Woensdag 25 Mei 1910. 25ste Jaargang M'. 1557. voor de ZuidliollaiMlsche en Zeeuwsche Eilanden. Antirevolutionair Orgaan Kleinen. IN HOC SIGNO VINCES rai\ eer^ ip ir\ God. ïaand. laatjes, om te irerp V T. BOEKHOVEN. SOMMELSDIJK. Alle stukken voor de Hedactie bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever. Tuin- en Landbouw. Knol- en Wortelgewassen. Binnenland. Blijde Verwachting? Buitenland. ENGELAND. i T )US. in Indië door het Ivikkelde inboorlin- Imziimige instellina afgelegenjplaatsen voorwerpen van zijn. s dat een man zijn i overluid de plaats lom hiervan kennis 1 dien hij veronder- lisde. trok heel nederig hij in de nabijheid laakte tal van eer- I' en na dat hij er I, en legde ten slotte ld voor de bus neer loor zich te winnen, eemoedige houding Iderde. In hart is onrustig, I de onvrede en dei- niet. moog' zingen en springen, lijdschap is schijn lenen mogen, In onze oogen, loolijker zijn. lende wereld, |n bepereld, eens uw lot, 't verbloemen fnijne dan roemen eugde is in God |van zijn kinderen kan 't verhinderen voor geen straf, lilies begeven, pchap blijft leven pit uit het graf. Imoog verscheiden, 1 zich verspreiden, rt mij geen pijn op mijn Koning let dat mijn woning Tel zal zijn. H. van Alphen. en bloementijd, [lier en mensch [verblijd enkel droevenis, lezns' liefde mis jeens mijn ziel [toezeid ld' uw in eeuwigheit 't zondig leven kwijt, zang en bloementijd. W. a. Brakel. n op school. En nu Fokkie uitteekenen. t blijven staan, waar n daarom heeft Tom t vastgebonden. Maar |iet stilstaan hij doet n opspringen en blaf- zooveel ijver en zoo n 't kleuren, als T o m In Fokkie ging. Fok- hondje. T o m heeft fje aan, zwarte kousen en zijn haar is don- .moral niet om zijn eurtje te geven, want Ingen. De deur en de (geverfd, het karpet is (el, en de appelen heb- V Deze Coirant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnenentsprijs per drie maanden fr. p. p. met Zondagsblad 75 Cent, e aan n zonder oO Buitenlaüd bij vooruitbetaling met Zondagsblad f 7,50zonder ƒ4,50 per jaar. Afzondedijke nummers 5 Cent. Met Zondagsblad 7 Cent. UITGEVER TeleJoon Intercom». No. 2. Advertentiën 10 cent per regel en 3/% maal. Reclames J0 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/j maai. Dlenstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Oent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan Advertentiën worden ingêwaoht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur. Z ij die zich nu abonneeren, ont vangen de nog in deze maand verschijnende nummers gratis. Minister Talma. Ministir Talma heeft hard gewerkt. We selmven in ons vorige nommer »'t Is één en al «ongevallen- ,»weten Min. Talma kan opkale- «fateran, zoo goed als de vorige »MinUters.« En vorge Kabinetten en Min. Talma ziet een groot deel van hun tijd in besltg genomen door de. verde diging van de verschillende wijzigin gen. Zie de Kamerverslagen na en ieder kan oordeel vellen. Wie de uitwerpen tot wijziging in diende of heeft ingediend, laten we eens evenrustenmaar zoo groot is de verandjring. die stuksgewijs in die wet moet worden aangebracht, vóór dat er een finale herziening komt, dat Minister Talma introk de op 't Depar tement ligjende wijzigingen der artt. 13, 15, 17. 19, 20, 21, 23. 24, 28, 29, 35, 39, 42,51, 54, 55, 59, 61, 62,63, 65, 68, 69,70, 71, 74, 79, 80, 82,84, 88,89, 93,16, 97, lüi, 104, 105,110, 113, 114 enintrekking van art. 66en introk de iivoeging van enkele artike len na de artt. 30 en 60 dier wet. (20 Sept 't6 ingediend door Minister Veegens.) Ii ons vorig nommer noem den we als in 't Staatsblad '08 ver schenen, wjziging van de artt. 37, 45, 46, 98, m 99. Ook wijzijing van de artt 31 8, 21, 43, 50, 51. Wat arbeid is verbonden geweest aar dat herstel. Op 7 Mei'09 diende Mir. Talma in wijz. van de artt. 36, 38, 40, 52, 76, 79, 80 en in voeging van twee nieuwe artikelen tusschen a:tt. 90 en 91. Pas was hij Minister of hij nam op zich de verdediging der Boterwet. Deze heeft hij niet ingediend, maar de ver dediging na zoo'n flinke instudeering dat alom zijn redevoeringen lof weg droegen, kostte tijd. De Visscherijwet door Linksere en RechGche Ministers in onderzoek genomen, werd door Min. Talma verdefigd met succes en daarna in 't Staatsblad opgenomen. De Schepenwet lag voor Min. Talma ter verdediging, nadat 't ingediend was door 't vorige Kabinet. Ook dit kostte tijd en.studiedaarna verscheen ze in 't Staatsblad. Op 20 Sept. '09 werd ingediend de wijziging en aanvulling der Hinderwet dat behouders aangebrachte wijzigin gen door ambtsvoorgangers was ont worpen. Ook die studie kostte tijd en studie. En waarom komen de Sociale ont werpen niet »vlug« van stapel. Daar heeft" de Minister al vroeg genoeg voor gewaarschuwd in de Memorie van Antwoord, toen hij zeide, dat er aan sluiting moest zijn in de ontwerpen, dat ook de betrokken personen mede zeggenschap moesten hebben in de organisaties en de uitvoering der wet ten; dat de Staat er zooveel mogelijk moest af blij van. Of zooals 't staat in de Mem v. Antwoord van 7 Nov. 1908 bldz. 19 Drie beginselen moeten meer »tot hun recht komen »1. Madewerking der belang- «hebbenle, bij de uitvoering der «verzekering. »2. Meerdere zelfstandigheid «van de organen, die bij de wet »betrokken zijn. »3. Verband tusschen de drie «takken der Arbeidersverzekering. En deze drie gronden zijn on zes inziens de eenige oorzaak en de natuur lijke reden, waarom de Verzekerings wetten lang uitblijven. Min. Talma erkende op die bldz. dat 't een bijna »onmogelijke« taak scheen, om die drie takken n.l. onge vallen- Ziekte en Invalieden of ouder domswet in verband te zetten, maar, zoo schreef hij, 't moet, «opdat de werking van elk, die der anderen steune en er besparing zij van persoon lijke en geldelijke kracht.« Hij heeft dus zelf gewaarschuwd voor een te vroeg hopen op indienen en elk deskundige zal den weg, dien hij uitwil, een goeden noemen. En niet azende op kiezersliefde, arbeidt hij aan de in 1908 voorgestelde taak voort. De ziekteverzekering is, meenen we bij den Raad van State. Dat is èèn der drie takken. En aan Ongevallen wet en Ouderdomswet wordt hard ge arbeid. Wat mogen we dan meer van een Minister verwachtenal is het wach ten, na zooveel tobbens óók door Lib. Kabinetten, verdrietig. Ingediend zijn ook de Bakkersraden, de Beperking van den nachtarbeid en Zondagsarbeid in broodbakkerijen. En niet te verge ten de Bescherming van personen in fabrieken en werkplaatcen in 't be kende Konk. Besluit, door alle pers organen geprezen. Uit ons hart gegrepen. Een openbaar onderwijzer had ds. v. Grieken, welbekend Ned. Herv. pre dikant, iets verweten, dat deze leeraar nooit had gezegd. Deze antwoordt daaropmaar dan roept hij zijn mede ambtgenooten in de Ned. Herv. Kerk op en zegt: Maar wij willen onzen medebroeders in de bediening nog eens toeroepen merk op de haat en vijandschap van vele openb. onderwijzers tegenover God en Zijn Woord, tegenover het Koninklijk huis enz. En zorg er voor, zooveel dat in uw vermogen ligt, dat onze gedoopte kinderen zco spoedig moge.ijk chr. onderwijs kunnen ont vangen, overal 1 Laat het uit zijn met klachten als J. A. Wormser (1807—1862) eens moest doen hooren, ons medegedeeld door mr. Groen van Prinsterer) «wan neer wij de geschiedenis der laatste vijftig jaren nagaan, kan het, ook bij de zachtste oordeelvelling, niet worden weersproken, dat de pogingen tot verlevendiging en herstel van ons kerk-en schoolwezen, vooral van de gewoone leden der gemeente zijn uitgegaan en dat de meesten der leeraren, die aan de waarheid, door de kerk beleden wordende, van barte verbonden zijn, zich doorgaans buiten den strijd gehouden hebben meteene voorzichtigheid, welke dien naam geenszins verdient.« Laat zoo'n klacht nooit en nergens gehoord worden in onze dagen. 't Zou heerlijk zijn. En wij zeggen Wormser nahet is daarom, dat ieder openbaar blijk van geloovige belangstelling en deel neming door leeraren van de Herv. Kerk in de groote vraagstukken van den dag door ons met dubbel genoegen wordt aanschouwd.» Ten spijt van leugen en laster van openb. onderwijzers zij ons gemeen schappelijk streven voor de gedoopte kinderen van ons volk alom christelijk onderwijs Vooral voorde steden is dat noodza kelijk. In elke stadswijk staat een school zonder Bijbel. In elke buurt moet christelijk onderwijs komen 1 Scholen met den Bijbel voor gewoon lager onderwijs En op geen dorp blij ve de deur voor de gedoopte jeugd gesloten Dit is ouze wraak aan {onzen onbe kenden bestrijder uit „de Hoeksche Waard." U vriendelijk dankzeggend voorde opname enz. Er zijn leeraren der Ned. H. Kerk, die prediken de gereformeerde leer. Maar als zij dat doen, zullen zij ook arbeiden in hun gemeente om de gedoop te kinderen op een Chr. School te bren - gen. Preeken, en nog eens preeken, is goed. Maar waar zijn de vruchten der prediking En die komen door en bij de stich ting van Chr. Scholen uit. Goed preeken, maar geen school stichten, ie menachenvrees, voor God niet te verantwoorden. Ter herinnering. In ons vorig nommer wezen we er reeds op, hoe onwaardig sommige libe rale blaadjes, of uit onkunde of met opzet, optraden tegen dit Kabinet. Er is niets ter indiening gereed. Is er dan niet 1. Verhooging drankaccijns van 63 gld. op 90 gld. 2. Een Successieontwerp 3. Een ontwerp tot uitbreiding van t belastinggebied der Gemeenten? 4. Een ontwerp voor't Meer Uitge breid Lager Onderwijs. 5. Een ontwerp inzake de banken van leeDing 6. Eenontwerp Armenwetswijziging? 7. Een ontwerp tot bestrijding der zedeloosheid 8. Een ontwerp op de Echtscheiding 9. Een .ontwerp op de Naamlooze Vennootschappen I 10. Een ontwerp tot regeling van de positie van vrouwelijke Rijksam- tenaren en onderwijzeressen bij 't openbaar lager Onderwijs, die in 't huwelijk treden 11. Een ontwerp tot wijziging der Arbeidswet 12. Een ontwerp tot beveiliging van werklieden bij steenhouwersarbeid 13. Een ontwerp op 't gebruik der trekhonden 1 14 Een memorie van antwoord tot regeling van het octrooirecht voor uitvindingen Maar de Kamer werkt langzaam. En de Staatslieden peinzen zich moe, hoe dit te veranderen is. Maar 't Ka binet heeft aan den tragen gang van den wetgevenden »zandwagen« geen schuld. LAND- EN TUINBOUWVARIA. 't Voriga jaar nam men te Marum en Noord- wijk in de prov. Groningen proeven met eetaar- dappelen op zandgrond. Vergeleken werden 7 soorten: Geldersohe kralen, Bremer rooden, Zandjammen, Franschen en de S nieuwe soorten Wilkom, Winterrooden en Roode Star. De Wel kom bleek als consumptie-aardappel onbruikbaar en behoeft niet weer geprobeerd te worden. Dit was ook het geval met de Bremerrooden en de Franschen, welke beide een half misgewas oplever den en bovendien slechts tamelijk van smaak waren. Geldersche kralen en Zandjammen maak ten het, evenals vroeger, goed, maar de kwaliteit was lang niet zoo goed, en vooral de eerate soort stelde in dit opzicht te leur. De Winterrooden voldeden tamelijk wel en zullen nader worden onderzocht. Verre heeft echter de Roode Star boven de andere soorten uitgemunt; niet alleen in opbrengst doch ook in kwaliteit was ze de meerdere, 't Is zeer te hopen zegt de Verslag gever dat deze kwaliteiten stand houden en de soort niet al te spoedig degenereert. Op lichten zavelgrond, proefveld van deNoor- derafd. der Gr. Maatseh, v. Lanb, en Nijverheid had men een cultuurproef met verschillende mangelwortels en voederbieten variëteiten. Het rangcijfer in opbrengst aan droge stof en dus ook aan geldswaarde geeft een gemakkelijk over zicht omtrent de onderlinge waarde der 13 ver geleken variëteitensoms waren evenwel de verschillen zeer gering, In de le klasse (boven 9000 K. G. droge stof per H. A.) komen: Carters sugar mangel en Rose du Nord, de eerste gaf eeu geldswaarde van f547. de tweede van f483.50. In de 2e klasse (tusschen 8 en 9000 K.G.) komenDeensche Eckendorier i 452.30,Mammouth van Sulton f 448. en Origineele Eckendorfer f 419. In de 3e klasse Extra lange witte f 423.20 Barres van Studstrup f 405.95, Jaapjes groen kraag f401. 10 Ideal van Krische f394.25, Veni vidi vici f399.60 en Barres van Lille Taaröje f383.20. In de 4e klasse: Stieghoister walzen f367.45. Die van de beide eerste klassen zul len nog weer moeten worden onderzocht; ook de Extra lange witte en Veni vidi vici, omdat deze nog slechts één keer werden beproefd en dan nog Barres van Sludstrup en de Sliegkoliter walzen, die het vorige jaar zooveel beter waren. LOSSE GEDACHTEN. Land- en Tuinbouwonderwijs is onmisbaar: Kennis is geld I Slechte melk geeft slechte boter. Uitstel vult |geen leege schuren. Naarstigheid is de moeder van het geluk. Het behalen van de grootst mogelijke winsten is het doel van de land- en tuinbouw. Uit kleine beginselen worden dikwijls groote zaken geboren. Hiertoe behooren o.m.de aardappelen, de man gelwortels, suikerbieten, de gele wortel of peen en de knollen. Zij woiden ook wel hakvruchten geheeten, omdat ze behalve een diepe grondbe werking, een veelvuldig behakken en schoffelen vereischen. De teelt dezer gewassen stelt vrij hoogs eisschen aan den bodem. Dit ziet men al dra, wanneer men nagaat, hoeveel door een' Hinken oogst per H.A. aan den grond wordt ont trokken, en die hoeveelheid met de cijfsrs be treffende de opbrengst van tarwe en spurrie Kali Phosphor- Kalk Stik- Kg. tuur stof. Aardappelen 2J0 60 30 130 Mangels 350 90 60 210 Suikerbieten 230 50 50 110 Wortelen 210 80 150 190 Sioppelknollen 100 40 30 70 Tarwe 70 50 30 130 Spurrie 60 30 30 70 Men ziet, dat de behoefte der hakvruchten aan de verschillende voedingsstoffen groot is vooral aan stikstof en kali, aan de laatste voedingsstof het meest, ook doordat dikwijls zeer groote, ja enorme oogsten van den akker worden gehaaid. Wordt de oogst geheel of gedeeltelijk van de boerderij weggevoerd en hieft er dus een gere gelde ui voer van bodem voedingsstoffen plaats, dan vooral dient krachiig bemest te worden. Betrekkelijk goedkoop kan dit tegenwoordig met kunstmeststoffen geschieden. Kali, in den vorm van kaïniet of patentkali, is dan No. 1 daarmee zij men niet te suinigl Bij mangels gaf men meermalen met succus 1500—2000 K.G- kaïniet per H A-, bij koolrapen 1000—1500 KG., bij suikerbieten 600—1000 K.G.; bij aardappelen 500 4 600 K.G. patentkali, bij stoppelknoileu 200 i 300 K.G. patentkali. Zelfs op zavel- en vrij zware kleigronden gaf de kalimest op Rijks- en andera proefvelden een zeer bevredigend resul taat. In de Neder-Betuwe en Tielerwaard bv. werd bij proef 11, een kalibemesting bij aardappelen aangewend, kostende f 21 de meeropbrengst (20 H.L.) had een waarde van f 40 Te Andljk oogste men tonder kali: 386 H.L. groote, 23H.L. kleine en 66 H.L. krielmet kali (60 K.G. patent kali): 426 H.L., 17 en 57 H.L. Bij suikerbieten werden in de Neder-Betuwe voor f21 kalimest 0000 K.G. bieten ter waarde van ffi5 meer ge wonnen te 's Heer Arendskerke, (Zeeland) door 8000 K.G. kaïniet een meeropbrengst resp. ter waarde van f46.80 bd f40.44. Het Verslag zegt: „Kalibemesting op klei was op 7 van de 8 proefvelden voordeelig. O. B. JBfJenteelt. 't Is een mooie Meidag. Ik zit buiten, uit den wind, in de zon, onder een' rijk bloelenden appel boom. Als muziek klinkt mij in de ooren het blij gezoem en gebrom der honderden bijen boven mij, die zioh te goed doen aan den heerlijken nectar der zoet-geurende appelbloesem». Nectar en stuifmeel, het laatste vooral van de paardebloem worden nu rijkelijk gewonnen. Na de vele slechte April- en Meidagen is het thans én voor de bijtjes èn voor ons, imkers, een lustom te leven. Als dat zoo eens, ware 't maar en kele wekenmocht doorgaan! Wat zou 1910 dan een honigj aar worden! Vrome wensch! Het imkersbedrijf is te zeer afhankelijk van de weersgesteldheid, en deze speelt ons-zoo vaak parten. Er is echter nog een andere factor, dien de bijenhouders in eigen hand hebben en die veeltijds zoo «ohromelijk wordt verwaar. loosd. Of ware het weer bestendig mooi, dan zouden de bijen nog vaak niet in de gelegenheid zijn voldoende te winnen omdat erin de omgeviDg geen bijenweide is. Eigenaardig verschijnsel: «en boer zorgt voor zijn vee, een pluimveefokker voor zijn gevogelte, doch een imker laat het meestal geheel aan het toeval over of zijn bijen voedsel zullen vinden. Men klaagt vaak, dat er in de streek waar men woont, zoo weinig boninggevende bloemen en heesters zijn, maar laat de zaak zooals zij is, in stede van in eigen hof en op aigen akker allereerst te zorgen voor een beienweida zooveel als mogelijk is, en voorts te trachten in vereeniging met andere imkert in de omgeving te verkrijgen aanplant van heesters en boomen en een cultuur van gewassen, welke voor het honiDggewin van belang kunnen zijn. Hiermee is aan imkersvereenigingen een taak aangewezen, welke van groot gewioht is. In vele streken toch is men gansch afhankelijk van een dracht gedu rende weinige weken, de hoofd dracht 'tzjj op het koolzaad, de linde, de boekweit of de heide mislukt deze campagne geheel of goeddeels door het ongunstige weer of door misgewas, dan zit ook de imker in zak en assche, want al zijn hoop op een bevredigend gewiD, is voor dat jaar op eenmaal vervlogen. Dat is een verkeerde toe stand, waarvan het verkeerde in sommige streken nog meer dan vroeger wordt gevoeld, nn daar de teelt der hoofdgewassen zich wijzigt en honiggevende cultures als die van boekweit b.r. meer en meer plaats maken voor den verbouw van honiglooze gewassen als maDgelwortels en knolrapennu de heidevelden door ontginning gaan verdwijnen, bosschen worden gedund en allerlei honigieverende onkruiden bij de intensie vere bewerking van bouw- en graslaad worden uitgeroeid, 't Is waar, dat daartegenover, als een voordeel voor het imkersbedrijf mag worden genoemd de invoer in sommige streken van de teelt van koolzaad en mosterd, van esparcette, anijs en andere honiggevende gewassen, ook in de grootere ooftcultuur, maar niet steeds weegt dit voordeel tegen de genoemde nadeeien op. Dringender dan ooit komt de vraag naar voren Moeten wij, imkers, tot herleving der vaderland- sche bijenteelt, ook niet meer aandacht dan tot heden wijden aan een geregelde bijenweide? De »Débats« beweert dat het nieuws, als zou Koningin Wilhelmina weer in blijde verwachting verkeeren, en dat, na eerst verspreid te zijn geweest weer in de ver getelheid is gevallen, wel degelijk waar zou zijn. Tot bewijs haalt het blad aan, dat bij het jaarlijks bezoek der Koningin te Amsterdam, bepaald op 25 Mei, de gewone ontvangst van ambtenaars en notabelen niet doorgaat maar dat de Koningin een cour zal houden, waarbij de overheden enz, voor Haar zullen voorbij trekken, terwijl Zij op haren troon fit. Men wil dus aan de Koningin alle ver moeidheid besparen. Dagbladcorrespondenten uit Den Haag gaan zelfs verder en zeggen dat op 't laatste oogenblik het bezoek te Amsterdam nog wel zou kunnen afgezegd worden. De teleurstelling zou zeer groot zijn, maar gezien de groote belangen, zou men er toch een reden van maken. De belangrijkste ceremonie vóór de uitvaart van Koning Edward is wel ge weest de overbrenging van 's Konings lijk uit het Buokingham-paleis naar de Westminster-Hall. De lijkkist was geplaatst op een affuit, welke door een achtspan zwarte paaxden werd voortgetrokken. De kist was bedekt met een kleed van witte zijden, waarop de koninklijke wa pens, terwijl op twee kussens de kroon en de soepter lagen. Koning George liep achter de affuit. Hij was gekleed in admiraaleuniform, terwijl zijn twee oudste zoons naast hem voortschreden. Hierop volgden de prinsen, de vreemde koningen en een groot aantal buitenland- sche officieren in kleurige uniformen, waarachter zich een Compagnie Horse- Guards bevonden, terwijl daarachter negen vergulde koninklijke koetsen volgdeD. In do voorste koetsen bevonden zich de naatste koninklijke familiebetrekkingen als Koningin Alexandra, Keizerin Maria van Rusland enz. allen in zwarten rouw. Oonoo lig te zeggen, dat een ontzaglijke menschenmenigte zich heel den weg langs als verdrong.

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1910 | | pagina 1