HEESTE ILill.
x<fa/n.
Zaterdag 28 Augustus 1909.
Antirevolutionair
24sle Jaargang N°. 1480.
Orgaan
voor de Zuidiiollandiche en Zeeuwiche Eilanden.
Kookt uw
drinkwater en
uw melk.
IN HOC SIGNO VINCES
Zilver
walen -
T. BOEKHOVEN.
fdag1.
11-
11,15
11,34
11,80
11,85
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nnmmers 5 Cent.
UITGEVEE
SOMMELSDIJK.
Advertentie» 10 cent per regel en J/j maal. Reolames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en */s maal.
Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
stukfemi voor de Bedactie bestemd, AdvertpiSën en verdere Administratie tranen toe te zenden aan den Uifarever.
Linkscke eenheid.
't Spreekt vanzelf, dat de leidende
geesten in de Liberale partijen met
leede oogen aanzien de Christelijke
coalitie. Sinds 1901 metterdaad krach
tig geopenbaard, heeft nog geen Libe
rale macht tot heden haar kunnen
breken. En dat hindert de Linksche
partijen zeer; vooral als daar tegen
over gezien wordt haar verdeeldheid
in dit jaar zelfs vóór de stembus. Een
verdeeldheid nog in niets verminderd
na de nederlaag, die toch tot samen
werking pressen moest.
De leiders voelen dan ook wel, dat
daarin verandering komen moet. Ten
eerste rekenen ze op een afbrokkelen
onzer Coalitie in '13 en in troebelwater
is dan goed visschen. Tweedens zijn
ze nu niet in staat om krachtig op te
tredenin hun minderheid ter 2e Ka
mer is ganschelijk de samenwerking
afwezig bij critieke wetsontwerpen.
Derdens zijn ze in de meerderheid
onmachtig om een Regeeringsprogram
uit te voeren en moesten in 't verleden
èn twee Ministers èn het heele Kabinet
van 'ttooneel verdwijnen.
Zóó de zaken staande, is 't duidelijk,
dat Links naar concentratie mikt.
Maar met wie?
De Concentratie van 21 Jan. 1905
met de Vrijzinnig Democraten is niet
meegevallen. Ze ging dan ook als een
Napoleon op St. Helena onder. Er
waren heel wat verwachtingen van;
kiesrecht in blanco om zoo naar Alg.
Kiesr. een bal te werpen; 'tleger-
vraagstuk met zijn bezuiniging als
hoofddoel, dat in een ab hoe et ab hac
uitliep. En pas nog bij de laatste stem
bus twee verdeelde kwartieren, waarin
de officieren elkander in't gezicht van
den vijand nog wel, te keer gingen
over Staatspensioneering.
Met wie moet de Concentratie wor
den aangegaan. Met de Oud-liberalen
en Vrijz. Democraten en Socialisten
natuurlijk!
De laatsten blazen al alarmmevr.
H. Holst voorop. Zij wil van geen
vereeniging weten en dat zit em in
haar beginsel van Klassenstrijd.
De Oud-liberalen zijn tegenwoordig
voor alle invloeden vatbaarmogelijk
dat de voormannen der vooruitstre
vende Partijen deze fractie aan hun
snoer krijgen.
Anticlericaiisme, schoolsubsidies,
protectie enz zijn aardig lokaas vooT
deze groep.
Maar met de Vrijz. Dem. schijnt
het moeilijk huishouden.
Enfin, we zullen afwachten. In vier
jaar kan veel veranderen en verbete
ren. Laten onze mannen in elk geval
wakker zijn en nagaan, wat er aan
gene zijde van den Rubicon geschiedt.
De liberalen regeeren graag en om
de macht te krijgen, laat ieder nog al
graag wat over zijn schreef gaan, als
't moet.
Waar 't Socialisme woekert.
Het trekt de aandacht, dat de So
cialisten in de steden vooruitgaan en
op 't platte land niet aan invloed
winnen. De oorzaak ligt voor de hand.
Waar 't fabrieksleven zijn kracht ont
plooit; dit leven der werklieden dwang
matig voortgaat dat des gezms te
verzwakkenwaar de tegenstellingen
tusschen werker en bezitter zich 't
krachtigst openbaartdaar kan 't niet
anders, of een aau 't Evangelie ont
wend arbeidersvoik, zoekend naar
levenslust en genot, die in een fabriek
verschrompelen bij de hitte der vuren
en waar t gezucht en gedreun der
machines niet tot mildere stemming
des gemoeds leidt; zulke arbeiders
zakken naar 't socialisme af. Ze be
moeien zich niet met Marx of Bern
stein of Troelstra of een andere groot
heid of beginseldrager: ze zijn geen
dogmatici't kan hen van de Socia
listische doctrines totaal niet schelen
ze hebben maling aan juristerijze
walgen van twisten tusschen de voor
mannen niets staat hen zoo
tegen als en zij zijn vijanden slechts
van den »rotten« maatschap-
pelijken toestand. De fabriek; het
kapitaalèn hun onmacht Dat is ook
hun kennen en weten alleende toe
stand is »rot«en de huidige maat
schappelijke grondslag der samenle
ving is hun een woestenij grooter dan
de Saharaen de sociale misstanden
achten zij erger dan in de dagen der
Fransche Revolutiën.
Op 't platte land zijn zulke menschen
schaarsch, omdat er de toestanden
schaarsch zijn. 't Platteland leeft een
ander levenen tochook de geest
van ontevredenheid dringt hier door
hoewel getemperd door; bewaakt
door; den geest des Evangelies, die
nog rondwaart in de harten en hoof
den onzer werklieden ten plattenlande.
Nog is er ontzag voor dat Woord
en al voelen onze arbeiders, dat er
een nieuwe sociale toekomst daagt;
toch worden ze juist door dat Evan
gelie teruggehouden om door plotse
ling ingrijpen den komenden toestand
te verhaasten. Ze willen verandering
maar langzaam en zonder klassenstrijd.
't Socialisme woekert dan, waar
misstanden bestaan en 't Evangelie
als troost in leven en sterven veracht
en bespot wordt.
Daarom is 't zoo verschrikkelijk, als
in de kerk 't Woord des Heeren niet
luide klinkt èn pleitend voor toestan
den, die den mensch waardig zijn
maar ook afmanend tot ontevreden
heid en opstand in 'thart, als mis
standen niet plotseling kunnen worden
weggenomen.
Zonder Evangelie wordt elke arbeider
in de huidige omstandigheden een So
cialist. Want de lucht broeit. En men
weet dat en voelt dat
Een nieuwe groepeering.
Democratisme tegen Conservatisme;
alzoo was jaren her de leus der meer
vooruitstrevenden onder de liberalen.
Wat is er na jaren zwoegens van
dio leus geworden
Ze was en is nog een leuze; niets
meer, niets minder.
De praktijk der liberale partij moet
zich richten naar die der Rechtsche
groepen en deze sloten zich aaneen
èn democraten mèt conservatieven
onder het eenige deviesVóór het
zittend Kabinet
Zóó werd dus door Rechts den weg
aangewezen dien Links moest inslaan
nl Tegen het zittend Kabinet.
En de voormannen spanden den
boog van Troelstra tot Karnebeek;
van democratie was geen sprake
De Oud-Liberalen steunden den
Christelijk-Historischen candidaat bij
de herstemming als deze stond tegen
over een Radicaal of Socialist: aldus
verdween zelfs de liefde voor eigen
familie en openbaarde zich een kiem
van voorliefde voor 't Conservatisme,
als men tenminste een Christ.-Hist.
onder deze benaming wil teekenen.
Bij de herstemming zag men dus,
niet van Radicalen, maar van Oud-
Liberalen kant, een andere partij-
groepeering.
Maar zij van Links, die 't hardst
roepen en al lang geroepen hebben
om een andere partijgroepeeringzij
juist zateD zoo verward in 't anti-
clericale net, dat hun leus slechts een
leus bleef.
En dit is het juist, waf een nieuwe
groepeering zal tegenhouden.
De Radicalen zijn vijanden van 't
geloofvijanden der kerkvijanden
der. religie.
Daarom zal 't tot een andere groe
peering niet gauw komen tenzij
Rechts èn de religie als beginsel ver
zaakt, of duldt, dat de Radicalen onder
de leus van democratie als in 1894
ons zetels afsnoepen en ons bij her
stemming in den steek laten.
Het lintje.
Wat is 'tstil in de liberale pers!
De storm is bedaard. De storm over
't lintje opgestoken
Ze zijn geschrokken van't Handels
blad, dat er zoo hulpeloos is afge
komen met zijn beschuldiging aan
't adres van burgemeester Sweerts.
De Engelscnen hebben een spreek-
woor dKoop geen varken in den zak.
En de redactie van 't Handelsblad, 't is
bekend, boudt nogal van Engeland.
Welnu, dan had ze moeten bedenken,
dat zij allerminst aangewezen was, om
op zulk een schreeuwer een bod te
doen.
En toch, ze deed het.
En andere dongen ook mee.
Van achteren blijkt het nu, wat
leelijk beest het was.
Een waarschuwing om niet op looze
praatjes af te gaan en iemands goeden
naam niet te bekladden.
'tls nu stil in de liberale Dagblad
pers.
En vanzelf zwijgt dan ook de kleine
pers tot dr. Kuyper weer in de Kamer
optreedtdan blaft za weer tegen een
lintje.
Ons Christendom.
Groot is de verantwoordelijkheid
van ons Christendomvan ons chris
tenvolk. Het staat als wachter bij
sociale toestanden, die niet verergeren,
maar verbeteren moeten. Ons Chris
tendom maakt de pretentie, dat het
de misstanden niet opheffen, doch wel
verzachten kan. Op heffen-nimmer.
De grondwet van 't Koninkrijk der
hemelen is liefde. Maar liefde is geen
vrucht der zonde; en juist de zonde
gist en woelt en woedt op de aarde.
Daarom zal een Paradijs, dat Boven
is, slechts nederdalen, als deze hemel
en aarde zullen voorbij gegaan zijn.
Maar misstanden verzachtendat kan
't Christendom. Ze kan 't op twee
manierendoor opwekking van 't gees
telijk levenen door prediking van
betere sociale toestanden. Geestelijk
en stoffelijk is 't Christendom in zich
zelf in staat het leven te wijzigen.
En omdat 't er toe instaat is, is
Zijn verantwoordelijkheid in onzen tijd
zoo groot.
Bij 't licht van Gods Woord moeten
scheeve verhoudingen recht gezet wor
den. De geest des ontfermens weer
uitgegoten op de armen van geest en
goederen. Recht en gerechtigheid
moeten zijn banierliefde en toenade
ring zijn vaandel zijn.
Zijn schildde saamhoorigheid der
menschenkinderenZijn wapenen: ver
trouwen en solidariteit der volken.
Ons Christendom is geen godsdien -
stig dogmaook geen belijdenis eener
leer; noch een samenvatting van
doctrinaire stellingenons christen
dom is een omklemmen van een Per
soon. De Christus, zone Gods, is 't
Centrum van 't Christendom. Hem te
bezitten is 't Christendom. En Hem na
te volgen is 't Christendom. Daarom
is 't zoo bezielendzoo idealistisch
maar ook zoo reëel of werkelijk, dat
een arme Lazarus het grijpen kan.
Dien Christus met Zijn leer en leven
omklemmen door de maatschappij:
dat is sociaal werk formeeren.
OP DËH (JITHIJH.
Hl
ESC
ierdamsohe tijd.j
;en halten.
5,35
8,29
5,48
8,37
5,53
8,47
6,05
8,59
6,15
9,09
6,22
9,16
6,25
9,19
6,35
9,20
6,45
9,60
9,05
11,50
4,45
7,20
6,54
9,40
7,04
9,60
7,06
7,15
7,25
7,35
7,40
7,52
8,30
4,25
8,36
5,88
8,39
5,50
8,60
5,55
8,54
6,05
9,02
6,15
9,11
6,25
9,19
6,36
9.20
6,46
9,30
9,05
11,50
4,45
7,20
6,55
9,40
7,05
9,50
7,06
7,08
7,15
7,25
7,37
7,47
7,55
legen halten.
4,45
5,25
5,5Ü
5,48
5,54
8,05
7.20
7,51
7,58
s,es
8,10
8,15
8.21
8,39
8,45
8,50
10,«5
10,86
10,40
10,48
10,55
3,85
4,06
4,17
4,80
4,35
4,43
4,52
4,56
7,35
7,40
7,46
7,57
8,10
8,15
8,32
8,30
8,34
10,20
10,25
10,31
10,42
10,55
11,07
11,15
11,1»
>0
8,15
>2
8,27
11,10
6,10
8,35
2
6,22
8,47
halten.
4,13
4,36
4,40
4,51
5,12
6,30
5,38
5,47
6,35
7.01
7,06
7,17
7,88
7,54
8.02
8,09
9,25
9,50
9,54
10,06
10,26
10,48
10,51
6,30
9,10
6,39
8,10
9,19
6,47
8,18
9,26
7,15
8,38
9,50
7,38
8,52
10,06
7,50
9,02
10,17
7,55
9,05
10,20
8,25
9,30
10,45
ilten.
3,53
6,19
8,07
4,04
6,30
8,18
4,14
8,40
8,28
4,38
7,04
9,52
4,41
7,50
10,17
5,05
8,14
10,41
5,15
8,24
10,51
5,26
8,35
11,02
Iten.
3
6,30
9,19
7
6,54
9,43
2
6,59
9,48
3
7,16
10,01
1
7,38
10,07
7
7,54
10,23
2
7,58
10,28
6
8,20
10,52
ilten.
- 6,15
8,44
- 6,15
8,55
6,35
9,07
6 6,59
9,33
10,05
7 7,10
9,44
10,16
2 7,38
9,50
10,20
3 7,49
10,01
10 80
13 8,09
53 8,19
)2 8,28
en lossen Tan Te* zyn
len markttreinen Biet.
rdt niet verzekerd,
wordt eerst op nader
Telefoon Intercom». No. 2.
Wou, dat ik een gewoon arbeider was",
zij dezer dagen een vriend tot me. Ik keek
hem wel wat ongeloovig aan, Jjwant daar
behoefde hij, dacht me, toch in 't geheel niet
naar te verlangen. Wel had ik niet in zijn
boeken gekeken, maar zóóveel wist ik wel van
'm dat hij nog niet „kraakte
En als men dan een eigen zaak heeft klinkt
het den toehoorder wonderlijk, te vernemen,
dat men al zoolief arbeider zou willen zijn.
»Dat méén je toch niet vroeg ik glim
lachend.
Tot antwoord stopte hij zijn groote Duit-
sche pijp een zeker teeken, dat hij zich op
een vrijlangdurig gesprek voorbereidt, bood
mij 'n sigaar en stak van wal.
»Je kent mijn zaak wel zoo ongeveer*, zij
hij. AI zeg ik 't zelf, 'k heb er nu twintig jaar
hard in gewerkt en 't brood der luiheid niet
gegeten, 'k Moet dankbaar zijn voor veel
zegen en toch wil ik 't je onder vier oogen wel
eens zeggen, dat ik soms bang wordt voor de
toekomst. Gewoonlijk kan ik 't den Heere
overgeven, maar soms komen er tijden van
zorg en moedeloosheid, dat ik daag's bijoa
niet eten en 's nachts niet slapen kan.*
»En is daar reden voor?* vroeg ik.
»Oordeel zelf. Ik durf beweren, dat ik in
m'n zaak thuis ben. Wat ik omzet, gaat weg
tegen de laagst mogelijke winst en tóch wordt
de concurrentie steeds drukkender. Niet de
concurrentie met binnenlandsche firma's, daar
durf ik m'n prijzen gerust naast leggen. Maar
de concurrentie met het buitenland. Daar
wordt de industrie beschermd door hooge
winsten en als ze dan op de binnenlandsche
markt in hun vaderland den prijs der grond
stoffen plus het arbeidsloon plus een behoor
lijke winst hebben verdient, dan komen ze
met hun overproductie op onze markten en
wat ze er dan van halen is alles winst. Dus
daar knnnen wij niet tegen op. Wat wij over
houden, is de schrale troost, dat de vader-
landsche nijverheid, waar ze niet tegen de bui-
tenlandsche óp kan, dan maar ondergaan
moet. En daar loopt het met mijn zaak ten
slotte óók op uit. Dat is geen prettig voor
uitzicht, dat is net als ik weieens gelezen heb
in dat stukje over >den dood in 't drijfzand.*
Ik knikte, ten bewijze, dat ik me het stukje
herinnerde. M'n vriend ging voort
»Ik hoop, dat ik het, zoolang ik leef, red
den kan. Nog enkele jaren, dan kunnen m'n
kinderen voor zichzelf zorgen, waardoor mijn
taak heel wat verlicht wordf. En wat mijn
vrouw betreft, vóór jaren heb ik al een levens
verzekering gesloten als ik kom te vallen,
blijft zij niet onverzorgt achter."
Dat kan een arbeider in den regel niet
doen," merkte ik op.
»'tls waar, zeide hij.Maar de pensioenwet,
die dan toch ééns komen zal, voorziet hierin.
Niet, dat ik hun dit pensioen misgun, maar
als ik met mijn zaak nü een behoorlijke verze
kering sluiten moest, zou ik eenvoudig niet
kunnen. Voor den arbeider wordt de toe
komst beter voor ons slechter.*
Daar wist ik weinig tegen in te brengen.
»Ik heb dan ook*, ging mijn vriend voort,
niet één van mijn kinderen voor mijn zaak
durven opleideD. Als ik oud ben, zal ik zien
wat een kooper er voor geven wil, maar mijn
kinderen durfde ik er niet aan wagen. De
oudste, dat weet je, is een knappe jongen
en studeert in de medicijnen. Daar gaat
het kapitaaltje, dat mijn vader mij naliet,
mee heen. En, naar ik hoor, breken de
artsen uit in menigte, zoodat wij nog maar
af moeten wachten^ of en wanneer hij een
behoorlijke praktijk krijgt. M'n jongste is
nu in de gemeente-administratie en heeft
verleden jaar z'n examen gedaan, maar je
weet wel als je van onze kleur bent, is
de kans om secretaris en straks burge
meester te worden, niet zoo heel groot.
En dan de beide meisjeswil je wel
gelooven, dat ik over haar in slapelooze
nachten wel eens heb liggen tobben P M'n
vrouw kan ze uitnemend de huiselijke be
zigheden leeren, maar de mogelijkheid be
staat toch, vooral in onze dagen, dat ze
niet tot een huwelijk komen en in later
tijd hun eigen brood moeten kunnen ver
dienen.*
»Ja, ik begrijp wel,* viel ik in, >dat
je ruim je deel hebt van 's levens moeilijk
heden maar dat je daarom nu arbeider
zoudt willen zijn.
>Och,< zei hij je moet dat nu niet zoo
letterlijk opvatten. De stand waarin men
leeft en de opvoeding, die men genoot,
doen allerlei behoeften geboren worden,
die een arbeider niet kent, zoodat een
plotselinge verwisseling van staat, ons niet
mee zou vallen. God weet ten slotte ook
in dit opzicht, wat goed voor ons is.*
>Maar stel nu eens, dat ik behoorde
tot den arbeidende stand, t dan geloof
toch wel, dat ik nu een veel onbezorgder
leven hebben zou. Versta ik m'n vak
goed, dan heb ik in den regel vast werk
en een vast loon. Om de concurrentie van 't
buitenland bekommer ik me weinig en ik
profiteer van de lage prijzen, die hier met
andere landen vergeleken, gevraagd wor
den.
'njaar of twintig kan ik nog wel mee
en tegen dien tijd hopen we, dat er toch
van het langbelooide pensioen wel iets zal
terecht gekomen zijn. Tegen ongevallen
ben ik dan al verzekerd en met ziekte is
't maar 'n kwelsie van tijd. Mijn zoons
zouden beiden allang een aardigen duit
inbrengen. Een van m'n dochters zou
dienen en meer op haar spaarbankboekje
hebbeD, dan ze nu heeft en de andere
zou thuis helpen. We zouden een kleine
woning hebben, waarin m'n vrouw zich
niet aan 'n dadvlindertje hoefde te ergeren
en na den middag met haar dochter wat
voor de menschen zou kunnen naaien
ze heeft goed leeren knippen.*
»Een onbezorgder leven zou je stellig
hebben, zei ilP.«
»En daarbij zou ik nog onder de bi-
zondere bescherming staan van den Ne-
derlandsche wetgever. Cijfer dat ook niet
weg Onze wetgever gaat er tegenwoor
dig van uit, dat de arbeider de meest
zwakke sociale positie inneemt. Nu, ik
vind die sociale wetgeving goed, daar ken
je mij wel voo-. Veel kan en moet erin
de positie der arbeiders verbeterd worden
»Maar ik wou, dat de oogen ook eens
open gingen voor de nooden en behoeften
van den kleine middenstand. Die komt al
meer van twee kanten in de verdrukking.
Rechls drukt het groot-kapitaal, dat voor
'n tienduizend gulden de hand niet om
draait en links drukken de arbeiders die
zich steeds beter organiseeren en daardoor
ook op de wetgeving steeds groolen
'-"--A
•'Vf'VG