•25sle Jaargang N°. 1570. Zaterdag 9 Juli 1910. Antirevolutionair IN HOC SIGNO VINCES „M Ml foor Is iiïïoiiw". EXTRA PREMIE T. BOEKHOVEN, SOMMELSDIJK. Alle si flikken voor tie Itedactle bestemd, Advertesatiëii esi verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever. t erpiicsice verzekering'. Off* iff KA UI'TBifiJM. J«V Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent, 50 B Buitenland bij vooruitbetaling met Zondagsbis,d f 7,50; zonder 4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent. UITGEVER TelefeoEa ïnterconn. Büo. 2. Advertenfiën 10 Cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en ij3 maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur. voor de Lezeressen van ons blad. Wij zijn werkelijk verheugd thans iets voor onze Lezeressen, voor onze Vrouwen en Meisjes te kunnen doen, haar iets aan te bieden, waaraan zij werkelijk voor haar leven iets hebben, een werk van blijvende waarde voor haar tegenwoordig of toe komstig gezin. Wat is nuttiger voor de practische Huisvrouw of voor haar, die het zal worden dan een practisch goed geschreven werk, dat raad geeft voor alle huishoudelijke zaken, voor de woning, voor de keuken, vbor den keider. Het is ons gelukt voor onze Lezeressen verkrijgbaar le stellen tot den onbegrijpelijk lagen prijs van 50 cent, ir. p. p. et het bekende gerenommeerde werk van Me vrouw S. J. BARENTZ—SCHQNBERG (Tweede veel vermeerderde Uitgave). Practische Huisvrouwen, wij willen u nog even een zeer verkorte opsomming geven van wat U in dit werk van 50 cent vindt. Voor de Huishouding Het Schoonmaken en onderhouden van Meubelen, Tapijten, Gasgloeilicht enz. Uitmaken van Vlekken, Tafeldekken, Wasch, Regeling der werk zaamheden, Voedsel en Voedingswaarde, Inkoop der Levensmiddelen, Visch en Vleesch, Groenten, Vruchten, Het zeer uitgebreide gedeelte Kookkunst, dat een vormt. En dan inmaken van Groenten, iii andere Conserven. Ten slotte $org voor Siet Lichaam, als Bad, Beweging, Kteeding, Bust, Slaap, Ventilatie, enz. enz. Kortom, het is een duidelijk volledig en bevattelijk werk voor elke Nederlandsche Huisvrouw, die op de hoogte van haar tijd wil zijn. Het kookboek alleen is een ware bron van kennis. Alle Recepten, zoowel van de meest eenvoudige als voor de uitvoerige Keuken worden hierin duidelijk gegeveD. Het boek is uitsluitend voor de Lezeres sen van ons blad tegen 50 cent en inlevering van onderstaanden BON verkrijgbaar. BOS voor de Lezeressen van dit Blad. De ondergeteekende wenscht als lezeres van dit blad te ontvangen voor de hierbij- gaande 50 of 60 cent in postzegels of post wissel. 1 ex. iïarentz-Schönbcrg, „HET BOEK VOOR BE HUISVROUW". Naam Woonplaats En vsn oud-liberale zijde, maar ook uit onze kringen is meermalen een stem opgegaan tegen de Verplichte verzekering niet alleen, maar tegen allen ingrijpenden dwang der Overheid. En bij het sociale vraagstuk vooral, waar 'top den rechtsgrond der Over heid zoo vaak aankomt, wordt menig maal afgewezen de actie der Overheid om in de particuliere zaken in te grijpen. Dit debat heeft zich pas weer her haald bij de Bakkerswet, toen ge vraagd iswat gaat 't der Overheid aan, hoe lang ik als patroon in mijn eigen huis bakken wiltoen gevraagd is waarmee bemoeit zich de Overheid, die mij beletten wil 's morgens versch brood te ontvangen. Enz. De stelling wordt dus bepleit, dat een ieder zeif moet weten, en zelf heeft te beslissen (en we hebben nu de Verzekering op 'toog), of hij zich, hoe hij zich, wanneer hij zich tegen gevaren voor de toekomst van ziekten, ongevallen, invaliditeit en ouderdom, dekken zal. Vrijheid dus op 't terrein van het sociale leven om te doen wat men wil. En voorzekerdat vraagstuk is niet zoo eenvoudig als 't lijkt. Oppervlakkig bezien, neigt men aanstonds tot de vrijheid en met 't oog op den gees telijken strijd, die op 't terrein van 't Onderwijs en de |Staatskerk gestre den is, zou men ook zeggen er moet zoo goed in stoffelijk als/in geestelijk opzicht vrijheid zijn. Vrijheid van geloof, van handel en wandel, van godsdienst, van onderwijs en ook vrij heid om zich al of niet te verzekeren en voor zijn toekomst te zorgen. Maar toch een hoogst ernstige be denking. Thorbecke heeft de vrijheid van onderwijs meer dan eenmaal begeerd en 't ook uitgesproken, dat 't mogelijk was, goed onderwijs te krijgen zonder dat de Overheid er ook maar iets zich mee bemoeit. De vol gelingen hebben tijdens en na zijn leven daar echter anders over gedacht en de schoolstrijd is getuige, dat de Liberale partij met de vlag der vrijheid zoogenaamd in top toch 't Onderwijs in zijn geheelen omvang, als Volks onderwijs hebben genekt. En bij het Hooger en Middelbaar Onderwijs in de jaren '1903 en later is weer ge bleken, dat ze Overheidsbemoeiing en niet particulier initiatief voorstonden, in s rijd met hun beginsel van Vrijheid. Hoezeer dus ook Thorbekke vrijheid en particulier initiatief eerde, en de Liberale economen in hun «laisser faire, laisser ailerct ook die ongebrei delde vrijheid voorstonden, plus vrij heid van Handel enz., toch weken ze in den strijd op geestelijk terrein van hun beginsel at en eischten School dwang tot 't neutrale, 't openbare onderwijs De Liberalen zeiven maakten dus scheiding bij de vraag, wat de roeping der Overheid is en beantwoordden haar nl, er zou vrijheid zijn op stof felijk gebied dwang der consciëntie op geestelijk terrein. De Antirevolutionair heeft deze zaak krek andersom bekeken en gezegd geen vrijheid van ieder sociaal individu, maar een Overheidsbe moeiing op sociaal terreinwel vrij heid bij geestelijke vraagstukken. Er moet dus, als er sprake is van een vóór of tegen Verplichte verze kering, onderscheid gemaakt worden. De gedragslijn van vrijheid mag en kan niet worden doorgetrokken bij sociale vraagstukkenwel bij zulke, die het geweten, 't onderwijs, de kerk, de kunst, en in zekere mate ook het zedelijk leven raken. Er is een grens, waar de Vrijheid van sociale onverschilligheid der Over heid ophoudt en zij partiy moet kiezen, moet ingrijpen't particulier initiatief moet breidelen en toezicht houden op de particuliere daden v.ta arbeiders, patroons, mannen en vrouwen in fa brieken en werkplaatsen enz enz. Dat is geen recht fier Overheid, maar een plicht. Wordt vervolgd. De Jeugd en de dierenbescher ming. Den 23 Sept. 1905 verzond minister Rink uit 't vorige Kabinet aan de districts Schoolopzieners een circulaire waarin hij deze autoriteiten wees op de noodzakelijkheid, dat in de Scholen ook liefde voor de dieren zou worden gekweekt. Ten eerste uit een maat schappelijk belang ten tweede met 'toog op de wet, dat mishandeling van dieren strafbaar stelt, ten derde dat bescherming der vogelen nuttig kan zijn. De minister oordeelde, dat vooral bij 't vak Natuurkennis aan die dierenbescherming aandacht moest verleendmaar ook, dat op de onderwijzersvergaderingen in 't Ar rondissement over dat punt zou gesproken worden. Of naar aanleiding dezer circulaire reeds over dit punt van gedachten gewisseld is, weten wij nietmaar 't komt ons voor, dat een dierenvriend beslist belangstelling wekken zou, indien hij tot een referaat ovet dat onderwerp werd uitgenoodigd. En als hij dan tevens er op wees, hoe de jeugd, niet alleen de dieren, maar eers ens de menschen wat fatsoenlijker moest leeren behandelen dan zou zijn rede aan tal van ouders, in druk kunnen worden toegezonden. Dierenbescherming is noodig. Trouwens het dier is schepsel Góds en heelt uit dien hooide reeds aan spraak op een vers'andige behandeling en een barmhartige bejegening. Ook op dat dier rust als op de geheele Schepping Gods vlo k, en de mensch is met dat dier hierin lotgemeen. Daarom rust op de redelijke mensch, die weet wat hij zelf is, den plicht om over 't diet te waken, dat 't niet meer dan noodzadeiijk lijde en drage. Trouwens de Heilige schrift schrijft in de Mozaische wetgeving ons die barmhartigheid voor. Denk om dezen tekstGij zult het bokje niet koken in de melk zijner moeder. Of dezeGij zult niet ploegen met eenen os en eenen ezel tegelijk. Of dezeEen dorschenden os zult gij niet muilbanden. Of deze: Wanneer een os of lam of geit zal geboren zijn, zal die zeven dagen onder zijne moeder wezen daarna zal hij aangenaam zijn tot offerande des vuuroffers den Heere. 01 dezeWanneer voor uw aan gezicht een vogelnest op den weg voorkomt in eenigen boom of op de aarde, met jongen of eieren, en de moeder zittende op de jongen of op de eieren, zoo zult gij de moeder met de jongen niet nemengij zult de moe der ganschelijk vrijlaten, maar de jongen zult gij voor u nemen; opdat tu welga en gij de dagen verlenget. Zoo dus zij er bij dit inzicht in de Schrift een bescherming der dieren. En een fatsoenlijke behandeling der menschen, der ouden en ongelukkigen, der overheden en meerderen zij die jeugd tevens aanbevolen. Delirium potatorum. Deze ziekte komt no al eens voor in gevangenissen en vor 1 zij worden er mee behept, die eertijds aan den drank verslaafd, moeten ophouden met dat bedwelmend vocht. Daar kan natuurlijk dat natte gestel niet tegen en het innerlijk protest van maag en zenuwen tegen die ver plichte onthouding openbaart zich in een soort Krankzinnigheid. Zoo'n dito delirium heeft de Libe ralen in Grijpskerk bevangen. Grijpskerk is een dorp in Gronin gen puur modern eertijdsmet liberale machtssferen van zoo heb ik je daarl De liberale manieren zijn bekend. We hoeven er niet over uit te wijden. Maar 't Liberalisme gaat er ach teruit. Rechts wint. En wat doen ze nu? Verslaafd aan de macht, herin nering uit lang vervlogen tijdmaarge bonden nu door kracht van Rechts, wordt 't woedend en zoover gaat hun krankte, dat ze per advertentie alle liberale genooten uitnoodigen om aan al de Anti's brood en nering te ont nemen. Is dat geen delirium In andere dorpen is dit in 1905 ook al eens voorgekomen. Later heeft er nog zoo iets in de kranten gestaan bij ouders, die hun kinderen van de Op. Scholen afna men. Om zulk treurig optreden aan de kaak te stellen, heeft iemand uit Grijpskerk met naam en »vanc dit feit gepubliceerd, wat we ook doen. 't Is een schandaal, wat die Libera len daar durven uitrichten. Dat was een zonderlinge advertentie Laat ik beginnen te zeggen, dat ze stond in een plaatselijk blaadje, niet in deze streken, maar in het midden des lands verschijnende ergens in den bodeminzinking tusschen de Veluwsche »bergen« en de Utrechtsche heuvelrij, en dus in wat bekend staat, almee het meest orthodoxe deel der Veluwe te zijn. Tevens het meest kerkistische deei. Als over 't gansche land de samenwer king tusschen anti-revolutionairen en chr. historischen beklonken is, gooien ze daar roet in 't eten. Dat was zoo in 't jaar 1909 dat her haalde zich in 1910 Maar ik had het over 'n advertentie Daar werden dan, per publieke annonce, tegen een bepaalden Zondag opgeroepen de ongehuwde moeders* in 't midden der gemeente, opdat ze hun buiten-echte lijke kinderen ter doop presenteeren zouden. 'k Moet toch zeggen, ik keek gek op.' 'k Moest het lezen en herlezen. En 'k wreef mijn oogen es uit Vooreerst volgde uit deze annonce logisch, dat het daar ter plaatse 'k zal niet zeggen regel, maar dan toch alles behalve uitzondering was, dat er onechte" kinderen geboren werden. Anders zou men die schapen met hun moeders niet op een bepaalden dag oproepen, om in het Huis des Heeren gebracht te worden. In de tweede plaats las ik daaruit, dat de kerkeraad bang was, met een bekend making van den kansel alléén niet alle ongehuwde moeders te zullen bereiken en daarom een publieke advertentie noodig keurde. Me dunkt, daar gaat een kerkeraad eerst is de aller-uiterste noodzakelijkheid toe overHet ongehuwde-moederschap toch, zóó schuldig voorkomende, is niet slechts een schande voor de moeders-zon der man zelve, maar ook wel degelijk voor de Kerk, die ze van haar doop af onder opzicht en tucht had. En die schande gaat de Kerk niet zelf per advertentie ruchtbaar maken, tenzij werkelijk de betrokken per sonen op geen andere wijze te bereiken zijn of de conscientiën door de ge woonte der dingen zoo in slaap zijn ge wiegd, dat niemand eigenlijk meer recht voelt, hoe zulk een annonce een schande legt op de gansche Kerk. Ik denk voor 't naast het laatste. Er zijn punten en kwesties op 't gebied van ons zedelijk leven, waarover de ortho doxe christenen niet met een vrijer oogop slag tegenover de modernen redetwisten kunnen, wetende dat ze de hand in eigen boezem stekende deze er ztker melaatsch uithalen zullen. En een van die punten is de ongeoor loofde omgang voor het huwelijk, waarvan en het gedwongen huwelijk en het ongehuw de-moederschap de bittere vruchten zijn. Veel reformatie is hier noodig. Terecht heeft de gansche protestantsche christenheid verontwaardigd verzet aange- teekend tegen hetgeen de Paus over de Hervormers en de Hervorming heeft gezegd in de Borromeüs- enclycliekmet name ook omdat hij het zedelijk leven dezer mannen aantastte. Doch laat ons ook niet hooggevoelend zijn Laten we 't maar erkennen, dat het een zeere plek is, die wij aanraakten, in ons christelijk-protestantsch, ja in ons gerefor meerd leven, al mogen we gelukkig zulk een advertentie als die, welke aanleiding gaf tot dit schrijven, een hooge uitzon dering noemen. We zijn er ook niet mee af, als we zeggen, dat het bij de roomschen net zoo erg, misschien nog erger is. Dat veront schuldigt ons niet. Als het in vele prote stantsche streken niet veel beter is, dan komt dit eenvoudig, dat de beginselen der Hervorming nog lang niet genoeg hebben doorgewerkt De grondfout schuilt, dunkt me, in de idee, die vooral op het platteland nog diep zit, dat nl. ongeoorloofde omgang vóór het huwelijk niet zoo erg is, als ze maar zoo »tijdig« door een huwelijk wordt gevolgd, dat de moeder tenminste als echt genoot den man naast zich heeft staan, wanneer de vrucht van dezen omgang ter wereld komt. Ik behoef niet veel woorden te gebruiken, om de dwaasheid van deze meening aan te toonen. Wanneer de verboden omgang door een huwelijk wordt gevolgd, dan is dit géén tweede zonde op de eerste stapelen, maar 't is niet iets goed, wanneer het vroegere kwaad wordt te niet gedaan, ge boet, verzoend, of hoe men het nemen of noemen wil. 'k Weet wel, dat er godzalige echtelin gen zijn, die vele jaren lang in een voor beeldig huwelijk leven en in dat echtelijk samenleven een toonbeeld van ingetogenheid, kuischheid en godsvrucht zijn en die toch gevallen zijn, eer ze ten huwelijk gingen. Want een val is het; minder niet. 'k Weet ook wel, dat er genoeg »bravenc zijn, die als men hun geheime gangen en overleggingen kon nagaan, niet in de scha duw kunnen staan van de zooeven ge noemde ^gevallenen.* Laat alle farizeïsme verre zijn Laten we zelfs in aanmerking nemen de omgeving, de zeden en gewoonten, 't gemis aan tucht, zooveel, dat juist voor deze zonde den weg plaveit 't neemt niet weg, dat het zonde blijft en hoe teederder later de eens* gevallenen voor hun God leven, hoe smartelijker hun die zonde vallen gaat, wanneer de gedachtenis nooit uitge* wischt wordt, ja tot aan de gouden bruiloft levendig blijft. Als ik 't goed zie, dan moeten de ouders in deze zaak des huwelijks meer worden gekend, maar zich ook beter hun plicht bewust worden. Bij vele ouders zit er de gedachte in, dat ze in zaken van liefde, trouw en huwe lijk geen leiding geven moeten; noch onderwijzingwant dat de liefde zich daar toch niet aan stoort, als eenmaal de zinnen op een jongen of meisje gezet zijn. Men geeft dan z'n toestemming.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1910 | | pagina 1