Zaterdag 18 Maart 1911. No. 1642. Twee Bladen en Zondagsblad. Dit nummer bestaat uit Hechtsza ken. m INHOCSIGNOWSES tslïleieea Gedeelte. niATIdMAIjE HHLIITfiE. Herhaltugsoefeningeu in 1911. De BURGEMEESTER van fc'ommelsdyk maakt bekend, dat de in deze Gemeente gevestigde ver lofgangers, behoorende tot de hieronder vermelde lichtingen, korpsen en korpsonderdeelen, bij deze worden opgeroepen om op den datum, achter elk korps ot korpsonderdeel vermeld, krachtens art. 111 der Militiewet 1901 in 1911 voor herha lingsoefeningen onder de wapenen te komen. (Voor die korpsen eu korpsonderdeelen zie men het aanplakbord). De verlofgangers, die in het genot zijn geweest van uitsiel van eerste oefening, moeten voor herhalingsoefeningen opkomen met de lichting van het jaar, waarin zij hunne eerste-oefeniug hebben aangevangen; zijn zij echter ingelijfd m het jaar, volgende op dat hunner lichting, dan komen zy op met de lichting van het jaar te voren. De opgeroepen verlofgangers zullen zorgdragen, dat zij zich ieder op den voor heni aangegeven dag, in uniiorm gekleed eu voorzien van hun verlofpas (zakboekje), almede van alle verdere tot hun verlofsuitrusting behoorende voorwer pen van kleediug en uitrusting, bij hun korps aanmelden en wel: le. zij, die woonachtig zijn in de plaats van opkomst, uiterlijk te 8 uur voormiddag 2e zij, die woonachtig zijn binnen 20 kilo meter van de plaais van opkomst, uiterlijk te 10 uur voormiddag; 3e de overige verlofgangers, voor zoover zy binnen het Rijk gevestigd zijn, zoodra mogelijk na aankomst in de plaats van opkomst, waarheen zij zich met het eerstvertrekkeDd openbaar mid del van versneld vervoer, langs de op de vervoer- bewijzen aangegeven route en met de daarop aangegeven vervoermiddelen moeten begeven, en voor zooveel zij buiten het Rijk gevestigd zijn, voor 4 uur namiddag. De verlofgangers, üie per spoor, tram of stoom boot moeien reizen of op de reis een of meer veren moeten passeeren en in wier zakboekje aanwezig zjjn de vereischte op wit papier ge drukte en met rooden iakt ingevulde verveer- bewijzen en passage biljetten, behoeven zich j.yoor hun vertrek, naar het korps niet ter Ge- 'meentesecretarie aan te melden doch begeven zich rechtstreek» naar het slation of de aanleg plaats van vertrek en steileu aldaar hun zak boekje ter hand aan den beambte, met de uit gifte van plaatsbewijzen belast, of aan den veer man. De verlofgangers behooren er op indachtig te zijn, dat hun het zakboekje wordt teruggege ven, alsmede de strook van het vervoerbewijs, aangezien de strook hun gedurende de reis moet dienen als plaatsbewijs. Verlofgangers, die niet in het bezit zijn van een vervoerbewijs, of passagebiljet,"ingericht om daarop van het slation van vertrek naar de plaats van opkomst te kunnen reizen, dan wel van het veer of van de veeren geb'Uik te maken, moe ten zich op den laatsten werkdag voor hun ver trek naar hun korps, des voormiddags tusBchen 10 en 12 uur ter gemeentesecretarie aanmelden teneinde aldaar in het bezit te worden gesteld van de vereischte bescheiden. Het is noodig, zich tenminste een half uur voor het vertrek van den trein, de tram of de stoomboot aan het station of de aanlegplaats te bevinden. Behalve vrij vervoer, voorsoover de reis ge schiedt binnen het Rijk heeft de verlcfganger, die niet woont in de plaats van opkomst, voor den dag van opkomst recht op een daggeld van f 0.25. Het is niet noodig dit daggeld ter ge meentesecretarie te vragenaan hem, die het in zijne woonplaats niet heeft ontvangen, wordt het na aankomst bij het korps ui betaald. Ingeval ziekte of gebreken de opkomst van een verlofganger mochten verhinderen, moet hierTan zoodra doenlijk ter gemeentesecretarie worden overgelegd een gelegaliseerde geneeskun dige verklaring, welke op ongezsgeid papier kan worden gesteld. Na zijn herstel vervoegd hij zich onverwijld bij zijn korps. Hij, die zonder geldige reden niet voldoet aan deze oproeping, woidi, na daartoe versirekten last van den Minister van oorlog, als deserteur afgevoerd. Hij die zonder geldige reden zich te laat bij zyn korps aanmeldt, maakt zich strafschuldig. Het niet ontvangen van een afzonderlijke ken- nisgevirg ontheft een verlofganger geenszins van zijne verplichting tot opkomst in werkelij- ken dienst, daar de openbare kennisgeving, al thans zoo de verlofganger zich op den dag dier kennisgeving niet met toestemming van of van wege den Minister van Oorlog buitenslands ophoudt, eenig en alleen als bewijs geldt, dat hij behoorlijk is opgeroepen. Den verlofgangers, die, op grond van kost winnerschap, vermeenen in de termen te ver- keeren tot het erlangen van ontheffing van bovenbedoelden werkelijkeu dienst of van eeDe geldelijke vergoediüg, wordt aangeraden hun verzoek daartoe bij voorkeur ongeveer zes weken voor hunne opkomst aan de Koningin te doen. Dat verzoek kan op ongezegeld papier worden geschreven en moet rechtstreeks aan Hare Majesteit worden gezonden. Frankeering.is niet noodig. Wenscht men alleen voor een geldelijke vergoeding in aanmerking te komen, kan deze bij ODgezegeid eu ongefrankeerd verzoekschrift aan den Minister van Oorlog worden gevraagd. Sommelsdijk, den 13e Maart 1911. De Buigemeester voornoemd J. BOUMAN. Invordering 's Rijks directe betastingen. De Burgemeester der gemeente Sontmeis- tlijk maakt bekend, clat het kohier der Person, belasting No 1 B. over het dienst jaar 1911, invorderbaar Verklaard op den 13e Maart 1911, aan den Ontvanger ter invordering i3 Ier hand gesteld en ieder daarop voorkomende belastingschuldige verplicht is zijnen aanslag op den bij de wel bepaalden voei, te voldoen. Sommelsdijk den 15 Maart 19 LI De Burgemeester, J. BOUMAN. uren, de gelegenheid zal zijn opengesteld tot kostelooze inenting en herinenting van de ingezetenen, die zich daartoe ten gemeentehuize aanmelden. Sommelsdijk den i5 Maart 1911. De Secretaris, De Burgemeester, I. GEELHOED. J. BOUMAN. IJVVORBRKISTCi 's Rijks dSrectebelastingen. De Burgemeester der Gemeente Middelharnis maakt bekend dat het kohier der personeele belasting No. ib over het dienstjaar 1911 invorderbaar verklaard op c^en 13 Maart 1911 aan den Ontvanger ter invordering is ter hand gesteld en dat ieder daarop voorko mende belastingschuldige verplicht is zijnen aanslag op den bij den wet bepaalden voet te voldoen. Middelharnis 16 Maart 1911. De Burgemeester, ULBO J. MIJS. Ijêagac!- en TnïiaOouw. E a I i m e e 1. Er is over deze nieuwe kali-meststof de laatste paar jaar, ook in ons land, al heel wat geschreven en gewreven. Voor dat nog maar iets omtrent de deugdelijkheid en bruikbaarheid eT van is gebleken, werd eu wordt niet alleen door belanghebbende handelaars, maar cok door personen, die als vrienden van land-en tuinbou wer posteren, voor het kalimeel een reclame gemaakt, die op den nuehteren, onbevooroor- deeldeu toeschouwer een' vreemden indruk maakt en dezen onwillekeurig doet vragen „Wel menschen, waarom maakt ge u zoo druk; waartoe die ijver, die voortvarendheid; waarom dat ongeduld om te wachten op de uitkomsten der officieele proevenwaarom dat schelden bd verdacht maken, dat u toch zoo weinig siert dat negeeren van betrouwbare gegevens, welke tegen het kalimeel getuigen, eu dat zweren bij den eenigen autoriteit, die vöör het kalimeel heeft gesproken: Prof. Wein, die door Diemaud au serieux werd genomen en in deze heel de wetenschappelijke land bouwwereld tegenover zich heeft?" Maar de h. h. reclame-makers voor het kalimeel storen zich aan deze vragen niet, zoomin als aan al het andere dat tegen bun redeneeringen wordt ingebrachtreclame-maken schijnt hun eenig doel, en zy doen dit nu eens in den styDvan fan Kalebas, dan weer in een taaltje, waarop zeker vermaard Amsterdamsch vrouwengenre jaloe'Sch zou kannen zijn: Duitsche geleerden heeten „schoeljes" wat door hen wordt gecon stateerd „Duitsche rommel". Verleden zomer roerden die heeren zieh geducht, een tijdlang zwegen ze, maar nu de kunstmestgebruikers weer tot koopen moeten worden aangespoord, komen zij weer driest voor den dag. 'tKan daarom nuttig zijn, dat onze lezers ook iets anders, dan uit die troebele bron, omtrent kalimeel te hooren krijgen. Wij willen er in dit en een volgend artikel iets over mededeelen. Niet dus om in te gaan op hetgeen genoemde beeren gelieven te -schrijven ook om den toon van hun geschrijl achten wy het beneden ons om met hen te polemiseeren maar alleen ter voorlichting onzer lezer» schrijven we dit. Eerst brengen we even in herinnering, wat kalimeel is. Kalimeel eerst Phonolitmeel geheeten wordt verkregen door fijnmaling van een bepaald kalirijk vulkanisch gesteente. Het bevat pl.m. 9 pCt. kali, welke echter niet, als bij de Stassfurter kalizouten oplosbaar is in water, maar voor een derde ongeveer in zoutzuur en voor de rest alleen met krachtmiddelen kan worden uitgehaald, zoodat wetenschappelijk de bemestingswaarde hiervan gelijk nihil (niets) mag worden gesteld, 't Kalimeel, in zijn geheel genomen, kan dus van wetenschappelijk standpunt op verre na niet op éen ljjn gesteld worden met de Stassfurter kalizouten, ook al zou men de genoemde 3 pCt. gelyk willen rekenen met de in water oplosbare kali dier kalizouten. Maar theorie en praktijk moeten kloppen; daarom moet de juiste waarde van het kalimeel als meststof door proeven worden vastgesteld. Verschillende deskundigen namen zulke proeven. Prof. Hiltner vergeleek kalimeel met 40% kalizout; zijn slotsom was, dat bij zijn proeven kalimeel gemiddeld een verlies gaf van f9.32, het kalizout een winst van bijnat 13.— Dr. Hjalmar vob Pelitzen te Jonköping, een wereldberoemd deskundige op 't gebied van veeneultuur, constateerdeby koolrapen een meeropbrengst van gemiddeld 17% door kalimeel, van 47% door kalizout, bij erwten resp. een minder opbrengst van 2 en een meer opbrengst van 14%; bij aardappelen slechts in een enkel geval een n i e t s b e t e e k e n e n d e meeropbrengst door kalimeel, maar een meeropbrengst van gemiddeld 23% door kalizout. Dat waren proeven in laagveen, in een 8 4-tal ingegraven bakken, en volgens de k a 1 i m e e 1-m a n n e n zou deze meststof voora 1 o p z00danigen grond gunstig werken. Ook Prof. B. Tacke te Bremen nam proeven op veengrond en zijn slotconclusie luidde: „Ik ben van meening, dat zelfs voor den op zwaren bodem hoerenden landbouwer geen aanleiding be.-taat het kalimeel in de plaats te stellen van de werkzame Srassfurter kalizouten, zelfs al betaalt hy voor 1 proceDt in zoutzure oplosbare kali maar evenveel als voor 1% totaal kali in kalizouten. (Wordt vervolgd. C. B. Kostelooze locating. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Sommelsdijk maken bekend, dat op Donderdag, den 30 Maart a.s., des n.m. te 2 Hit «Ie ÉPers. De zending' onder de Joden. Dejoden zijn de beminden om der vaderen wil. Daarom behooren wij hen in liefde te gedenken. Ook ods zijn ze tot een knecht des Heeren geweest. Wij hebben het Woord Gods uit hun handen ontvangenOp slechts een paar boeken na, is de gansche Bijbel door Joodsche mannen geschreven. Doch het hei! des Heeren, dat het aan een in zonde en ellende wegzinkende wereld bracht, heeft het Jodendom in stout ongeloof zelf verworpen. Dit moet ons ten aanzien der Joden lot diep mededoogen stemmen. Doch helaas, in plaats van het in liefde te gedenken, heeft de Christenheid zich aan dat volk op jam merlijke wijze vergrepen. Nietjj alleen de gruwelijke veavolgixtg der Middeleeuwen, ook het barbaarsch optreden van Rusiand heeft de Joden fel bestookt. In den eersten lijd der Christelijke kerk hebben zij zelf al wat Christen was in blind fanatisme vervolgd. Later is de Jood van vervolger vervolgde geworden, en hebben de Christenen zich geweldig tegen hen gesteld. De Roomschen beschouwden hen steeds als ketters bij uitnemendheid. Altijd hebben zij door woord en in geschrifte hard en bitter zich tegen hen uiigelateD. Wij willen niet ontkennen, dat dejoden door hun woekeren en uitzuigen den haat tegen zich hebben opgewektdaarbij mag echter evenmin uit het oog worden verloren, dat deEuropeesche mogendheden voor een goed doel van de Joden gemaakt hebben, wat zij nu zijn. Aange zien zij van alle beroep en bedrijf uitge sloten waren, legden zij zich schier uitsluitend op den handel, met name op den geld handel, toe. Voor de Protestanten, inzonderheid voor ons Gereformeerden, is er alle reden om hen in liefde te gedenken. Ofschoon eenerzijds onverzoenlijke tegenstanders, is er ander zijds tusschen hen toch een nauwe band. Er bestaan in de gansche wereld geen twee religies, die zoo beslist aan elkauder tegen overgesteld zijn als deze beide. Want de een roeptDe Messias moet nog komen en de ander zegt, dat Hij reeds gekomen is. De een houdt Jezus van Nazareth voor een bedrieger en roept hartstochtelijk »Zijn naam worde uiigewischtDe ander aan bidt Christus als den Zoon Gods, den eenigen en volkomen Zaligmaker, van wien de dichter heeft gezongen Eeuwig bloeit de glorie kroon op hel hoofd van Davids grooten Zoon.« Toch hebben deze beide ook teedere aanrakingspunten. Inzonderheid in de hooge vereering der Oud Testan entischeSchrifiuur, die zoowel bij den Jood als bij den Gerefor meerde wordt gevonden. Liefde gevoelen de ware Christenen voor' de Joden, wijl zij het deerniswaardig overblijfsel zijn van het oude bondsvolk, door God geformeerd en verkoren. Heeft bij de Roomschen zich herhaaldelijk de zucht geopenbaard, om de kruisiging van Christus op de Jodrn te wre ken, de Gereformeerden gevoelen en belijden dat zij zelf aan den dood van Christus mede schuldig staan. Want middelijk hebben de Joden dien dood wel bewerkt, maar de oor zaak, dat het kruis van Chrrstus is opgerich'-, ligt in de zonde van het mcnschelijk geslacht. Daarom neemt de Gereformrerde, inplaais van den Jood aan te klagen en te verachten, de schuld mede op zich en belijdt het met schaamte »Ik deed door mijne zonden Hem al dien jammer aar«. Wie dat met ernst besefr, za! zich verre houden van allen smaad en hoon, die den Joden vaak is aangedaan, hij zal vooral den Jodenhaat tot in het diepst zijner ziel verfoeien. Bovendien is er in den boezem derjood- sche natie nog veel, dat de Christenen tot beschaming kan strekkerr. Bij de onmisken bare ondeugden heeft zij uok treffelijke deug den. Het familieleven is eens der JodeD glorie geweest, en nog kenmerken zi) zich door het teeder aanhalen van de banden des huiselijken levens. Zij betoonen grooten eer bied en ontzag voor oude heden. Hun ma tigheid, waardoor zij tot nu toe zich vrij hielden van de drankzonde (zelden zult ge een dronkeri jood op uw weg ontmoeten), hun huwelijkstrouw, hun vaak onbegrensde mildadigheid, hun ijver en zeer bedrijvige werkzaamheid, deze alle vormen inderdaad een krans van wel uitwendige, maar toch eer sierlijke deugden. Als wij nu daarentegen bedenken, hoe onder de Chris'enen de eerbied en het ont zag voor ouderm gaandeweg verminderen, hoe het huiselijk leven steeds meer verzwakt, hoe het huwelijksleven al meer wordt ver dorven, hoe de zor de van dronkenschap onder die nog Christenen genoemd willen worden, ontzettende verwoestingen aange richt; dan is er waarlijk geen reden om laag op de Joden neer te zién, maar hebben wij te erkennen, dat zij in menig opzicht onze leermeesters, zelfs onze beschuldigers kuu- nen zijn. Bovenalies echter moet de Goddelijke waarheid, die ons door middel der Joden is overgeleverd, ons er toe diingen, hen in liefde en in den gebede te gedenken. Van de geloovige omhelzing der waar heid Gods hangt de zaligheid af. Daarom heeft Christus zijn apostelen bevolen, het evangelie des kruists te prediken onder alle volkeD. De keik des Heeren draagt de waarheid Gods allerwege uit. Zij doet dat gedrongen door de liefde Christi en door de 1 efde tot het geestelijk heil van verloren zondaren. Zou zij nu het evangelie brengen aan alle volkeren, en het aan het oude volk Gods, uit hetwelk de Christus geboren is, onthouden Neen, ook en met name ten opzichte der Jodeu, die het heil aan anderen overgeleverd, maar zelf het in on- geloovigheid verworpen hebben, heeft de kerk des Heeren een dure, Christelijke plicht te vervulleD. Deze plicht is geen andere, dan hun met nadruk en ernst den Christus te prediken als den Messias van God ge zonden. Wij moeten door den arbeid der zendiDg aan de Joden, die] den Christus op het schrikkelijkst haten, de onuitsprekelijke grootheid der liefde Christi verkondigen. Gelijk de zendeling uitgaat tot de Heide nen, zoo moeten wij ook in aanraking zien te komen met de Joden, opdat wij hun het getuigenis des Heeren brengen, en hen wijzen op hun zware schuld en grooisten plicht Wij heöben hun te zeggen, dat wij ook het Oude Testament, als het Woord Gods eerbiedige^, doch tegelijk hen te vermanen, dat zij de Schrift niet langer lezen met den rabbi- nistischen bril, maar zooals de profeten en de vromen van den ouden dag dit hebben gedaan. Wij moeten ze allereerst tot den Bijbel brengen, biddende, dat de Heere door zijn Heiligen Geest hen leere, dien te ver staan. Vooral legge men daarbij ernstiger zich zich op toe, om hen klaar en over tuigend aan te toonen, dat het Christendom de rijpe vrucht, de zuivere ontwikkeling is van heigeen in het Oude Testament als profetie is gegeven. Wat in het Oude Tes tament aanvangt, is in het Nieuwe rijk en heerlijk tot ontwikkeling gekomen. In het Oude Testament de schoone bloesem, in het Nieuwe de gouden vrucht. Wij moeten hen dus tot Mozes en de profeten terugleiden, want die zijn het, zegt Christus, die van Mij getuigen. Zoo heeft ook de Heiland op den Paaschdag zijn discipelen bekeerd van de ergernis des kruises. Het voorbeeld, door den grooten Meester zelf gegeven, hebben wij biddend na te volgen. Men vermijde zorgvuldig alle twistvragen en twistgesprekken. Liever richte men zich met een enkele, nadrukkelijke vraag tot het geweten en tot hel hart. Van die zijde is het onrustige en geen vrede hebbende Jodendom te treffen. Menige Jood is innerlijk er van ovenuigd, dat zijn godsdienst een ledige en ijdele ceremonie is geworden. Bij al wat wij spreken en doen, moet het gebed begin, midden en einde zijn. Het gebed tot den God Israëls, smeekerde of Hij genadig het deksel van het aangezicht wegneme moge, dat den Joden belet, de waarheid Gods te erkennen en te gehoor zamen. (>Oranjevaan«.) üisisienlasMl. Tweede Kamer. Vergadering van Donderdag 16 Maart. Het wetsontwerp tot bestrijding der ze deloosherd is hedenmiddag ongewijzigd aan genomen, nadat een poging van den heer Tydeman, om althans hun, die door het totalisator verbod plotseling in moeilijkheden geraken, eenigerraate tegemoet te komen, was mislukt. Met 60 tegen 33 stemmen verklaarde de Kamer zich voor het wets voorstel. Uit deze cijfers blijkt, welk een ongewoon groot aantal afgevaardigden tegenwoordig was. Wij misten er maar zeveD, de anti-revolutionairen van Lynden, Oosterbaan en Van Heemstra, de katholiek Ruys, en de vrijzinnigen Treub, De Meester en De Beaufort. Zoowel rechter als de linkerzijde was dus m bijkans volle sterkte opgekomen. En bij de eindstemming s on- den zij vierkant tegenover elkander slechts voegden zich vier vrijzinnig democraten en één vrije liberaal bij de rechterzijde, die unaniem voorstemde. Het waren de heeren Marchant. Drucker, Teenstra, Limburg en Van Foreest. De Unie-liberalen en sociaal-democraten stemden dus allen tegen, evenals de groot ste helft der aanwezige vrije liberalen en de helft der vrijzinnig-democraten. Het Christeëijk Onderwijs. Het getal »Scholen mjt den Bijbel«. dat op 1 Januari 1910 985 bedroeg, was op 1 Januari 1911 1008. 'et getal leer lingen klom in 1910 van 153.310 tot 158.944. De gemiddelde prijs per school op f 10000 gesteld, vertegenwoordigen deze 1008 scholen een waarde van f io8i>o 000. Voor de 158944 leerlingen, die onze scholen bezoeken, werd in het afgeloopen jaar (berekend tegen f30 min f 20. aan Rijkssubsidie f to.per kind) on geveer f 1590000.— door de ouders en andere belangstellenden in de School met den Bijbel vrijwillig te zam^-n gebracht. De Rijkssubsidie bedraagt over het af geloopen jaar ongeveer t 3180000. Plaal-Keitffe ü'ieows. 80111 meiHdijk. De milicien-verlofganger F, A. Buijs van de 1 chtiDg 1904 behoo rende tot het 2 Regiment Vesting artillerie is tegen den ie Mei a.s. in werkeliiken dienst opgeroepen. De leerling H. Pen slaagde dezer dagen voor de ie klasse der Rijksnormaal- school te Middelharnis, en de leerlingen Jb. Gazan en Koppenaal voorde voorberei dende klasse A. dier school. ftliddelharnis. Woensdag viel het zoontje van H. vaD der Valk in de kaai. De daar aanwezig zijnde heer A. Witvliet had het genoegen het kind van een anders wi sen dood te redden. Woensdagmorgen had een der leer lingen van de ambachtschool P Rooij het ongeluk van een bank te vallen 't welk zulke* ernsiige gevolgen had, -dat genees kundige hulp moest worden ontbonden, en genoemde leerling thuis gebracht werd en genoodzaakt is eenige dagen rust te houden. Dinsdagavond ten 6 u.re werd te Rotterdam per brancard naar het Ziekenhuis vervoerd dhr. M. v. Kassei aannemer alhier. Terwijl hij zich in de Van der Takstraat bevond, was hij, doordat hij niet tijdig kon uitwijken voor een naderende tram, aangereden door een dogcar, tengevolge waarvan hij viel en het rechterdijbeen brak. Tot bestuursleden van het ziekenfonds >Middelharnis en Sommelsdijk« zijn .herko zen de heeren J. Timmerman eD C. C. Bruggeman en tot Commisaiis van toezicht herkozen den heer W. Jongejan. Den Bommel. Melden wij dat de steen kolen in prijs verlaagd waren tot fo.,70 per mud, bij den thans nieuwen aanvoer steeg de prijs weder tot f 0,90 pt"ir .mud. Naar wij vernemeD zijn onder deze gemeente reeds kievitseieren gevonden. In den loop dezer week werd een ooievaar waargenomen, iets wat niet elk jaar gebeurd. Terwijl D. M. 1.1, Woensdagavond met paard en wagen ons dorp zou pas seeren kwam een kind van M. v. St. A. in gevaar van overreden te worden. D. B. die dit zag snelde toe, doch had daarbij het ongeluk te struikelen, zoodat hij en het kind beide voor het voorwiel neer sloegen. Gelukkig dat M. met krachtige hand het paard tot slaan bracht zoodat beiden voor ernstige ongevallen gespaard bleven. Iu de schuur vam Mej. (ie Wed, v. P. werd deze week op ééu keer, in een z.g. rattenkamer, 23 groote ratten gevangen. Waarschijnlijk de laatste nog niet. Oude Tonge. Dinsdag 1.1. is demotor boot van den heer M Vliegenihart, geladen met houtvoor verschillende personen, om hoog gevaren. De schroef der boot is stuk. Woensdag is getracht het schip vlot te krijgen, hetgeen echter niet mocht gelukken-.. De grint voor het vervoer naar de verschillende wegen zal Woensdag 22 Maart a s. herbesteed worden. Dirkstand. Door C. Bogermau is ver gunning aangevraagd tot hei oprichten eener smederij aan den achterweg. Bezwartn hiertegen kunnen worden ingebracht den 24 dezer des avonds 7 ure ter Secretarie, Dinsdagavond overleed de oudste inwoneres onzer Gemeente Wiüempje Breur Wed. G. Brouwer in den hoogtu ouderdom van 97 jaar. Alhier is eene Gymnas iek vereeniging opgericht onder den naam »De Germaans Bestuursleden zijn M de Roon Voorz. M. Zoon Seer en A. v d. Kroon Penningm. Het Mannenkoor hield Dunde: dag avond haar iaats e Repen.ie's voer dezen wi ter. Na gemaakte Balans oli-ek nog een baiig Saldo van 1 cent. Zegge een cent tioedereede. Donderdagmorgen, is aan het strand alhier, het lijk aangespoeld, van den overboord geslag n, garnalen visscher, G. de Keijzer, \lel»ssaiit. De uitkomsten van de meting en schatting der gebouwde en ongebouwde eigendommen ge egen in deze gerne me, liggen geduiende 30 dtgeu ter gemeente secretarie ïer mzage. De loreling n C, van Dijk en A v. d Vliet zijo rngedeed oij lie Reg. Veld- Artillerie re Bieda. Bij publicatie worden .eehuu e,s ge waarschuwd tegen het toela en van per sonen. die in aanraking zijn geweest met aan mond- en klauwzeer lijder.d vee, op hunne boerderij. Ouddorp. L'e Chr. Muz ek-vereeniging »Hosanna<s: hoopt op Dinsdag 28 Maart hare eerste uitvoering te geven. Tot versterking der zeewering zullen alhier nabij de haven een aantal »s:uk stortingenc plaats hebben. Een aantal wei k- volk eD materieël is reeds ter plaaise. Donderdagavond was alhier omstreeks 7 uur aan den Z. Westelijken Hemel een vuurbol zichtbaar, die in N. O richting zich voorbewoog, ®*esaieeï»H's*ssês«i. Verslag van het verhandelde in de Openbare Raadsvergadering der Gemeente STELLENDAM, ge houden op Woensdag 15 Maart 1911. De Voorzitter opent de Vergadering op gebrui kelijke wijze. Afwezig de heer P. Holleman met kennisgeTirg. De notulen der vorige vergadering worden gelezen en onveranderd goedgekeurd. Ingekomen een missieve van H. H. Ged. Staten, inhoudend de goedkeuring over een raadbesluit vaD 9 Febr. j 1. betreffende een aan te gaan leening van f 2000 en het overnemen van tuinen wordt voor kennisgeving aangpnomen. Ingekomen de goedkeuring van Gtd. Malen dezer Provincie op de wijziging der begrooting dienst 1910 en 11 voor kennisgeving a ngemimeD. Ingekomen een schy ven den 6ei Maart 1911 van Zijne Excellentie Minister van B-nnenlandsche zaken, 't Welk behelsd dat op de bepaalde tijd stippen verslag zal uiigebracht worden van verlos- en geneeskundige dienst om alzoo aanspraak te hebben op die hier voor beBtimde bijdrage. Hiermede de Geneesheer in kennis te stellen en voor de verdere uitvoering zorg te dragen. Nog ingekomen een paar nota's te samen be dragende f 19 deze bij de post van ontvangsten en uitgaven van 1910 te schrijven. Niets meer aan de orde zijnde wordt de open bare geschorst en gaat men tot een geheime zitting over tot vast telling van het kohier der hoofdelyken omslag en hondenbelasting. HerODening der Openbare Vergadering. De Voorzitter deelt mede dat het kohier van den hoofdelyken omslagen hondepbelasiiDg voor 't jaar 1911 is vastgestild, hij vraagt tevens of men nog iets heeft voor deze vergadering. De hear J. van Beters vraagt nog even het woord hij wijst er op om aan de N. O. zijde van de peekads een afrit te maken waarover reeds vroeger is gesproken en daar men nu de noodige grond daar heeft is het nu met het oog op de weinige werk zaamheden het best uit de voeren. Met eenparige stemmen wordt die goedgevonden. Niets meer aan de orde zijnde sluit de Voor zitter de vergadering. Arrondissements-Kechtbuk. (Kamer van strafzaken.) Zitting van Dinsdag 14 Maart. J. C. G., 19 jaar, bouwknecht te Her- kingen, beklaagd van diefstal van twee sui- kerbietenmanden, gepleegd tn de laatste helft van November te Nieuwe Tonge, bekende de manden le hebben weggenomen, niet anders deukende dan dat zij toebehoorden aan een bietenagent, van wie hij toestemming had de manden te gebruiken. Voor den rechter van instructie had be klaagde van dit laatste niet gerept, integen deel toegegeven, dat hij wist dat hij diefstal pleegde, toen hij de manden wegnam.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1911 | | pagina 3