de effec
tenman. Er zijn zeker geen anti's be
kwaam om tegenover den heer Vink
geplaatst te worden. Nu zagen we den
heer Vink helaas herkozenen voor
een antir. was geen kans, want hij
stond niet eens op de voordracht. Zoo
stoppen de liberale heeren mekaar in
't eerebankje en ze laten ons aan den
dijk staan.
Raadslid J. Rorn, zegt»als er een
schadepost is in de Gemeentekas van
1350 gld., maakt dan een betere school
geldregeling, zóó dat de armen vrij
zijn en de anderen betalen naar rato,
net als in Sommelsdijk«, dan wordt
zijn voorstel na een korte discussie
gewipt.
Treurig, zooals 't er toch in ons
Menneerse naar toe gaat. 't Liberalisme
puilt 't raadhuis uit.
Wanneer zullen de kiezers toch eens
kranig ontwaken om een eind te ma
ken aan die tyrannie. Zien de antirev.
kiezers nu nog niet, hoe ze genegeerd,
miskend, veracht worden. Niet in tel
bij de liberale raadsleden dan om
belasting te betalen. Daar zijn we goed
voor. wanneer komt de nieuwe tijd,
dat 't Liberalisme er totaal onder zit
OP SJSTBAUI4.
Men weet het van de hardste schreeu
wers dat zij het nu juist met altijd zijn,
die 't meest te klagen hebben
Dat is in eiken kriDg zoo.
't Is ook zoo onder de arbeiders.
Een categorie van arbeiders, die ontegen
zeggelijk vaak reden hebben tot ernstige
klacht zijn de land-arbeiders.
In de laatste jaren is vaa meer dan één
zijde een onderzoek ingesteld naar den
toestand van deze lieden, wier aantal in
ons vaderland 400,00° bedraagt, en
daarbij kwamen dan wel drce-e bijzonder
heden aan het licht.
Het loon, met name, is laag.
Te laag vaak voor een menschwaardig
bestaan
Menschen in stad denken daar zoo met
over en rekenen er niet mee.
Als ze eens 'n daagje »buiten« zijn,
krijgen ze soms een idyllischen indruk van
het leven der land-arbeiders. Ze komen dan
op een heerlijken zonnedag, als zelfs
armoedigste hu je 't nog j-aoeU, onder de
boomen en tusschen de velden.
Wat woont zulk een arbeider dan heer
lijk. Moet je es vergelijken met een achter-
buurts-drie-hoog-woning, waar 'n klein,
klein stukje balcon 't eenige »luchtje« is,
waarvan de bewoner genieten kan.
En dan zulk een landarbeider komt
er wel. Hij heeft een lapje grondhij
verbouwt zijn eigen aardappelen en groen
teD hij heeft een varken gemestin elk
geval een paar geiten hij houdt kippen
fokt konijr.en hij redt zich wel
Zoo meent dan 'n stadsmensch.
En ik zal niet ontkennen, dat er zóó
zijn. Evenmin, dat er goede boeren zijn,
die hun vasten arbeider met alles voort
helpen, zoodat zijn eigenlijke loon-in-zilver
feitelijk slechts een gedeelte van zijn inkomen
vertegenwoordigt.
Maar zoo is 't niet overal.
En de wonderlijke denkbeelden, die er
over 't idyllisch lot van den landarbeider
in ru me kringen gevonden worden, zijn
dan ook goeddeels aan onkunde toe te
schrijven.
Wel is er groot verschil.
Ik heb indertijd een arbeider gekenl,
die onder tamelijk patriarchale toestanden
een laag loon verdiende en toen naar een
andere streek ve'huisde, waar hij een rijks
daalder in de week meer kreeg en altijd
vast werk.
Na een jaar kwam hij terug.
In 't geheel niet uit heimwee zoo
sentimenteel zijn deze menschen in den
regel niette allen tijde heeft de boeren-
en arbeidersstand het grootste contingent
opgeleverd voor de emigratie
Maar hij had zich verslechterd.
Hij had dSarginds niets geen semolu
menten,* in wat vorm ook en daartegen
woog hem de rijksdaalder meer in 't geheel
niet op.
Er is dus wel groot verschil.
En nu ligt 't geval er toe, dat het lang
duren zal, eer de plattelands-arbeider langs
den weg van organisatie tot verbetering
komen.
In de stad gaat dat wel.
Met name onder de fabrieksbevolking.
Maar wie »buiten« ook maar een weinig
bekend is, weet hoe honderd bezwaren de
organisatie van landarbeiders ontmoet.
Voeg daar bij, dat die arbeiders vaak
zwaar van tong zijn niet gauw naar de pen
grijpen en ge zult vatten, waarom er uit
hun kring zoo zelden wordt >geschreeuwd.<
Wel is er echter vaak scbreeuwenssfo/'.
En het is een der mooiste daden geweest,
gedurende het ministerschap van den heer
Talma, dat hij toezei en nu ook indiende
een wetsontwerp, om landarbeiders een
plaatsjes in eigendom of »los landt in
pacht te doen verkrijgen.
Dat is van hem geen idee van gister of
eergister. Toevallig weet ik, hoe hij jaren
geleden al meende, dat er in deze richting
wel iets te doen ware.
Hij was toen nog geen minister, nog
geen Kamerlid zelfs, maar reeds wel een
bekwaam woordvoerder voor de antirev.
beginselen. En zoo kwam hij dan bij een
spannende verkiezing in een district, 't doet
er niet toe welk, om daar eenige avonden
achter elkaar ten behoeve van onzen can-
didaat op te treden.
Reed toen met hem de vruchtbare
plattelandsstreek door en zoo pratend over
alles en nog wat, vertelde ik hem, dat de
armen in de gemeente, waar we door reden,
wemig nood hadderi, wijl zoowel de diaconie
als het groot-armbestuur heel wat land in
eigendom hadden, waarvan de jaarlijksche
verpachting genoeg geld opbracht, om de
landarbeiders voor bepaald gebrek te vrij
waren.
Toen maakte hij met enkele woorden de
opmerking, die ik sedert onthouden heb,
dat die armbesturen hetzelfde doel toch
langs anderen en be eren weg konden be
reiken, door nl. op zeer geschikte voor
waarden aan de arbeiders, die. hiertoe in
de termen vielen, eenig land in pacht af
te staan.
Die gedachte, gewijzigd, verbeterd, uit
gebreid, maar toch diezelfde grondgedachte
heeft hij in het wetsontwerp trachten tot
een begin van verwezenlijking te brengen
en daarmee is 't, dat ik ten volle sym
pathiseer.
Wie nu mtenen mocht, dat met dit
wetje de sociale kwestie voor den land
arbeider zal zijn opgelost, vergist zich zeer.
Dat is ook allerminst de bedoeling van den
minister 1 Er blijft genoeg te doen over
De sociaal-democraten zullen wel weer
heel wat op dit wetje hebben aan te
merken, maar minister Talma zal er zich
weinig aan storen en zich gelukkig achten,
als hij tenminste iets heeft mogen doen,
om 't lot van den landarbeider te verlichten.
Het voorstel opent een weg, waardoor
de arbeiders een huisje met bijbehoorend
land (een »plaatsje«) in eigendom of pacht
of ook »los land« in pacht kunnen krijgen.
Het bedoelt niet, dsn arbeider tot klein-
boer te maken.
Zijn hoofdbedd)i blijft de arbeid voor
den boer, maar de minister wil hem de
gelegenheid openen, om in zijn vrije uren
en dagen op eigen land te arbeiden en
daar ook zijn huisgenooten loonenden arbeid
te doen verrichten.
Op gemakkelijke wijze zal den land
arbeiders, die aan bepaalde eischen voldoet,
crediet gegeven worden, dat hij een
2>plaatsje« kan koopen of huren of ook
»los land« kan pachten.
Dat koopen of huren zal dan geschieden
van vereenigingen, stichtingen of gemeenten,
die al heel wat land in de »doode handc
hebben of ook, die het hebben weten te
vetkrijgen.
Blijkbaar rekent de minister er op, dat
er ook vereenigingen opgericht zullen wor
den met het speciale doel land en >plaats-
jes« aan te koopen en weer aan land
arbeiders te verkoopen of te verpachten.