Woensdag M Juli 1909. 24s,e Jaargang IS". 1467. voor lie ZuiillioBIniiilselie eii Meeiiw^elie Eilanden. Ta fier Baan u Ta M SI. Antirevolutionair Orgaan IN HOCSIGNO VINCES T. BOEKHOVEN, SOMMELSDIJK. Alle s(nikken voor de i&edaetle bestemd, Advertentiën en verdere Administratie franco toe se zenden aan den Uitgever. Officieel CiedeelSe. Volksgeloof. Tuin- era Landbouw. fraa^baah. Lil «Se JPerss. aBBBBHgBtgEBgflWBM Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent. Buitenland bij vooruitbetaling f 4,50 per jaar. Afzonderlijke nummers 5 Cent. UITGEVER Telefoon Iratercomm. So. 2. Adverteutiën 10 Cent per regel en 3/2 maal. Reclames 20 per regel. Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/3 maal. Dienstaanvragen en Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing. Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsrnimte die zij beslaan. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur. PROCES VERBAAL van de zittingvanhet Hoofdstembureau, bedoeld bij artikel 93 der Kieswet. Proces-verbaal van de zitting van het hoofd itembureau tot het vaststellen van den uitslag der stemming ter verkiezing van Twee leden van den Gemeenteraad van Sommelsdijk, in de Ge meente Sommelsdijk (Gemeentelijk kiesdistrict Sommelsdijk), op den 9 Juli 1909. Het hoofdstem bureau neemt zitting in het stemlokaal des avonds ten zes ure. De Voorzitter maakt bekend, dat zijn uitge bracht 388 stemmen waarvan 5 van onwaarde zijn verklaard en zijn uitgebracht op W. C. van As 147 stemmen W. van Beek 231 L. van Nimwegen 143 J. Timmerman Mz. 220 De Voorzitter maakt bekend, dat alzoo de vol strekte meerderheid van stemmen verkregen W. van Beek 231 stemmen J. Timmerman Mz. 220 Zijn derhalve benoemd tot leden van den Ge meenteraad van Sommelsdijk, W. van Beek en J. Timmerman Mz. En zijn door de in het lokaal aanwezige kiezers geene bezwaren ingebracht. En is na afloop van dit een en ander proces verbaal opgemaakt in tegenwoordigheid van allen, die zich in het lokaal bevonden. Gedaan te Sommelsdijk, den 9 Juli 1909. (was get.) A. P. v. DorBser M. Peekstok leden. M. Born u(was get) DE GRAAFF, Voorzitter. Gedaan te Sommelsdijk, den 9 Juli. De Voorzitter voornoemd, (was get.) DE GRAAFF. VOOR AFSCHRIFT. Burgemeester en Wethouders van Sommelsdijk. De Wethouder, De Burgemeester, J. TIMMERMAM Mz. DE GRAAFF. Uitslag Verkiezing. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge meente Sommelsdijk maken bekend, dat een afschritt van het procesverbaal, vermeldende den uitslag der op 9 Juli 1909 gehouden stemming, ter verkiezing van twee leden voor den Gemeen teraad is aangeplakt en voor een ieder ter Ge meentesecretarie ter inzage ligt. Sommelsdijk, den 9en Juli 1909. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Wethouder, De Burgemeester, J. TIMMERMAM Mï. DE GRAAFF. Uitslag Verkiezing. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge meente Middelharnis maken bekend, dat een afschriit van het procesverbaal, vermeldende den uitslag der op 9 Juli 1909 gehouden stemming, ter verkiezing van 4 leden van den Gemeenteraad is aangeplakt en voor een ieder ter Gemeentese cretarie ter inzage ligt. Middelharnis, den lOen Juli 1909. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, NIJGH.ULBO J. MIJS. ii. Wat leeft in het hart van één, kan bezonken zijn in 't hart van allen wat iemand persoonlijk gelooft, kan het bezit, het voortdurend bezit zijn van een volk. Dat geloof van allen, noemt men het Volksgeloof, waar tegenover staat het Volksongeloof. Helaasin ons Vaderland kan niet van Volksgeloof gesproken worden gelukkig ook niet van Volksongeloof. Er heerscht op dit punt tweeheid van gedachten en vervuld is en werd het woord, dat de Christus eenmaal sprak Meent niet, dat ik gekomen ben om vrede te brengen op de aardeik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard. Want ik ben gekomen om den mensch tweedrachtig te maken tegen zijnen vader en de dochter tegen hare moeder en de schoondochter tegen hare schoonmoeder. En zij zullen des men- schen vijanden worden, die zijn huis- genooten zijn. Die Christus is het, welke de eenige oorzaak is, dat in ons Vaderland van een Volksgeloof niet kan gesproken worden. De tijd is er wel geweest, dat de Christus voorwerp was van aller sym pathie, van aller aanbidding, van aller lof. Ieder kent de historie, waaraan slechts te herinneren, voldoende is. Eerst de Bijbelsche. Er is en was een Volksgeloof der heidenen een Volksgeloof van Israël. Het laatste was het geloof in God, die in zijn Tien Geboden eischte, dat Israël geen andere goden voor Zijn aangezicht hebben zou en zich voor die niet buigen zou noch hen dienen, want, zoo sprak Hij lk ben de Heere, Die u uit Egypteland uitgeleid heb. In de Tien Geboden wordt dus het Volksgeloof aan God tot eisch en plicht gesteld, maar tevens tegen het ongeloot en dus het Volksgeloof aan atgoden een streng verbod afgekon digd. Allerlei uitspraken uit 't Oude Testament kunnen worden bijgehaald om te laten zien, hoe streng God de Heere op dit Zijn heilig gebod is en dit was natuurlijk. »Ik zal,« zoo sprak Hij, »mijn eer aan geen ander geven, noch Mijn lof aan de gesneden beel den.En daar ging het juist om: om die eere Gods. Het volk Israëls moest alleen God eeren, en niets en niemand anders. Daarom klonk het van Genesis tot de Openbaring Ik zal zijn, Die Ik zijn zal. De Heere, uwer vaderen God. (Ex. 3.) Ik ben de Alpha en de Omega, het begin en het einde, Die is en Die was en die komen zal, de Almachtige (Openb. 1) Ik ben de eerste en Ik ben de laatste behalve Mij is er geen God. (Jes.) Er is geen God met Mij. Ik dood en maak levend. Ik versla en Ik heel. Daar is niemand, die uit Mijne hand redt. (Deut. 32.) Den Koning nu der eeuwen, den On- verdertelijken, den Onzienlijken, den al leen wijzen God zij eer en heerlijkheid in alle eeuwigheid. (1 Tim.) Genoeg met deze uitspraken. Ze zijn legio en bewijzen te over, dat Israëls Volksgeloof (natuurlijk ook hun persoonlijk geloof) gericht moest zijn op den eenigen, eeuwigen Schep per van hemel en aarde. Tegenover dat Israelietische Volks- geloot stond dus lijnrecht het heiden- sche Volksongeloot en tal van waar schuwingen gaan er van Israels oude volksleiders en volksregeerders uit, om tegen vermenging of aaneenslui ting met die heidenen te waarschu wen. 't Raakte de eere Gods en Zijn ordinantiën. Israels Volksgeloof was in God, in de Tien Geboden, in de Ceremoniën, in den Messias. Des Heidens Volksgeloof in stomme beelden, die oogen hadden, maar niet zagenooren, maar niet hoorden voeten, maar niet wandeldenin menschenoffers vaakin bijgeloof aan vogelgeschrei en orakeltaal. En dat betrof niet alleen de volks stammen rondom Israel, maar de toen bekende wereld geheel en al. Grieken en Romeinen waren heidenen en alles wat in de jaren vóór Christus komst op aarde onder hen »geloofde« was slechts een openbaring van heidensch Volksgeloof. Tot dat de Christus kwam. En de Christelijke godsdienst de nevelen scheurde. En Tyriër en Moor, Sakser en Romein, Griek en Barbaar in Hem leerden zien den Verlosser en Zalig maker, die hun persoonlijk, hun gods dienstig, hun politiek, hun intellectueel en moreel leven omkeerde. Wat Israel eerst alleen bezat nl. 't Volksgeloot aan God; kreeg schit terender en met volmaakter glans het heidendomde volheid der tijden ging in; Christus werd alles en in allen en in Hem was noch dienst knecht noch heerslaat noch vrije ieder, die Hem aanbad was waarlijk vrij: geestelijk vrij, zedelijk vrij, wetenschappelijk vrij, en alles gericht op één punt, op Christus alleen; daarom juist en daarom alleen waar lijk vrij want die vrijheid strookte volkomen met den nieuwen geest en aard, dien Christus het nieuwe schep sel had aangedaan. Die geest was als de vogel in de natuur (niet in de kooi); was naar zijn aard eenswillend met den Herschepper en dus waarlijk vrij. Vrij, omdat het hart niet anders wilde, durfde, kon, dan heel zijn gees telijk leven te richten op Hem, die dat hart, eerst vol ongeloof, met ge loof deed gaan van kracht tot kracht. Toen kwam in Europa het Volks geloof in God ja, meer nog in God, maar geopenbaard in 't vleesch den Gezieneden Gehoordeden Gekruis- ten Heere, in 't vleesch. Sinds die roemrijke dagen, dat 't eerste licht boven de kimmen rees, en de duisternis des Heidendoms verdween, kwam er een band tusschen de volken. Zeker, we erkennen hetook het ongeloof legde een band ook bij hun godheden vereenigden gezinnen zich tot Staten en de Staten weer onderling; maar die band was niet zoo innig, niet zoo gewijd en één in Volksongeloof plunderde en rootde men eikaars be zittingen en familiën. Gelukkig, zoo men zijn eigen stamgenooten nog niet in een potje kookte. (Wordt vervolgd Sommelsdijk en Middelharnis. Wat vermag toch een krachtige eendracht veel. Zie eens naar Sommelsdijk. Ondanks het Kerkje-spelen door de Liberalen (want één hunner Candida - ten is ouderling in de Ned.- H. Kerk, en ze speculeerden op 't Kerkje) ondanks hun brutale uitlating in Voor uit, dat de aftredenden »alierdroevigst« waren opgetreden ondanks het feit, dat de speurhond van den Burgemees ter, de politieagent propaganda maakte tegen onze mannenondanks al hun woeste ij veren brachten de Libera len 't niet verder dan '147 stemmen en de onzen 231. Eere aan de Som- melsdijksche kiezers! Hun eendracht en saam werking en standvastigheid is een voorbeeld voor Middelharnis. Als al onze Kiezers Rechts hadden gestemd, waren onze vier candidaten gekozen Als Maar 't was weer zóó de eendracht was zoek, en de liberalen waren trouw voor hun mannen. Zonder eendracht zal bij de a.s. Her stemming het verlies aan onze zijde zijn. Daarom wekken we onze mannen in Middelharnis opstemme niemand anders dan alleen op de twee aftre denden. Dan is de overwinning ons Eere aan den heer Struik, die zich terug trok. Dat is partij liefhebben. 'tls zijn vurige wensch, dat ieder op Van der Slik en Van der Baan ga. Welnu dan alleen gestemd op de heeren Eendracht En nog eens, eendracht en aan eensluiting kan alleen behoeden tegen verdwijning onzer meerderheid, nu en in de toekomst. Valt onze meerderheid, dan is 't voor een reeks van jaren. We komen er niet meer boven op. Zij dus ieder tot de Herstemming een vurig propagandist in zijn om geving, voor de twee aftredenden. 11 Jongelingsvereenigingen. Waarom zijn er op Flakkee toch zoo weinig Jongelingsvereenigingen De Geref. kerken te Middelharnis, Stellendam, Ouddorp, Stad, Bommel en Plaat hebben hare Geref. Jonge- lingsvereeniging. Maar wat heeft de Herv. kerk in dezen een schoone roeping te vervul len. Zij heeft de meeste ledengeld is er genoeg om de jongelui aanvan kelijk te steunenals er nu maar ambitie was, konden er Ned. Herv. Jongelingsvereen. ontstaan, groot en krachtig. Wie spant er zich eens voor te Sommelsdijk? Wie te Middelharnis? Wie te Nieuwe Tonge Wie elders? Onze jonge mannen moeten nuttige burgers worden der Maatschappij die niet alleen hun handen flink leeren gebruiken, het doet er niet toe in welken werkkringmaar die ook hun verstand verrijken en hun geest ver- frisschen met Bijbelsch onderzoek en allerlei zaak van kennis en eenvoudige wetenschap. Een Jongelingsvereeniging is nuttig voor de leden zelfeen stut voor 't huisgezineen zegen voor de kerk. Waarom werken alle Hervormde dominees niet aan dezen schoonen arbeid Zij zijn de herders ook van de jonge mannen Of durven ze niet uit vrees voor sommige liberale leden, ouderlingen, notabelen en kerkvoogden Dan wordt 't toch tijd, dat de orthodoxe leden dier kerk hun leeraar eens op dat braak land van het jongelingsleven wijzen. De kerk als kerk is 't waard. De jeugd en de jongelingschap zijn het plantsoen der kerk, zei Luther maar vele Herv. dominees houden wel hun »Hervormingsdag« maar Luthers be ginsel erkennen ze niet. Uit vrees voor 'n paar liberale leden, ouderlingen,notabelen en kerkvoogden. Laten de Herv. dominees de koe eens bij de horens grijpen God zal dien arbeid gewis zegenen want hij ligt geheel en al op den goe den weg van Gods geboden. Sfu opgepast! De „eerste snee" zal weinig hooi opleveren, tt weinig 1 dat staat vast. De betreffende berichten uit Duitschland en Engeland luiden precies zoo al» die uit haast alle streken van ons land. Voor wie dus hooi te kort komt, staat't er niet te best voor. Tenzij er van de naweide nog wat te halen valt. En daarom roepen we den veehouders toe: Nu opgepastI We raden hun aan, zoo vlug mogelijk wat chilisalpeter op te doen. Als dan 't hooi weg is, kunnen ze terstond een half tot drie kwart baaltje van dien snel werkenden stik- stofmest uitstrooien. En dan 'zoodra er maar een ferme bui op het gehooide land de jonge spruiten drenken komt .dan zult ge eeDs wat zien. Ge zult verbaasd st3an over't snelle groeien van het etgroen. Of neen, ge zult dat niet. Ge wist 't al lang, nietwaar, hoe vlug een weinig chilisalpeter werken kan, ook op grasland en hoe prachtig donkergroen het er door wordt. Toch meende ik wel te doen u nu vooral daaraan te herinneren. „Nood breekt wet," zegt een oud spreekwoord en zoo kan 't ook best gebeuren, dat op vele plaatsen, waar zulks anders nimmer regel is, dit jaar de boeren zullen zeggen als ik de kans krijg, maai ik ook de „tweede snee." Welnu, denk er dan vooral aan, dat ge met een weinig chilisalpeter die kans aanmerkelijk verhoogen kunt. Vragen en Antwoorden worden kosteloos geplaatst. Antwoorden of mededeelingen ejjn mflt hetzelfde nummer gemerkt als de vragen waarop ze betrekking hebben. Vragen. 315. Is Thomasslakkenmeel een goede.meststof voor weiland? 316. Wat zijn klaverruiters 317. Hoe moet men doen om aardbeziën- en aal bessenjams te verkrijgen Antwoorden en mededeelingen. 313. Onder- en boveDgrassen De ondergrassen noemt men die soorten, welke vooral een mooien, dichten boöm op het weiland vormen. De bovengrassen geven meer massa naar boven. Die zijn in 't hooiland beter op haar plaats. 314. Boterbloemen vergiftig Ja. Die zijn min of meer vergiftig. Men kan geen der leden van de familie der Ranonkelach- tigen vertrouwen. Ecu politiek luchtje, In de Zierikzeesche Nieuwsbode van 25 Juni vond men onderstaand ingezonden stuk welks inhoud onweersproken bleef. 's Gravenhage, 22 Juui 1909. Mijnheer de Redacteur Mr. Fokker brengt in het jongste nummer van uw blad mijn aontslagc ter sprake. Volgens hem dient men te weteD, hoe de ontslaggever denkt over de verdediging van mijn optreden door den heer Beerends. Billijk zal Mr. Fokker het dus vinden, dat men nu eens wete, hoe ik zelf over dit »onlslag« denk. Ik meen die gedachte niet beter te kunnen vertolken dan met de woorden van mijne circulaire van April 1909, waarbij ik mede deelde i°. dat ik gelijktijdig benoemd werd tot directeur van het bijkantoor der Levensver zekering-Maatschappij »Arnhem« 20. dat er van z-ontslag-r geen sprake kan zijn, omdat er tusschen de Utrechtsche Levensverzekering-Maatschappij en mij een contraclueele verhouding bestaat, die door beide partijen slechts met inachtneming van zekeren opzeggingstermijn, of door ont binding in rechten, kan beëindigd worden, en mijne betrekking tot de Utrechtsche Levensverzekering-Maatschappij dus n et is die van een beambte, wien »ontslagi kan worden gegeven 3°. dat de Directie der Utrechtsche Le vensverzekering-Maatschappij in November 1908 zich bereid verklaarde het mij toen aangezegd z.g. ontslag eervolte verleenen, doch dat ik, waar van ontslag geen sprake kon zijn, evenmin voor z.g. »eervol ontslagi in aanmerking wilde komen, nog daargelaten, dat ik aan een ^eervol ontslag* van de zijde dezer directeuren niet de minste waarde hechtte 4°. dat de opzettelijke onjuistheid van het ontslagbericht ten overvloede blijkt uit de omstandigheid, dat mijnerzijds reeds in Januari j.'. de Utrechtsche Levensverzeke ring-Maatschappij wegens ernsiige contract breuk van de zijde harer directeuren, voor de rechtbank te Utrecht is gedagvaard tot gerechtelijke ontbinding van bedoeld con tract, met een schadevergoeding van f65.000 5°. dat onderhandelingen, om tot een minnelijke oplossing van het rechtsgeding te komen, zijn uitgegaan van de Directie, doch door mij zijn afgebroken op grond van mededeelingen omtrent de houding van de Directie der Utrechtsche Levensverze kering-Maatschappij tijdens deze onderhan delingen teu mijnen opzichte, mij o.m. ver strekt door den hoofdambtenaar van een Handels-Inlormatiebureau en door zijn nevensgaande verklaring bevestigd 6°. dat naar aanleiding van deze verklaring voorts van hetgeen de Directie (3er Utrecht sche Levensverzekering-Maatschappij ook anderen heeft medegedeeld, zoomede vaa hare (ontslag) circulaire, die m i. slechts bedoelt om mij in eer en goeden naaut aan

Krantenbank Zeeland

Maas- en Scheldebode | 1909 | | pagina 1