Leestafel. De trouwe dienstmaagd. v De „Gereformeerde Bor\d" er\ de Scl\ool met dei\ Bijbel, EEN GEZEGENDE WANDELING. ipfM*. ;;-7 ,.r En de Zoon was niet liekwaam de zon deschuld weg te nemen als de Vader het offer niet had aangenomen en Christus verheerlijkt, door hem te stellen opgewekt uit het graf. Geen zekerheid is er te hekomen dan door den opgewekten Christus. Danroept de ziel het uit dat geen schepsel in staat is hem te scheiden van de liefde Gods in Jezus geopenbaard. Daardoor is het hem mogelijk den laatsten vijand den koning der verschrikking onder de oogen te zien. IJdel is evenmin zijn geloof. Het vertrouwen, dat om Christus wil al de ongerechtigheden vergeven zijn is niet op een los gerucht, op een valschen grond aangenomen. Integendeel in de worstelingen heeft zulk een met moeite en strijd mogen hooren de genaderijke woorden van den God des levens en Christus dien Hij gezonden had en op gewekt. Hij staat of valt met de zekerheid of onzekerheid van de opstanding des Hee- ren. Over de onzekerheid te denken komt niet hij hem de vastigheid van het opgewekt zijn is onuitroeibaar door zijn persoonlijke ervaring. Tegenover de bevinding des harten staat het ongeloof machteloos, Wat iemand beleeft kan een ander weigeren te gelooven, maar als leugen en zelfbedrog het te beschouwen kan hem niet toe gestaan worden. De wereld door moet het alzoo ver kondigd worden Jezus is opgewekt en alle prediking en geloof, hiertegen vij andig en ongeloovig is van geenerlei waarde of belang. Geen ziel kan gered en behouden worden als niet beleden wordt de Heere is waarlijk opgestaan. Nauwkeurig onderzoek bij anderen en bij zichzelf aangaande het eenige en ware geloof is niet te ontgaan. Het zich onttrekken zal niet blijvend baten. 't Is den mensch gezet eenmaal te sterven en daarna het oordeel. Daar wordt de opgewekte Christus dan aan- sehouwd, doch voor omkeer is het te laat. Laat ons dan tijdig en ontijdig leeren en vermanen van het heerlijke genade werk door den rechtvaardigen en barm- hartigen God in Christus Jezus betoond. De bestrijdingen van bij- en ongeloof mogen ons zijn ter aansporing om onze roeping en verkiezing vast te maken en sterk te staan in het geloof. Daar om vermaant Paülus zijnen zoon,Timo- theus Houd in gedachtenis, dat. Jezus Christus uit de dooden is opgewekt. In tijden van klein geloof, van zwak geloof zij het u totsteun Christus is opgewekt, mijn geloof kan niet ijdel. zijn. Zoo zal dan de toetssteen van het ware geloof zijn de opwekking van Christus. Dit is het hoofdpunt waar allen moeten tesaamkomen. Als dan de prediking vermeldt van den opgestanen Christus .en de kracht zijner opstanding in rechtvaardigmaking heiligmaking en heerlijkmaking van een zondaar uitkomende, zal zij niet ijdel zijn. Daar zal het Woord niet ledig wederkeeren, maar doen al wat den Heere behaagt, omdat Vader en Zoon zijn één en de H. Geest uitgaat van beide, Te mogen roemen in den opge wekten Zoon en van Hem te belijden is een heerlijk, zegenrijk werk. Dat er dan meerdere komen tot de volle ver zekering van het heil voor tijd en eeuwigheid Verworven door Hem, die uit het graf is verrezen. Louise had nu liaar aardsche leidsman verloren, maar zij zat niet neder en liet den moed varen. Zij trok, onder opzien tot Hem, die nooit begeeft of verlaat, weer naarstig aan den arbeid. Volijverig zette zij het werk voort, ofschoon zij veel miste aan den getrouwen dienaar des Heeren. Ondanks hare jaren volbracht zij haar liefdetaak met jeugdig vuur en opgewektheid. De kinderen hoorde haar nog altijd het liefst van al de onderwijzeressen. Als zi] vertel de uit den Bijbel, waren de kleinen zeer oplettend en stil. Dit bleef tot in hare-laat ste levensdagen. Met blijdschap in het, harte sloeg zij het Jan gade, hoe soms meer dan 100 kinderen gretig luisterden naar wat zij verhaalde uit haar dierbaar Woord van God. Daarom kon zij de jeugd zoo boeien, omdat de H. Schrift haar het Boek dei- boeken, der getuigenis van haren Vader in Jezus Christuswas. Bij dit waarlijk niet geringe werk, voeg de zich nog enkele werkzaamheden, voor heen door Oberlin waargenomen. Oberlin had tot steun der arme bevolking opgericht een leenbank. Daar kon gold ge leend worden door behoeftigen onder voor- deelige voorwaarden. Wie geld leende be hoefde geen rente te betalen en werd ook vrijgelaten in den tijd, waarop hij het weeromgaf. Terdege wees Oberlin en ieder die om geld kwamer op, dat hij eerlijk zou zijn in het teruggeven. Zijn. krachtige Waarschuwing- werkte- voortreffelijk Deze k^s. werd nu doorL,ouise bidieerd. Behalve dit veel voorzichtigheid eischenjo werk zorgde .zij ook voqi- het fonds, genaamd, „Öberlinsche slichting". Dit had ten doel bijdragen én gaven van vrienden te vormen tot een kapitaal, waaruit konden voldaan worden alle kosten verbonden aan den ar- I der zusters in dn mvnmmtp di> aan gesteld waren voor huisbezoek. Tweemaal per week bezochten deze al de dorpen van Steendal en zorgden voor vervulling van. verschillende nooden en behoeften, zooveel in haar vermogenwas. Louise nam geen rust op haren ouden dag, gelijk we hieruit lee ren, maar werkte zoolang het dag was. Moeilijkzou* het voor haar geweest zijn om zich terug te trekken De -bewoners van het Steendal eerden en beminden haar. Tot haar kwamen zij om hun hart uit te storten. Hoe zou zij dan zich hebben kun- nen afzonderen Voor de kleinen en de gr'ooten was zij eene vraagbaak. Waar zij zoo bekend stond in liet Steendal, kan het geen verwonde ring wekken, dat haar naam en hare daden nog meerdere menschen be kend werden. De veran dering in hot Steendal in maatschappelijk en gees telijk opzicht werd be kend in Frankrijk en Duitscliland. De namen Oberlin en Sclieppier w cv - den zeer velen bekend. Ook in Parijs luid men er van vernomen en de trouwe dienstmaagd ont ving van daar een blijk, hoe men haar werk waar deerde. Er bestond in de hoofd stad van Frankrijk een fonds door een rijke graaf gesticht. In destichtings- acte was de bepaling opgenomen dat uit, de rente van het fonds dooi de Fransche academie te Parijs prijzen moesten worden toegekend tot loon der deugd. En zoo geschiede het, dat Louise in 1829 met algemeene stemmen, door de aca demie werd begiftigd met den grooten prijs der deugd, een bedrag van f 2500. een verrassing voor haar zijn reeds vooruit weten, welk gebruik zij er van maken zal.« Gelijk deze vermoede, is liet ook gegaan. Louise ontving de som, eeu groote schat voor haar, maar wenschté yoor zich geen gebruik er van te maken dan alleen aldus, In no. 15 van De Waarheidsvriend (or gaan van den Gereformeerden Bond tot bij don Doop, moet bij Mei den weg dei- opvoeding de basis zijn van héél de gees telijke vorming.(blz. 151.) Ziet, dat is duidelijk. En 'tis voor óns zoo duidelijk, dat wij moeten verklaren, dat dit ganscli iets anders Welk zal dat geweest. Zij had het verdiend', hoewel zij zich het niet waardig achtte. Uit het onderzoek van de. leden der academie was geble ken, welke loffelijke ge tuigenissen 1 door men schen, met het. werk van Louise bekend, werden gegeven En daarop had den zij. die gewoon waren geen belooning toe te kennen dan na zeer nauwgezet onderzoek, Kleopas en zijn vriend begeven zich op den opstandingsdag naar Emmaus. Onbekend met de heerlijke gebeurtenis in den vroegen morgen geschied, spreken zij met een treurig hart over het zwaar verlies. Terwijl zij meenen zonder Jezus te gaan, komt de Heere zelf tot hen. De opgewekte Heiland laat hen niet in hunne droefheid alleen. Doch, eer hij zich bekend maakt, zal bij hen brengen tot het geloof in het geschreven Woord. Als zij wetien waarom de Christus moest lijden, kunnen zij eerst verstaan, waarom Hij is opgestaan. Geen ijdle zorg doe u van 't heilspoor dwalen Houd in uw weg het oog op God gei icht. Vertrouwd op Hem, en d' uitkomst zal niet falen. niet geaarzeld om aan de nederige dienst maagd dc deugdprijs te. schenken. Van de vele gunstige berichten aan de academie 'opgezonden willen wij alleen deze woorden aanhalen, die ons teekenen hoe Louise be kend stond als onzelfzuchtig in haar arbeid Een aanzienlijk man schreef o.a. »Ik weet niet of Louise Scheppler- er reeds kennis van bekomen heeft, dat de academie haar den prijs der deugd heeft toegekend, maar dit is zeker, dat zij hem niet voor ziehzelve aanneemt, daar allen, die haar kennen, dat zij het geld aannemende voor welda dige doeleinden. Zij .schreef dan ook mad. Treutel te Parijs, die haar een afschrift van 't document had gezonden, waarhij haar :2500 gulden werden vereerd, den volgenden brief (Wordt vervolgd.) EEN VOORNAAM KOPPÈNSPELLER van de Britsclie Solomon-eilanden, met zijn van gras gevlochten hoed op, en over zhn zonderling kapsel, en groote houten oorversieringen aan het kostbare halssieraad draagt hij ?P zijn borst den talisman, het toovermiddel, dat hein, wanneer hij zich geroepen voelt om eenjge hoofden te gaan afslaan, moet beschermen tegen dood en booze geesten. verbreiding en verdediging van de Waarheid in de Nederlandsche Hervormde (Gerefor meerde) Kerk) lezen wij het volgende, waarin staat uitgedrukt de wensch van dien Hond inzake -liet Christelijk onderwijs. lo. onder de Geroformeerden in de Herv. Kerk moet meer ontwaken komen op het gebied van het Christelijk onderwijs, gelijk we gelukkig van week tot week mogen opmerken dat de oogen meer en meer opengaan En dan 2o. moeten die Gereformeerden in de Herv. Kerk tot éen groote actie op schoolgebied komen om te openbaren dat zij Gereformeerd zijn èn dat zij«tot de Hervormde Kerk behooren Zij kunnen en mogen niet met de mannen van liet »algemeene christendommeegaan. En zij moeten ook door gebrek aan ener gie niet voor een oortje thuis gaan liggen bij de Gereformeerden, die buiten de Herv. Kerk leven, hun Hervormd karakter ver loochenend. Zij moeten zich over liet zaad der Kerk gaan ontfermen, dat Je wegen des Heeren toch worden voorgesteld en de name des Heeren toch worde voortgeplant van ge slacht tot geslacht i dan is het. geen onverschillige zaak hoe onze kinderen komen te staan ten opzichte van de Kerk. Dat zeggen wij niet om de Kerk te halen waar zij niet hoort. Maar 'tis om dë Kerk en de- leidingen des Heeren met haar niet als een voorwerp te beschouwen, dat ganschelijk voor onze kinderen kan ver waarloosd worden. Kerkgeschiedenis mag niet tot de vakken blijven behooren, die worden behandeld op onze Scholen met den Bijbel. En we hooren nóg een kloek belijder van den naam van Christus op een van de laatste school vergaderingen, die wij ergens elders bij woonden, zeggen »mijn kinderen moeten goed leeren dat ze van het geslacht van '34 zijn Gelijk dan ook b.v. een man als de heer Wirtz ongeveer van datzelfde standpunt uitgaatzijn les en leerboekje voor déze materie voor onze Chr. scholen opgesteld, ten bewijs. Bovondien zou het ons niet hard ver wonderen, wanneer er bij déze zaak spoedig méér nog bijkomt, naarmate vele Gerefor meerden, die buiten d,e Herv. 'Kerk leven, hun paedagógie (opvoedkunde) gaari mengen mét het door óns'véróórdeelde beginseldat., het kind als eenwedèrgèbóréii scÜëpè'éltjë' én dus als imt.otLlhristuS'toejebraeM fehaapje bësciioiiwd behoort te worden. Of zegt b.v. Ds. Sillevis Smit niet in zijn opstel. »De opvoeding door de kerlc« blz. 150 enz., dat onze kinderen niet als vïeii- ïschen, niet als zondarenmaar afe hande lingen beschouwd moeten worden en ')de onderstelling der wedergeboorte, gelijk is, dan wanneer wij er van spreken, dat onze kinderen christelijk en. godzaliglijk opgevoed moeten wordennaar uitwijzen van Gods Woord En daarom gelooven wij Jat waar. de Kerk niet de School en de School niet cje Kerk mag worden, (want het zijn gansch onderscheidene terreinnen nochtans de Gereformeerden in de Ned. Herv. Kerk, liefst zoo spoedig mogelijk, zicli moeten opmaken jom samen éen groote vereeniging te gaan vormen, verspreid over héél het land, om actief te worden inzake de opleiding van onderwijzers en onderwijzeressen en om overal wérkzaam te zijn wat betreft school stichting, schoolonderhoud en schoolteer i zicht. We kunnen dan in héél veel dingen 'samenwerken op dit terrein, gelijk dat ook moet maar waar een scheidingslijn ligt 'moet er maar eerlijk over gesproken wor den steeds in goeden toon en met onder linge waardeering! Wij willen geen »kerkistisclie« beweging op touw zetten. Dat zij verre Maar wij wil Jen de Herv. Kerk niet pit liet oog verliezen. En we willen üerefarineerd blijven Daar moet ondel- óns over gesproken erf geraadpleegd worden. - J De tijd eisclit het Hoe »een jongen, die wilde, een man' werd, die kon«, wordt aan de jeugd (verhaald in het pas verschenen boekje van J. A. Schalekamp Keesje Lucifer. Wij kunnen aanbevelen dit werkje te lezen Het leert niet ta vertrouwen op eigen vermogen zonder geloof in God. Dat in dit verhaaltje daarop sterk nadruk wordt gelegd tegenover het ontevreden zijn van een ongelukkigen 'vader doet. te meer de heerlijke trouwe Gods uitkomen. ucc De uitgever zorgde voor een goed. uii- terlijk. Jammer is het dat in de eerste bladzijden het herhaald hetwelken >mur- mureereiu! hinderlijk is. Nog een werkje' verscheen van dan zélfden schrijver bij den uitgever Wf Boekhoven, Daarover de volgende week. i iié.ke:j ,nj» -J na unj- «luKW/ UTODf I i() H.ifJ M.l «iü S raett n? Ogf .ffnooT'

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1910 | | pagina 14