Zaterdag 2 October 1909.
Antirevolutionair
24sle Jaargang N°. 1490.
Orgaan
voor de Zuidliollandsehe en Zeeuwüclie Eilanden.
EU BLML
IN HOC SIGNO VINCES
T. BOEKHOVEN.
SOMMELSDIJK.
%ile «tukken voor de Kedaetse Uestenid, Advertentiën en verdere Administratie franco toe te zenden aan den Uitgever.
Ongunst der ffüden.
i sleutel er
tegenslag
OP O GUT UBTHIJM.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke* nummers 5 Cent.
UITGEVER
Telefoon Intercom». Do. 2.
Advertentiën 10 cent per regel en3/, maal. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */s maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
De millioenen nota maakt een so-
beren indruk, en voor een Kabinet,
pas opgetreden, is zulk een toestand
alles behalve aangenaam. Maar nog
onaangenamer is het voor de Kiezers,
die belastingbetalers zijn. En toch
de maatregelen moeteti genomen wor
den. Vandaar dat de Troonrede mel
ding maakt van een i successiebelas
ting van een herzifening van het
tarief van invoerrechtenen als bui
tengewone maatregeleneen voort
gezette heffing van 10 opcenten op
vermogen en bedrijf; van verhooging
van den jeneveraccijns en een voor-
loopige verhooging van het tarief.
De 10 opcenten moeten opbrengen
naar raming 1-200.000. gulden.
De accijns 6 millioen 400,000. Is
samen 7 millioen 600,000 gulden.
Uit nog verhooging der 5 percents
invoerrechten op GV2 pre. hoopt de
Minister te ontvangen 3 millioen
730.000 gld. Is totaal: 11 mill. 330
duizend gulden.
Van de successierechten, omdat pas
nu een half jaar van han heffing, de
baten vloeien kunnen, is dus nu niets
te wachten.
Ziedaar dus de ongunst der tijden,
waarin het Kabinet optreedt en wel
is waar, wat het Vaderland (Lib. Unie)
schrijft
Het zorgwekkende vm dezen toe
stand zit niet zoozeer in het cijfer,
dan wel in twee andere factoren.
Vooreerst, dat deze tekorten stij
gende zijn, ondanks den verbeterden
economischen toestand; en voorts,
dat zij veroorzaakt worden door
uitgaven, waarop weinig te bezui
nigen valt. j
In dit laatste opzicht heeft de nu
zoo optimistische" afgevaardigde
Kolkman inderdaad rec^n tot pes
simisme.
Het is of het lot, toelhij de zorg
voor de schatkist had|aanvaard
zich onmiddellijk tegeil
gekeerd.
Nauwelijks had hij d
van in handen, of dï
begon
Ja, zijn tegenslag begc
kort over 1908 bedraagf
lioendit jaar zal het oo
lioen zijn. In de twee jan
finantieel beleid staan w ij
allerlei oorzaken reeds vootej
van 10 millioen
Daarbij nu de dreigend',
met een tekort van 12 milt|
En ware er maar te ly,
Maar wie de posten in de%
nota nagaat, ziet niet èén cJ
van wat afkan. De tot sta
men wetten eischen uitvoe
deze kostten geld.
ningen
Dat Oorlog (Hfdst. 8) een Ihoveel
hooger eindcijfer aanwijsljs in
hoofdzaak te verklaren Ar de
hoogere raming van de beztljging
van het personeel der verscllende
wapens en van de landwet ad.
606 dzd 500, eene verhoogit, die
voor een bedrag van 44101 gld.
voortvloeit uit de voorgesteldjneu-
we soldijregeling en voor 230^ gld.
uit de opkomst van de lanceer,
deze opkomst veroorzaakt ov^ver-
schillende aldeelingen ver de 1 in
De Minisner zegt er
ïem heeft
Het te-
fcn 5 mil-
gen 5 mil-
1 van zijn
lus door
In tekort
lekomst
In.
linigen.
joenen-
waar
geko-
o en
Op Oorlo^bezui-
t van
het geheel een hoogere raming ad.
210.000 gld. Voorts vorderen o a
meer de voeding en verzorging der
manschappen 7800 gld., en die van
paarden 113000; de vergoedingen
ingevolge art. 113 bis der Militie-
wet 25000de artillerie-inrichtingen
daaronder begrepen de aanschaffing
en bewaring van artillerie-materiaal
253000 gld.. de Pensioenen met
inbegrip van een bijdrage van 150
duizend gld. aan het wed. en wee-
zenfonds voor Militairen beneden
den rang van officier 174000 gld.
en de buitengewone uitgaven(hoofd-
zakelijk kazernebouw) 160000 gld
terwijl slechts voor kleeding en
uitrusting en kampementsgoederen
en velduitrusting te samen 251000
en voor het Vestingstelsel 41000
minder kan worden geraamd.
Met Marine staat het net zoo. Er
is een stijging van 616000 gld. voor
militaire, en een stijging van 133000
voor niet militaire. De militaire uit
gaven zijn 351000 gld. hooger wegens
uitgaven voor personeel, waaronder
160000 voor pensioenen, terwijl voor
materiaal 239000 meer wordt aan
gevraagd, waaronder 198,800 voor
nieuwen aanbouw.
En zoo is het bij alle hoofdstukken
geld geld 't Roept alles om geld.
Dat de uitgaven voor marine en
leger zijn verhoogd, en voor arbeid
slechts 82000 gld. is uitgetrokken, is
een doorn in 't oog van het Volk.
Evenzoo de verhooging van 't in
voerrecht. De rooftocht** (bekend
woord al sinds 1901) op de zakken
van de kleinen doet weer opgeld.
En niemand weet nog, op welke
artikelen de 6 en een half pre. zullen
toegepast worden. Toch heet het nu
al een «rooftocht». Het Volk weet
een ander middel, zegt het. De heele
12 millioen tekort dekken door de
verhooging van de Successierechten.
Geloof nu niet, dat ooit één Socialis
tisch Minister zoo'n dwaasheid zou
begaan om 12 millioen op éèn be
lastingobject te leggen; maar dehee-
ren hebben nu weer een stukje pro
paganda en wie onnoozel genoeg is,
kniktja, dat zou gaan, 12 millioen
op de successie, dan was je eens van
het «tekort af». De ontduiking van
het successierecht, nu reeds aan de
t'orde, zou dau zoo enorm zijn, dat er
van de 12 mill, niet de helft overschoot
afgedacht nog van andere gevaren.
Maar critiseeren, als men geen ver
antwoordelijkheid van regeeren draagt
is gemakkelijk en goedkoop.
Het aantal belastingobjecten is in
Nederland klein waar men belasting
op zou kunnen heffen, is reeds belast.
Allerlei zaken zijn belast en elke
Minister moet zoeken en turen om
wat nieuws te vinden, dat er niet is.
Daarom treedt Minister Kolkman in
evenwijdig spoor met zijn voorganger
al zal er wellicht in de wet zelf
eenige verandering zijn.
Er is geen ontkomen aan verhooging
van invoerrechten, wil men een slui
tende begrooting krijgen.
En wil men die niet, dat dan de
tegenpartij opgeve, uit welke objecten
het tekort dan wel moet gedekt wor
den.
Geen raad
weet in dit doolhof van linantieele
moei'ykheden.
Ja, toch één de »Nieuwe Arnh. Ct.«
Een afdoende billijke regeling is alleen
te vinden, zegt ze, in de invoering
van een rijks inkomsten belasting met
recht aan de gemeenten om daarvan
opcenten te heffen, en in de overdracht
der grondbelasting aan de gemeenten,
met invoering van een belasting op
de meerwaarde van den grond" zegt ze
En dan nog dir. leukeZij, de re
geering, kan de uitgaven temperen
door de hoogere bedragen van ruim
2 millioen samen, waarop oorlog en
Marine geraamd zijnte schrap
pen.
Nu meenen we ook, dat in theorie
het eerste stelsel in de toekomst moet
toegepast wordende wet Pierson,
zooals ze nu al jaren aan het werk is
geweest in haar splitsing van bedrijf
en vermogen, heelt niet aan de ver
wachting voidaan. En de schade voor de
Landsfiuantieën is groot geweest. Maar
afgedacht daarvanwat heb je nu
aan zoo'n vogel in de lucht? Nu is
er tekort een groote 12 millioen en er
is geen enkelvoudige inkomstenbelas
ting op zoo iets aan te dringen thans
heelt dus geen practische waarde
voor het heden.
En wat 't tweede punt betreft
schrapping der 2 mihoen meer voor
Oorlog en Marineals de Minister
eens opgaf', wat de vermoedelijke ge
volgen daarvan zouden zijn, zou wel
licht de N. A. C. haar schrappings
middel niet willen toepassen2
millioen te bezuinigen, zou mogelijk
zijn, maar de kustverdediging dan
Geen raad, wel critiekdat is 't
eenige, dat de lib. dagbladpers ons in
deze finautieele moelijke dagen brengt.
En er is noodig raad en daad.
Oude plunje.
Bij zoo droeve finantieele omstan-
digeden mag wel eens wat ironie of
gekheid zijn. En ze is er ook. »De
oude plunje« is er weer.
Maar wat heelt de Linksche groep
aan te bieden
Noch oude, noch nieuwe plunje.
't Is een pak uit den uitdragerswin
kelverschoten hier, gelapt daar, de
teekenen dragend van verval en heu
genis van betere tijden.
Geluk ermee,
wie 't draagt.
De berooide Schatkist zit ieder ver
keerd. En hoe men ook Min. Kolkman
in 't ootje neemt, in verband met
zijn uitlating als Kameriid tegenover
zijn finantieel beleid nuslot is, dat
de liberale dagbladpers ook geen weg
Militairisme.
Staal, Minister van Oorlog in 't
Lib. Kabinet, viel door zijn vrienden,
omdat hij te onbekookt optrad in zijn
reorganisatie.
Rappard, Minister van Oorlog in 't
Lib. Kabinet, viel door zijn vrienden,
omdat hij heelemaal niet de gewilde
man was.
Cohen Stuart viel als Min. v. Marine
omdat hij de baren der zee gelijk was.
En 't K&binet de Meester stier!
den dood in 't Militairisme.
Wie Minister blijven wil, spiegele
zich aan die mannen.
Een liberaal Minister stuurt de zaak
in 't honderd en is niet in tel zelfs
bij vrienden.
Stakingsrecht van Ambtenaren.
De rechtstoestand van ambtenaren
is nog niet bij de wet geregeld, en
dat is niet in ordeDeze groote
groep van personen heeft er recht op
dat ze niet ontslagen kunnen worden,
zonder dat de wet daarvoor termen
noemt. Jammer echter, dat er soms
gedachten opkomen aan het wapen
der werkstaking. Toch voelt men
soms, dat het een tweesnijdend zwaard
is, wondend naar allen kant. Daarom
gat het Bestuur van den Ambtenaars-
bond ook op de vergadering van 25
Sept. de volgende stellingen
a. In den openbaren dienst is werk
staking niet toelaatbaar.
b. Aanslniting van vereenigingen
uit den openbaren dienst bij strijd-
vereenigingen uit het vrije bedrijf af
te keuren (b.v. Ned. Vakverbond.)
c. Elke beperking van het stakings
recht en van het vereenigingsrecht
der ambtenaren is aftekeuren, indien
niet meteen de wettelijke rechtstoe
standsregeling der ambtenaren af
doende waarborgen tegen willekeur
verschaft.
Punten a en b waren, zei de Voor
zitter, wenken voor de Vereeniging;
punt c was een wenk aan de Regeering.
Eigenaardig dunkt ons voor den
geest dier Vereenigingen, wat weie
zen over 't debat over deze punten.
Er staat in 't verslag
Tegen die stellingen verhieven
zich verschillende stemmen. Eener-
zijds meende men, dat een uitspraak
als hier van de verg. gevraagd
wordt niet ligt op den weg van
den Bond ter verkrijging van een
wettelijke regeling voor den rechts
toestand der burgerlijke ambtenaren
waarom voorgesteld werd althans
de beide eerste stellingen, die bo
vendien voor velen onaannemelijk
zijn in hare algemeenheid, te schrap
pen; anderzijds werd het stakings
recht van ambtenaren als middel
om aan hun eischen kracht bij te
zetten, verdedigd.
Eigenaardig debatDus toch sta
ken)! Toch zich aansluiten bij het
Ned. Vakverbond, waarvan men zelf
betuigde, dat het de staking als strijd
middel hanteert.
Temeer waar men punt c wilde
vasthouden nl. de Regeering mocht
dat stakingsrecht niet beperken, als
ze ook niet tevens zorgde voor be
teren rechtstoestand.
Een Socialistisch kleurtje kan, dunkt
ons, bij deze debatters niet ontkend
worden.
Er is heel wat ^oneerlijke concurrentie*,
ook op politiek gebied.
'k Moest daar dezer dagen aan denken,
toen ik een ingezonden stuk las in een
Chr. Historisch weekblad niet uit deze
landstreek trouwens.
Blijkbaar gaan onze Chr. Historische
broeders begrijpen, hoe noodig het is, dat
ze hun pers versterken, waarover wij niet
anders kunnen, dan ons verblijden, omdat
daardoor weer een weinig afbreuk gedaan
wordt aan de macht der neutrale pers.
'tis met die pers een wondere zaak.
Als ik zoo 't land es overzie, voorzoover
ik 't kan, dan verbaas ik er mij over, hoe
't toch mogelijk is, dat de uitgevers en
redacteuren van onze locale, provinciale en
»landelijke« pers, schier zonder uitzondering
liberaal zijn.
Ons Christenvolk is toch wel een geduldig
slag van menschen, denk ik zoo wel eens.
Zelfs als ze 'n strooibiljet willen drukken
voor hun eigen candidaat, moeten ze nog
vaak bij een liberalen krantenman ter biecht
komen, net als de kinderen Israels moesten
afgaan naar de Filistijnen met hun spade
en ploegijzer, wijl onder hen geen smid
meer gevonden werd.
Maar ik dwaal af tot in Gaza en Askalon
en 'k had het over een ingezonden stuk in
een Chr. Historisch weekblad, dat ik noemen
zal als er me naar gevraagd wordt, wat nu
niet noodig is nog't geldt hier de zaak.
De redactie van dat weekblad -'t zij
tot haar eere gezegd had over de
Breukelsche verkiezing geschreven, dat de
zetel van De Waal Malefijt aan de anti
revolutionairen toekwam en dat de Christ.
Historischen wijs zouden doen, door géén
eigen candidaat te stellen.
Ik was 't daar hartelijk mee eens.
Maar nu kwam in een volgend nummer
een inzender daar tegenop en betoogde,
dat zijn partij ook best in Breukelen een
bod kon wagen, 't Zij zoo daarover ga
ik nu niet meer vechtentrouwens de re
dactie stond haar geestverwant behoorlijk
te woord.
Wat mij echtèr wél hinderde
Wat in mijn oo ren klonk als een valsche
noot in de muziek
Dat die inzender met name de Hervorm
den* opriep, om nu eens te toonen, dat
ze als één man voor >hun« candidaat in
't vuur gingen. En toen ik een paar dagen
later in onze »Stichtsche Courant* las, dat
er op deze wijze in Breukelen ook bij de
stembus gewerkt is, hep mij toch de gal over.
Me dunkt, dit punt moest nu eens uit
gevochten worden, of liever 't moest zonder
vechten eens op afdoende wijze geregeld
worden.
Zie ik neem het de andere coalitie
partijen in 't minst niet kwalijk, als ze vis-
schen aan alle wateren, waar wat te halen
is. En inzonderheid de antirevolutionaire
en Chr. historische hengelaars zullen elkan
der daarbij menigmaal aan hetzelfde slootje
ontmoeten.
Het is heelemaal niet erg
Er zit nog visch genoeg, die als wij niet
oppassen, met elkaar niet oppassen, m de
liberale of socialistische fuik zwemt en al
zou ik die visch dan zélf niet ophalen, dan
zal ik me nóg verheugen, als ze bij miju
Chr. historischen mede-hengelaar inj't aas bijt
In velerlei opzicht werken wij samen.
Maar in zekeren zin zijn we ook weer
concurrenten. Welnu, een gezonde concur
rentie spant de spieren en scherpt de her
senen. Zonder concurrentie zou 't op politiek
gebied gauw een sdooie boel* zijn.
Mits het maar ^eerlijke* concurrentie
blijft. En een innerlijke »truc« noem ik het
als de Chr. Historischen kiezers lokken
onder het voorwendselOmdat gij hervormd
zijt, hoort ge bij ons!
De éénige verontschuldiging, die ik er
voor weet, is dat het nu eenmaal zoo ver
leidelijk is, om zich bij de kiezers voor te
doen als de partij van »de Groote Kerk*.
Het mes snijdt dan van twee kanten. Van
Links trekt men kerksche kiezers, wien
het daar toch wat te inkerkelijk wordt en
van Hechts vischt men allicht sommige
anti-revolutionairen, wien het schemeren
gaat als kerk en politiek zóó door elkaar
gehutseld worden.
Ede is van beide een sprekend voorbeeld.
Daar zijn de »hervormde kiezers* uit de
stad, uit het veen en van de hei bijeen
geroepen, om deD doleer enden* dominee
Rudolph te weren.
Nu weet ik wel, wat de voormannen der
Chr. Historische partij zeggen zullen.
Zij maken zich daaraan niet schuldig.
En voorzoover ik 't vaderlandsch erf kan
overzien, hebben ze gelijk ookVan den heer
Lohman, die gereformeerd is, valt vanzelf
geen kerkisme te duchten. Maar ook van
mannen als dr. De VisserMr. Verkou
teren, Mr. Schokking e. d. g. kan ik me
niet herinneren, dat ze nu bepaald de kerk
klok geluid hebben, als de Chr. Historische
Partij een meeting hield.
De »dië miuores* die doen 't em.
De Hagere propagandisten*, zal ik maar
zeggen. En waar ik me niet kan voorstellen,
dat de »hooge oomes* dit niet weten zou
den, daar is juist mijn grief, dat ze het
maar stil laten begaan en hun volgelingen
niet beter inlichten. Anders doen ze dit wel.