Godsdienst!)
-MORGEN. -
AVOND.
Zending
Zaterdag 18
Hoe is het mogelijk
Dat is gelooven.
Onder biddend opzier\.
Getaller\.
Onder Redactie
Officieel
Week van 19
Ned. Hervor
Gereforme
Oud Gerefor
om hen bijtijds te doen terugkeeren.
De geschiedenis van Stefanus leert,
hoe somtijds de tegenstanders, alhoewel
zij het verliezen, toch schijnen te win
nen. Stefanus is gesteenigd en zijne
vijanden triomfeerden over over zijn
lichaam; de ziel nam God tot Zich. En
aldus werd Stefanus door den Heere
meer dan overwinnaar.
Uit verlies winst, is geschreven voor
alle kinderen des Heeren, die eenmaal
hun leven hebben willen verliezen om
het te behouden. Zullen zij durven hopen
op den gedurigen bijstand Gods in den
strijd, zoo zal elk verlies of gemis aan
tegenweer hen nader tot den Heere
moeten brengen 0111 te vernemen welken
ban in het leger wordt gevonden. En
wordt den vijanden toegelaten de zege
te behalen, weet dan, dat de dienst
knecht niet meerder is dan zijnen Heere.
Christus is vervolgd zijn dienaar zal
vervolgd worden. Is zelfs het dooden
van 's Heeren volk wel te rekenen als
overwinning der tegenpartij
Voorzeker neen, de vrijgekochten des
Heeren gaan in hun eeuwig thuis, ver
verstand was het hun niet mogelijk
den Geest te overwinnen.
Van uit Engeland is in ons land gekomen
een gebeds-sneeuwbal. Iemand krijgt een
in 't Engelsch gesteld gebed genaamd
Oud gebed, gericht tot den Heere Jezus.
Nu wordt men verzocht afschriften er van
te maken gedurende negen dagen, eiken
dag éen. Elk gebed zeilde men dan aan
een ander persoon met verzoek ditzelfde
te doen. Onder het overschrijven der gebeden
doe men een wensch en wachtte dan
verder af wat er gebeuren zal. Verzendt
men de gebeden niet, dan heeft men zooals
in Jeruzalem gezegd is een groot onheil
te wachten.
Aldus ongeveer de inhoud dier brieven.
Hoe is het mogelijk, dat dergelijke jam
merlijke praktijken in Christenlanden ge
vonden worden. Welk een afdwaling van
het Woord der waarheid
Een godvruchtige koopman kreeg bezoek
van een ongeloovige dokter. Spoedig waren
zij in een ernstig gesprek en vroeg de
Zoo vaak wordt iets gedaan onder bid
dend opzien tot God«. En dit schijnt zeer
vroom. Maar als uwe kinderen u iets vragen
en gij geeft geen antwoord en zij gaan heen
en verschaffen zichzelf wat zij van u ver
zochten, zoudt gij dat goedkeuren. Neen,
dan moeten deze kinderen ongehoorzaam
genaamd worden. Zij moeten het nog eens
vragen, tot zij antwoord ontvangen. Aldus
moet ook, wie biddend opziet tot God niet,
ongehoorzaam zijn.
Daarom, wilt gij iets verrichten, zie bid
dend op tot den Heere en wacht op het
antwoord.
Als heden de tijd was aangebroken om
het geld te verdeelen in Nederland onder
alle burgers, zou elk gezin ontvangen
f3316.50. Ruim drieduizend gulden zou elk
huisvader verkrijgen 0111 zijn gezin te on
derhouden. Nu willen wij niet gaan aan-
toonen, hoe weinig voorspoed en geluk men
al gewon hij de geheele wereld en zijne
ziel leed schade hier
Ongeveer 50 jaar geleden leed een Engelsch
vaartuig schipbreuk in den Grooten Oceaan,
negen en dertig matrozen vluchten in een
boot. doch het was hun niet mogelijk le
vensmiddelen uit het schip over te brengen
wijl het dadelijk zonk. Nu voeren zij op
de wijde watervlakte en aten van de haaien
die zij vingen en dronken het regenwater
dat zij in een stuk zeildoek verzamelden.
Eindelijk kwamen zij doodmoe in ellendige
toestand aan de kust van Fidsje, een der
eilanden in den Oceaan. Zij vreesde echter
aan wal te gaan, meermalen hadden zij
vernomen van do menscheneters op die eilan
den. Toch waagden eenigen het en daarna
allen aan land te stappen Behoedzaam
schreden zij voort, tot eensklaps een der
matrozen uitriepWij zijn gered daar is
een Bijbel. Bij een der woningen werd het.
Boek der boeken gezien en dit nam onze
zeeman als waarborg, dat hun hier geen
kwaad zou overkomen. En de behandeling
die zij daarop mochten ondervinden van de
bewoners van het eiland beschaamde hun
verwachting niet. Thans werd hun barm
hartigheid bewezen en geen haar werd ge
krenkt. Die omkeer was door het Evangelie
dingsschool zich bereid naar de gevaarvolle I
posten in nieuw-Brittannië te gaan.
Broun koos nu zes gehuwden en drie
ongehuwden uit hen en stond op het punt
met hen te vertrekken, toen de Iingelsche
regeeringambtenaar tot hen kwam. Deze
spande zich in de kweekelingen te doen wan-j
kelen in hun besluit Door middel van een
tolk sprak hij hen toe: Ik heb gehoord dat
gij niet vrijwillig heen gaat, en dat men
u geheel onkundig heeft gelaten van de
werkelijke toestanden op de eilanden, waar
heen gij gereed staat te vertrekken. Indien
enkele uwer gaan en misschien gedood I
worden, wodt de regeering hier ter verant-
woording geroepen door de regering in liet
moederland. Ik wensch daarom ulieden over I
het land, waarheen gij weusoht te gaan,
eenige mededeelingen te doen, 0111 dan uwe
meening uit uw eigen mond te hooren, Het j
volk waarheen gij plan hebt te vertrekken
bestaat uit menscheneters, en is buitenge- i
woon wreed de eilanden zijn ongezond,
zoodat, ieder die ze bezoekt, door eene
gevaarlijke Koorts wordt aangegrepen liet
voedsel is moeilijk te verkrijgen, en wan-
neer gij spijze met 11 meedeneemt, is dat
toch niet het voedsel, waaraan gij gewoon
zijt Gij wordt maanden alleen en zonder j
eenige bescherming achtergelaten. Antwoord
Nog rust Natuur,
Kalm ruischt de beek haar waatren
[voort,
Dat nauw de halmen buigen
Van 't ritslend riet.
Het berkenloof beweegt zich niet,
Hoe licht zijn blaadren tuigen
Van 't zachtste windje, dat hen stoort.
Nog rust Natuur.
Nog rust Natuur
Het blij ontwakend vogelkoor
Zoekt naar zijn zoetste tonen
Voor 't morgenlied.
De neevlen dekken nog 't verschiet
Van ginds, waar menschen wonen,
Dringt geen geruisch de stilte door.
Nog rust Natuur.
Want 't morgenuur
Is slot nog van den goeden nacht,
Die aan 't vermoeide streven
Van al wat leeft,
In zoeten slaap verpoozing geeft,
En aan 't verjongde leven
Voor nieuwe taak schenkt nieuwe
[kracht
In 't morgenuur.
Nog rust Natuur.
Straks zal de zon met kracht en
[gloed
Haar arbeid blij herhalen
I11 veld en woud
Dan leeft, in vormen duizendvoud,
Op heuvelen en dalen,
Weer arbeidsvreugd en strevensmoed
In heel Natuur.
Straks zal Natuur
Weer werken wat ze werken mag.
Weer bij vernieuwing blaken
Van blijden lust.
Thans heeft ze nog een oogwenk rust.
Om heel haar kracht te smaken,
Waarmee ze ontwaakt ten nieuwen
[dag.
A. L.
-mm-
Weer stuwt de beek haar water
In stilte voort
Ze doet het riet niet wieglen,
Dat haar omboordt.
De witte nevel wuivend
Weer opwaarts stijgt
De blaadren staken 't ruischen,
Wijl 't windje zwijgt.
De vogel zingt den vrede,
Dien hij geniet
Wijl 't klokjen in de verte
Hem beurtzang biedt.
De landman van den akker
Weer huiswaarts gaat,
Met dank, dat na de dagtaak
Het rustuur slaat.
De jonne heeft haar arbeid
Getrouw volbracht,
Zij roept om haar te volgen
Den goeden nacht.
Natuur wordt door de stilte
In slaap gesust;
Ze zoekt weer krachtvernieuwing
In zoete rust.
Maar eer zij tot vergeten
Haar oogen sluit,
Smaakt zij met vol bewustzijn
Wat rust beduidt.
Straks zal ze onwetend sluimren
In slaap gestrekt,
Tot haar voor nieuwen arbeid
De morgen wekt.
Thans geeft op rust-genieten
Zij dankend acht.
En smaakt in avondstilte
Bewusten nacht.
A. L.
lost van moeite en strijd. Doch de be
strijders hebben zich vaster en dieper
in hun afval van God gewerkt en zich
ineer strafwaardig gemaakt. Dus geldt
het ook hier: Wie Gods volk aanraakt,
raakt Zijn oogappel aan.
Waarom dan gevreesd om uit te
komen voor den Koning der koningen
en den Heere der heeren De liefde
drijft immers de vrees buiten Wie
vreesachtig is hinde den strijd op dat
oogenblik niet aan. De Wet zegt, wie
hang is keere naar huis om te wachten
tot de ijver des Heeren der heirscharen
hem aanvuurt.
Waant u sterk, bestrijder van het volk
des Heeren en de Waarheid Gods, een
maal zal het u duidelijk worden: wij
vermogen niets tegen de "Taarheid.
Buigt dan neder voor den Almachtige
en verneder u onder Zijne hand. Volg
de Joden niet na; zij stelden valsche
getuigen, opdat de overwinning hunne
zou zijn. Zij konden niet weerstaan, noch
eerlijk hunne onmacht belijden. Met hun
geneesheer
aan zijnen vriend: »Zeg mij
eens, wat is eigenlijk gelooven De
geloovige man lachte eens. Hij zag naar
zijn zoontje, die juist bezig was met zijn
looden soldaatjes in slagorde te zetten.
«Lieve Karel«, zeide de vader, „het is je
tijd, laat je naar bed brengen. Ik vind het
beter, dat je nu slapen gaat«. De kleine
jongen wilde liever blijven spelen, maar
bespeurende dat vader het meende, liet hij
zijne soldaten inrukken, d.w.z. hij borg ze
op, groette den dokter, kustte zijn vader
en ging heen, zij het dan ook met een
ietwat bewolkt gelaat.
„Zie dokter, dat is .gelooven" zeide de
koopman. Daarna riep den vader den kleine
terug en fluisterde hem in het oor: „Als
je meester over je tevreden is. neem ik je
in de volgende maand mede naar Hamburg".
Nu waren de tranen vergeten. Het kind
juichte alsof het rijtuig reeds voor de deur
stond. „Zie," zei de koopman «gelooven,
dat is God gehoorzamen, gelijk een kind
zijnen Vader en God vertrouwen zooals
een kind zijn Vader vertrouwt. De dokter
was getroffen. Na eenig nadenken sprak
hij: »Uw voorbeeld heeft mij meer getroffen
dan menige preek.
met deze soms zou hebben als alle menschen
gelijk van bezit waren, 't Is echter leerzaam
om te zien hoe het geld besteed wordt in
onzen tijd Dezelfde, die uitrekende dat
bovengenoemde som aan ieder huisgezin
zou toekomen, heeft zich ook aan het werk
gezet om te weten te komen, wat aan de
zending per jaar en per gezin wordt gegeven.
Hij kreeg daarvoor een som van gij
kunt het gelooven, lezer f 0.12J, zegge
twaalf en een halve cent. Als zulk een be
kwaam rekenaar het niet zeide, zouden wij
weigeren het te gelooven, niet waar Vooral
als hij nog zegt te hebben becijferd, dat
elk gezin in Nederland aan zijn ,bier en
sterken drank f 100. uitgeeft.
Kunt gij het aannemen, omdat in uw
gezin de verhoudingen anders zijn, wij
noemen u gelukkig. Laten allen medewerken
0111 de uitgaven voor de zending voor de
prediking van Gods dierbaar Evangelie, per
gezin grooter te maken.
Bij alle uitgaven zal toch de stelregel
betracht moeten worden eerst het noodige,
dan het nuttige en eindelijk het aangename.
En niemand der lezers zal de zending
zetten op de laatste plaats, maar op de
eerste. Het baat immers een mensch niets
aldaar „gekomen" medelijden met ellendigen
voorheen onbekend, werd nu als een deugd
beoefend.
Vandaar ook de bereidwilligheid om heen
te gaan naar andere eilandbewoners om
heen te brengen de Boodschap des vredes.
In het jaar 1875 had het Australische
zendingsgenootschap der Wesleyanen het
voornemen opgevat eene nieuwe Zending
aan te vangen op den Archipel van nieuw-
Brittannië een eilandengroep ten Oosten
van Nieuw Guinea. Die eilanden waren in
dien tijd bijna nog geheel onbekend en
werden bewoond door volk dat voor bij
zonder wild werd gehouden. Het genoot
schap stelde zich voor uit de inlanders,
die, reeds Christelijke eilanden woonden,
vrijwilligers op te roepen voor dezen ar
beid. Daartoe begaf zich de zendeling Broun
ook naar Tidsje. Hij kwam daar op een
zeer ongunstige tijd. Eene vreeselijke bezoe
king was gekomen en een derde der bevol
king weggemaaid door de mazelen. Onge
veer 35 000 Christenen waren bezweken en
onder hen vele inlandsche predikers, zoodat
er gebrek was aan arbeiders in des Heeren
wijngaard. Niettegenstaande deze bezwaren
verklaarde alle kweekelingen van de Zen-
thans, hetzij alleen, af een in uw aller naam.
Daarop nam een hunner Armenis, diep
bewogen liet woord en zei Wij zijn in
geenen doele verrast door dat, wat wij
zooeven gehoord hebben. Voor 011s is het
niets nieuws wij hebben dat alles onlangs
vernomen uit den mond der zendelingen,
voor zij ons tot dit werk hebben aange
spoord. Wij hebben deze zaak rijp in ons
hart overlegd. Niemand heeft ons eenigen
dwang opgelegd Wij hebben ons geheel
uit vrije overweging tot dit werk gewrijd.
Als wij sterven, dan leven wij en als wij
leven, dan sterven wij.
De Engelscliman verlangde deze verkla
ring schriftelijk va 11 hen te ontvangen, aan
welk verzoek zij gaarne voldeden. Toen
liet hij hen natuurlijk gaan.
Welk een ijver en zelfverloochening voor
de zaak des Heeren. Laat ons, die bij het
gereedschap achterblijven niet achterblijven
bij die eenvoudige inlanders op offerenden
ijver. Voor de verkondiging van het Evan
gelie zij het ons een vreugde iets te mogen
arbeiden in gebed en gaven, opdat, ook
onder de wildste volken, de Heere mogen
ontvangen aanbidding, eer en dank'bre
lofgezangen.
SOMMEL
Voorm. 9,30 en nam.
Ds. Westrik.
MIDDEL
Voorm. 9,30 en 's av.
STAD AAN 'T H
Voorm. 9,30 en nam.
DEN BO
Voorm. 9 uur Ds. E
LANGST
Voorm. 9 en nam.
OOLTGEN
Nam. 2 uur Ds. Emm
OUDE T
Voorm. 9 en nam.
NIEUWE
Voorm. 9,30 en nam.
HERKI
Voorm. 9,30 en nam
DIRKS
Voorm. 9 en nam.
MELIS
Voorm. 9,30 uur D
STELL
Voorm. 9,30 en 'sa
dijk.
GOEDE
Voorm. 9,30 uur D
OUD
Voorm. 9 en nam. 2 u
MIDDEL
Voorm. 9,30 en 's;
mans van Grijps
STAD AAN 't
Voorm. 9,30 Ds. Es
uur leeskerk.
DEN B
Voorm. 9 leeskerk,
uur Ds. Esselink
OOLTGE"
Voorm. 9 en 's av.
STELL
Voorm. 9,30 en 's
OUD
Voorm. 9 en nam.
OOLTGE
Voorm. 9,30 en 's
DIRK
Voorm. 9, nm. 2 e
sten van Rotter
MELI
Voorm. 9,30, nam
leeskerk.
HER
Voorm. 9, nam.
leeskerk.