Zaterdag 15 Januari 1910.
348tc Jaargang N°. 1520.
voor «Ie Züi«lholUftii«l*cBae en Zeeuwsche Eilanden.
PARTIJDAG
Antirevolutionair
Orgaan
IN HOC SIGNO VINCES
T. BOEKHOVEN,
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nnmmers 5 Cent.
UITGEVER
SÖMMEL3DÏJK.
Telefoon Intercoms». So. 3.
Advertentiën 10 Cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 por regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/3 maal.
Bienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Advertentiën worden ingewaeht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
Alle slsakkesi voor «Se S&etlarfie tsesfemd, Adverlesatiën esi verdere Administratie franco toe fie «enden san slen USSgrever.
ONZE
op Jansiari.
Dat zal een genotvolle dag worden
Van Ouddorp tot Ooltgensplaat ko
men de vrienden opmen verlangt
ernaar, elkaar als strijdmakkers voor
één en 't zelfde doel, weer eens te
ontmoeten; elkaar recht hartelijk de
hand te drukken; het te doen merken,
dat de liefde voor de partij blaakt, dat
er eenheid is van geest en streven,
samenbinding en samenwerking.
Dit reeds is geestverkwikkend en
zielverheffenddit, dat men zich met
de honderden één weet in belijdenis
van de heilige beginselen, die onze
Vaderen zoo kernachtig vertolkten in
hetSteunend op den Bijbel, verdedi
gen we de Vrijheid!
De vragen van den dag worden op
onzen Partijdag behandeld, daarom
ook zal ieder trachten die vergadering
bij te wonen.
Ja! op! ten heirdag!
Orn elkaar te steunen in den poli-
tieken strijd.
Om veel leerzaams te beluisteren.
Om ons beginsel te hooren bepleiten
met kracht en gloed
Om, gedragen door gebed en psalm
gezang. den Koning der koningen toe
te brengen Eere, die Hein alleen toe
komt.
Uns Program,
in.
Hoe luidt Art. 1 Aldus
De antirevolutionaire of christe-
lijk-historische richting vertegen
woordigt, voor zooveel ons land
aangaat, den grondtoon van ons
volkskarakter, gelijk dit door Oranje
geieid, onder invloed der Hervor
ming, omstreeks 1572, zijn stempel
ontvingen wenscht dit, overeen
komstig den gewijzigden volkstoe
stand, in een vorm, die aan de
behoeften van onzen tijd voldoet,
te ontwikkelen.
Wij zijn dus antirevolutionair.
Wij zijn ook christelijk-historisch.
Beide woorden beteekenen twee
zijden van onzen strijd. Eensdeels
staan wij tegenover een geest, die
zich sinds de Eransche Revolutie(l789)
met wat daaraan voorafging, open
baarde We zijn vijanden van dien
modernen geest. We willen dien boozen
geest uit ons Vaderland verdrijven.
Maar niet alleen willen we een
modernen geest verjagen, maar een
christelijken geest daar tegenover in
roepen. Een geest, die rekent met de
idee des Christendoms en ook rekening
houdt met wat de historie in onze
landen heeft gewrocht. Beide woorden
zijn van ongeveer gelijke beteekenis,
maar antirevolutionair drukt een ver
zet, een strijd, een vijandschap uit
tegen de moderne idee, die sinds een
eeuw, de hoofden en harten van dui
zenden heeft bezielddrukt uit een
verzet van dien aard, dat men op
alle terrein des levens dien modernen
geest geen voetstap grond laten wil,
dat men hem aanvallen zal overal,
zoodat hij g -en rust vindt voor 't hul
van zijnen voet; dat hij als de duif
van Noachs ark, wordt uitgelaten,
maar nooit weer binnen gehaald het
gevoelende, dat zijn plaats is buiten
den kring van het geslacht, dat naar
God vraagt.
Christelijk Historisch is een minder
hard, scherp, militant woord. Het
duidt aan, wat richting we uit willen
nl. dat de Christusopenbaring, zijn
woord, zijn leer, zijn persoon het
ideaal is van ons streven, dat we
beamen de leer, die Hij den Apostelen
heeft overgeleverd, om die op hun
beurt den volke weer te verkondigen.
En we beamen die leer niet alleen,
maar willen haar ook op den huidigen
toestand van Staat en Kerk toepassen.
De richting, 't ideaal is dus christelijk,
Christus-gezind; op Christus leer ge
fundeerd en erkennend, dat God in
de historie gesproken heeftdat die
historie zijn werk is en Hij door die
historie tot Volken en personen tot
Koningen en Onderdanen wat, veel,
zeer veel te zeggen heeltdat wij in
ons Leven met die historie hebben
te rekenen en in ons heden een nieuwe
historie makenmaar ook, dat we
luisteren willen naar de voetstap Gods,
dien we het gansehe Verleden door
ritselen hooren op het pad der we
reldgebeurtenissen en staatswordin
gen en staatswentelingen.
Revolutionair herinnert aan de tijden
toen de Eransche filosofen zich van
God losmaakten in hun geschriften
en daden. Toen ze verkondigden den
vrijen wil van het individu om naar
eigen goeddunken 't persoonlijk en
kerkelijk en staatkundig leven in te
richten. Toen ze ,t Woord des Heeren
als bron van kennis verwierpen en
't Geloof verachteden. Toen ze alle
macht uit den mensch deden opko
men alle vrijheid deden wentelen
om het eigen Ikalle beschaving
grondvesten op de Rede en alle gods
dienst deden verkeeren in een hu
maniteit, in een menschenmin, die
los was van den wortel nl. Christus
't Was een »Christendom« zonder
Christuseen filosofie, maar geen
religie. Ken idee, maar geen geloof
En tegen die revolutie ging het protest
uit.
Het woord Christelijk-Ilistorisch is
niet het eigendom gebleven der Anti
revolutionaire partij. In November
1896 scheidde zich een deel van ons
af, die zich noemdên de Vrije Anti
revolutionaire partij (Lohman c. a.),
doch tegenwoordig meer bekend onder
den naam van vdechrist. historischen^.
Den 24 Maart 1898 werd opgericht
een »Bond van Kiesvereeningen op
christeiijk historischen grondslag in de
provincie Frieslanden (Dr. Schokking
e. a) Den 25 Nov. 1900 werd gepubli
ceerd het Program van den christelijk-
historischen kiezer sbondn. (Dr, de Visser
te Amsterdam).
Maar deze drie „partijen" zijn op
dit oogenblik tot elkaar genaderd, er
is een gemeenschappelijk program
en »de Nederlander«, het orgaan van
mr. Lohman geeft zoo ongeveer het
geluid aan voor alle drie.
De Friezen hadden tot voor eenige
dagen nog een Blaadje »de Banier«,
maar is sinds Oudejaarsavond niet
meer verschenen.
Zoo en daarom bestaan er op het
oogenblik maar twee groepen in Rechts
nl. de Antirevolutionaire of Christedjk-
Historische partij, en de uit drie stroo
men saamgevloeide Christelijk-Hist,
partij met de voormannen mr. Lohman
dr. de Visser, dr. Schokking, mr. Ver
kouteren, Koetsveld, mr, Idsinga, van
Bylandt voorzitter der 2e Kamer, mr.
Schimmelpennink voorz der le Kamer
enz. enz.
Wat is nu het verschil tusschen
onze Antirev. partij en de saamge
vloeide partijen van mr Lohman, dr.
de Visser en dr. Schokking.
In ons oog is het verschil nu prak
tisch van geen waarde. Vroeger wel,
omdat de Friesche Bond den klemtoon
legde op het Protestantsch ka akter der
Natie, en niet sympathiek stond tegen
over de Roomsch-katholieke Staats
partij. De Friesche Bond schreef 24
Maart 1898 in zijn Program dit:
Art. 1. De Bond van Kiesvereeni-
gingen op Christ. Hist grondslag
verwerpt naar eisch der Heilige
Schrift de onder de werking der
Revolutiebeginselen in ons Staats
leven ingedrongen neutraliteit; en
tracht langs wettigen weg tot
hervorming onzer Staatsinstellingen
overeenkomstig de Christelijk Hist,
beginselen.
En dan Art. 2, waarop het vooral
aankomt
De Nederlandsche natie is volgens
haren oorsprong, hare historie en
haar karakter een gedoopte, prote-
siantsche, hervormde natie.
Dit christelijk, protestantsch, her
vormd karakter der natie behoort te
worden geëerbiedigd en gehandhaafd
Het behoud van dit eigenaardig
karakter der natie is de waarborg
van gewetens- en godsdienstvrijheid,
Ieder voelt, dat dit Art. 2 tegen de
Roomschen is Da coalitie met de Room-
schen was dien Bond niet naar den
zin.
Doch tegenwoordig
dit
program niet meer omdat, zooals we
boven zeiden, de Bond saamgevloeid is
met de parüj van mr. Lohman en Ur. de
Visser. Tegenwoordig aanvaardt heel
Rechts de Coalitie, omdat ze allen in
zien,! dat 'c Socialisme een grooter
vijand is voor de Ned Herv. Kerk dan
de Roomschen. De Socialisien willen
elke Kerk vernietigenen alle gods
dienst uit de harten uitbannen.
Nog eens Praktisch is er tusschen
de Antirev. par ij en de saamgevloeide
Drie geen verschil. In en buiten de
Kamer slaat men op 'tzelfde aambeeld:
Gods eere trachten te bevorderen op
alle terrein van School en Kerk Maat
schappij en Staat.
Wil men nog verschil maken, dan
zou men hoogstens kunnen zeggen de
Drie hechten nogal aan de Hervormde
Kerk; terwijl de Antirevolutionairen
de Kerk er buiten laten
In onze partij is ieder welkom
Ned. Herv., Gereformeerd, Luthersch
Doopsgezind, enz.
In de Drie voelen zich meer uit
sluitend de Hervormden thuis, die
vooral het Kerkelijk, en niet 't Staat
kundig vraagstuk op den voorgrond
schuiven.
Doch de Antirev. partij zegtde
Kerk er buiten 1 De Staat't mikpunt
Godsdienst - en gewetensvrijheid voor
ieder, ook voor de RoomschenEen
Gereformeerde kan lid zijn en van de
Antirev. partij en evengoed van de
Christ.-historische Drie. Mits in de
kiesvereeniging maar geen »Kerkje«
gespeelt wordt. Daar zijn we vijanden
van. Politiek is politiek, is Staatkunde,
maar geen Kerkzaak.
Wereldsch.
Geen mensch, die omkomt aan de
zuigkracht van den geest des tijds.
üud en jong leeft tegenwoordig lich
ter en luchter. Het snelle leven belet
een bestendig, ernstig doordenken van
de tijdsomstandigheden, die nochtans
door haar aard en karakter den mensch
aftrekken van een doorzoeken van het
Woord des Heeren.
Het leven is dagelijks der afwisseling
vol en de Pers doet het hare om het
gepeins over zekeie vraagstukken van
geestelijk of godsdienstig leven te
sltaken en maar weer te gaan spinnen
alan alles wat in de Landen, Steden
en Dorpen en Gezinnen over de heele
gereld geschiedt. De eene gedachte
s|toot de andere weg en dit kan niet
anders dan ten koste von een geeste
lijk leven uitloopen, juist ook, omdat
ons hart he geestelijke leven van
nature haat.
Eu zoo werkt ons hart, het dage-
lijksch leven de legio verschijnselen
op alle gebied, waar we in geschriften
op worden gewezen, mee om ons
geestelijk leven ondiep en onfrisch en
lauw te maken
De antirev. partij mag daar wel
oog voor hebben, want zij vooral is
het, die, zonder Bijbel, verschrompelt
Zoodra in de antirev. partij dat
Boek minder, maar andere lectuur
meer in de huisgezinnen wordt ge
brachtlectuur, wars van dat Woord
en wereldsch in uitgangspunt en doel,
gaat de Partij achteruit. Voorde Ant.
partij is niets zoo noodig. dan open
kerken; Evangelieprediking van schuld
en genade met kracht en klem en
aanhoudend protest tegen het mee
afdrijven op 's werelds wateren. En
aan het aldrij ven doet ieder onzer reeds
mee. Want de zuigkracht des tijds is
machtig en sterk.
Aan »politiek doencc is daarom in
onze dagen goed.
Maar den Bijbel onderzoeken hem
bestendig lezen en kracht er uit put
ten voor 't leven is meer noodzakelijk.
Zonder Bijbel geen antirevolu
tionair
Met een bijbel de antirevolutio
nair gefundeerd
De Openbare School.
Het is een gunstig verschijnsel, dat
er nog openbare onderwijzers zijn, die
vijandig staan tegen den Bond.
Bedriegen ons de teekenen der tijden
echter niet, dan zal de actie, tegen den
Bond begonnen, op niets uitloopen
een nieuwen Bond moge men stichten,
maar hij zal geen levensvatbaarheid
erlangenhij zal naast den grooten,
een kwijnend, armoedig leven blijven
lijden.
Alle actie, door de vijanden van den
Grooten Bond tegen dezen in 't werk
gesteld, wordt in de toekomst doodge
marteld en de eventueele nieuwe
Bond wordt genegeerd, miskend, ter-
zijgeduwd.
Hoe komt dat
Omdat al van jaren en jaren terug
de Bond van Ned. Onderwijzers de
drijver is geweest van alle actie, dii
op 't Schoolleven zich openbaarde.
Hij telt duizenden leden, d e, hoewel
niet allen mee den strijd voerend met
sympathie, voor elk punt van 't Pro
gram, toch in hoofdzaak het met den
Bond eens zijn of de vruchten der actie
plukken met genot. In den Bond zien
ze de Sociaal-Democraten vooraan
staanen dit vinden ze echtwant
de S D. halen de kastanjes uit 't vuur
en de rest smult eraan mee.
Omdat ze door de actie van de S. D,
die »durven«, vooruitgaan in hun posi
tie als anderszinszullen de anderen
in den Bond blijven, meeloopend achter
de S. D., azend op den arbeid dezer
voormannen. Daarom; omdat in den
Bond de Soc. Dem. pioniers zijn, en
de anderen daarvan zijn gediend
daarom bljjlt men in den Bond en
daarom zal een nieuwe Bond geen
kracht presteeren. Nog sterker men
durft niet uit den ouden Bond, omdat
men zich er thuis gevoelt ter wille
der praktijk.
uitkijk.
mm eiü
geldt
ï-Calvijn en Nederland-s:
Het is een aantrekkelijk onderwerp
En in onzen lichtgeraakten, strijdzuchtigen
tijd een dankbaar onderwerp ook want ik
kan me niet voorstellen, dat men daarmee
nu één Nederlander kwetsen kan^ door Süm-
mierlijk te beschrijven, wat de persoon van
Calvijn voor Nederland is geweest.
De roomsch-katholieken zetten natuurlijk
hun vraagteekens en hebben hun beginsel-
bezwaren. Zij houden, op hun standpunt,
vol, dat Calvijn, zoogoed als Luther, een
voorlooper is geweest van de Revolutie,
ook zonder dat hij 't zelf wist ot wilde.
Maar diezelfde roornsch katholieken er
kennen óók weer, dat er in Caivijn's leer
en der calvinisten levenspraktijk een krachtig
verweer is tegen de uitspattingen der Revo
lutie en den alval van den levenden God.
Zoo zelfs, dat ze reeds sinds jaren met ons
in politiek bondgenootschap leven.
Aan die zijde blijft men dus staan op
een eigen standpunt, maar men neemt daar
geen ergernis aan een onderwerp als »Cal-
vijn en Nederlands.
Maar ook de heel- en half-modernen
onzer dagen zullen er geen aanstoot aan
nemen, immers, ook zij deden ijverig aan
de Calvijn-hulde meê, al begrepen wij niet
goed, hoe zulks mogelijk was.
Er is dus haast geen dankbaarder onder
werp dan »Caivijn en Nederland« en de
schrijver, die het kiest, kan bij voorbaat op
welwillende lezers rekenen..
Ik weet niet of prof, H. H. Kuyper er
zoo over dacht, toen hij in de Utrechtsche
serie i-Christendom en Maatschappijn dat
onderwerp in een z1^ veilige brochure be
handelde. Denkelijk kwam de uitgever op
de idee, zocht een auteur en vond hij prof.
Kuyper bereid.
Die korte brochuretjes zijn eigenlijk niet
naar m^n smaak, 't Is een onmogelijkheid,
om zulk een onderwerp in veertig korte
bladzijden, 'k zeg niet eens uit te putten,
doch ook maar eenigszins volledig te be
handelen
Calvijn is daar toch te groot voor.
En zijn invloed op ons vadetiand te be
langrijk.
t Heeft er zoo iets van of men 'n reus
in een jongenspakje steken wil; of ook een
zwaren Oldenburger voor 'n hondenkarretje
wil spannen.
'tls zoo echt de geest der eeuw.
Maak het in elk geval kort.
Dikke boeken kan het tegenwoordig ge
slacht niet meer lezen. Folianten, als waarmee
Uitenbogaardt en Trig land elkander be
streden, zijn veel. véél te dik. Dat kan ik
nu nog plaatsen, 'k Heb zèif over Trigland'
drie volle wtnters gedaan, en niet iedereen
heeft daar lust en tijd toe.
Maar 't mag, schijnt het wel, tegenwoordig
zelfs geen boek meer zijn.
't Moet een brochure wezen, die geen
-dikte bijzet in den binnenzak van de jas.
Men heeft anders geen tijd. Ons gc-jaagde
leven vraagt zoovéél Eiken dag éen of meer
dagbladen, dan de wekelijksche kranten en
de tijdschr ften voor boeken blijft zoo
weinig tijd overwie nog wat te zeggen
heeft, moet het dan maar in een brochure
doen, zelfs al is hij een professor in z'n vak
Plet baat echter niet, of men al pruilelt en