BE Ml
l
Zaterdag 20 Augustus 1910
25ste Jaargang N". 1582.
A n tirevo lu tionair
«ie Zaldhollandsclie en Zeeuwsehe Eilanden,
IN HOC SIGNO VINCES
T. BOEKHOVEN,
SOMMELSDIJK.
Alle slakken vaas* «le iledaetie bestemd, Advertentie» en verdere Administratie franco toe te Kenden aan den Uitgever.
De waarde van een men
schenleven
op um.1 uirsiiju.
Tuin^i en Landbouw.
Deze Courant verschijnt eiken Vioensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent.
^nder 50
Buitenland bij TOOraitbetaling met Zondagsblad f 7,50; zonder 4,50 per jaar
Afzonderlijke nummers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent.
UITGEYER
Telefoon Infer comm. Wo. 2.
Advertentiën 10 Cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */g maal.
Bienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
ij die zich nu abonneeren, ont
vangen de nog in deze maand
verschijnende nummers gratis.
Moord en doodslag is aan de orde
van den dag. Neem 't eerste 't
beste blad lees Gemengde Berich
ten onderzoek binnen- en buiten-
landsch nieuws en ge schrikt
terug van de menigvuldige aan
vallen en aanslagen.
Zeer zeker is de Pers thans meer
dan vroeger bekwaam om in alle
hoeken des Lands alle gebeurlijk
heden te vermelden wat vroeger
verzwegen werd en moest worden,
omdat publiciteit in breeden kring
tot de onmogelijkheden behoorde,
bereikt thans ieder en daarom is
er ook een bekendheid van alle
moorden en doodslagen, die eertijds
niet bestond.
Maar ook die organisatie en
uitgebreidheid der Pers in aanmer
king nemende, valt 't toch een ieder
op, hoe weinig waarde gehecht
wordt aan een menschenleven.
De dierenbescherming propa
geert zoo krachtig mogelijk voor
de vogelen, de viervoetige dieren
als varkens, kalvers, trekhonden
enz. worden wettelijke bepalingen
gemaakt op borden leest men in
stad en dorp „Beschermde dieren",
maar voor menschen is er minder
respect.
Dat vecht en snijdt en kerft en
schiet, en slaat met hamer, spa en
bijldat steekt en hakt, alsof de
waarde van een menschenleven
beneden dat des diers gedaald ware.
Een simpele woordentwist ont
aardt in een vechtpartij en er val
len slachtoffers.
Burengerucht loopt zelden zonder
bloedstorting af.
Huiselijke twisten openbaren
zich naar buiten in revolverschoten.
Brandstichting is de uiting van
wraak en haat tusschen patroon en
knechtvergiftiging openbaart den
wrevel tusschen dienstbare en haar
gezin.
Het leven van zijn naaste wordt
luttel geacht.
Is dit alleen te wijten aan den
zenuwachtigen tijd, dien we bele
ven Ook daaraan.
Het leven is tegenwoordig zoo
snel en zoo ontzettend gehaast;
het gejaag en gedraaf en gedrijf
naar boot en tram en spoor; het
gehijg naar arbeid, naar verdienste,
naar winst, naar vooruitgang, met
al de gevolgen daaraan verbonden
is zoo angstwekkend, zoo prikke
lend, lichaam en zielberoerend, dat
de mensch geen tijd meer over
blijft om over den ernst zijner
daden na te denken.
Ziel en lichaam trillen van spoed
en voort! voort! niet ziende, wat
achter hem is, maar wegstootend
wat in den weg staat, gaat elk
mensch zijn haastigen weg, om
maar gauw, gauw te bereiken 't
doel, waarnaar hij jaagt, opdat
anderen hem niet voor zouden zijn.
Maar de oorzaak zit dieper dan
de zenuwachtige tijd, al is deze
ook een belangrijke factor.
't Is de demonische onverschil
ligheid over 't levenslot van zijn
naaste 't is de herhaling van Kaïns
wreede woord„Ben ik mijns broe
ders hoeder;" 'tis de afval van
God, die in den mensch niet meer
ziet het door Hem tot beelddrager
Gods geschapen wezen; 't is de
ruwe ziel, waarin de vezelen, die
haar aan God verbinden, afge
knapt zijn.
De waarde van den mensch wordt
niet geteld, omdat men God niet
meer in eere houdt: aan eeuwig
heid en straffende gerechtigheid
geen tittel of jota meer hecht
zich niet bewust meer is, dat de
aanranding van 't schepsel is ^aan
randing en beleediging Godes. De
naaste is niet meer een onderdaan
des grooten Konings, die reken
schap vraagt, hoe met Zijn ge
wrocht wordt gehandeldmaar de
naaste is een individu, dat ons in
den weg staat; ons pad verspert
om een doel te bereiken; ons een
gemakkelijk middel schijnt om onze
woede en hartstocht te koelen
om den mensch der zonde in al
zijn gruwel te doen blinken, 't Is
't goddelooze, ontaarde hart, het
hart zonder medelijden en mede
gevoel; waarin de duivel zijn hel-
sche macht ontplooit. Men spreekt
van de Eeuw van 't Kind en voor
dat kind is niets goeds genoeg't
wordt met duizenderlei zorgen om
ringd; maar dat kind groot ge
worden, kerft en snijdt en hakt en
slaat in bloeddorstige woede; 'tis
een mensch-dier, een wilde in al
zijn ongure uitingen.
De geest onzes tijds is wreed.
En bij al de filantropie of mensch-
lievendheid, die zich uitspreekt in
hulp aan ongelukkig en, komt naar
buiten de booze geest, die zonder
God in de wereld levende, noch
Hem noch zijn schepsel spaart.
Strootjes wegvegen.
Nog enkele weken en de Staatsbe-
grooting is weer aan de orde. Zal
't Nederlandsche volk weer vergast
worden op allerlei klein werk. Zullen
de districts-kamerleden, dat zijn de
zulke, die in de kamer alleen voor de
districtsbelangen pleiten andermaal
den kostbaren tijd verbeuzelen? Zullen
er door deze en gene strootjes wegge
veegd worden om uren en uren de
Kamer te vervelen met posten en
postjes op de begrooting aan te vallen P
01 zal men in 't voorloopip verslag
en de Algemeene Beschouwingen kort
en zaakrijk over hoofdkwesties spreken
en de details overlaten aan 't Kabinet.
Zeer zeker is er voor Oorlog en Ma
rine nu eens gelegenheid om precies
te zeggen, hoe men over de verdedi
ging des Lands denkt. Een wetsontwerp
is ingediend om 40 millioen uit te
geven voor de Marine. Dat is geen
strootje. Dat is een sfalen dwarsligger. 1
Laat men allerlei nesterijen van de
Oorlogsbegrooting eens rusten en dat
alle partijen dat Kapitaal van 40 mil
lioen nu eens aan grondige bespreking
onderwerpen.
Zoo ook op 't gebied van 't onder
wijs. Geen gepruts over Gemeente
raden, die een lokaaltje der Openbare
School verhurenof die een onder
wijzer te veel hebben ontslagen maar
Het Onderwijsvraagstuk eens flink be
handeld naar aanleiding van 't Rap
port der Ineenschakelingscommissie.
Waarlijk men behoeft in de Kamer
nu geen strootje weg te vegen, er
zijn hoogst gewichtige vraagstukken
aan de orde. Mogen die eens ten aan-
hoore van 't volk eenvoudig en klaar
uiteengezet worden. Om de toekomst
te verkennen. Om de richting te kun
nen nagaan, waarin Landsverdediging
en Onderwijs gestuurd zullen worden,
't Is beide Lands en Volksbelang.
Het stormpje heeft zich gelegd.
En zij, die hoopten, na eerst het Kuijper-
vuurtje lustig gestookt te hebben, nu den
Borromeüs-stotca te kunnen aanblazen,
hebben zich deerlijk misrekend.
Tot een sbewegiog* kwam het niet.
De heer Van Doorn, die in de Kamer
de blaasbalg trok, zag het al gauw in
wat voor zijn staatsmansoog pleit en
onttrok zich aan een beweging, die hij reeds
in 't zand verloopen zag.
Heel laat 't kon natuurlijk niet eerder
is nu ook 't protest gekomen van de
synode der Ned. Herv. Kerk. Dat er van
deze zijde geprotesteerd werd is begrijpelijk
en ook de Roomsch-Kaiholieken zélf zullen
zeggen, dat zij niet anders hadden verwacht.
Wij hoeven over en weer geen verstoppertje
te spelen, al zttten we met elkaar in èèn
coalitie
Als wij den Hervormingsdag gedenken,
dan hebben zij het volste recht, cm van
hün standpunt Luther een »afvallig priester*
te noemen. Waartegenover wij hem blijven
heeten een »man van God gezonden*
krachtig in woord en werk.
Zoö staan we tegenover elkaar,
Als het de verschilpunten geldt.
Maar we staan direct weer naast elkaar,
als het er op aankomt, datgene wat ons
vereenigt te verdedigen tegen het liberalisme
en de sociaal-democratie.
Nu hoop ik van ganscher harte, dat de
synode, die thans een protest legen de
encycliek aflezen liet, een volgend jaar eens
een even krachtig ja nog krachtiger protest
zal laten hooren tegen de verloochening van
den Heere Jezus Christus door de vrijzinni
gen in den boezem der Ned. Herv. Kerk.
Daar hebben de geloovigen recht op
Er wordt van vele kansels, waarvan
thans ook de encycliek is afgelezen, aan de
schare verkondigd, dat Jezus Christus wel de
zoon des menschen, maar niet de Zone Gods
is geweest, van eeuwigheid God, met den
Vader en den Heiligen Geest èèn in wezen.
Er wordt stoutweg ontkend, dat zijn bloed
reinigt van alle zonden en dat Hij de straf
onzer zonden heeft gedragen. Zijn lichame
lijke opstanding wordt raar 't rijk der fabelen
verwezen en zijn lichamelijke hemelvaart
eén verzinsel zijner jongeren genoemd.
Daardoor wordt Gods eere aangerand.
En 'k zou me, met duizenden geloovigen
van harte verblijden, als nu een volgend
jaar de synode daaraan eens haar aandacht
wijdde en naar roeping en> pl cht, daartegen
insgelijks positie nam.
Waar ik me heelemaal niet mee kon
vereenigen
Met de Wageninsche poging, om op
burgelijk en maatschappelijk gebied de
^protestanten* te vereenigen tegen de
roomschen.
ïProtestantsclv is een mooi woord.
Maar er is zooveel misbruik van gemaakt,
dat er voor mij 't mooie af is.
't is een groote vanghoed geworden.
Alles wat niet roomsch en niet joodsch is,
noemt zich protestantsch
Daar dacht Luther anders over
Toen de Wederdoopers in Wittenberg
kwamen en er velen verleidden, verliet hij
den Wartburg en predikte 8 dagen lang
tegen die onruststokers, tot hij ze de stad
uitgepreekt had.
Toch waren zij anti-roomsch.
En gooiden als 't ware met teksten.
Maar Luther zei terecht: Als gij tegen
over Rome wilt opkomen voor het (Voord
dan moet gij u zelf ook aan dat Woord
onderwerpen. En waar ze dat niet wilden
doen, daar erken e Luhter hen niet als
^protestantsch*, maar als dwaalgeesten, die
krachtig moesten worden tegengestaan.
En nu waren die Anabaptisten, als men
de uitzinnigheden van een Jan van Leiden
te Munster niet mederekent, lang, lang
zoover niet van de waarheid afge
dwaald, als velen die zich heden ten dage
»Protestanten« noemen.
Denk bv. aan den Protestanten-Bond.
Juist in gemeenten, waar de oude waar
heid verkondigd wordt, zooals Luther en
Calvijn die kenden, treedt die Protestan
ten-Bond het krachtigst op, om de men
schen te winnen voor ideën, die daar vlak
tegenin gaan.
En daarom heb ik met een Vereeniging
van Protestanten al 'n heel klein beetje op.
Van organisatie ben ik een groot voor
stander, maar een vereeniging van schapen,
herders en wolven is geen organisatie.*
't Woord zegt het zelf: Een organisatie
kan slechts gevormd worden uit datgene,
wat bij elkaar hoort en tegen de looche
naars van onzen Heiland, al staken ze dan
ook een protestantsch uithangbord naar
buiten, staan wij vierkant over.
Maar dan komt er nog iets bij
Kerkelijke verschillen op maatschappelijk
gebied overbrengen, is ongeoorloofd.
't Spreekt vanzelf, dat wie ons in
het allernaast staan, onwillekeurig ook op
maatschappelijk gebied het eerst door ons
worden gezocht.
Doch daarvan wordt ook weieens misbruik
gemaakt
Op maatschappelijk gebied is de grootste
concurrentie déze, wie voor den billijksten
prijs de beste koopwaar levert. En als er
nu twee evengoed zijn, ja dan wendt ieder
zich allicht tot zijn geestverwant in den
engeren zin des woords, maar is dat niet
het geval, dan kan geen mensch zedelijk
verplicht zijn, zichzelf schade te doen.
Ik heb, om es iets te noemen, een tijd
lang van een joodsch manufacturier mijn
goederen betrokken, omdat op het kleine
dorp waar ik woonde wèl een man van
mijn richting was, die ook »in lapjes* deed,
maar die had er zélf een heel klein beetje
verstand van en werd gewoon door zijn
eigen leveranciers in de maling genomen,
zoodat hij slecht goed schreeuwend duur
verkocht.
Nu koop ik mijn linnengoed van 'n
koopman van mijn kleur maar dat
is ook iemand »van zeven klaar,* die goed
in zijn Bijbel, maar ook goed in zijn stalen-
boek thuis is. Doch als ik confectie noodig
heb, ga ik naar een roomsch leverancier,
omdat die nu eenmaal in dat vak weer
»de« man is.
De gaven zijn ook hier verschillend.
Waar het kan, gaat men natuurlijk zijn
vrienden niet voorbij, maar een goed huis
vader en een pientere huisvrouw, die met
weinig geld veel moeten doen, zijn aan hun
huisgezin verplicht, op hun voordeel te
letten en daarom acht ik het icherpdoor
trekken van geloofsverschillen op maat
schappelijk terrein een verkeerdheid, die
zichzelf straft en toch niet vol te houd n *s
En, wat alles afdoet, het echte, zuivere
protestantisme van Luther en Calvijn wordt
er geen stuk door gebaat. Er wordt haat
en nijd, afgunst en bitterheid door gezaaid
en de »geloovige« protestanten verbinden
zich met de vrijzinnigen* op een wijze,
waar ze niet anders dan veel verdriet van
beleven kunnen.
En dan het baat u niets
Als ge op uw buurman jaloersch zijt,
'omdat hij in een hecht, stevig, goed gefun
deerd en wel doortimmerd huis woont, dan
baat het u weinig, of ge al tusschen licht en
donker es 'n steentje tegen zijn ruiten knipt
Daar waggelt het huis niet van.
'n Barst in een ruit dat is alles.
Neen dan moet ge uw eigen huis
nazien. De fondamenten schragen de muren
bijmetselen, de ramen dichten en de balken
vernieuwen .als dan vroeg of laat
de stortvloed der Revolutie want daarin
schuilt het gevaar 1 er tegenaan slaat,
dan zal het niet bezwijken.
Dat is protestantisme van de daad.*
't Anti papisme iswind.
UITKIJK.
Bijenteelt.
Ongetwijfeld kan menige imker z(jn bedrijf
eerst behoorlijk rentabel maken, door met zijn
bijen te reizen. Velen toch zijn te zeer afhankelijk
van een enkele dracht in hun streek, zoodat by
ongunstig weer tijdens die dracht de campagne
misloopt. Wie dus in de gelegenheid is, om zonder
te groote kosten, één- of meermalen te verhuizen
naar het koolzaad en de wilgen op de klei, naar
de boekweit op het zand of naar de beide, naar
streken, waar linden, accasia's en klavervelden
worden aangetroffen, die moet de gelegenheid
niet verzuimen. Eerst moet echter wel gewikt ea
gewogen worden en moeten de kosten en bezwa
ren worden gesteld tegenover de mogelijke voor-
deelen. Kan men b. v. zelf niet nu en dan zjjn
volken gaan inspecteeren en heeft men ook niet
iemand ter plaatse, die toezicht kan houden,
om te voederen, zoo noodig; een zwerm te
scheppen tegen het rooven te waken, enz.
dan houde men zijn bijen liever thuis. Is men
besloten, zijn bijen weg te brengen, dan neme
men het volgende in acht:
1. Zorg voor een goed beschutte standplaats,
niet te dicht by water wegen of huizen, zóó
gekozen, dat ook koeien, paarden en ander vee
niet gehinderd kunnen worden.
2. Breng geen zwakke volken weg ofmoeder-
looze; vereenig twee zwakke. Neem ook liever
geen zware honigkorven mee, bij lossen bouw
kunt ge de honigraampjes uitnemen, om ze later
voor de inwintering, voor zooveel noodig, weer
in te zetten. Met enkele kasten, uit één stuk
bestaande, kan men reizen, de dubbelt zijn te
zwaar en te onhandelbaar.
3. Gaat het vervoer per trein, vereenig u dan
met anderen en huur één of meer waggons. Kan
het per boot of schip, denk er dan om, dat uw
bijen niet te lang onderweg zyn. Hebt ge weinig
volken, zie ze dan met een anderen imker mede
te geven, of sluit u bij anderen aan en draag
gezamenlijk de koster.
4. Bij vervoer per as moet gewaakt worden
tegen groote schokken; korven met jonge en
halfvol gebouwde raten moeten worden gespijld
met dikke stukken riet of gladde takjes, die, als
de bijen op de plaats zijn aangekomen, worden
weggenomen, daar ze anders spoedig worden
vastgewerkt. De raampjes, by lossen bouw, moeten
vaststaan.
5. Men reist bij voorkeur bij nacht, vooral
als het warm is. De uitvlucht der byen wordt
belet, maar frissche lucht moet voldoende kunnen
toetreden. Den avond vóór de reis voorzie men
daarom by kasten het vlieggat, met behulp van
behangersspijkertjes, van fijn draadgaas. Zitten er
nog vele byen voor, berook ze dan niet, maar
loop er slechts met een gieter water langs. Pro-
batum est! De korven worden, ook des avonds
van onder met een doek van sterke, niet te dicht
geweven stof, afgesloten; met mos of hooi maakt
men de vlieggaten dicht. Leg vóór het opladen
een laag stroo op den bodem van den wagen.
Plaats de korven en kasten dicht aaneen en zóó
dat de raten evenwijdig loopen met de wagenassen,
dan lyden ze van 't schokken het minst.
7. Rijd eerst langzaam en houd na eenige
minuten halt,om de bijen te kalmeeren. Onderzoek
of de volken zich misschien .warm loopen", in
welk geval ge de koude nachtlucht wat toelaat.
8. Neem kap en rooker mee. Ook een rol
asphaltpapier, om de korven te overdekken, en
planken, om er de kasten en korven op te plaatsen
en dakpansgewijs, ter beschutting, eenigszins hel
lend, boven op de kasten te leggeD. Een stroo-
mattenschutiing aan drie zijden, aldus:
naar binnen overhangend en door posten
gestut, is uitstekend.
9. Span bij aankomst de paarden af en breng
ze weg.
10. Bouw dan den stal en plaats de woningen
maak dan de vlieggaten open en neem de doeken
weg.
,>*z
-
i
L