Zaterdag 28 September 1911 26s,e Jaargang N°. 1690. 2 A ntirevoair Orgaan IN HOC SIGNO VINCES c voor tie Zuiiflltollitiiflsclie en Keeuw^ehr Eilanden. Twee illaden en Zondagsblad. O SOMMELSDIJK. lil «Ie Pers. II «ril whb v O X-J - Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 15 Cent. zonder 50 Buitenland bij TOöruitbetaling met Zondagsblad ƒ7,50 zonder ƒ4,50 ps? jaar. ifzonderlijke naHiiners 5 Cent. Met Zondagsblad 1 Cent. LiXGEYEB W. BOEKHOVEN. Telcioon Intercoiasa. ie. Advertenties iü cent per tegel em s/2 maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging Cent per regel an Vs maaï- Dienstsanrrages en Dienstaanbiedingen 50 Oent per plaatsing. G roote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsraimte die zij beslaan Advertentien worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nnr. Alle stukken voor «Ie Hedaetfe besseiaad, Adverleiiliëis en verdere, kdmintstiratie franco toe Ie zenden aan den Uiforever. Dit nummer bestaat uit IlijenfiecBf. De wintervooraad, voorzoover die in de korven en kasten niet aanwezig is, moet dus met suiker (accijnsvrije suiker) worden aangevuld. Van die suiker maakt men eerst suikerstroop, waartoe men ze in water laat oplossen. Het mengsel laat men eenige minuten koken en schuimt het af. De stroop mag niet te vloeibaar zijn men neme daarom op 3 Liters water 5 Kilogram suiker, dat is iets meer dan 1| Kilo per Liter; zelfs mag men 2 deelen suiker op 1 deel water gebruiken, dus 2 Kilo suiker op 1 Liter water. Men vergete niet, dat er bij het voeden altijd eenig verlies aan voedsel is. Heeft men b.v. 10 K.G voedsel toegediend dan mag men maar rekenen, dat de bijen heur voorraad met 9 K.G. vergroot hebben. De koloniën moeten, eer ze in den toe stand van overwintering worden gebracht, onderzocht worden om te zien of er een moederbij aanwezig is, of niet, en of de kolonie een voldoende bevolking heeft. In geval men meederlooze of zwakke volken heeft, moet men deze met andere vereeni gen. Men late niet te veel ramen in de kas ten, 8 tot 10 ramen zijn gewoonlijk vol doende f zelfs zijn er koloniën, die goed overwinteren op 6 of 7 ramen. De binnen ste ramen dienen voor meer dan de helft met verzegelden honig, en deze van goede kwaliteit, bezet te zijn de buitenste mogen meer honig bevatten, welke ook van min dere hoedanigheid mag zijn. De weggenomen raten worden gezwaveld en in een kast of kist zoo droog mogelijk bewaard. In deze maand (September), als het lionig- gewin geheel afgeloopen is, willen de bijen weieens rooflustig worden hierop bedacht, moet de imker den ingang der woningen kleiner maken en nauwlettend op zijn stal toezien Uit de strooien korven, waarvan men wil oogsten, worden de bijen verwijderd en bij andere stokken gevoegd. Is de weers gesteldheid nog warm, dan zal men die bijen nog gedeeltelijk kunnen afjagenan ders bedwelme men ze met salpeter of bovist. Watbovist is, weet de ouderwetscbe imker weljongeren misschien niet. Het is een kampernoelje (paddenstoel) of stuif- zwam (ook wel wolfsveest en peerdenblink geheeten), welke men in deze maand veel vuldig op het veld kan aantreffen. De bovist wordt gedroogd en dan kan men de bijen, die bedwelmd moeten worden, er mee berooken. Wil men salpeter gebrui ken en heeft men geen salpeterlapjes, als in den handel zijn, voorhanden, dan neemt men 5 grammen van dit zout, laat het smelten en bevochtigt er eenige doeken mee, welke gedroogd in den rooker ge brand worden. Ten opzichte van de wintervoedenng zij nog opgemerkt, dat alvorens men daartoe overgaat men de raampjes dient uit te nemen, welke niet door de bijen bezet zul len worden. Zij zouden er een deel van hour voedsel in kunnen bergen, en indien zulks gebeurde in een groote hoeveelheid ramen, dan zou dit voor de overwintering noodlottig kunnen zijn. Onder de uitgeno men ramen zouden er zijn met ongezegel- den honig, en andere met een hoeveelheid, welke is toegezegeld. Men kan dan die raampjes ledigen, door ze te ontzegelen, of ook, door ze aan andere kasten te ge ven. Ook de onvolledige ramen kunnen nu worden uitgenomen; stelde men dit uit tot het voorjaar, denkende, dat ze voedsel be vatten, dan zouden ze weer met broed kunnen bezet worden. 0. B. Fiasco. Hoog geeft men op van het cijfer 316.808, dat voor de petitie der Socialis ten bij elkaar is getrommeld, en doet het \oirkomen, alsof dit bijster meeviel. Zelfs durf; uien er bij zetten *Nooit is in Nederland dergelijk cijfer op eeni- gerlei petitionnement bereikt. Dit is al aanstonds onjuist, en met de cijfers te weerleggen. Op het petitionnement van 1878 tegen de Scherpe Resolutie van Kappeijne is ge- teekend door 469,869 personen; doo' 305,869 van ons en door ruim 164,000 van Roomsche zijde. Alzoo door 153,001 personen meer. Iets waarbij bovendien te rekenen is met de omstandigheid, dat de 164.000 Roomschen, die onder het totale cijfer begrepen zijn, uitsluitend hoofden van gezinnen waren, zoodat men hun cijte^r ten minste met twee vermenigvuldigen moet, om het voor vergelijking vatbaar te maken. Voorts lette men er op, dat de sociaal democraten ook de vrouwen in massa lieten teekenen, zoodat men, ter juiste vergelijking, ook hiervoor een aanmerkelijk bedrag van hun cijfer heeft af te trekken. Bovendien pe itioneerden onzerzijds 411 Keikeraden, die door elkaar op tien leden zijn te stellenen wat hier bovenal niet eit het oog mag worden verloren, in 1878 waren bij ons voor de teekemng s'echss vier dagen vastgesteld, t. w. van 22 tot 26 Juli. Vergelijkt men hiermede de actie door de sociaal-demecraten voor hun petitionee ment op touw gezet en maanden lang vol gehouden, dan voelt toch een ieder, hoe hier de uitkomst tegen moet slaan.^Iets wat ze zeiven weten, en moeten erkennen, en waaromtrent ze dan ook zeggen, dat ze tenminste 100.000 handteekeningen meer hadden verwacht. Bij algemeen stemrecht voor mannen en vrouwen van 21 jaar, gelijk hun eisch is, zouden er 'en minste twee millioen kiezers moeten zijn. Er zijn er nu ruim 800.000. Een millioen, twee maal honderdduizend staan dus nog buiten. En nu teekenden op de -lijsten slechts een driemaal honderd duizend, en onder deze zijn er stellig meer dan honderdduizend, die reeds kiezer zijD. Er is alzoo geen sprake van, dat al 't volk voor het algemeen kiesrecht zou zijn opgekomen. Wat opkwam, is niets dan een zeer kleine opgezweepte minderheid Ook de opkomst voor de betooging had, vergeleken bij wat te Brussel herhaaldelijk beleefd is, o zoo weinig te beduiden Eenige duizenden menschen op een mooien dag in de Residentie saam te brengen, vereischt kunst noch vliegwerk En het faaiste van de zaak is dan nog, dat de Konmkiijke stoet, waai snede men concureeren wilde, heele maal wegbleef, zoodat de betooging eigenlijk voor mal liep. Fiasco is dan ook geen te kras woord, om wat als product van zoo miaudeniange actie te voorschijn kwam, in ai zijn onbe duidendheid te signalteten. (»Stand,«) IliiiisenSaisd. Leerplichtwet. Het wetsvoorstel der Sociaal-Democra tische Kamerfractie strekkende lot uitbrei ding van den leerplicht, zal heden bij de Tweede Kamer worden inged.cnd. Het wetsontwerp strekt ie tor verlenging v,n den leerplicht tot den leeftijd van 14 jaren 2e. tot straf baarstellirg van den werkge ver die een leerpl chtig kind arbeid laat verrich'en en 3e. tot wegneming van het landbouw- verlof. De liberalen kunnen daarmee pleizier hebben van hun roode neefjes. l)e roode Dinsdag. Vanwege de Propaganda Commis-ie van den Bond van Anii-RevoJ. Propanda Clubs in Nedeiiand. Voorzitter Ds. C. van der Voort van Zijp, Secretaris W. Verschoor, Penningmeester Mr. P. B Boumin, zou in 't midden dezer week door den Uitgever J. Boolsma, le 'a Gravenhage, (Assendelft- straat) een geschriftwordenuitgegeven.dat handelt over den Roodsn Dinsdag. Dit ge schrift wil op eenvoudige, heldere wijze uiteenzetten, hoe van uit a. r. beginsel over deze socialistische betooging met haar revo- lutionaren bijsmaak moet worden geoordeeld Voor verspreiding is het uitnemend geschikt. De piijs is, in overeenstemming met het doel der uitgave, zeer laag. 't Is zaak, ze zoo spoedig mogelijk in groote getale bij den Uitgever aan te vragen. Hoe liet in tie eerste vergadering van onze Tweede Kamer toeging V oorstel-Troelstra. De Voorzitter deelt mede, dat is ingeko men een schriftelijk voorstel van den heer Troelstra en 6 anderen 0111 overeenkomstig art. 96 van het Reglement van Orde de Openingsrede met een Adres van Antwoord te beantwoorden. Hij stelt voor, dit voorstel te doen drukken en ronddeelen en het te behandelen op een nader te bepalen dag. De heer Van Veen (c.h.) meent, dat een aparte beslissing noodig is. De heer Van Dedem (c.h.) zegt, dat nooit de bedoeling is geweest een Adres vaq Ant woord te zenden, als de Koningin niet de Troonrede uitspreekt. De heer De Savornin Lohman (c.h.) In 1906 is door de leider van 7 fracties be sloten geen Adres van Antwoord te zenden, als er geen Troonrede maar een Openings rede is. idpr. steltvoor het voorstel-Troelstra niet in behandeling te nemen. De heer Troelstra (s.d.) De fractie der Christelijk-historischen heeft thans weer drie sprekers in het vuur gezonden. De heer Duys (s.d.) Ja. De Voorz. Ik verzoek geen interrupties (Gelach.) De heer TroelstraAlles wat de heeren hebben gezegd is buiten de orde. Het is nog nooit gebeurd, dat men een voorstel onmo gelijk wil maken, nog voor het regelmatig is ingediend. Nooit is vroeger beslist wat de heer Lohman thans zegt. Deze heeft niet te beslissen of zaken, die het geheele volk beroeren hier eenvoudig ter zijde worden gesteld. Daar protesteerd Spr. tegen. Gij zult ons hooren, roept Spr. Wij willen hier geen guillotine. Nooit is een bepaling ge maakt dat er geen Adres wordt gestuurd als de Koningin niet zelf opent. De heer De Savornin Lohman wil geen inbreuk maken op het vrije woord, maar hij betwist het recht van dhr. Troelstra om een voorstel te doen. Do Voorz. meent ook, dat er geen reden is voor een Adres, maar aan het voorstel moet alle recht wedervaren. Het dient eerst te worden gedrukt. (Geroep Precies 1) dhr. Schaper (s.d.) zegt, dat hij en de zijnen niet zullen toestaan, dat de zaak wordt gesmoord. Wil m,en haar thans ter sprake brengen, goed. dhr. Troelsta Ik ben klaar dhr. SchaperWij zijn klaar Als hier op den eersten dag weer beroering komt, is het de schuld van de heeren Lohman en de zijnen. Laat men aan de overzijde zeggen, wat men wil, als men ons den mond snoert zijn de gevolgen voor rekening van de heeren van Rechts. Zij zijn er dan niet af. Wij laten ons niet guillotineeren dhr. De Beaufort (v.lmeent, dat dhr. Lohman zijn voorstel niet kan handhaven. Elk iid heeft liet recht een schriftelijk voor stel te doen. Welnu, dat voorstel is er nog niet. Hoe kan men het nu reeds willen terzijde leggen dhr. Hugenholtz (s.d.)Een gewone dom- perij dhr. De BeautfortHet gaat inderdaad te ver, wat thans de heer Lohman wil. dhr. De Savornin Lohman blijft er bij de Koningin was er niet, dus is er geen reden voor een Adres van Antwoord. Het zou noodeloos tijdverlies zijn, thans aan het voorstel te beginnen. Wij behoeven ons door de minderheid niet alles te laten opdringen. Wij kunnen geen ob'stuctie tegenhouden, doch het is onze plicht dit zoo lang mogelijk te doen. De kamer heeft belangrijker dingen te doen, o.a. de behandeling van de Militiewet. (Geroep: »A1h, bij de socialisten. Rumoer.) De Voorzitter zegt, dat het eigenlijk geen Adres van Antwoord is, wat het voorstel wil. Het gaat over de kiesrechtkwestie. (Luid gelach.). dhr. De Savornin LohmanDat doet er niet toe De heer Van de Velde (a.r.) zegt, dat hij en vele anderen voor het voorstel-Lohman zullen stemmen. (Groot rumoer.) dhr. Duys (s d.) komt onder groot rumoer aan het woord. Hij zegt een zeer lange redevoering to moeten houden. Hij begint in een zeer langzaam tempo te spreken, dhr. Schaper: Heel bedaard spreken 1 dhr. HelsdingenZachtjes aan, Duys dhr. Duys spreekt uitermate langzaam om alles te rekken, terwijl telkens geïnter- rompeerd wordt. Na enkele zinnen stelt Spr. voor de vergadering te schorsen, omdat er aan de overzijde zulk een geweldig lawaai» is. (N.B op dat moment gaf geen lid der rechterzijde ook maarft een kik.) Spr. wil den volgenden morgen voortgaan. (Groot- rumoer.) dhr. Hugenholtz (s.d.) dhr. Lohman zal er pleizier van hebben Na eenigen tijd wordt het voorstel-Duys om liet debat te schorsen tot Donderdag met 41 tegen 30 stemmen verworpen. Vrijwel rechts tegen links. Alleen de vrije liberalen Do Beaufort en Van Karnebeek gingen ditmaal met de rechterzijde mee. (De heer Van Poreest stemde voor. Opnieuw ontstaat rumoer over de vraag wie aan het woord is. De heer Van Karnebeek: Mag ik het woord hebben? De heer DuysIk zal hem voor laten gaan maar als ik dan niet wordt gerekend reeds het woord te hebben gevoerd, want ik zal nog wel uren, ook voor de tweede en voor de derde maal het woord moeten hebben, ^Gelach. Groot rumoer). De Voorzitter: Is u geëindigd? De hoer Duys: Volstrekt niet. De heer Schaper: Jij gedraagt je fatsoen lijk! (Groot gelach). De heer Duys begint daarop met de ken nelijke bedoeling, om obstructie te voeren een redevoering. Hij spreekt onder toenemen de hilariteit, vooral op de tribunes, woord voor woord zeer langzaam uit. Hij lapt aller lei zinnen aan elkaar, waarvan geen verslag is te geven. (Allerlei interrupties). Wanneer Spr. over de kalme eigenschap pen van de Nederlandsche bevolking spreekt, laait luid gelach op. IJij zoekt den tijd te verspillen in het ein deloos uitspinnen van allerlei onbeduidende zaken. Geen Kamerlid wordt genoemd zonder vermelding van al zijn attributen en quali- teiten. De vraag: >Wat is een Troonrede* natuurlijk een volkomen overbodige vraag wordt door hem weer gesplitst in twee andere vragen. De eerste luidt: „Wat is een Troon?" De tweede: „Wat is een rede?" enz. enz. De socialisten moedigen hem aan door te spreken. De Voorzitter: U bent totaal buiten de orde De heer Duys Ik ben midden in de wan orde. (Onbedaarlijk gelach). Is het uw toeleg het yoorstel-Loliman tegelijk met uw eigen voorstel te behandelen (Gelach). De Voorzitter: Maak toch geen grappen. Beide voorstellen zijn aan de orde. dhr. Duys dan duurt mijn rede tweemaal zoo lang! Ik zal mijn rede in verschillende punten verdeelen en die punten weer in onderdeelen. Spreker zegt, dat de heer Lohman gevraagd heeft, waar het heen zou moeten, als ieder Kanierlid eiken dag een voorstel deed. Spr. wil die vraag zoo volledig mogelijk beant woorden. (Groot© vroolijkheid). Hij wil vra gen, waar het heen zou moeten, als ieder Kamerlid niet iederen dag, maar ieder uur een voorstel deed. (Gelach). We hebben, gaat Spr. met tergende langzaamheid voort, onder adeinlooze stilte, de rede van den heer Van de Velde gehoord bij afwezigheid van Dr. Kuyper. We hebben gezien het ringel- ooren van den heer Lohman, den voorzitter zonder hamer. (Een stemte snel, te snel dhr. Schaper: Ze kunnen je niet volgen, dhr. Duys gaat voort. Hij spreekt over het petitionnement, over de Chr.-liistorisch© beginselen, over de Chr. arbeiders, die ver- keeren onder de narcose van het Farizeïsme der rechterzijde. De Voorzitter: ik verzoek u te matigen, dhr. Duys spreekt over de priesters en den dominé die het volk dom houden. Men zegt, dat er thans geen 50 leden hier zijn, maar ik zal doorgaan. De Voorzitter: Er zijn wel 50 leden, dhr. Duys: dan zeker in de koffiekamer, dhr. Ter Laan Er zijn hier 40 leden, dhr. Duys De rest der Marionetten zal straks komen om te stemmen. Ik betuig den heer De Monté ver Loren dank, dat hij naar mijn belangrijke rede luistert, (gelach) die nog ,wel enkele uren zal duren. Wat ik hier doe, is lamlendig, maar ik moet het doen. De Voorzitter: de heer Lohman en ande ren stellen voor het debat te sluiten. (Groot rumoer). De heeren Troelstra, Schaper en Helsdiu- gen schreeuwen door elkander schande Gij zijt een horde dompers. Gij zult pleizier van ons hebben. Wij zullen obstructie voe ren bij alles; ook bij de Militiewet! Gij zijt van ons niet af en ge zult er van lusten! Na groot rumoer wordt het voorstel-Loh man, om het debat te sluiten, met 38 tegen 24 stemmen aangenomen. Vóór de rechter zijde, voor zoover aanwezig. Tegen de lin kerzijde, behalve de heer Van'Karnebeek. Opnieuw doen de socialisten aan de rech terzijde de heftigste verwijten. Het is een geroep en geschreeuw, dat door den Voor zitter niet te beteugelen is. De Voorz., die zich tenslotte verstaanbaar weet te maken, brengt thans in stemming het voorstel van den heer Lohman om het voorstel-Troelstra in zake een adres van antwoord niet in behandeling te nemen. De heer Duys schreeuwt woedend Laten wij als protest heengaan Laten wij die dom persbende alleen laten zitten. De Voorz.Stilte, stilte. De heer Hugenholtz: Waarom stilte bij zoo'n bende(Geroepjuist juist.) Tal van leden staan om den Voorzitterstafelande ren verlaten de zaal. De heer Duys wil heengaan, doch blijft op verzoek van den heer Troelstra. Het voorstel-Lohman wordt aangenomen met 37 tegen 25 stemmen. Rechts tegen Links, Alleen de Voorz. stemt met links tegen het voorstel. Het resultaat van de stemming lokt op nieuw hevig rumoer uit, dat bedaard, als de heer Troelstra het woord vraagt. Geroep Waarover de zaak is afgedaan. De Voorz.: Het woord is aan den heer Troelstra. De heer Troelstra, kalm beginnende, wenscht na deze stemming een korte ver klaring af te leggen. Hij acht de genomen beslissing van zeer versterkende beteekenis van zeer noodlottige beteekenis voor het verder werken en samenwerken in het Parlement. Spr. gaat weldra met groete stemverheffing voort. De Voorz.Ik raad u matiging aan. dhr. Troelstra: lk kan niet kalm zijn. Dc beslissing grieft,- omdat wij van 1907 al door daden toonden bereid te zijn samen te werken in het belang van het land Geroep: 'tZou een korte verklaring zijn. De heer Troelstra woede id en heftig en met groote stemverheffing. Maar wij zijn nu gedisqualificeerd als gelijkgerechtigde groep in het Parlement en ook als persoon. Gij hebt ons buiten de gemeenschap ge sloten. De spreker wordt al heftiger, en heftiger en roept uit: Maar wij hebben u zoo straks een voorproefje geleverd van wat er gebeu- I ren kan, als gij zoo tegen ons optreedt. Gij stelt, mijne heeren, wel zeer hooge eischen aan onze discipline en onze zelfbeheersching.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1911 | | pagina 3