voor de Zaidfiollaiidsclte en Zecnwsche Eilanden
STEMT RECHTS!
H. Ch. VEGTEL en C. WARNAER.
Woensdag 15 Juni 1910.
Antirevolutionair
25sle Jaargang Ni°. 1563
Orgaan
H. Ch. Yegtel
C. Waraaer.
IN HOC SIGNO VINCES
bus, om te
rtuiging is,
n dat het
de Staten-
onder de
te wippen
r wij, Anti-
aftredende
T. BOEKHOVEN.
atsten man
e voor hun
SOMMELSBIJK.
41Be stukken voor «te Kedactie bestemd, Adverteatièn e» verdere Administratie frmsieo toe Se k«3.-e
Met weerzin lazen wij het stuk in
Vooruit tegen ons aftredend Staten
lid H. Ch. VEGTEL.
In dit stuk wordt de heer VEGTEL
van niets beschuldigd, maar is de op
name er op berekend bij den minder
ontwikkelden lezer een verkeerden
indruk te vestigen.
Wij bepalen ons nog tot de vol
gende opmerkingen
Verzwegen is dat het faillissement
van de Z.-H. Bank door den heer
VEGTEL zelf is aangevraagd om aan
een geschil, wie liquidateur zou zijn,
een einde te maken.
Verzwegen is te vermelden, dat
100 pCt. wordt uitgekeerd.
fvelogen is. dat Jhr. BICKER
en de heer VEGTEL veroordeeld zijn
zamen f 10,000 aan de Incasso-Bank
te betalen. Slechts moeten zij aan
de Incasso-Bank vergoeden de door
deze eventueel te lijden schade, op te
maken bij staat.
Verzwegen is, dat de heer VEGTEL
zich door betaling van een som, ge
ringer dan zijn kosten, van de zaak
afgemaakt kon hebben, doch, om het
recht van het spel, weigerde.
Verzwegen is, dat de heer VEGTEL
in hooger beroep gegaan is.
Wij zouden zoo kunnen doorgaan.
Ons antwoord luidt
De heer VEGTEL is juist
in de dagen van dit proees,
met hulp van de Liberale
gemeenteraadsleden in den
Haag, gekozen tot lid van
de Commissie van bOstand
in het beheerder gemeen te-
flnaneiën.
Het is waarde Liberalen in Den
Haag zijn anders dan de Liberalen
op Flakkee!
Ten protest tegen het laaghartige
stuk in Vooruit stemme elk welden
kende het altredend lid. den Heer
en met hem den Heer
Land- en Tuinbouw.
BuileiiIaiM.
De Stemdag is er!
staat klaar om ia de bus
Nog
enkele uren na dezen
Ie werpen
en elk man van It echts
Zwart maken is sclioorsteenvegerswerk Eu aanvallen zooals de libe
ralen die in hun Verkiezingsnummer op den beer VEGTEL deden, waar ze
met een procedure, zooaSs er zoovaak tusschen partijen, door heel Nederland,
door allerlei burgers onderling, door allerlei maatschappijen en vennoot
schappen gevoerd worden, hern in zijn eer en goeden naaui trachtten aan
te tasten Zulke aanvallen hebben ons versterkt in de overtuiging, dat
de Liberalen geen wapen te min vinden om onzen Candidaat te bestrijden.
Zij maken onzen Candidaat VEGTEL door verdachtmaking zwart.
Wij, uit sympathie voor zijn werk en beginselen en talenten maken
hem zwart op het Stembiljet.
Zoo gaan dan in de bus
En volgt de overwinning, dan danken we Hem, Die ons de victorie schonk.
Uit «le Pers.
tionaire Kiesvereeniging,
mens 't Bestuur,
OVERSTEEG, Voorz.
ER WAAL, Secr.
Goedereede.
is Jz.
nis Jz.
teeuw
eteeuw
'e Vries
Vries
eteeuw
ser
Ouddorp.
oogd
oogd
Spee
oogd.
sloper
dmos
anis
W. Rössing
ide
dmos
E. van Duin
meeteman Jz.
admos
n der Kemp
asten broek
Voogd
tenbroek
rinwis
ek
n der Klooster
ameetemau
"Oelaars
n der Bok
anis Jz.
inis Tz.
iameeteman
n Ouden
ioelaars
fitte
vVesthoeve Pz.
ritte
resthoeve
van der Kooij
1.HS-
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent.
zonder 50
Buitenland bij vooruitbetaling met Zondagsblad f 7,50zonder 4,50 per jaar,
Afzonderlijke nummers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent.
ÜÏTGEYEB,
Telefoon Infer comm. So. 8.
Advertentie» 10 cent per regel en s/i maal. Reclames 20 per ragel,
j Boekaankondiging 5 Cent per regel ea 4/3 maal.
Bienstaanvragen ®n Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Advertentiëm worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 nur.
JEen laatste woord tegen
de verdachtmaking.
Vooruit vraagt of wij den heer
VEGTEL niet als «finantieéle speci
aliteit» aanbevelen.
Tan Groningen begint de Victorie.
Onder dit opschrift maakt het „Hbld", naar
aanleiding van een artikel van den heer D. R.
Mansholt in de „Economist" melding van een
feit, dat de algemeene aandacht verdient, van
het feit: dat de prov. Groningen blijkens het
landbouwverslag in alle 10-jarige tijdvakken met
alle gewassen de hoogste opbrengsten per Hec
tare hadl Vooral in de laatst verloopen 25 jaren
was de toeneming der opbrengsten daar het
grootst. Daarna volgden de prov. Friesland,N.-
en Z. -Holland, Zeeland en Drente. Deze 6 prov.
toonden met alle gehalmde gewassen een sterk
opklimmende lijn van opbrengst, vooral in de
laatste jaren terwijl de lijnen der overige 5 prov.
lechts weinig opklommen, in sommige gevallen
zelfs daalden. Van Groningen begint dus de
Victorie 1 Dit is een feit, waarop deze provincie
trotsch mag zijn. Want die vooruitgang, deze wel
vaart, iB niet toevallig. Zij zijn het gevolg
hiervan, dat Groningen de waarde van het land
bouwonderwijs het best begrijpt. Van de jonge
lingen die de rijkslandbouwschool bezoeken komt
de helft uit de prov. Groningen. Wat is hiervan
het gevolg? Dat men in Groningen den grond
geeft wat den grond toekomt, meer dan in
andere provinciën. Ziehier het bewijs: Per Hec
tare bouw-en weiland werd aan kunstmeststoffen
coöperatief aangekocht, in guldens uitgedrukt,
in 1904: door Groningen voor 9, Overijsel 1.95,
Gelderland 1.50 Utrecht 0.07, N.-Brabant 1.65,
Limburg- 1.20. In 1907 Groningen 14. 50, Over
ijsel 2.75, Gelderland 1.95, Utrecht 0.62, N. -
Brabant 4.20, Limburg 3.80.
Wanneer wij de cijfers optelleD, dan blijkt,
dat Groningen alleen meer kunstmest verbruikt
dan deze andere 5 prov. te zamen. Utrecht is
de provincie, waar nog bijna niets gebruikt wordt
en de opbrengsten vertoonen ditl
De schrijver van bovengemeld artikel berekent
dat de conservatieven (aan het oude vasthou
dende) en geestelijk minder ontwikkelde pro
vinciën hierdoor in een rond getal 26 millioen
gulden verliezen, welk enorm getal slechts de
mindere opbrengst is van de drie halmgewassen
tarwe, rogge en haver. Niet al die millioenen
guldens per jaar voor meerdere opbrengst ver
kregen, komen in de beurs der landbouwende
bevolking. Maar zelis als de helft daarvan besteed
wordt aan het koopen van kunstmeststoffen en
meer arbeidsloon dan blijven nog heel wat
millioenen per jaar voor de denkende boeren
van het noorden over. Die meerdere opbrengst
van het land vermeerdert bovendien de waarde
van den grond.
Groningen gaf aan de overige provinciën een
heerlijk voorbeeld. „Leeringen strekken, voor
beelden wekken". Evenals in Groningen moeten
ook elders de landbouwers leeren denken,
durven en doen 1 Dan zal binnen korten tijd
de geheele landbouw kunnen bloeien, zooals
deze thans reeds bloeit in de provincie Gronin
gen.
C. B.
Werd nu algemeen van deze gelegenheid gebruik
gemaakt dan zou dit ongetwijfeld een groote
verbetering, een belangrijke oogstvermeerdering
en een zeer beduidende besparing van arbeid
ten slotte tengevolge hebben. Maar wij zouden
nog niet zijn, waar wij moeten wezen. De rijks-,
provinciale en gemeentegronden zouden dan nog
overblijven als bronnen van voordurende besmet
ting en vervuiling onzer akkers en weiden. Voor
iemand, die zijn oogen gebruikt, zal het wel geen
bewijs behoeven, dat die gronden inderdaad de
verspreiding van onkruid strek bevorderen, en
her- dikwijls aan de bezitters van aangrenzende
landerijen onmogelijk makeD, deze gronden be
hoorlijk zuiver te houden of te krijgen. Er moet
derhalve meer worden gedaan. Wat dan? Moe
ten wij aandringen op wettelijke voorschriften,
opdat vervuilde wegen worden gezuiverd H.
Thymus, die deze zaak in afl. 6 van het Tijd
schrift der Ned. Heidemaatschappij bespreekt,
meent dat ook zonder dat het doel kan worden
bereikt. Hij acht in deze de Rijkslandbouwleeraren
de aangewezen personen, om bij den betrokken
ingenieur van den Waterstaat of de betrokken
Besturen aan te kloppen, en stelt zich voor dat,
indien de door het Rijk aangestelde landbouw
kundige zich met de zaak bemoeiden, in de zui-
warme hulde aan »Het Volkc, vooral voor
het talent »waarmee de lintjeszaak naar
voren gebracht is, om den krachtpatser
van 1903 eens op de kaak te stellen.
Dat was inderdaad duidelijk genoeg.
Trouwens heel de wijze waarop deze
zaak werd aangepakt, bewijst dat men een
wraakneming bedoelde.
Van de socialisten was zoo iets te ver
wachten.
Het erge in dat geval was, zegt de N.
Pr. Gr. Gr., terecht dat de liberalen zich
door hun Kuyperhaat lieten verlokken, om
achter Mr. Troelstra en de zijnen aan te
sukkelen.
FRANKRIJK.
De minister-president Briand leest ia
H. Ch. Vegtel ;C.Warnaer
Onkruidbestrijding.
Wij wezen er onlangs op hoe groot de schade
door het onkruid veroorzaakt, kan zijn zoodat
bij niet voldoen bestrijding geregeld ieder jaar
een zeer belangrijk deel van den oogst verloren
gaat. Vaak staat de landbouwer met al zjjn (j ver
en goeden wil goeddeels machteloos tegenover
dien onkruidvijand, omdat van de akkers en erven
zijner buren, ook van openbare wegen en spoor
lijnen de onkruidzaden geregeld worden aange
voerd. Samenwerking van belanghebbenden is
dus noodig. En voorts is medewerking, steun
van de Spoorwegmaatschappijen, van het rijk, de
provincie en de gemeente, onmisbaar. Tot heden
is dat niet ingezien. Het Bestuur der Friesche
Mij v. Landbouw komt de eer toe, dat zij het
eerst heeft begrepen, dat in die richting moet
worden gewerkt. Het heeft zich tot de Directiën
der Spoorwegen gewend met het verzoek, de
lijnen te zuiveren van zaadonkruiden, in bijzon
der van distels. Het antwoord luidde, dat men
wel bereid zou zijn den spoorweg door eigen
personeel van distels te laten zuiveren ware het
niet, dat dit in Juli en Aug.in den tijd der
drukste werkzaamheden, moest geschieden. Om
echter aan de bezwaren eenigzins tegemoet te ko
men, zou aan de aangrenzende eigenaren of
pachters in de maand Juli of Augustus, als de
le grassnede van den spoorweg was verwijderd,
gaarne gelegenheid worden gegeven de distels
en ander onkruid te laten uitroeien.
Het komt ons voor, dat belanghebbenden met
deze beschikking tevreden kunnen zijn zij zjjn
nu althans in de gelegenheid gesteld het kwaad
beter, dan tot dusver mogelijk was, te bestrijden.
vering van publieke terreinen spoedig een groote
vooruitgang op te merken zou zijn. Wij deelen
het gevoelen van den schrijver maar ;tevens rijst
bij ons de vraagZouden de verschillende land-
bouwmaatschappijen zich niet geroepen gevoelen
de koe bij de horens te vatten 't Geldteen zaak
van zeer groot belang, die, nu zij is ter sprake
gebracht, niet moet worden losgelaten.
Duidelijk genoeg.
Mr. Troelstra, die zoo hoog opgaf van
het hooge en edele in hem, dat hem naar
de politiek dreef ontkende dat haat bij
hem de drijfveer was in zijn optreden tegen
Dr. Kuyper. Ook had hij niet gedacht aan
1903, zooals de heeren Lohman en Loeff
hem voorhielden.
De »Residentiebode« herinnert nu aan
het jongste congres dsr soc.-democraten.
Door een det maixistisch aangelegde partij-
genooten was tHet Volk« aangevallen. Het
blad hield zich naar zijn oordeel te veel
op met het exploiteeren vaa allerlei
schandaaltjes.
Na deze afkeuring kwam de lof van
mijnheer Gulden uit Amsterdam. Die bracht
de Kamer de ministerieële verl
voor, onder hevige interrupties van de
uiterste linkerfractie en toejuichingen van
centrum en rechterzijde. De zinsnede uit
de miüisterieele verklaring betreffende
het vlootprogramma had algemeen succes.
ENGELAND.
Het Lagerhuis kwain na het lente
reces, weer bijeen en maakte een begin
met de debatten over de marine-begroo
ting.
Er werd ge9n ministerieele verklaring
afgelegd betreffende den loop der gebeur
tenissen in de toekomst.
DUITSCIILAND.
Uit een aantal groote Duitseho steden
komen berichten van algeheele of gedeel
telijke mislukking van de onderhandelin
gen, welke tusschen werkgevers en
arbeiders in de bouwvakken zijn gevoerd.
Voor Oost-Pruisen kwam men op som
mige punten tot overeenstemming,
behalve aangaande het loon-vraagstuk.
Te Hannover werd alleen over het
Vi
arbeiderscontract in het algemeen over
eenstemming verkregen, maar over loon
en arbeidstijd konden beide partijen het
niet eens worden. Gelijkluidende berich
ten komen uit Maagdenburg, Erfurt en
Stuttgart.
PRUISEN.
De Pruisische gezant bij den H, Stoel
heeft kardinaal Merry del Val gewezen
op de verplichting, die op de Romeinsche
curie rust, om voldoening te schenken
aan de Duitsehe Protestanten, die zich
door het jongste rondschrijven des Pauses
beleedigd achten. De H. Stoel, de
gegrondheid van dezen eisch erkennende,
heeft aan het verlangen van den gezant
gevolg gegeveö en de volgende officieuse
nota aan de „Osserv&tore Romano'' ver
strekt
„Met het oog op de verontwaardiging
in Duitschland verwekt, door onji;iste en
weinig nauwkeurige vertalingen van de
jongste encycliek, zijn wij gemachtigd
het volgende te verklaren
De H. Stoel heeft geenszins de
bedoeling gehad, zooals trouwens uit den
tekst blijkt, door de encycliek, uitge
vaardigd naar aanleiding van het eeuw
feest van den H. Carolus Borromeus, en
welke ten doel heeft de modernistische
dwalingen te bestrijden, de niet-Katho-
lieke Dui sobers en hun vorsten te belee-
aigen. De encycliek bevat eenige his'o-
risehe beschouwingen over bot tijdvak der
reformatie. E: n volk, of de vorsten van
een bepaald laad worden niet genoemd.
Overigens moei men in het oog houden,
dat er slechts sprake is van Katholieken
der tijden, die zich opstandig toonden
tegen de ieeringen en het gezag van
den H. Stoel.
Ten slotte de gevoelens van welwil
lendheid. die de H. Vader jegens Duitsch
land bezielen, zijn nog onlangs zeer dui
delijk gebleken."
Het is tè betwijfelen of het incident
inet deze nota der Romeinsche curie als
gesloten beschouwd kan worden.-
DENEMARKEN.
In het proces tegen de vroegere mi
nisters Christensen en Sigurd Berg is het
getuigenverhoor gesloten.
De ambtenaar van het O. M. zeide in
zijn requisitoir, dat de beklaagden zifeh
opzettelijk aan de hun ten laste gelegde
handelingen hebben schuldig gemaakt
en beoogden anderen schade en verlies
te berokkenen.
Het ware de plicht van den minister
president Christensen geweest, den mi
nister Alberti te controleeren hij had
hem onmiddelijk uit zijn ministrieel ambt
moeten verwijderen, indien hij bewijzen
of slechts een gegrond vermoeden had,
dat hij zijn ambt als minister misbruikte.
Christensen heeft dezen plicht verwaar
loosd. Christensen, zeide hij, hield voort
durend zijn oogen gesloten voor alles,
wat er toe had moeten leiden tusschen
beiden te komen. Deze struisvogel-politiek
hield elk onderzoek tegen. Christensen's
bemoeiingen ten gunste van Alberti en
tenslotte de onderscheidingen, die aan
Alberti bij dien3 aftreden als minister
verleend werden, laten geen twijfel, dat
Christensen gestraft moet worden.
RUSLAND.
De Rijksdoema nam het gansche wets
ontwerp betreffende Finland, met 294
tegen 23 stemmen der Ociobristen aan.
Bij het aannemen van het ontwerp
brak een stormachtig applaus los.
Purischkewitsch,riep luid„Finis Finn-
landeriae (Het is uit met Finland
SPANJE.
Minister Canalejas heeft den koning
voorgesteld, om alle besluiten betreffende
v'