ro«r <le %uidhoIlandNehe en Zrfuw§rbe Eilanden
ssiers.
I
Zaterdag 3 September 1910.
25ste Jaargang N°. 1586.
An tirevo lu tionair
Orgaan
1
ÏÏÏIZEKT.
Sommelsdijk
C
IN HOC SIGNO VINCES
T. BOEKHOVEN,
sant; A. BAART te
M te Ooltgensplaat.
imlsrh
i
ft. 94.
PLAAT,
rc. No. 4.
Ooltgensplaat.
V
Vooriai c 11.
llioen Gulden
KOOGH
C.
SOMMELSDIJK.
Alle stEifefcen voor «Ie Hedactfe bestem*!, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zendey aan den ftJiigrever.
%eifdc vaarwater
OS» DKW (JITlilJU.
Land- en Tuinbouw.
4
tWERS
ineerbuizen is, Firma
tlsteren bij Bergen op
ilke alsmede verdere
verstrekt, door de
eree en Overflakkee
n alle werklie-
n organisatiënin
heel Nederland.
275 bladz., sterk
0,40.
Boekhandel van
ar 1850 wer-
iverd.
3132
[JN Jr.
A drxinistratiën
idsehe Effecten.
n en landerijen
r tegen koersen
den tegen zeer
3405
thade.
!-koers.
[ANDEL."
r."
ijjen
6.
rg hoek Breestraat.
9.
straat 6.
ilenstraat 45,
ïaven 107.
gestort
>00.
AP verleent Cre-
>n in deposito,
a 11- en verkoop
ons, sluit belee-
itiën eu verricht
en tot het Kas-
2413
sVï °/o
uni 1910
5.348,635,ai
1.132,539,81
217,853,92
Directeur.
kN PO HEEST,
ident Commissaris,
mis en om streken
HARK1I.
tot de firma
J
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent.
n ti ti ti zonder 50
Buitenland bij vooruitbetaling met Zondagsblad ƒ7,50; zonder 4,50 per jaar
Afzonderlijke nummers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent.
UITGEVER
Telefoon Intercosnm. flïo. 3.
Advertentiën 10 Cent per regel en s/2
maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/s maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters eu vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nnr.
M
Het scherpe oordeel wordt meer
dan eens uitgesproken, dat de actie
der Christelijke Werkliedenorganisa
ties als twee druppelen' water gelijkt
op die der Sociaal-Democraten. Beide
bestrijden elkander i.wel en beweren
veel punten van verschil te hebben
beide trachten elkaar afbreuk te doen
maar zoo luidt de conclusie,
als 't op zaken doemaankomt, bestrij
den beide den werkgever en onder
nemer. Ja, zoo wordt gezegd de ei-
schen der Christeliiken gaan vaak nog
verder dan die der Sociaal-Democra
ten.
En den ondernemers kan 't weinig
schelen of ze met rooden of zwarten
te doen hebben ze trachten samen
vereenigd of elk zelfstandig van den
werkgever te halen, wat er te krijgen
is.
Is deze klacht onwaar en als ze
waar is, bestaat er dan ook eenige
verontschuldiging.
Het staat vast, dat de leer der So
ciaal-Democraten niet is en nooit kan
zijn die der Christelijke organisaties.
Hun economisch credo, zoowel als 't
godsdienstig uitgangspunt verschilt te
veel. De grondstellingen der Socialis
ten over 't ontstaan, bestaan en de
ontwikkeling aller dingen, gansch
buiten God en Zijn openbaring om.
zijn nimmer die eener Christ, groep
van werklieden geweest. Hun mate
rialistisch stelsel, dat alles uit stol en
stoffelijke oorzaken verklaart en de
beteekenis van 't zelfstandig geestelijk
leven onderschat, is niet dat eens
Christens, die belijdt, dat er een God
is, welke alles geschapen heeft, on
derhoudt en regeert en als onzienlijke
Geest de stof heeft beheerscht en nog
over haar alle macht bezit.
Het is onmogelijk, dat ook maar
èén Christenwerkman, doorziende het
zoogenaamde wijsgeerig stelsel der
Sociaal Democraten om nl. alle Zijn
en alle idee uit de stof te verklaren
ooit met hen kan samenwerken.
Maar we geven toede werkman
let niet op dat filosofeermet wijs-
geerige stelsels en diepzinnige betoogen
over Geest en stof is zijn maag niet
gevuld eA blijft zijn portemonnee
Zaterdags ledig.
Maar kan dan het godsdienstig
credo der Socialisten dat der Christenen
niet zijn. Neen, noch in theorie,noch
in praktijk. Waar de Socialist de
Kerk den oorlog verklaart als 't meeste
conservatieve bolwerk van het Kapi
talistische stelstelwaar 't in den
godsdienst ziet de allesbeheerschende
macht der geesten, die 't volk in al
zijn lagen en rangen onderworpenheid
en tevredenheid en orde en gezag
predikt en het dies den Socialist een
aanstoot is, daar kan de Christen met
deze Kerk- en godsdiensthatende men-
schen nimmer meegaan.
En wat 't economisch credo betreft,
geen Christen kan vrede hebben met
de klassenstrijdleer, maar hij belijdt,
dat God rijken en armen beide ge
schapen heeft en dat de armoe door
de zonde tot op 't laatst der dagen
zijn zal.
Alles saamvattend kan dus een
Christenwerkman nooit Socialist zijn
maar toch kan 't waar wezen, dat hij
den Socialist in looneischen nog over
treft dat hij het den werkgever moei
lijk maakt en op eigenbelang dage
lijks zint en peinst.
Maar dan is de vraag gewettigd
zit em dat in zijn christelijk begin
sel of in de omstandigheden waaronder
hij ongunstig leeft. En wij antwoorden
in beide. Noen, beusch, het Christ,
beginsel is niet karig. Het Christ,
beginsel erkent een rijken God, eene
rijke aarde, voor allen volop gevend
om te genieten. En omdat het Christ,
beginsel liefde, barmhartigheid en
recht predikt in rijke mate, daarom
kan een Christenwerkman, die dit
alles weet, er toe komen om ook dit
beginsel toegepast te zien. Geen schriel
en schraal en bekrompen en conser
vatief Christendomzoo is het nooit
geweestmaar ruim en rijk en breed
en alzijdig uitstrooiend.
Wanneer dus de Christenarbeider
veel vraagt, doet hij slechts wat 't
christöhdom eischt.
Maar of alle cristenen op dat stand
punt des Christendoms staan 1 En zie
daar één der omstandigheden waarmee
een christenarbeider rekent. Is Chris
tus of Mamon God bij den werkgever
Doch, zooveel vertrouwen hebben
we in den christenwerkman wel, dat
hij geen dwaze eischen gaat stellen;
geen onchristelijke eischen, maar
billijke.
Alleen: wat 'tchristendom billijk
noemt, wordt door m enig Christen
in praktijk onbillijk geheeten.
En als 't op de beurs aankomt, is
'tchristendom gauw te mild, in de*
oogen van hen die Mamon boven
Christus vereeren. 't Socialisme moge
hooge eischen stellen, maar 't christen
dom stelt er nog hooger.
De 40 millioen.
Door de inlijving van Korea bij
Japan is er ook in de liberale pers
een gedachte wakker geworden, hoe
gevaarlijk 't met de vrijheid en onaf
hankelijkheid van een Land staat, dat
zich zelf niet meer respecteert.
Korea ligt in de nabjjheid van Japan
't was een Keizerrijkmaar met een
mat en ingezonken volk, dat zich om
zijn invloed naar buiten weinig bekom
merde. 't Had een winterleven, waaruit
alle glans en tinteling uit was. In 't
centrum van den Japans'ch-Russischen
oorlog was 't 't tooneel van vadsige
onverschilligheid en geen wonder, dat
't kloeke Japan toen reeds 't plan
opvatte om 't Keizerrijk te annexeeren
't te voegen bij 't zijne, wat thans ge
schied is.
Een, land, dat zich zelf niet respec
teert, wordt door een grooteren Staat
ingeslokt.
En dat zelfrespect moet ook hieruit
blijken, dat men zich verdedigen wil
tegen elke macht, die ons belagen
wil. Maakt u tot een lam en ge wordt
ter slachtbank geleid, buig u, daarna
zet men den voet op u. Laat 't aldus
in ons Land niet zijn.
Zeer zeker; ook die inlijving is een
waarschuwing, hoe 't kleine Staten
vergaan kan, die naast een groot Rijk
gelegen zijn; maar wie als kleine
Slaat zich nbehtans niet tot vrijheid
en onafhankelijkheid te weer stelt, is
reeds ingelijfd, voor de protocollen
"geteekend zijn.
Waakzaam zijn eu'zich ten oorlog
bereiden.
Geen lam ter slachtbank, maar als
strijdros de kogels tegemoet.
Bij 't minste geluid schokte ze op.
Ze had de kleine op haar schoot, 'n
»dod van 'n meid,* zeven maanden oud
en die nu al »stond in haar schoot,* maar
die lastig was, jengelig, al maar knauwend
en kwijlend, zooals die kleinen doen, als
de tanden op doorkomen staan.
Ze had het kind net de borst gegeven,
maar 't blééf lastig en wat ze vreesde
bleek waartotnogtoe had het meer dan
genoeg gekregen, maar m kwam hettekort.
Dat was van den angst, meende ze.
Yan den angst om haar man
Weer meent ze stappèn te hooren in de
stille straat en richt ze 't hoofd op
maar neen, 't is de stap van haar man
niet 't gaat voorbij 't is
weer stil
En toch kón hij lang thuis zijn
Langer dan lot half vijf werken ze om
dezen tijd niet en 't is nu hij half zes
Nooit komt hij zoo laatIn 'n half
uur kan hij 't rijk aim loopen en nü voor
al, nu hij wéét, hoe ze in onrust zit, blijft
hij geen minuut langer uit, dan noodig is
«Toe, Evelien! Kijk nog 's buiten
maar ga niet de straat op
denk aan gisteren
De waarschuwing is overbodig 't meisje
rilt nóg als ze er aan denkt Even zou
ze gisteravond 'n boodschap doen moeder
was met al haar zorg vergeten olie te laten
halen en ze kouden toch niet in donker
zittenvader was nog niet thuis de lan
tarens waren net aan en 't was maar twee
sttaten ver
Pas was ze buiten of uit 'n portiek wa
ren twee kerels gekomen eerst hadden ze
achter haar geloopen, later bezijden haar
en ze hadden haar met vreeselijke dingen
bedreigdals haar vader zoo voortging,
„zouën ze 'm doodmaken, met al z'n »ge-
broed* zij zou er óók aan, als ze
weer in donker buiten kwam en
dat was alles haar vaders schuldd i e
was 'n verrader van z'n kameraden en 'n
verrader verdiende den strop
Meer dood dan levend was Evelien thuis
gekomen.
Nu kun je dat wel aangeven bij de po
litie, maar wat schiet je 'r mee óp P 't
Meisje kende die kerels nietwist van hun
signalement alleen, dat de een 'n lichte, de
ander 'n donkere snor had maar
zoek als politie dat maar es uit Je
kou toch geen post voor jezelf alléén vra
gen 't Beste was, te zwijgen en te dra
gen
Maar 't was 'n kwade tijd
Daarstraks waren de twee jongens schrei
end en met gescheurde kiel thuisgekomen
de schoolknapen, arbeidersjongens als zij,
kinderen uit de buurt, hadden hen geschol
den, geslagen, getrapt en als meester er
niet bij gekomen was en ze niet thuis ge
bracht, zou 't nog veel erger geworden
zijn
En net deden ze hun verhaal, of de deur
werd opengesmeten en 'n krijschende jon
gensstem gilde»'k Wou, dat je hard
stikke dóód viel, jullie, hoorMet 'n
harde smak was de deur dichtgeslagen en
buiten hoorden ze de buurvrouwen, die er
te kakelen stonden, kraaierig lachen om
zoo'n branie-jongen, die 't »wijf* van den
onderkruiper* zoo kranig »de stuipen op
't lijf« dorst jagen.
En dan daareven dat briefje 't
was onder de deur geschoven en-er stond
in bloedlijnen, 'n griezelig doodshoofd op-
geteekend met, in potloodletters, er onder
»Ik Heb me zole late lappe,
Om onderkruipers dood te trappe
Dat duurt nu zoo al drie weken.
't Was begonnen om »rooie Hannes,
'n lui-brutaal sujet, de schrik van alle pa
troons en bazen, maar die onder de arbei
ders heel wat te zeggen had, waarvan
sommigen zijn voorbeeld aantrekkelijk von
den en anderen uit vrees zich naar hem
schikten. „Men« zei, dat »rooie Hannes*
met allerlei straatslijpers en zjongeDS van
de vlakte* kennis had, die den slimsten
asmeris* te glad af waren en dat het dus
zaak was hem te vriend te houden.
»Rooie Hannes* was, drie weken gele
den, op staanden voet ontslagen.
Hij kwam half dronken op het werk,
weigerde den opgegeven arbeid te verrich
ten en schold den patroon, die 'm zacht
vermaande voor 'n ^vetten ploert,* Deze,
't eerste tot z'n smart erkennende, vond het
tweede 'n beleediging en liet den »rooie<
van z'n erf zetten.
's Avonds hadden de arbeiders 'n mee
ting.
De »vrijen« raerden er onder. Kotters,
de betaalde propagandist en redacteur van
't vakblaadje, zweepte zijn lui op
hij stond wrak en had 'n staking hoog
n odig, om z'n positie te stevigen
er werden gauw enkele looneischen opge
steld'n deputatie met Kotters aan het
hoofd, was die eischen gaan indienen, met
allerbovenst de terugname van „rooien
Hannes* patroon had wijsgeerig boven
z'n neuswortel getikt en gevraagd of de
heeren meenden, dat het 'm daar scheelde
en zoo was er gestaakt.
Maar Karei Stoet werkte door.
Hij, met eenige andere, mannen van
Patrimonium en den Volksbond; ongeveer
èén vierde van het werkvolk, die besloten
hadden ditmaal zich niet aan de tyranie der
directe actie mannen te onderwerpen
Sinds dien tijd was de ellende begonnen.
De angst kroop hun tegen 't lijf op en
kneep hen in de keel. Eiken naorgen, als
Karei uitging vroegen ze zich af, hoe en
wanneer hij thuis komen zou. Driemaal
hadden de stakers 'm reeds omsingeld en
op den grond getrapt, eer de politie
die overigens deed wat ze kon er was,
om hem te ontzetten.
Eergisteren was 'n kalkbak van den stei
ger gevallen, vlak voor z'n voeten'n
anarchist bleek als ^werkwillige* zich te
hebben laten aannemen, met het doel, om
de niet stakers zooveel mogelijk 2>onge-
lukken* te berokkenen, 's Zondags durft
het gezin niet naar de kerk, noch uit wan -
delen te gaan, uit vrees, dat ze de boel
kort en klein geslagen vinden, als ze thuis
komen ze leven in gestadige
vrees
»Daar is vader!" zegt de vrouw, die
weer stappen hoorde op de straat.
Evelien springt op en opend de deur
Karei Stoet, wankelt naar binnen, door
twee agenten ondersteund 'n verband om
het hoofd met bebloed gelaatbleek als
'n lijk.
De kinders beginnen jammerlijk te
schreien, dadelijk 't ergste vreezend.
De moeder heeft geen traan meer
ze heeft wel zoo iets gedacht
eigenlijk is 't een ontspanning voor
haar zenuwen dat Karei, dan toch thuis
is
Ze geeft het kind aan Evelien, helpt
haar man in den armstoel, schuift kussens
achter z'n rug en onder z'n hoofd, legt
'm doeken met water en azijn op het
hoofd.
>We kwamen nog net bijtijds, juffrouw
zegt de eene agent. „Rooie Hannes* met
z'n kameraden hadden je man dood kun
nen slaan de »rooie« met z'n
knuppel heeft 'm leelijk geraakt
op 't bureau hebben we 'n eerste verband
omgedaan. Straks komt de zuster zou ik
zeggen en dan moet hij naar bed ge
bracht
Hoofdschuddend gaan de agenten heen.
Even later worden voetstappen gehoord,
n Bons op de ruiten en 'n snerpende,
schrille kreet^Onderkruiper
Karei Stoet, in z'n armstoel weggeslui-
merd, schrikt als 'n opgejaagd hert.
UITKIJK.
Een nuttig Groanvoedermengsel.
Het is wel wat laat er voor, maar wij willen
toch nog wijzen op een groenvoedermengsel,
dat alle aanbeveling verdient en nog veel te
weinig wordt toegepast, in vele streken nog
gansch onbekend is. Wij bedoelen een mengsel
van rogge en zand wikken. Dit mengsel
is het eerste groenvoedergewas, waarvan ook
in den herfst reeds kan worden geprofiteerd,
wanneer de zaaiing vroegtijdig geschiedt. Wie
dus een proef wil nemen, moet dadelijk na
lezing van dit artikel besluiten en handelen.
Niet alleen op du lichte zandgronden, maar ook
op zwaarderen bodem worden de zand wikken
uitgezaaid en zelfs op de klei als groenbemesting
gebezigd, bijv, na een halmvrucht, wanneer
deze vroeg van 't land is. In dat geval neemt
men van rogge en zandvvikken evenveel zaad.
lie zandwikken word hier weieens door de
gewone wikken vervangen. Overigens maken
wij er belanghebbenden die zich het zaad
moeten aanschaffen, attend cp, dat men de
zandwikken van de gewone voederwikken wel
dient te onderscheiden. De zandwikken zijn,
zoowel als de rogge, wintervast en in 'i voorjaar
is men dus zeker van zijn gewas.'t Slaat echter
niet altoos goed aan en om den goeden aanslag
te bevorderen, zorge men voor een voldoend
ka'lkgehalte van den bodem. Waar dus door
vorige bemestingen geen kalk in voldoende
mate in den grond aanwezig wordt geacht, geve
men een extra kalkbemesting liefst op niet
natte, zure akkers in den vorm van ka kmergel
iooo K. G. per H.A.
Kalk is dus No i bij de bemesting. Voorts
wende men aan 6 baal slakkenmeel en 6 baai
kainiet, zoo mogelijk een paar weken vóór 't
zaaien. Kan dat met omdat de zaaiing niet te
lang mag worden uitgesteld, dan strooie men
in plaats van 6 zak kainiet 3 zak patentkaii
uit. Daar de wikken behooren tot de vlinder
bloemigen, welke den bodem met luchtstikstof
verrijken, komt de stikstofmest achteraan, wat
wel niemand jammer zal vinden. Heelemaal
weglaten is niet geraden, daar het jonge gewas
dan te lang gebrek lijdt en in den herst te
weinig oogst geeft50100 KtL per H.A. is
echter voldoende.
Snijrogge alleen is beter bekend, maar ver
mengd met zandwikken geeft het een beter
veevoeder, terwijl ook de grond door dit ge
was wordt verbeterd. De vrij hooge prijs van
het zaad schrikke dus niemand af. Men neme
van een laatgroeiende roggesoort, bijv. Schlan-
stedter, per H.A. 80 kilo en daarbij half zoo
veel, dus 40 KG. zandwikken. Men maaie de
wikken, wanneer deze nog niet zoo lang zijn
ze loopen dan nog eens uit en kunnen dan
nog eens gemaaid worden, wanneer men ze
niet voor zaadteelt wil gebruiken. Laat men,
zooals ook wel gedaan wordt, rogge en zand
wikken rijpen en dorscht men ze, dan verkrijgt
men een voortreffelijk veevoeder.
Na de teelt van het beschreven voedermeng
sel, is de akker uitstekend voorbereid
echter niet zonder verdere bemesting voor
den verbouw van knolrapen of aardappelen,
ook kool zal op zulk land welig groeien.
C. B.
Bijenteelt.
De struikheide (Colluna vulgaris) bloeit dit
jaar in rijke schoonheid en in schoonen
rijkdom. Haar rose zuster, de Dopheide (Erica
tetralin) is haar, als gewoonlijk, reeds eenige
weken voorgegaan en gaf, prijkend in baar
rose kleedje, in groepjes bijeenstaand, aan de
anders dorre, schijnbare levenlooze heidevlakte,
nieuw leven, gloed en warmte. Maar mooier,
veel mooier, is de heide thans. Niet, dat de
donkenoode Struikheide het in schoonheid
van haar oudere zuster wint; neen, want als
men beide aanschouwt, dan wordt de keuze
moeilijk en zal men allicht den eerepalm
w illen geven aan haar, die men 't laatst be
wondert. Maar omdat thans de natuur in
haar overgroole mildheid het groote, wijde
heidevlak heeft omgetooverd in een uitge
strekt, onafzienbaar bloemdek. Waar men nu
ook den voet zet, waar het oog ook heen
richt, overal, waar de heide niet is vertreden
en het zonlicht ook maar eenigszins kon
doordringen, dus ook onder struiken en langs
wallen, welke laatste er prachtig mee oni-
zoómd zijn, treft men het heideplantje aan
met zijn bekoorlijke wit- en rose knopjes,
en het geheel is met al die millioenen en
nog eens millioenen teere bloempjes wonder
schoon en bijzonder lieflijk.
Op die wonderschoone, mildbloeiende heide
vertoeven nu onze bijenvertoeven, niet,
gelukkig, in den zin van uitrusten of af
wachten, eindeloos wachten als verleden jaar,
of de zon eens door de wolken wil breken
1
M I