Zaterdag 8 April 1911
26sl,! Jaargang JN1648.
O
3
voor de Zuidhollandsdie en Zeeuwsche Eilanden.
1EI BLAD.
Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
W. BOEKHOVEN.
9SÓ8
SOMMELSDIJK.
Bijenteelt.
2? jütir vao deti
tielia Zeedijk jd 25
jm. 21 j iar ea
iin A'phen 10 maun-
NT.
L E. v. Vliet en
N.ii: egaal, jm. 22 j.
jaar.
oud 23 jaar z. v.
Adriana Melissan*.
scBiool,
feelte.
teiiiugeu.
tg 9 April 1911.
<iae Kerk.
I1JDAG.
oncls 6 uujrgods-
ningen. r,
uur, Bevestiging van
uur Ds.Westrik.
uur I's. Bruining, en
n opgaaf ontvangen,
ur Bidstond vour 'i.
bediening De. Emmen.
Hack.
ontvangen,
uur Ds. Bruining van
dienst,
nam. 2 Ds. Wentiuk.
tvangen.
Ihr. Ilaek, nam. geen
2 uur Ds. Kroeve.
ïtvangen.
Sevestiging Lidmaten,
F. de Gidts.
angen.
Kerk.
eu 'a avonds G uur
a/d Lek.
Dorm.9,30 en 5,30 uur
link.
r Leeskerk nam. 2 uur
onds 5,30 leeskerk.
nam. 2 uur leeskerk
en 's avonds 6 uur
am. 2 uur Ds. v. Duin.
's Avonds G uur, Ds.
erde Kerk.
am. 2 en 's avonds G
2 en 's avonds 6 uur
2 en s avonds 6 uur
isden.
a 2 en 's avonds 6 uur
n. 2 en 's avonds 0
erde Kerk.
narnid. 2 Leeskerk.
3 Kerk.
Ds. Rössing.
ia tie.
de Kerk.
en 's avonds G uur
iVliddelharnis.
ingeu.
e Iierk.
RINGVLIET.
Diepenhorst en L.
ter van M. W. Keijzer
RINGVLIET.
ieuwe leerlingen v»o
hooi alhier lesaat
bij het hoofd dier
ron vernemen zal het
maal zijn, dat de
Gemoente in de
vergadert. Zondag
stoefeningen weer in
ehouden worden.
MEL.
nuttige handwerken
15 April a.s. benoemd
Ik.
ei 1911 zal aan Mej.
bjjstand aan de O. L.
orden goven, wegens
iiouni.
D. van der Meide
nBtra, hoofd der Chr.
volg toelatingsexamen
Bijz. Normaalles1 en
EN.
dienstjaar 1910 der
cdurende acht dag'U
L. v. d. Velde Lz.J.r.
ns idmaten der Ned
tegeu Mnanduguvond
ncis'uriekamer alliier
jaren beroepingswerk
el door de leden zal
ND.
t Ds. D. C. Pieneman
eref. gem. alhier, na
Overduin van Lisse
de te doen.
erduin andermaal op
NT.
maten der Herv. Kerk
g van een predikant
rlingen, diakenen in
zal gesohieden door
EDE.
V. de tienjaarlijksche
mtrent Kerkeraad of
orv. Gemeente alhier.
enigingen.
mis.
.opG. G. Pred. 12: 13b
ur.
g: voor de pauze Jo*
uze Ons Prog. art. 9.
aringvliet.
r. op G. G. Immanuel
uur in de consistorie
mei.
ver. iedere Vrydag-
storiekamer der Ger,
Deza (Jouraat verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent.
a a a zonder 50
Buitenland bij vooruitbetaling met Zondagsblad ƒ7,50zonder f 4,50 per jaar,
Wonderlijke nummers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent.
GITGEVES
Telefoon Interconam. So. 2.
Adverteutiën 10 cent per regel en 3/t maai. Reclames SO per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en maal.
Dienstaanrragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaau
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- ea Vrijdagmorgen 10 uur.
§1 as kefs voor «1^ BSealatn'Ssf» ïH-siriisd, Adverieiiliéii en verdere ^Administratie tranco fe «enden aan desa Uifareve'
La»d° en Tuinbouw.
Een paar nuttige gewassen.
i.
Daar zyn vele gronden, reeds jaren en jaren
in cultuur, die toch feitelijk daarvoor niet ge
schikt zijn. Tengevolge van de armzalige be
mestingen in vroegeren tijd is de bodem arm ge
bleven of geworden, bedelarm soms, zoodat hij
groote behoefte heeft aan stikstof en andete
voedingsstoffen, en aan humus. Gaat men totaal
uitgeboorde akkers behoorlijk met kuntstmest be
mesten, dan is de eerste jaren de oogst dikwyls
teleurstellend en blyft deze wegens den onvol
doenden eultuurtoestand ook onzeker. Zij, die
zweren bij de oude bemestingsleer, groote ver
wachting hebben van de humusvormenden
waarde van den stalmest en daarom de kunst
meststoffen („hulp" meststoffen, zeggen zij het
liefst) verre beneden den stalmest stellen, zul
len in zulke omstandigheden aanraden: de eerste
jaren flink met stalmest te bemesten. Wij achten
dit echter te kostbaar en ook niet de meest
doeltreffende wijze, om den grond in goeden
cultunrstaat te breDgen. Hier is o. i. aangewe
zen de verbouw van een of ander vlinderbloe
mig gewas van serradella of lupinen, 't zij air
hooidgewas, of onder dekvruchtofalsopvolgend
gewas. De kunstmest stelt ons nu in staat deze
gewasseD, welze vroeger zeer vaak mislukten,
op uitstekende wjjze te verbouwen en daardoor
den grond in meer dan een opzicht te verbete
ren. Het welslagen van de teelt van andere ge
wassen wordt daardoor, zonder groots bemestingE-
kosten, verzekerd.
Over de teelt van beide gewassen willen wij
een en ander mededeelen 't eerst met het oog
op den tyd van zaaiing, over terrsdella. Ser
radella levert een uitnemend veevoeder en kan
reeds om die reden worden verbouwd, maar
werkt ook groudverbeterendle. omdat haar
wortels diep in den grond dringen en zij den
bodem luchtig en los maakt; 2e. dewijl zij de
bouwroor verrijkt, eensdeels door de voedings
stoffen uit den ondergrond op te halen, anderdeels
door het vermogen barer wortels om de lucht-
Btikstof die kostelijke eu anders zoo dure
voedingsstof! in de plant zelf en dus ook in
den grond vast te leggen. Serradella is voor het
vee iicht verteerbaar, heeft een groote voedings
waarde, mag daarom gerust de spurrie vervangen
en staat boven deze om haar grotidverbeiereude
waarde. Als boofdgewas kan zij ir te le helft
van April worden gezaaid onder dekvrucht, 't
liefst onder rogge, na 20 April. Men doe het,
zoo mogelijk, bij vochtig weer; zij slaat dan
beter aan. Serradella, als hoofdvrucht, kan reeds
begin Juli gemaaid worden, in Augustus voor
de tweede, en later misschien nog voor de derde
maal, wanneer men n.l. niet te kort afmaaii.
Onder dekvrucht kan zij in October een snede
groenvoeder gevende stoppel kan dan, ter
verbetering van den akker, worden ondergehouwd
ook kan men dit als men het noodig acht, ti< t
geheele gewas doen. Onzuiver land kan, als de
serradella welig groeit, van onkruid min of meer
schoon worden; echter: vervuild land. vo< ral
waar .kweek" de baas is, gebruike meu voor
de serradella teelt Diet. De hoeveelheid zaaizaad
is 4050 kilo ol meer per H. A. onder dekvrucht
bjj afzonderlijke cultuur 25—35 K. G, De bemesting
geschiedt met kunstmest: voor serradella als
hooidgewas per Hectare400 i. 500 K. G. patentkali
4 <1 500 K. G. superhosphaat en niet te vergeten
een kleine hoeveelheid Chili, b. v. 100 K. G.
misschien is meer noodig, om, het gewas flink
aan den groei te helpen. Teelt men de 8. onder
dekvrucht, dan moeten 2—3 baaltjes kali en
phosphorzuurmest meer dan andersworden
toegediend. De serradella verbouw moet meer
en meer algemeen worden.
(8l0t volgt.)
O. JB.
De Aprilmaand is et. Op een'mooien dag,
als do thermometer minstens 10 a 12 gr.
Celsius wijst en het r/Siil van wind// is, maken
we ons gereed onze volken na te zien. 't Is
10 uur in den voormiddag, de verzamelaar-
sters zijn alle in 't veld, we hebben dus een
mooie gelegenheid. Beschut uw handen en
gezicht, want het onderzoek moet met alle
kalmte en beda-ïdheid geschieden. Daar slaan
een zestal korven, laten we die eerst eens
inspecteeren. Eenige rookwolken blazen we
door 't vlieggat en wachten dan even met
een mes krajben wij den* korf, die is vast
gehecht nan den stalnodem los, en blazen wat
rook onder in den korf. Dan draaien wij
dezen onderstboven en reinigen de plank van
alle vuil. De korf tussihen de knieën (nog
beter: tusschen een ouden stoel zonder leu
ning), plaatsend, bezien wij den inhoud. On
danks den rook konten uit het. midden eenige
bijen ons bedreigen: geen kwaad teeken 1 Wij
drijven ze terug, drukken met beide handen
de raten wat vaneen en zien nu dieper ge
sloten broed, met bruinachtig deksel. De
moeder is er, want er is broedde bevolking
is levenslustig, en de raten zijn eer geel dan
zwart. Nu blijft ons over den korf te wegen:
21 ponden 1 Stel het gewicht van dsn korf
op 7 pond, niet te min dat der raten,
bijen, pollen, broed, enz. op 5 pond, samen
12 blijft 9 pond honig. Dat is voldoende
6 voor de maand April en 3 voor de eerste
Met-dagen. Wij zijn, over den uitslag tevreê.
No. 3 is aan de beurt.
Wij merken hier ongeveer hetzellde op,
alleen de raten zijn eerder zwart dan geel,
niet zoo moot dus. Deze wegen derhalve 800
a 10U0 grammen zwaarder. Daar de korf
ongeveer evenveel weegt als no. 1. zou ik no.
2 een kilo goeden honig (of suikerstroop)
oedieuen. Moest ik een van beide koopen,
dan gaf ik gaarne voor den eerste een gulden
meer dan voor den tweede, en zou voor dten
e oogeren prijs hem nog prelereeren,
No. 3 kom>. op de bascule: 24 pond. Be
volking en oroed zijn goed, maar de raat is
zoo zwart, dat zij wel 4 a 5 jaar Oud lijkt
Ondanks het 3-pond hoogere gewich dan van
1 en 2, is deze korf minder waard, daar hij
met veel mier voordeel zal geven. Dezen
zomer kan hij nog winst geven, maar dan
mag hij niet meer mee: die harde en dikke
cellen, welke gemakkelijk Van vocht doordron
gen worden en moeilijk kunnen worden ver
warmd, bieden den bijen geen goede verblijf
plaats meer.
Ook de vierde korf valt bij beschouw.ng
niet trgen, doch het gewicht is le min 16
pond, dus slechts 4 pond honig. Daar zou
minstens een pond ot vijf bij moeten m t n-
stens zeg ik, want we verliezen bij de
voedering alloos.
Och wat is No. 6 lichtmaar 12 pond 1
't Voedsel is bijna op, gezien het gewieht van
den kort, raten, oroed, pollen, enz. De moeder
is er echter nog wat is dat armoedige volkje,
ondanks hun ellende, wakker en levendig I
Onder zyn de ruien deerlijk gehavend, ,de
plank ligi. vol stukken raat en doode bijen.
Wij snijden de oeschadigde raten weg, reini
gen de plank terdeeg, en in regelmatige hoe
veelheden dienen wij 5 kilo bonig toe. Voor
iemand die koopen wil, heelt deze kolonie
geen waarde.
De taaiste korf is aan de beurtde bevol
king is goed en 't gewicht ook, maar er
is geen leven, geen araetd, geen vertier waar
te nemen een droeve, doodsche geest heerstjht
tn den korf. De bijen vliegen en draaien en
keeren om den korf, cn zetten zich stil op de
plank, aleer zij beur mageren buit binnen
.rengen. De toestand daar binnen trekt haar
niet aan. Er is wanorde en verslagenheid. Wij
zoeken naar broed, maar vinden bet niet. De
bijen schijnen moederloos. Wat te doen Wij
zeiden het al eer haast u niet. Gaat niet
Itrecht over tot vereeniging met andere bijen,
maar oeien geduld en bewaak deze kolonie
als een verdachte.
(Slot volgt.)
C. B.
SJit de S*ers.
Ingezonden btukken.
Wij lezen in onze tiilver- en Vecht-
bode het volgende
Wij vonden in de Volkscourant de
volgende asterisk
»Hoewel het aan de eene zijde, als
bewijs dat onze menschen meeleven,
soms aangenaam kan zijn iets te ont
vangen voor de courant, kan het ter
anderer zijde ook zijn ontzettende
moeilijkheden baren.
Nemen wij 't stuk op, dan allicht
komen er een of meer lezers, die brie
ven of briefkaarten aan de redactie
schrijven, waarin dat opnemen sterk
afgekeurd wordt. »Gij breekt de cou
rant af«, schreef iemand, »met zulke
dingen op te nemen
»L)an wil ik 't blad niet meer lezen*,
een ander.
Weigeren we aaneen stuk plaatsing,
dan wordt de inzender kwaad. Nu weer
iemand uit N. 't Was een zuiver ker
kelijke kwestie. Hij keurde het zoo
af dat de predikanten, die daar kwa
men preeken, des Zondags per rijtuig
of op andere wijze aankwamen. Zij
moesten het logies, hun aangeboden,
maar voor lief nemen, en sommige
de 3 de beurt in eigen gemeente dan
maar loslaten. Nog niet zoo lang ge
leden ging deze inzender zelf op een
Zondagmorgen per spoor uit.
Ik beschouwde dit als zuiver locaal
niet alleen, maar daarbij zoowel te
kerkelijk als te persoonlijk, om het op
te nemen.
Gevolg een schrijven Waarom is
mijn stuk niet geplaatst 9 Ik geef
ten antwoordNiet in 't algemeen
belang zou schadelijk werken voor
de evangeliesatie ten uwent, en behoort
bovendien meer bij den kerkeraad enz.
ter sprake gebracht te worden*.
Mijnheer boos schrijft een brief met
persoonlijke hatelijkheden en
zegt direct zijn abonnement op.
Nu, ik denk, als ikj't stuk geplaatst
had, dan waren er misschien wel 10
opzagen ingekomen. Men moet 't dan
maar zelf weten. Persoonlijk dit wil
ik toch al dien heethoofden eens ver
tellen, heb ik er geen zier belang bij,
of de courant blijft of niet. Voor mij
beteekent ophoudenhet ontslagen
worden van veel werk en veel
verdriet I Vooral als het gaat op deze
manier. Onlangs met enkele chr.-geref,
uit W. en N.P. en no weer uit N.S.
P."
Deze asteriks biedt ons een blik in
het leven van den journalist. Zoo gaat 't.
Over het minste of geringste zijn de
lezers aangebrand. En de >Christelijke«
lezers zijn 't dikwijls al zeer spoedig.
Dan wordt het abonnement opgezegd.
En de Chr S elijke pers in den steek
gelaten.
En nu is het merkwaardig, hoe veel
die zelfde ontvlambaren van de neutrale
pers kunnen verdragen. Als deze een
stuk weigert, dan zeggen zij hoogstens
»du ja, maar 't is ook. een neutraal of
liberaal blad*, en zij blijven abonné. Maar
laat de Christelijke pers, hetzelfde eens
doen 1
Dat »lieve« soort menschen moeten
't maar eens onthouden, wat de Volks
courant schreef, dat de redacteuren in
den regel er geen zier belang bij hebben
of de courant blijft of niet. Voor hen
beteekent ophouden inderdaad veelal een
ontslagen worden van veel werk en ver
driet.
't Is veelal de liefde tot het beginsel,
die de redacteuren leidt. Maar anders?
Dacht men nu werkelijk, dat de geregeld
wederkeerende arbeid, de ondervinding
van miskenning en allerlei onaangenaam
heden, het loon dat voor onze Christe
lijke persmenschen, dikwijls minder dan
een kruiersloon bedraagt, het redacteur
schap van onze pers zoo begeerlijk maakt?
't Schijnt Want steun uit onze krin
gen is dikwijls gering. Onze menschen
schijnen nog maar steeds niet hoog be
lang van eene pariijpers le begrijpen.
Zij willen het zeker niet begrijpen.
Een pluimpje verdient.
De Tweede Kamer, zoo oordeelt de
Briefschrijver van De Tijd, verdient een
pluimpje.
Zij heeft de laatste week even hart als
vruchtbaar gewerkt. In het openbaar deed
zij afde zedeloosheidwet, de successie
belasting, de Berner conventie, het
Landbouwonderwijs, en de Arbeidswetin de
afdeelingen zal zij, als straks haar Paasch
vacantie intreedt, hebben onderzocht de
Militiewet, het ontwerp omtrent de kustver
dediging, de lager onderwijsnovelle en de
middelbaaronderwijsnovelle, de bakkerswet,
de ziekteverzekering. Haar individueele
leden vonden tijd tusschen dit alles voort te
werken aan de ziekteverzekering, aan de
armenwet, aan het legeronderzoek enz.
Men zou al bijzonder veeleischend moeten
zijp, wanneer men zich dan nog beklaagde
over de hoeveelheid arbeid, die werd afge
daan. Meerderheid en oppositie hebben dan
ook in dit opzicht reden over hare houding
tevreden te zijn en de laatste weken als de
beste te beschouwen. Ik noem ook de oppo
sitie, want ook zij heeft ditmaal medege
werkt aan een vlugge afdoening van zaken.
Door leusenen.
Mr. Tro-lsira acht het noodig geregeld
te Amsterdam aan den blaasbalg te trekken;
anders dooft het vuur van 't algemeen
kiesrecht uit.
Drie redevoeringen heeft hij reeds ge
houden.
Welnu, dat is zijn recht.
Maar recht is 't niet, om door middel
van leugenen deze actie aan te wakkeren
en op de anti-rev. partij een blaam te
werpen.
W at is 't geval P
Een zeker Mr. Leenderls, is dezer dagen
tot doctor in de rechtsgeleerdheid gepro
moveerd over het antirevolutionaire begin
sel der Overheid.
Toen nu de jonge doctor zich neerzette
tot het schrijven zijner dissertatie was hij
't nog met deze anti-revulutionair leer eens
en beoogde hij een verdediging er van te
geven. Nader onderzoek bracht Mr. Leen-
derts tot de bestrijders.
Zoo iets is mogelijk.
Nu word er echter rondverteld, dat deze
Leenderls, student was aan de Vrije Uni
versiteit en dat deze Universiteit weigerde
hem te laten promoveeten.
Deze beide leugens zijn direct den kop
ingedrukt.
Er is eenvoudig geen WOOrd van waar.
En wat spreekt Mr. Troelstra op Dins
dag 28 Maart?
»De Vrije Universiteit weigerde hem te
laten promoveeren hij heeft zijn nieuw licht
moeten laten schijnen aan een paganistische
Universiteit,
Zoo luidt het verslag in Het Volk.
Nadat al iang deze leugenachtige be
richten tegengesproken zijn, nadat dus Mr.
Troelstra al voldoende tijd heeft gehad,
moet hij met deze leugenen de vergadering
wat opvroolijken.
In het socialistisch woordenboek staat
een werkwoord Sybrandiseeren. In de
nieuwste druk van dit woordenboek is dit
werkwoord er uitgelaten en daarvoor in de
plaats gezet>Troelstraiseeren.
(>De Getuige.*)
„Practisch".
Hoe »praktisch" die socialisten te werk
kunnen gaan, bewijst weer het voorstel,
dat zij indienen willen ter verscherping van
de leerplichtwet en waarbij ze dan ook
willen schrappen de zes weken 's jaars, die
thans toegestaan zijn voor den landbouw.
Neem nu b.v. het aardappeldelven, zoo-
als dit in vele streken van ons land ge
schiedt. Daarbij is het zoeken en uitzoeken
van de aardappels een werkje, dat zich bij
uitstek leent voor kiederarbeidwaar ze
ook niets slechter van worden en waardoor
het gezin, enkele weken lang, een aardige
stijging van inkomsten geniet. Wat hoog,
hóóg noodig is.
Dat moet dan afgeschaft.
Is 't dan een vochnge herfst en moeten
de grooten niet slechts delven, maar ook
rapen, dan komen er eenvoudig handen en
komt men tijd tekort, om den aardappel
oogst behoorlijk binnen te halen.
Doch dat geeft niet.
Toch maar door zetten.
Het leven moet zich maar sch.kken naar
de strafste theorie. (»On e Courant
HecSit&zaken.
Arrondlssenenti Rechtbank.
(Kamer van strafzaken.)
Zitting van Dinsdag 4 April.
Beklaagd van mishandeling heeft na de pauze
terechtgestaan K. G., 24 jaar, schippersknecht ta
Ouddorp.
Beklaagde vertelde, dat op 2 Januari zekers
Bakelaar naast hem was komen loopen, om hem
te ondersteunen alhoewel beklaagde niet dronken
was. Plotseling voelde beklaagde, aan de zijde
waar Bakelaar liep een hand in zijn broek/.ak
glijden. De hand werd weer teruggetrokken,
waarna beklaagde merkte dat hij zijn portemonnai
kwijt was. Bakelaa bood aan, nadat hij zich
even achter de tiuizen begeven had zich te laten
onderzoeken of hij soms de portemonnai niet bij
zich had. Toen beklaagde, na dit onderzoek,
niets vond, had hy Bakelaar een pak slaag ge
geven, De portemonnai had hij later van de
politit teruggekregen, het geld dat er dien avond
in was (waaronder een bankbiljet van f 25) was
er echter uit verdwenen.
Getuige Bakelaar verklaarde, dat hij tengevolge
van deze mishandeling eenige dagen door ten
dokter behandeld was. H(j ontkende de porte
monnai te hebben gerold.
Het O. M.waargenomen door Mr. W. P. R.
Bouman, eischte een gevangenisstraf van veer
tien dagen.
Heling door een gemeente
veldwachter.
De gemeente-veldwachter van Stellendam, 52
jaar, wonende aldaai, zou in Mei 1910 eene hoe
veelheid van 8 H. L. haver ten g-schenke heb
ben aangenomen, wetende dat deze haver van
misdriji afkomstig was.
Beklaagde verklaarde, dat hij reeds 22 jaar
veldwachter te Stellendam was; hij was boven
dien nog onbezoldigd gemeente-veldwachter van
Goedereede, Melissant eu Dirksland. Naar aan
leiding dezer zaak was hij vocrloopig geschorst,
met behoud van traktement.
Op zekeren morgen iu Mei van het vorige jaar
vond getuige achter zijne woning acht zakken
haver staan, die nat waren. Hij beschouwde dit
als een geschenk van een der visschers van wie
hfj wist dat zij belast waren met de berging van
de lading van een in het Haringvliet gestrand
vaartuig. Hfj wist dat de lading uit haver be
stond. Nochtans had hfj in deze gift geen kwaad
gezien: anders had hij ze zeker niet aangenomen.
Van welken visscher hy de haver gekregen
had wist beklaagde ook nu nog niet: hy ver
moedde wel dat er een zak by was van getuige
Kalle: deze toch was 'savonds te voren het eerst
van alle anderen terug en toen beklaagde hem
zag, vroeg hy dezen of hij niet „een zak rommel"
voor zyn kippetjes wilde hebben. Hy had hierop
geen ja en geen neen geantwoord.
Beklaagde wist Diet dat er met de lading van
gestrande schepen nog al eens raar gehandeld
wordt, en visschers aau het woord „rommel" sa
„opveegsel" een uitgebreide beteek-nis geven.
Later had hy wel van de ryksveldwachteri
gehoord, dat er verschrikkelijk veel van de b«
wuate lading gestoleu en verhandeld was.
Hy had de ten geschenke gekregen haver
gedroogd en later aan zekeren Buys voor f 25
verkocht, omdat zyn varkens het niet wilden
eten.
Nooit had hy iemand gevraagd om te weten
te komen wie de gever wae; hy had er dus ook
nooit iemand voor bedankt.
Voor den ryksveldwachter, die beklaagde het
eerst verhoorde, had hy nog verklaard, dat ge
tuige Kalle hem 's avonds te voren had toege
voegd: „je moet van avond maar niet aan de
kaai komenje moet maar niet nauw kyken",
en dat hy 's morgens ds zakken haver vindend,
begrepen had dat deze woorden met dit cadeautje
verband hielden. Thans beweerde beklaagde zich
niet meer te herinneren dit tegen den veldwach
ter gezegd te hebben: wel had hy het desbe
treffend procesverbaal geteeksnd, maar hy was
toen te zenuwachtig. Hij ontkende pertinent dat
Kalle de bewuste woorden had gebezigd, 's Avonds
voordat hy de haver kreeg, was hy om 19 uur
naar bed gegaan. Getuige Koese, verklaarde, in
dienst van Kalle, op een dag in Mei 1910 met
diens blazersschuit behulpzaam te zyn geweest
by het overbrengen van haver uit hetges rande
stoomschip naar een lichter. Na afloop waren ze
teruggezeild: ze hadden toen een zestal zakken
opveegsel by zich.
In Btellendam teruggekomen, bracht getuige
op last van zyn baas een zak „opveegsel" naar
beklaagde; het was toen waarschynlyk ruim 10
uur 'savonds. Hy zag beklaagde in diens ach
terhuis, waar nog twee zakken stonden, gelyk
aan die, welke getuige bracht.
Zonder dat ze één woord tegen elkander gezegd
hadden, bad getuige den zak van zyn schouders
afgenomen en neergezet, by de andere, waarna
hy heengegaan was.
Getuige werd er nu op gewezen dat een vracht-
ryder indertyd voor den ryksveldwachter ver
klaard dad 25 H. L. haver 16 hebben bezorgd by
iemand in Dirksland; welke haver hij had op
gehaald by getu ge Kalle en zyne beide knechts.
Hy verklaarde nu dat dit best mogelijk was:
hy bedoelde toch, dat elk der knechts zes zakken
opveegsel by zich hadden, terwijl de schipper
een dubbel portie had.
Getuige Kalle werd erop verzoek van het OM.
op gewezen dat hy zonder bezwaar voor zichzelf,
kon verklaren, datgene wat de waarheid was,