A tl tirevo lu t ionair
Woensdag 5 Juli 1911
26sle Jaargang N°. 1673.
voor de Miiiilliolflaiidselie en
Orgaan
wsiflie Eilanden.
RECH
IN HOC SIGNO VINCES
B IJ VOEGSEL.
STEMMING
W. BOEKHOVEN,
GEMEENTERAAD.
M. DIJKERS.
JOPPE Dz.
Jb. JOPPE Cz.
C. C BRUGr&EMAU.
T. S0HILP1E00ED.
J. v. d. SLIK.
J. VfiOEGINDEWEIJ Lz.
Twee beslissingen
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent.
n i> zonder oO
Buitenland bij TOOruitbetaling met Zondagsblad f 7,50; zonder 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cept. Met Zondagsblad 7 Cent.
SOMMELSDIJK.
Advertentiën 10 Cent por regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en ijs maal.
Dieustaunvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Qroote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën wordep ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
Alle stukken voor «Ie Biedaefle bestessisi, AtSverienliën esi verdere Administratie traneo toe te eenden aan tiesi Uitgever.
Bij dit nummer behoort een
voor den
De candidaten der Christelijke par
tijen bij de stemming voor den Ge
meenteraad op Woensdag 5 Juli a.s
zijn:
voor gotnuiekdyk
voor Middelbands
Alleen en uitsluitend op deze
candidaten moeten onze Kiezers op
Woensdag 5 Juli hunne stem uit
brengen.
In de afgeloopen week zijn twee be
langrijke beslissingen gevallen in de
Kamer. De eene gold een wijziging
van de wet op de ziekteverzekering-
door den Minister zelf aangebracht
de ander eene stemming over de
particuliere fondsen.
Zooals men weet, is door verschil
lende persorganen, zoodra de wet be
kend gemaakt was, een ernstig be
zwaar geopperd tegen het voorstel van
den Minister om den Raad van Ai beid
een zoo uitgebreiden werkking te geven
als de Minister dat wilde Die Raden
van Arbeid moesten niet alleen in
verband staan met de ziekteverzeke
ring maar op den duur allerlei ge
gevens verzamelen over 't heele terrein
van den arbeid. Trouwens, dat lag
in den naam reeds opgesloten. Ze
heetten Raden van Arbeiden onder
dat woord Arbeid werd zoowat alles
verstaan, wat op 't sociale leven be
trekking had. Maar ieder voelt dat dan
een ontzaglijke taak op de schouders
werd gelegd Vergeleken bij de ver
zekeringswet, is beel 't sociale leven
een berg, terwijl 't Ziektewetje maar
een heuveltje is, dat moet beklommen
worden.
En nu werd ook allerwege gevreesd
dat de Raden van Arbeid mislukken
zouden, indien zoo veel werk haar op
de handen gelegd werd. Men was er
voor, dat die Raden in 't wet-ontwerp
blijven, maar voorloopig met een be
scheiden werkkring. En de Minister
heeft daar ooren naar gekregen. Art.
49 van z{jn wetsontwerp luidde:
De Raad van Arbeid verleent zijn
medewerking bij de uitvoering van
wetten of algemeene maatregelen
van bestuur, den arbeid beliv (lende,
welke die medewerking vorderen.
Maar riu zal het luiden
Der Raad van Arbeid verleent zijn
medewerking bij de uitvoering van
wetten of algemeene maatregelen
van bestuur, de arbeidsverzekering
betreffende, welke die medewerking
vorderen.
We verheugen ons over die wijzi
ging, ook, omdat we bij die bespre
king dier wet, bezwaar hebben ge
maakt tegen dien veel te uitgebreiden
werkkring.
Een tweede wijziging van beteekenté
is de handhaving der particuliere
fondsen als zelfstandige organen. Ze
zijn in de maatschappij ingegroeid en
ze in te willen lijven in de strenge
Overheidskassen, kan voor die fondsen
verlammend zijn. Wat uit de maat
schappij opgekomen is, moet zoo moge
lijk gehandhaafd, maar men omringe
zulke fondsen met allerlei wettelijke
eischen r n waai borgen men geve ze
de vereischte richting en zekerheid
voor de deelhebbers. Maar ze uit 't
leven uit te schakelen blijft altijd een
gewaagd stuk.
Deze twee gevallen beslissingen
achten we van hoog gewicht en ze
hebben de kansen van aanneming der
Wet gewis vermeerderd.
Het schijnt, dat van liberale zijde
de Raadsverkiezing wordt beschouwd
als een strijd *'óór of tegen 't Open
baar Onderwijs. En Volksonderwijs is
het instrument, waaruit de strijdkreet
over de straten dreunt.
Volksonderwijs wordt in dienst ge
steld van een politieke, van de liberale
party. Volksonderwijs is daardoor
geworden een bijwagen van den libe
ralen tram. Maar dan zijn de Candida
ten van Volksonderwijs daardoor reeds
ten eenenmale veroordeeld. Want
worden die gekozen, dan zullen zij de
belangen van t openbaar uitsluitend
voorstaan en dan zullen zij handelen
in strijd met het karakter van een
Raadslid. Een Raadslid mag noch 't
christelijk onderwijs voortrekken noch
't Openbaar. Dat is in strijd met zijn
eed hij moet de Gemeentebelangen be
hartigen, maar nooit partij trekken
voor één der Scholen. Een Raadslid
heeft met die twee scholen alszoodr-
nig irets te maken, elke school moet
voor hem van gelijke waarde zijn
en hij als Raadslid moet beide scholen
evenzeer steunen en waardeeren.
Volksonderwijs bedoelt de Openbare
School te helpen; en daarom kunnen
die Candidaten nooit goede Raadsle
den zijn: ze worden oneerlijke, par
tijdige menschen, die één stuk van de
Gemeente willen verwaarloozen n.l. de
Christelijke School, en 't andere stuk
willen bevoordeelen n.l. de Openbare
School. Maar dat is oneerlijk, onwaar
dig en in strijd met den Ambtseed.
Niemand steune zulke oneerlijke prak
tijken. Stemt zulke mannen niet. Stemt
Door 't bedanken van den heer
Korvink is onze minderheid met één
stem verzwakt. We moeten dus trach
ten, behalve 't aftredend lid. den heer
Schil peroord, een ander candidaat er
voor te krijgen, die de ledige plaats
van den heer Korvink kan innemen.
Afgedacht nog van 't feit, dat de mo -
gelijkheid volstrekt niet is uitgesloten,
om, bij zeer trouwe opkomst, onzer
zijds, zelfs de meerderheid te krijgen.
In elk geval, daar strijden we voor
We zouden den Raad willen omzetten
6 Rechts 5 Links.
Elk antirevolutionair versnippere
dus zijn stemmen niet. Niet één aan
een Liberaal, en één aan een Anti.
Dat is een hinken op twee gedachten,
die bij mar nen van karakter niet voor
mag komen. Zulk een halfslachtigheid
maakt ons verachtelijk in de oogen
van ieder weldenkende.
Laten we mannen zijnmannen uit
één stuk en we kiezen als mannen van
beqinsel één richting: de antirevoluti
onaire. Wil men al onze 4 candidaten
niet, dan minder, dan 3, dan 2, dan
1, maar nooit make men zich er aan
schuldig om liberaal te stemmen en
tevens anti: dat tweeslachtige is een
oneer en verfoeilijk.
Daarom in Middelharnis is de Raad
om te zetten, maar dan trouw ter
stembus en op alle i aniirev. candi
daten met eenparigheid en kloeke een
dracht gestemd.
Laat de personen loswie is vol
maakt onder onswie onder de
Liberalen. Aan ieder mensch kleeft
veel menscheiijks. Maar het beginsel
beslisse en dat alleen. Voorwaarts dan,
mannen broedersonder de vlag der
christelijke beginselen en met deze
gedachte bezieldDe Menneersche
Raad moet om
Opening der Christel
School ie Sornmelsdijk
op SIP Juni B&S8.
UITGEVER
felefoora ïntercomsa. Mo. 3.
ft
Sornmelsdijk.
Middelharnis.
De Voorzitter, de keer J.Timmerman, opent
deze vergadering met gebed, nadat vooraf
was gezongen Ps. 68 10 en gelezen Psalm
119:129144. Daarna sprak de voorzitter
het volgende
Geachte vergadering!
Eeuwen geleden was daar op zekere ge
legenheid een vrouw, die naar den Tempel
ging, en daar in den Tempel haar knieën
boog, en een gebed prevelde, althans de
beweging barer lippen verried het dat zij
in gebed was. En de houding van die vrouw
was van dien aard, dat het de aandacht
trok van den Priester in den Tempel tegen
woordig.
In de houding van die vrouw scheen het
zoo te wezen, dat zij of krankzinnig, of
dronken was. Vandaar de vraag: hoe is het
dat gij u zoo dronken aanstelt?
Maar de vrouw antwoorddeoch mijnheer,
ik ben niet dronken, maar ik ben bitterlijk
bedroefd van ziel.
En wat was daarvan de reden Niets
anders, geachte vergadering, als dat het in
dien tijd schande was voor een vrouw, zoo
zij geen kinderen had. En nu maakte zij
haar klacht bij den Heere bekend, en, om
kort te gaan, dat gebed werd verhoord en
na verloop van zekeren tijd vervuld, en zij
kwam in het bezit van een zoon.
Het was een gave van God.
En nu, geachte vergadering, nu weet ik
wei, alle moeders die bidden niet om kin
deren zooals die vrouw. Het was Hanna
gij zult het wel verstaan hebben. Integen
deel tegenwoordig, maar hoe, daar zullen
wij niet over spreken.
Als de moeders niet om kinderen bidden
en toch kinderen krijgen, dan is het toch
niet minder en blijft het een erfdeel des Heeren
En als het nu vaststaat, dat die kinderen
een erfdeel des Heeren zijn, dan gevoelt
men steeds wel, dat men met die kinderen
niet zoo doen mag als men verkiest. God
heeft recht op dat kind, recht dat men Zijn
Woord aan dat kind brengt en het de vreeze
voor dien God inprent, en dat kind steeds
met die gedachte beziele.
E alge mannen uit onze gemeente hebben
goedgedacht, dat dat kind gebracht behoorde
te worden onder de beademing van het
Evangelie. Pogingen werden daartoe aan
gewend, om tot dat doel te geraken.
Op de openbare school bestaat daartoe
geen gelegenheid. Daar kon men boven elke
deur schrijven: „Voor Jezus geen plaats."
Daarom hebben enkele mannen zich op
gemaakt om, zoo mogelijk, eene school daar
te stellen, waar onze jeugd onder de beade
ming van het Evangelie kan worden gebracht.
En nu mijne vrienden en vriendinnen, zoo
ziet gij hier dat die pogingen niet ijdel zijn
geweestwij zijn gesteund van verschillende
personen. En nu is die school gebouwd en
hij staat thans ingewijd te worden. En nu
heeft het Bestuur derzeive gedacht,,dat daar
de aangewezen persoon voor zou wezen, om
een rede daaromtrent te houden de WelEerw.
heer Ds. Beekenkamp van Delft.
Het heeft zich tot hem gewend, en deze
heeft de uitnoodiging aanvaardt. En hier
mede staan wij gereed om Ds. Beekenkamp
datgene te laten zeggen, wat hij wenschte.
Waarde vrienden.
Wij beleven in deze middagure, laten wij
dat maar dadelijk zeggen, laten wij het zeg
gen niet algemeene instemming, een feest-
ure door de opening van deze school.
De Heere God is goed geweest, en ons
past het als wij gaan spreken, vanmiddag
allereerst den Heere toe te kennen de eer,
lof en dank van datgene wat Hij gaf en
ons samenbrengt aan deze plaats.
Het is, geloof ik, een jaar geleden, dat
hier in Sornmelsdijk de vraag opkwam, en
meer en meer besproken werd: wat moeten
wij doen voor de kinderen onzer gemeente
Men gevoelde dat het zoo niet langer kon,
omdat alles lag onder de beademing van
het openbaar onderwijs. En toen zijn ex
mannen opgestaan welke pogingen in het
werk gesteld hebben, om tot oprichting te
geraken eener christelijke school.
Deze ure is een feesture. Wij gaan een
school openen naar den Woorde Godsen
dat is geen kleine zaak dat er een Christel.
School gesticht is in deze gemeente. Als
de vrienden dit niet gevoelen, de vijanden
wel. Het is een gewichtige gebeurtenis voor
Sornmelsdijk, een christel. school te bezitten
waar de kinderharten gebracht worden on
der de beademing van het Evangelie, het
onfeilbare Woord Gods. Kleine en groote
kinderen worden nu voortaan geleerd van
den Heere Jezus Christus.
De voorzitter heeft het reeds gezegd, maar
ik onderstreep het: ginds geldt het: „geen
plaats voor Jezus«, maar hier: laat ze tot
Mij komen en verhinder ze niet.«
Toen ik het vereerend verzoek kreeg om
deze school met geen rede te openen, heb
ik geen oogeubiik geaarzeld, om daaraan
te voldoen, want ik acht het een zaak van j
verbazend groot gewicht en mijn hart leeft
voor het Chr. Onderwijs. Ik wil uwe aan
dacht vragen voor „het reeds voorgelezen
tekstwoord, Ps. 119 vs. 130: De opening
van Uw woord geeft licht*, en het kwam
mij voor dat dit Schriftwoord een geschikt
woord zou wezen om een oogenblik te
overdenken bij de opening van deze School
met den Bijbel. Want nietwaar, a. bij een
goopende school behoort een geopend woord,
b. want een geopend woord moet licht geven
in een geopende school.
Er is een tijd geweest in ons vaderland
dat mijn tekstwoord gold ten opzichte van
het onderwijs. Wel is waar dat er bij het
godsdienstonderwijs niet veel meer behan
deld werd dan de Heidelbergsche Catechis
mus, zij leerden lezen, schrijven en rekenen
èn Jvan het een en het ander er bij, maar
hoe eenvoudig de school van onze voor
vaderen ook was, dit'groote voorrecht had
zij: zij was een zcliool met den bijbel, en
als die eenvoudige mannen dan begonnen
de kinderen te leeren, dan zou men nooit
beginnen zonder over dat onderwijs den
zegen gevraagd ite hebben. Ja, zij werden
onderwezennaar Gods Woord en getuigenis,
de eenige openbaring van den weg om zalig
te kunnen worden. Wanneer gij zoudt willen
opslaan de Kerkorde van Dordt en den
Ileidelbergschen Catechismus, dau zoudt gij
op velschillende plaatsen aanwijzingen vin
den van het beginsel waarvan onze vaderen
uitgingen ten opzichte van het onderwijs
der jeugd. Deze school vergeleken met de
scholen uit de steden, was het toch een
primitieve inrichting. Maar hoe eenvoudige
zaak ook van het onderwijs, dit moet er
van gezegd, zij werd naar behooren behartigt
ea overeenkomstig de getuigenis van God
en Zijn Woord. i
Maar, mijne vrienden, na dien tijd is een
andere tijd gekomen. Langzamerhand zakte
men af, over het vaderland is een anderen
geest gekomen om wel de kinderen te laten
rekenen, lezen en schrijven, maar geen
godsdienst op de school, daarvoor was
geen plaats. In het jaar 1801 is de eerste
wet gekomen op het Openbare Onderwijs en
die eerste wet van 1801 is de eerste stap
geweest in de verkeerde richting. Immers
de laaste wet, die van 1878 heeft het on
verbiddelijk oordeel geveldde bijbel van
de schoolhet is niet noodig dat de kinde
ren onderwezen worden in Gods Woord,
Gods Woord moest eraf en de bijbel ge
bannen, zoodat er niets overbleef dan
Art. 33, dat er onderwezen moet worden
in >de maatschappelijke en christelijke
deugden." Christelijke deugden zonder Chris
tus De geschiedenis heeft het geleerd, er
was niets anders overgebleven dan «vijand
schap tege.1 Christus. Zoo is het tegenwoor
dig nog en als Gods waarheid ons zegt
de opening van Uw Woord geeft licht, dan
is dit de waarheid in de praktijk, ook op
het terrein van de school, zonder dat Woord
leven in de duisternis.
Maar, mijne Toehoorders, wat zij ten
kwade hebben gedaan dat heeft God ten
goede gedacht.
In dezelfde jaren kwam er een omkeering
ten goede van het christelijk onderwijs, de
school met den bijbel, en ik moet de kin
deren van ons volk een eeresaluut brengen.
De mannen van 1878 waren de steen
leggers voor het christelijk onderwijs. En de
slag ons toegebracht zal blijken te zijn voor
de openbare school een nekslag. Reeds is
de 1000ste school met den bijbel al
geopend, maar wij zijn nog niet waar wij
zijn moeten. Als wij de toestand van ons
vaderland bezien dan zien wij dit liggen,
dat er veel, nog veel te veel leeft onder
het oude beginsel van het openbare onder
wijs.
Nu weet ik wel, er is veel vooruitgang
en ontzaglijk veel, op het gebied van
het onderwijs. De eenvoudigen in ons mid
den weten het zoo niet, dat de «kennis
zoo'n opgang maakt, de mensehen die stu-
deeren wel. Daar worden kweekscholen
enz. opgericht in onzen tegenwoordigen tijd,
het schijnt de eeuw van het onderwijs,
de eeuw vau verlichting en kennis.
Maar als wij de zaak dieper bekijken dan ziet
men dit zoo duidelijk, achter dit alles zit
een verkeerd beginsel. Wij moeten voort
gaan op den weg, welke door de mannen
van 1878 is ingeslagen geworden wij moe
ten voortarbeiden op hunne voetsporen,
er moeten mannen en vrouwen gevonden
worden, welke zijn vóór het .Christelijk
onderwijs.
Immers, niet lang geleden was er een
rector, welke een brochure uitgaf en daarin
kwam mededeelen, hoe weinig de kinderen
van Gods Woord en getuigenis wisten.
Wie die brochure gelezen lieeft, staat ver
baasd over de domheid vau de jongelui,
welke doctor, advokaat, zelfs dominé wor
den. De groote onkunde, die onder menschen
en jongelingen gevonden worden, bemerkt
men die op de Catechisatie gaan. Vraag
aan kinderen van verschillende leeftijd naar
Gods Woord. Het is nog niet zoo heellang
geleden, dat ik er een vroeg:
Het Evangelie van Mattheus, waar wordt
dat in den bijbel gevonden Zij wist het niet
en zij was toch 18 jaar oud. Een ander
vraagde ik: Over de „Vader, Zoon en H.
Geest« en zij antwoorddeNeen, daar heb
ik nog nooit van gehoord. Waar moet dat
heen, menschen op zulk een leeftijd en zoo
onkundig in Gods Woord. Ja, mijne toe
hoorders, niet alleen Gods Woord ontbreekt,
maar ook de kennis van de aller eenvou
digste beginselen.
Het is de Openb. school, die deze begin
selen weggenomen heeft, en oorzaak van
deze onkunde. In onzen tegenwoordigen
tijd is Gods Woord een gesloten boek. De
kinderen van ons geslacht worden er lang
zamerhand vervreemd van het eeuwige
getuigenis Gods. Mijne vrienden en vrien
dinnen, dan ontmoet gij dingen die uw haren
ten berge doen rijzen. Ik was laatst op
huisbezoek. De vader was protestant en de
moeder roomsch. Ik vroeg wie daar d*
kinderen opvoedde: «Wel dat doe ik natuur
lijk mijnheer, want ik acht het Onze Vader