Opvoeding der kinderen.
Waarom gaat gij steeds naar
de kerk
De Bijbel, het zwaard
des geestes.
Het èènige N. Testament.
Glazen en glazen.
Jezus lijden.
Een schat in een
ouden Bijbel.
je wegen. Maar noch rotsen, noch stormen,
noch regenvlagen, noch hagel, noch koude,
noch sneeuwjacht, noch ingesneeuwde we
ien hielden haar terug En als ze s avonds
terugkwam, uitgeput, doornat en van koude
verstijft, verzorgde zij toch nog mijne kin
denen en mijne huishouding met hare gewone
zorgvuldigheid Zoo offerde zij in den dienst
van mij en van haren God niet slechts
haar tijd en hare gaven, maar ook geheel
haar eigen persoon en hare gezondheid.
Tegenwoordig, en wel is waar reeds
sedert verscheidene jaren is haar lichaam
geheel ondermijnd, deels door de overgroote
inspanning, deels wijl ze al te dikwijls uit
clc kouilc in cle WcirnitG 011 v<\n WciinitB in
de koude overging en dikwijls tot aan de
heupen door de sneeuw- waadde, waarbij
dan menigmaal hare doornatte en vervolgens
bevrozene kleederen bij het loopen hare
knieën bloedig verwondden. Hare borst, hare
maag, in het hart, alles in haar is van
streek, en zij kan bijna niets meer verdragen.
Gij zult wellicht zeggen, dat zij hiervoor
door het groote loon dat ik haar gaf,
schadevergoeding ontvangen heeft. Neen,
lieve kinderen, neenweet dat sedert den
dood van uwe lieve moeder ik haar nimmer
bewegen kon, het geringste loon voor hare
dienstbetooningen aan te nemen. Zij ge
bruikte liet pachtgeld van haar kleine erf
goed om wel te doen, en nam slechts als
geschenk somtijds een kleedingstuk van mij
en mijnen voorraad aan, dien ik toch aan
hare spaarzaamheid en trouw te danken
heb. Oordeelt zejve, lieve kinderen, welke
schuld gij jegens haar 0111 de u en mij
betoonde diensten hebt af te doen, en hoe
weinig gij ooit in staat zult zijn, haar alles
te weergelden. Owe krankheden en smarten,
zoowel als de mijne, lioevele slapelooze
nachten, hoevele angsten en zorgen hebben
zij haar niet gekost.
Nog eenmaalik vermaak haar aan u.
Gij zult door de opmerkzaamheid en zorg
vuldigheid, die gij haar betoont, bewijzen
of gij den laatsten wil eerbiedigd van een
vader, die zich steeds beijverde, 0111 u de
gevoelens van dankbaarheid en weldadig
heid in te prenten. Doch ja, ja, gij zult
mijne wensclien vervullengij zult van
uwe zijde, allen te zanien, en ieder 111 bet
bizonder, datgene voor haar zijn wat zij
voor u was, in zooverre uwe middelen en
omstandigheden zulks toelaten.
Mijne lieve kinderenik beveel u Gode
en den woorde Zijner genade
Uw Papa J. F. Oberlin.
Den 2en Augustus 1811 had Oberlin dit
reeds geschreven als zijn laatste wil aan
gaande Louise en zijne kiuderen. Thans
volbrachten zij gaarne en van harte wat
hun vader van hun vroeg. Bovendien wil
den zij haar een kindsgedeelte geven van
de erfenis, maar volstandig weigerde zij
dit aan te nemen. Louise zag ook haar
wenscli vervuld om in de pastorie te mo
gen blijven, daar een schoonzoon van
Oberlin, Rausoher van Rotliau. predikant
werd van Waldbach.
(Wordt vervolgd.)
Wie is bekwaam zijn kinderen op te
voeden Alleen hij die de uitkomst aan
God overlatend hier doet, wat zijn hand
vindt 0111 te doen. De uitkomst berust bij
God, maar ons heeft Hij de middelen toe-
betrouwd.
Nu weet ik, moeder, dat het u is gegaan
als mij. Dat ge nadenkende over uw
moeilijke taak wel eens hét hoofd heb laten
zakken en in moedeloosheid gevraagd
»Wat moet ik toch doen Hoe zal ik mijn
kinderen het beste leiden opdat ze gelukkig
en goed mogen worden.
Lieve moeder daarop is geen bepaald
voor alle gevallen geldend antwoord te
geven. Een ding weet ik, en ik hoop, dat
gij het ook weet. Indien iemand van u
wijsheid ontbreekt dat hij ze van God
beyeere, die een iegelijk mildelijk geeft,
en niet verwijten zij zal hem gegeven
worden maar dat hij ze begeere in het
geloof, niet twijvelende. Ziet ge moeder
daar staat nu wel hij maar ge moogt er
gerust ook zij voor lezen. Dat is de eerste
gulden regel bij de opvoeding. Eerst de
erkenning dat ons de wijsheid ontbreekt
en dan in het geloof de wijsheid gezocht,
waar ze te vinden is. Een moeder die niet
onafgebroken voor haar kinderen bidt, is
geen goede moeder. Bidt voor uwe kinderen.
Daarmee zijt ge er echter niet. Bidden
alleen kunt ge niet. Als iemand goed zal
bidden, dan moet hij ook goed werken,
Bid en werk. En overweeg dan eens het
volgende
1. Gehoorzaamheid is absoluut noodig
voor een goede opvoeding.
Hoort ge het Gehoorzaamheid is abso
luut noodig. Zonder gehoorzaalnheid geen
opvoeding. Zonder gehoorzaamlieid zal iede
re poging om uw kind op te voeden mis
lukken. Ge kunt met uw kind bidden, ge
kunt voor uw kind bidden ge kunt trachten
het de Goddelijke waarheid te doen kennen,
ge kunt het mee naar de kerk nemen, naai
de Christelijke school sturen, ge kunt
onvermoeid zijn in uw pogingen om uw
kind gelukkig te maken ge kunt trachten
(e liefde van uw kind te verwerven maar
>l s ge uw kind niet wend aan gehoorzaam
heid, lieve moeder dan zijn al uwe pogin
gen vergeefsch. Geloof 111e ge spant u in
voor mets; moeite en arbeid zijn verloren.
Gehoorzaamheid en dan bedoel ik
niet dat uw kind eindelijk en ten laatste
angzaam en met weerzin iets doet dat ge
•em opdraagt, omdat het bang is voor
uwe dreigementen. O neen, dan bedoel
vlugge, prompte oogenblikkelijke voldoe
ning van uw moederlijke geboden Uw
geboden doen met lust. Ik bedoel ook niet,
dat uw kind zich gewonnen geeft voor uw
ai gumenten, of dat het zich laat overhalen,
overreden om iets te doen, dat gij gebiedt.
Volstrekt nietHet is volstrekt noodig,
dat uw kind buigt voor uw moederlijk
gezag.
Het is voorzeker de plicht der ouders de
kinderen te overtuigen van de redelijkheid
en de betamelijkheid van hetgeen ze van
hen eischen. Dat moet geschieden, opdat
de kinderen onderwezen worden en zouden
leeren begrijpen, welke zedelijke verplich
tingen ook voor hen gelden. Maar dat heft
van de eisch oniniddelijk '11 gewillige gehoor
zaamheid niet op Er moet altijd autoriteit
gezag zijn 0111 tot gehoorzaamheid te nopen
0111 't even of het kind de reden van het
gebod ziet of niet. Het is onmogelijk een
kind te leiden alleen dooi' argumentatie.
Redeneeren over hetgeen ge gebied, moogt
ge niet toelaten en als uw gebod gevolgd
wordt alleen en uitsluitend, omdat een
kind inziet dat liet voor zijn bestwil is,
dat ge dit of dat gebied dan is de gehoor
zaamheid weg. Daar zijn zooveel gevallen
waarin het absoluut onmogelijk is liet
kind te doen inzien, dat uw gebod redelijk
is. Echter neemt dat den eisch niet weg tot
gehoorzaamheid. Uw kind moet uw gebod
niet opvolgen omdat het een redelijk gebod,
is maar omdat het uw gebod is. Voor u
is dat een aanmaning 0111 uw gebod steeds
redelijk te doen zijn. Het onredelijke hebt
ge van uw kind niet te eischen Uw kind
bestaat niet voor uw plezier.
Daarbij komt nog dat uw kind een
zondig' kind is. Een kind dat uit hoofde
van zijn zondigen aard niet het goede wil.
Dat volstrekt niet altijd wil doen, wat het
weet dat het doen moet zelfs niet al ziet
het in dat het zijn plicht is. Al zoiult ge
in staat zijn uw kind steeds te doen inzien
dat uw gebod redelijk is, en dat ge er zijn
bestwil mee bedoelt dan nog zou uw kind
uw zondig kind, het hoede niet willen'
Ge moet u niet richten tot zijn verstandj
ge moet u richten tot zijn wil. Zijn wi
moet zich buigen en onvoorwaardelijk en
gewillig buigen voor den uwen. Gij
hebt het recht dat te eischen, omdat ge de
plicht hebt te vorderen. Gij zijt zijn moeder
en het belieft God uw kinderen mede door
u te regeeren
Hieruit ziet ge meteen dat ge
schuldig staat voor God, wanneer ge van
den eisch der absolute gehoorzaamheid een
titel of jota Iaat vallen.
Gij moet gehoorzaamheid eischen, omdat
ge Gods instrument zijt. God eischt door u
gehoorzaamheid.
Is dit echter zoo en liet is zoo wees dan
ook zeker van u zelf en eisch niet anders
dan ge moogt eischen. Eisch wat God wil
dat ge zult eischen. Vindt ge het noodig
aan uw kind mee te deelen, waarom ge
dit er de gehoorzaamheid van uw kind
niet van afhankelijk. Breng uw kind onder
uw wil. Leer het U gehoorzamen. E11 zie
dan ook welken zegen er aan uw eigen
gehoorzaamheid aan Gods gebod verbonden
is.
Zonder gehoorzaamheid is liet onder uw
kleine en groote volkje niet uitte houden.
Het is verbieden zonder eind. Ze doen
eenvoudig niet wat ge zegt. Ze maken uw
huis tot een hel. Maar zijn ze gehoorzaam
uw kinderen dan leeft ge met uw kroost
een leven van liefde en genieten. Zij heb
ben u lief Zonder gshoorzaamheid geen
liefde geen toewijding. Zonder gehoorzaam
heid, geen dankbaarheid. (Hollandia.)
1. Omdat God eiken Zondag door Zijn
woord geheiligd en geen uitzondering
gemaakt heeft voor de dagen, waarop het
regent.
2. Omdat ik verwacht, dat de prediker,
op zijn post is en ik zeer verwonderd
zou zijn, als hij door den regen zou
thuis blijven.
3. Omdat mijne aanwezigheid des te
meer noodig zal zijn, als het kerkbezoek
op zulke dagen minder talrijk is.
4. Omdat mijn voorbeeld in elk geval
van invloed kan zijn op anderen, indien
ik ga en ook als ik niet ga.
5 Omdat ik zie dat de kinderen der
wereld zich nooit door regen van hunne
vermaken laten terughouden.
6. Omdat het leven van zelfverloochening
waartoe de christen geroepen is, nooit
afhankelijk mag zijn van een aanwijzing
van liet weerglas.
7. Omdat ik zie, dat zij, die niet naai
de kerk gaan onder voorwendsel van
koudde, hitte of regen, liet bij mooi weer
ook niet of zelden doen.
8. Omdat de mensch, wanneer hij voor
kleine moeilijkheden bang is eindelijk zoover
komt dat hij hindernissen vreest, die alleen
in de verbeelding bestaan
9. Omdat des Heeren woord Laat ons
onze onderlinge bijeenkomsten niet nalaten
gelijk sommigen de gewoonte hebben, even
zeer geld bij ongunstig als bij nood weer.
10. Omdat God ons in Zijn huis een
zegen wil schenken onder de prediking en
ik niet weet hoeveel zondagen ik nog hier
beleef. Maar als bet hier is voorbij gegaan
zal ik rekenschap moeten geven van alles
wat door liet lichaam geschied is, ook van
mijn opgaan naar het huis des gebeds.
Ter overdenking aangeboden aan allen
dien deze schoen past.
Van Koning Eduard'VI (1537 —1553)
wordt het volgende verhaald.
Toen hij nog slechts negen jaren oud,
in 1547, tot Koning van Engeland, Schot
land en Ierland werd gekroond, werden
hem bij het gewone ceremonieel ook de
zwaarden gebracht, die op het drievoudig
rijk wezen. De jeugdige Koning zeide toen
op ernstigen toon »Eèn ding ontbreekt er
nog«.
De ceremoniemeester, die vreesde, dat hij
de een of anderen kleinigheid over het
hoofd gezien had, naderde tot den Koning
boog zeer onderdanig en vroeg, wat het
was dat nog ontbrak. Eduard antwoordde
De Bijbel ontbreekt nog, het zwaard des
Geestes, zonder het welk wij niets zijn en
ook niets uitrichten kunnen.
Voor eenige jaren werd op de Pliilipij-
nen een Dominicaner priester, Alonzo
Lalave, Protestant en vertaalde en ver
spreidde met behulp van het Britsch en
Builenlandsch Bijbelgenootschap het
nieuwe Testement in de Tagalog-taal.
Dit werd echter de oorzaak van zijn
dood, hij viel in Mauillo den roomsche pries
ters in handen, werd tot den marteldood
veroordeeld en alle exemplaren van het N.
Testament werden vernietigd op èèn 11a.
Dit kwam in bezit van den handelaar
Paulino Zamora, die met zijne familie hier
door tot het Evangelie kwam. Een zoon
uit die familie is geworden de eerste Pre
dikant der Evangelische kerk op de Philip-
pijnen, zoodat de arbeid en liet lijden van
Lallave niet vergeefs is geweest, maar
vruchten heeft mogen dragen.
»Ik heb 's morgens veel last van hoofd
pijn»; zei een patient tot een oogarts, »zou
u denken, dat ik sterker glazen moet hebben
»Neen«, antwoordde de oogarts »u hebt
niet zoozeer behoefte aan sterker glazen
als wel aan minder glazen.
Gezalfde! tegen u zijn volken 't zaam en
[vorsten
vergaderd. Zij staan op, die eens Jehovah
[dorsten
verwerpen, en den wensch te plaatsen op
[zijn troon,
thans tegen Davids huis weerspannig, thans
[den Zoon
vijandig. Welk een reeks van saamgespan-
[nen snooden
't Verdwaasde Heidendom, de liardgenekte
[Joden,
de onheilige Priesterstand uit Arons heilig
[zaad
de schendige overheen, de Pharizeesohe
[Raad
Herodes, met het bloed des Doopers nog
[bedropen,
Pilatus, voor de gunst eens Keizers steeds
[te koopen
doch o ontzettendo volheerlijk Godsbe
stuur
o nacht van strijd en angsto schrikdag
['t Is het urn-
der macht der duisternis. Op! Satans lijf
trawanten
Stort heel uw hehvoede uit op 't hoofd der
[Godsgezanten
valt aan verdruktbenauwtverguist ter-
[wijl gij 't moogt!
't Is u gegeven Hij, de Midd'laar. wordt
[verhoogt
volmaakt, geheiligd door zijn lijden, door het
[plengen
zijns bloed! Gij Triomfeert? Wat kuilt
[gij dan volbrengen
dien vastbesloten Raad, voordat gij zelf
[bestondt,
Op waarheid en gena van eeuwigheid ge-
[grond
Jazij, zij hebben zelf de aloude profeciën
vervuld Aanschouwt hun eind, verheven
[Engelenrijen
Aanschouw het, heiige schaar in Vader
[Abrams schoot,
eer Christus leed in 't vleesch, reeds zalig
[door Zijn dood
Aanschouw het, heemlenen getuig het, o
[gij aarde
De Heilige Isrels is verkocht voor zilver-
[waarde,
de onzondige is doorboord aan 't zonde
vloekhout, God
wreekt aan zijn eigen Zoon 't geschonden
[wetgebod
De Christus lijdtvoor u voor u werd Hij
[geslagen,
voor u bespot, gesmaad, uw last geeft Hij
[gedragen,
o gij gezegenden des VadersHij voldoet
Hij, in uw plaats verkocht, Hij koopt u
[met Zijn bloed
Zijn handen zijn doorboord, Zijn voeten zijn
doorgraven
Zij deelen door het lot Zijn kleederen, en
[zij laven
de dorst Zijns stervens met hun edik
['t Is voorzegd
't Is onzer zielen prijs, 't is de eisch van
t hemels Recht
Hij heeft de straf getorselit van Adams
[overtreden,
voor de overtreders heeft Hij boetende ge-
[leden
Triumf! op 't kruisaltaar is 't Lam vdn
[God geslacht
't Is 't eeuwig offer der Verzoening
['t Is volbracht
DA COSTA.
Eenige jaren geleden kocht een
werkman, wonende te East Dulwich
bij Londen, op een publieke verkoo-
ping een pak 011de boeken voor een
paar kwartjes. Hij ging er mee naar
lans en zag de gekochte boeken 11a.
Onder deze bevond zich een Bijbel.
Deze legde ijij terzijde, daar het boek
te oud was om te gebruiken.
Door veelvuldig lezen was het
gescheurd en uit den band geraakt.
Des avonds echter bezag zijne
vrouw den Bijbel nauwkeurig en
bemerkte, dat verscheiden bladen
aan elkander verbonden waren.
Nieuwsgierig naar de oorzaak Jaar-
van, maakten man en vrouw de bla
den los. En wat zagen zij nu
Tusschen de vastgeplakte bladen
lagen zes bankbiljetten van 60 gul
den, zij konden eerst hun oogen
niet gelooven. Zooveel geld en dan
op een zoo ongewone bewaarplaats.
Bij het in handen nemen der biljet
ten vonden zij op een bet volgende
geschreven
Ik heb veel moeten werken om
deze som bijeen te krijgen, maar
daar ik geen erfgenamen heb. wensch
ik dat dit geld in handen zal komen
van u, waarde lezer, die later de
bezitter van dit oude boek zal zijn.
17 Juni 1840 South-End Essex.
Wie dit geschreven had, was niet
na te gaan, wijl de onderteekening
ontbrak.
Wanneer we nu weten dat onze
werkman in 1899 dezen Bijbel kocht.
Jan leert ons deze geschiedenis, hoe
dit Boek in een halve eeuw door nie
mand was gelezen.
Wie ernst maakt van 't onderzoe
ken van Gods Woord, laat geen
bladen aan een verbonden
VOORJAARSWERK.