I if f
Winkeliers i Kooplieden
E. DAVIDSON,
JOE. 1EEN,
J.Wiidenboer
b 11
Advertentien.
Doet Uw voordeel
I'Hif
lib i
it
SPANJE.
GRIEKENLAND.
PERZIË.
THIBET.
ITALIË.
MONTENEGRO.
BULGARIJE.
EGYPTE.
(Aeinenffd Nieuws,
120 werklieden aaD de firma doen weten
dat zij a.s. Zaterdag den arbeid neerleggen,
wanneer hun eisch vóór dien tijd niet is
ingewilligd.
in
Geëmailleerde Huisnoudelülce Artikelen.
en bezoekt, alvorens Uwe inkoopen te
doen, de Magazijnen van
BOTTERDAM.
Telef. Interc. 3975.
Vraagt ons geïllustreerd modelboek
1910. hetwelk U gratis wordt toege
zonden.
Westdijt 263, liddelharnis,
132 III
Het beste en voordeeligste adres
voor alle soorten Schoenwerk. 3828
Prijzen billijk. Beleefd aanbevolen.
r .1
J 8 9
*1
5
II
fi I»
I ilfl
lii til 11
c t ij|3
III1
lij 1
81
l lm
f<i
;T
Men moest dat goed begrijpen.
Er wordt zoo licht van den ouden arbeider
gezegdHij kan immers trekken van de
diaconie of van 't armbestuur
En dat is een zegen.
Al wil God de raten gebruiken, om mij
op mijn ouden dag brood en vleesch te
brengen, ik moet er Hem vurig voor dan
ken Zoo ook als Hij daarvoor diakenen
of armmeesters gebruikt.
Bij God verdienen we niets.
Is de droge korst nog onverdiende
genade, die we verbeurd hebben.
Maar tegenover menschen mogen we ons
beroepen op des Heeren woord, dat de
arbeider zijn loon waardig is, d. w. z. van
zijn loon ook zal kunnen leven, zoolang
God hem dit leven gunt.
De loonen der veldarbeiders moeten dan
ook op den duur wat in de hoogte worden
gebracht en allen, die hiermee te maken
hebben, leggen we deze vraag zee'r ernstig
voor de consciëntie.
Niet vragend om barmhartigheid.
Maar wel om recht.
Toch kunnen we op zulk een stijging
niet wachten
Vooreerst kan geen enkel bedrijf en
allerminst dat van den landbouw zulk een
stijging bij groote sprongen velen.
Zoo iets moet geleidelijk.
Over verscheidene jaren verdeeld.
Zelfs bij den allerbesten wil.
Dan zit daar meer aan vast.
Een groot deel der werkgevers op het
platteland, zijn op hun beurt weer huurders
en pachters. En zoolang ons pachtstelsel
niet grondig wordt herzien, zal er van
stijging der loonen weinig sprake kunnen zijn.
In goede jaren gaat het nog.
Maar in kwade jaren gaat vaak de eene
huurboer na den anderen over den kop.
Er zijn er vaak drie in 't landbouwbe
drijf de landheer, de pachter en de arbeider.
Als nu de dagloonen rijzen om den arbei
der gemakkelijker premie te doen betalen
dan zijn het de laatste twee, pachter en
arbeider, die er feitelijk voor opdraaien en
de landheer blijft er geheel buiten.
Toch leeft die landheer mee van wat de
arbeider ten koste van zweet, rust en ge
zondheid vaak, verdient. En die landheer
krijgt niet het kleinste deel van de opbrengst.
Men weet, dat de notarisssen soms moes
ten waarschuwen Menschen, gij huurthet
is geen kóopen
Dat maakt het zoo ingewikkeld.
En de verzekering van den veldarbeider
zal in staat zijn, om de menschen beter
te doen begrijpen, dat de »sociale kwestie*
ook een plaltelandskant heeft
Intusschen de arbeider kan niet
wachten. En ook de veldarbeider moet ver
zekerd worden tegen den kwaden dag.
Zélf doen, wat mogelijk is.
En verder geholpen worden.
De premie laten we rusten.
Daar spreken we nader over.
Maar zóóveel staat wel vast, dat er
voer den veldarbeider tegen den «kwaden
dag* alleen hulp is te wachten van verze
kering.
Men moet dit goed verstaan.
Wij spreken »naar den mensch.*
En stellen op den voorgrond, dat de
«verzekering* niet is een middel, door den
mensch uitgevonden, om zich weg te rukken
onder Gods slaande hand, maar een mid
del, dat God ons, menschen, vinden deed
om ons te redden in den dag des kwaads.
God brengt het kwaad over ons.
Hem riepen we aan iD den dag der
benauwdheid. Er is, ook in den «kwaden
dag« geen betere schuilplaats dan bij den
Heere, Heere
En toch is het God verzoeken, als we
niet alle mogelijke, geoorloofde middelen
aanwenden, om het kwaad te keeren.
Als er besmettelijke ziekte heerscht, stelt
de man die psalm 91 den dichter leerde
nazeggen, zich geheel in Gods hand. Maar
zelfs zijn gebed zou verhinderd worden, als
hij verzuimde, alle middelen van voorzorg
aan te wenden tegen de besmetting alle
middelen die God in zijn hand gesteld heeft.
Zoo nu is 't ook hier.
Wat vroegere geslachten niet kenden,
dat heeft God den mensch in de vorige
eeuw doen vinden en tot groote ontwikkeling
doen brengen: De «verzekering,* waarbij
de kwade kansen van den komenden «kwa
den dag* over velen worden omgeslagen
en alzoo gemakkelijk gedragen.
Zal nu de Overheid dwingen tot ver
zekering of maar aan de menschen overlaten
dat ze zich dienaangaande onderling verstaan?
't Laatste zou 't schoonste zijn.
Als de Overheid zich eigens mee be
moeien gaat, boeten we altijd iets van onze
vrijheid in daar kunnen we zeker van zijn.
De mooiste maatschappij is die, waar
de Overheid zoo weinig mogelijk zelf doet
en alles zooveel mogelijk door de burgers
in vrije samenwerking geregeld wordt.
De «vrije school* staat bovenaan. Maar
als tienduizenden geen vrije scholen bouwen
dan zal de Overheid wel moeten optreden,
omdat het «wezen en het welwezen* van
ons volk mee daarvan afhangt, dat het
behoorlijk onderwezen is.
Nu komt er van de verzekering tegen
invaliditeit en ouderdom, wanneer men het
aan de arbeiders zelf overlaat, met name
ook aan de veldarbeiders, een heel klein
beetje terecht.
Dat behoeft wel geen bewijs.
Vooreerst: er is geen organisatie.
Daarbijmen leeft erte veel bij het
heden. Een boerenknecht bv. die van z'n
ióe tot zijn 26e jaar vrijgezel is, zou aardig
wat voor zijn ouden dag kunnen doen.
Maar gij kunt het er honderd voorpreeken
misschien is er een, die naar u luistert.
Denkelijk zelfs niemand.
Waar ten slotte bijkomt, dat het juist
in den aard der «verzekering* ligt, dat ze
zich over velen moet uitstrekken, willen de
kwade kansen behoorlijk tegen elkander
opwegen.
Vrijwillige verzekering komt niet.
Al is ze verre te verkiezen.
Mogelijk ware een keurkern tot vrijwillige
verzekering te brengen. Maar «algemeen*
is ze daardoor en wordt ze daarmee niet.
De Overheid moet dwingen.
Anders komt er niets van.
Iudien nu vaststond, dat de Overheid
niet dwingen mag, dan zouden we met
diepe $mart moeten zeggen. VYe moeten
t maar zonder verzekering doenwat niet
mag, is eenvoudig uitgesloten.
Nu weten we, dat hooggeachte broederen
zeggenhet mag niet.
Maar we kunnen na wikken en wegen
het absolute-niet-mogen niet inzien en hou
den ons aan 't geen onze partij met groote
meerderheid een en andermaal op haar
program schreef: Verplichte verzekering.
De Overheid toch mag dwingen.
Ja, ze moet vaak dwingen.
Voorzeker we hebben ons vaak tegen
Overheidsdwang verzet. Maar die dwang
betrof geestelijke zakenraakte ons in het
geweten. Daar, op dat terrein moet de
Overheid zich geheel onthouden.
Daar waar 't louter stoffelijke zaken betreft
mag zij dwingen. Wel moet het als anti
revolutionairen ons streven zijn dien dwang
zooveel mogelijk te beperken.
Elke dwang toch verlaagt.
Ware vrijheid daarentegen veredelt.
En zeer ernstig zouden we ons moeten
verzetten tegen een overheid, die van ons
land een soort «politie-staat* wou maken.
Wanneer echter de groote levensbelangen
van ons volk in 't geding zijn en de vrije
samenwerking op niets uitloopt; wanneer
bovendien zedelijke en geestelijke belangen
niet worden gekrenkt, dan mogen we dank
baar zijn, dat er een macht is, die dwin
gen kan.
Al is 't ons geen eere.
Net zoo min, als 't een eer is, dat we
kleederen dragen moeten. Al zijn we dank
baar, dat we ze hebben.
Ook voor den veldarbeider vragen we dus
verplichte verzekering tegen de geldelijke
gevolgen van den «kwaden dag.*
ttuiteiiIaBMi.
DU1T9CIILAND.
De verkoop aan Turkije van de
pantserschepen „Kurfüst Friedrich Wil
helm" en „Brandenburg" heeft zijn beslag
gekregen. De koopprijs bedraagt achttien
millioen Mark.
De loop der gebeurtenissen in Noord
westelijk Spanje, in de Baskische provin
ciën in het bijzonder, is anders geweest
dan de meesten zich zullen voorgesteld
hebben. Na eerst de demonstratie te
San Sebastiano verboden te hebben, heeft
de Spaansche regeering later de leiders
der Katholieke comité's, die de be ooging
op touw hadden gezet, voor de gevolgen
verantwoordelijk gesteld. Dit heeft gehol
pen en de betooging werd afgelast.
Na de godsdienstkwestie in Noord-
Spanje zulk een beroering teweeg brengt,
acht de Spaansche regeering den tijd
gekomen, om aan de staking onder de
mijnwerkers te Bilbao desnoods met ge
weld een einde te makeD. Blijkbaar is
Canalejas bevreest, dat stakers en Carlis-
ten eens gemeene zaak konden maken.
Nadat de ministerie van Binnenland-
sche Zaken vruchteloos beproefd heeft,
bemiddelend opjjte treden, heeft Canalejas
aan de mijndirecties medegedeeld, dat
ingeval de staking niet spoedig eindigd,
de buitengewone bezetting Bilbao ver
laten zal. Voert de regeering "deze be
dreiging uit, dan zijn de eigendommen
der mijndirecties niet langer voldoende
beschermd. Ook heeft Canalejas aan de
directies laten weten, dat hij den eisch
der stakers invoering van den negen-
urigen werkdag voikomen gerecht
vaardigd acht.
't Nieuwe wetsontwerp op den alge-
meenen diensplicht in Spanje bepaalt,
dat alle Spanjaarden van hun 20ste tot
hun 85ste jaar het vaderland als soldaat
moeten dienen. De eerste 3 jaren moet
gediend worden bij de militie, daarna 3
jaren bij de eerste reserve, 6 jaren bij
de tweede reserve en de rest bij de
landweer. Priesters en andere bedienaren
van den godsdienst, benevens de monni
ken, zullen als veldpredikers en aalmoe
zeniers bij het leger dienst doen.
Over een goeden maand worden hier
de verkiezingen gehouden voor de nieuwe
Kamer en voor de Nationale Vergadering
die een gedeeltelijke grondwetsherziening
moet tot stand brengen. Er wordt natuur
lijk al druk over gesproken. Maar toch
is de actie niet zoo groot als de gewichtige
belangen, die op 'c spel staan, konden
doen verwachten.
De Perzische regeering heeft een procla
matie uitgegeven waarin de bevolking ge
last wordt, de wapenen in te leveren. De
regeering geeft evenwel een geldelijke
vergoeding voor de ingeleverde wapens.
In 48 uur na het uitvaardigen der
proclamatie moet alles ingeleverd zijn,
Naar aanleiding van de weigering van
de Eidais om, gehoorzaam aan de uitge
geven proclamatie, de wapens uit te le
veren, is het tot eeu gevecht gekomen.
De Fidais zijn omsingeld in een park,
waar zij stelling hebben genomen.
Bij het gev-echt in het park leden de
regeeringstroepea een verlies van 12 doo-
den en gewonden, de Tidais verloren 30
man aan dooden, terwijl er 300 gevan
gen genomen werden,
Uit Thibet komt het bericht, dat de
Chineezen het plaatsvervangend hoofd
Thibetaansche regeering, Lincge Kenchen
in hechtenis genomen en ter dood ver
oordeeld hebben.
Te Darjeeling, in Noordoos lelijk En-
gelsch-Indie, is een deputatie van aan
zienlijke Thibetanen aangekomen, die
den Dalaï Lama verzocht, naar Thibet
terug te keeren. De Dalai Lama weigerde
evenwel, zonder waarborg van de Chi-
neesche regeering, aan het verzoek ge
volg te geven.
Zoowel te Rome als te Madrid is men
overtuigd, dat het conflict tussehen Spanje
en het Vaticaan een wending ten goede
genomen heeft.
„De termen van het pauselijk ultima
turn", aldus schrijft de officieele „Osser-
vatore Romano", „zijn ruim genoeg, dat
zij terrein voor een overeenkomst over
laten, zonder dat een der beide tegen
standers gedwongen is, een stap achter
uit te doen."
En op een andere plaats staat„Het
zal voor het Vaticaan een aangename
taak zijn^ mede te werken aan iedere
poging tot toenadering, mits Canalejas
toenadering wenscht."
Gezaghebbende Spaansche bladen ver
zekeren, dat de inhoud der pauselijke
nota, die dezer dagen de Spaansche
regeering bereiken zal, in niet minden
verzoenenden jjgeest gesteld is als het
artikel der „Osservatore."
De feesten ter eere van de verheffing
van Montenegro tot een koninkrijk beginnen
29 dezer met een plechtige vergadering
van de Montenegrijsche Kamer.
De konjng en de koningin van Italië
gaan reeds 27dezer met hunjachf/Trinacria"
naar Antivari, geëscorteerd door twee
kruisers en 4 torpedobooten. Zij hoopen
4 dagen bij hun vader door te brengen.
Daarop gaat koning Victor Emanuel de
groote manoeuvres der vloot in de Adria
tische Zee bijwoneu.
Geheel onverwacht heeft tsaar Ferdinand
vau Bulgarije zijn zomerreis door West-
Europa onderbroken en is plotseling naar
zijn hoofdstad teruggekeerd.
De spannende toestand in Macedonië
schijnt de aanwezigheid van Ferdinand te
Sofia noodzakelijk te -maken. De veront
waardiging der Bulgaren over het optreden
der Turken in Macedonië is met den dag
stijgende en over het geheele land houdt
men protestmeetings.
Driehonderd Macedonische vluchtelingen,
die Zondag de Bulgaarsbhe grenzen over
trokken, hebben de hoofdstad bereikt en
hun verhalen over de wreedheden der
Turken wakkeren den volkshartstocht aan'.
Hoe ernstig de toestand is, blijkt uit
een telegram aan de «Lokal Anzeiger//,
volgens hetwelk 6Ü.00U Bulgaarsche reser
visten onder de wapeuen geroepen zullen
worden.
Maandag hebben voor de rechtbank te
Cairo terecht gestaan de sjeik Abdoel Azis
Chaduich, een zekere El Gayate en twee
andere personen, wegens de publicatie van
een opruiend gedicht, waarin tot geweld
dadigheden wordt aangespoord en de moord
op een Engelscb ambtenaar door den Hindoe
Dingra wordt geprezen.
De president van de rechtbank verbood
den verdediger het gedicht in kwestie voor
te lezen. De beide mannen werden veroor
deeld tot een jaar en drie maanden
gevangenisstraf; de andereu werden vrij
gesproken. Een groote menigte stond voor
het gerechtsgebouw. Ongeregeldheden kwa
men echter niet voor.
Dreigende staking.
Aan de sigarenfabriek van de firma
van Oenen en Mansen, te Hilversum,
dreigt een staking uit te breken. De
werklieden vroegen eerst invoering van
het Amsterdamsene loon, doch toen de
firma dezen eisch van de hand wees,
vroeg het personeel 25 cent per mille
minder dan eerst was gevraagd. Ook
hierop gingen de fabrikanten echter niet
in. Thans heeft het grootste deel van de
Slechts zeventien werklieden hebben
nog geen besluit genomen.
De firma verklaart niet te zullen toe
geven-
Doodelijk gewond.
Op den Hoogeweg bij Ridderkerk,
kwam Zaterdagavoud een tilbury in
aanrijding met eon mestwagen.
In de tilbury was gezeten een vrouw
van een en vijftig jaar, wonende te
IJaelmonde.
Tengevolge van den schok stootte de
vrouw methaar hoofd zóódanig tegeu
de ijzeren kap van de tilbury, dat zij
den halswervel brak.
Per auto naar het ziekenhuis te Rot
tordam vervoerd, is zij aldaar overleden.
Spaansch
Op de Wielerbaan te Scheveningen,
gaf de cow-boy, die ook op de straat
zijne kunstvaardigheid had aanschouwlijk
gemaakt, eene vertooning die ten
slotte erg gevaarlijk bleek te zijn. Eerst
verstrikte hij herhaaldelijk een ruiter in
zijn lasso en toen werd een stier op het
middenterein gebracht. Het beest had
niet veel luat zich te laten vangen het
maakte allerlei bokken(stieren-)sprongen
en viel daardoor herhaaldelijk op het
hellend vlak. Zij die staanplaatsen hadden
drongen elkander meer en meer op, om
des te beter van het „verlokkelijke"
schouwspel te kunnen genieten.
Op een gegeven oogenblik brak de
omheining, vielen de toeschouwers en
ontstond er een soort van paniek, doordien
de stier, meer en meer schuw geworden,
tussehen het publiek wilde doorspringen.
Men ging toen het arme beest met stokken
en plakken slaan om het van zich af te
houden.
Tenslotte maakte een brigadier van
politie aan het gevaarlijk spelletje een
eind, door de verdere vertooning te ver
bieden. Toevallig is deze historie nog al
goed afgeloopen.
De Zuiderzee overgezwommen.
Eeu kranig zwemmer blijkt de Amster
damroer Eduard Meyer te zijn. De 32-jarige
zwemmer is er Dinsdag in geslaagd de
Zuiderzee van Stavoren naar Eukhuizen
over te zwemmen. Dinsdagmorgen 8 uur
25 minuten ging hij te Stavoren te water
en 's middags half vier kwam hij te
Enkhuizen aan.
De geheele afstand bedraagt 22 K.M.
De zwemmer was in 't geheel 6 uur 41
minuten in het water geweest.
De postboot doet 1 uur en 10.minuten
over de reis.
De heer Mejjer verklaarde niet bijzonder
vermoeid te zijn. Hij kleedde zich dan ook
zeer opgewekt in het bijzijn en onder het
hoerageroep van het van alle kanten
toestroomende publiek aau. Hij voelde zich
slechts wat stijf in de leden en .6
kilogram in gewicht afgenomen.
Meyer heeft met dezen tocht een ieder
ten zeerste verrast. Te Enkhuizen werd hij
hartelijk toegejuicht. De tocht was in alle
stilte, ja zelfs met een zekere geheimzin
nigheid voorbereid, uit vrees dat hij in
het geval van niet slagen een mal figuur
zou maken.
Hij ging voor eenige dagen op verzoek
om inlichtingen over het zwemmen
naar Harlingen en toen hij eenmaal in
Friesland was, kwam de gedachte bij hem
op eens te beproeven op zijn terugweg
zwemmende van Stavoren naar Enkhuizen
te komen, De heer Hylkc-ma werd bereid
gevonden hem per roeiboot te vergezellen,
omdat een zwemmer op zulk een groote
tocht een zekere verpleging behoeft.
Maandag nu beproefde hij den tocht,
doch liad toen, wegens onbekendheid met
de kracht van den eb aldaar, met moei
lijkbeden te kampen, zoodat hij het bij
de zandbank Kreupel opgaf, met bet vaste
voornemen het Dinsdag weer te beproeven,
doch dan vroeger te water te gaan.
Het volgende vertelde de koene zwemmer
zelf Dinsdagavond reeds aan een der
medewerkers van het «Hbl.« over de ten
uitvoerlegging van dit voornemen.
'/Veel hoop had ik niet na mijn tocht
van Maandag en mijn te korte nachtrust.
Na zoo'n zwempartij mag je wel eeu
wijzertje rond slapen
//Toen ik opstond was ik zuo stijf, dat
ik mjjn armen haast niet kon optillen. Ik
was echter eenmaal te Stavoren, begreep
er niet spoedig terug te zullen komen en
wilde de kans wagen.
"Ik had nu den vloed scheef op zij en
vorderde veel sneller dan den vorigen dag.
Ik legde nu in 31/i uur denzelfden afstand
af, waarover ik den vorigen dag vier uur
had gezwommen. Den eersten dag verkwikte
ik me af en toe met een glaasje champagne,
dat mij merkbaar goed deed. Daar de
champagne op was, had ik nu cognac
medegenomen.
«Toch had ik den eersten dag honger
geleden. Bij een wedstrijd op de Theems
voor eenige jaren had ik een razendeu
honger. Ik zag een schipperj allersma
kelijkst aan zijn broodje knabbelen en vïueg
hem een klein stukje. Maar toen ik het
in den mond nam leek het mij precies
zand. Ik dook onder en werkte het met
een slok Theemswater naar binnen.
"Nu had ik Dinsdag rauwe eieren me
degenomen, chocolade en cognac. Na twee
uur genoot ik miju eerste voedsel en
drinken. Ik bleef vlak bij de boot, klemde
mij met een hand vast en kreeg dan mijn
eitje en mijn chocolade. Anders drink ik
nooit sterken drank, alleen een glaasje bier.
Maar ik kreeg vooral op de tweede helft
van den tocht, veel zeewater naar binnen,
en dan deed een cognacje, dat gloeide als
vuur van binnen, mij goed.
"Toen ik over de helft was begon de
zee namelijk raar te doen. De golven
vertoonden witte kopjes. Heilkema ging in
de boot op zijn rug liggen, uit vrees voor
zeeziekte dien zag ik dus ook niet meer.
De raasten van de visscherschepen gingen
op en neerdat was ook al een raar ge-
hobbel. Ik kreeg reusachtige hoeveelheden
zeewaten naar binnen. Van elke golf
misschien maar één cierlepel, maar dat was
bij elkaar zoo veel, dat ik baug werd het
niet meer te kunnen bergen. Zeeziek ben
ik nooit van mijn leven geweest.
«Later ging het weder beter, de vloed
stond schuin en ik kreeg de golven niet
zoo vlak voor den mond. Ik Bad nog één
uur en drie kwartier te zwemmen. Toen
werd het werken De laatste loodjes wegen
het zwaarstWe zetten koers naar de wijde
haven van Enkhuizen.
«Eensklaps hoor ik geen 10 M van
mij schreeuwen en zie ik een ding opduiken
vol jongens.
«Dat was de pier van de buitenhaven.
Men wilde mij de Haven laten binnen
zwemmeD, maar dat vond ik nu niet noodig
en ik zwom naar de pier tot ik staan kon.
«Even was ik nog wat duizelig, door al
dat liggen hobbelen, doch dat ging dadelijk
over, en toen gevoelde ik een reusaclitigen
honger. Men gaf mij drie broodjes, die ik
smakelijk op at.
«Om het uur had ik een glas cognac
genomen en in mijn maag wat grog ge
maakt met zout water. Champagne is
lekkerder, die is meer zoetig. En dan genoot
ik wat chocolade en een rauw ei.
De aankomst vooral was aardig.
«Het eerst werd ik begroet door een
hoop straatjongens. De zeilschuiten salu
eerden met de vlag en de stoombooten
toeterden. Ook onderweg had men voortdu
rend met de vlag gesalueerd.
«Spoedig had ik althans een beetje toilet
gemaakt.
«En toen ik mij later bij een barbier
liet scheeren vielen de menschen er van
nieuwsgierigheid haast door de ruiten«.
Nog eeu noviteitNiet alleen is men
Dinsdag voor het eerst de Zuiderzee
zwemmende overgestoken, doch ook voor
het eerst roeiende
Meyer had een zeilboot gehuurd, doch er
was geen wind. Toen roeide de schipper
de eerste uren met groote volharding tot
zijn handen bloedden, en deed zich vervol
gens vervangen door zijn maat.
Meijer gevoelde zich Dinsdagavond vol
maakt wel en zag er patent uit.
Slechts gevoelde hij .eenige pijn in de
maag van al het genoten zeewater.
Met zwemmen behaalde deze sportman
reeds 30 eerste en 60 tweede en derde
prijzen.
BpperI 118, Binnenrotte ÏOI
Horloger en Goudsmid,
Steeds groote voorraad
Horloges,
KLOKKEN - PENDULES,
Regulateurs en Wekkers.
Goud- en
Kllverwerh. Koralen.
Soliede Artikelen.
Billijke prijzen.
Oud Goud en Zilver wordt tegen
de hoogste waarde gekocht
en geruild. S786
-'■4.
dr
yk>:w-
- 1