Zaterdag 16 Januari 1809, No. 1416.
Twee Bladen.
Officieel fSedeeiSe.
iMnnenland.
Plaatselijk Nieuws.
IN HOC SIGNOWSES
Dit nummer bestaat uit
Voorbereidend Militair Onderricht.
Bewijzen van voorgeoefendheid.
De BURGEMEESTER van Bommels dijk
brengt ter kennis van belanghebbenden, aat na
den 20sten en vóór den 24sten Januari a.s. ter
Secretarie der Gemeente kunnen worden afgehaald
de bewijzen van voorgeoefendheid, welke bij het
in deze maand gehouden onderzoek zullen zijn
V6Het bewijs zal gewoonlijk in tweevoud worden
uitg reikt. Eén der exemplaren dient om aan
spraak te kunnen maken op indeehng bij het
korps en plaatsing in het garnizoen van keuze.
Het moet daartoe, bij de aanvrage om plaatsing
bii een bepaald korps en garnizoen, vóór 12 lebr.
a.s. opgezonden worden naar den Provincialen-
Adjudant in de Provincie, binnen welke de Ge
meente gelegen is, voor welke de houder van
het bewijs heeft geloot. - t
Het tweede exemplaar van het bewijs moet
worden bewaard om het, na aankomst bij bet
korps, in te leveren bij den compagnies-, eska
drons- of batterij-commandant.
Wordt het bewijs, bij uitzondering, in drievoud
uitgereikt, dan kan de loteling, indien hij alsnog
mocht wenschen zijne aanspraken op inlijving
tot korte oefening te doen gelden, het derde
exemplaar vóór den 25sten Januari a.s. recht
streeks toezenden aan den Comm. der Koningen
in de Provincie, binnen welke de gemeente gele
gen is, voor welke de houder van liet bewijs heeft
geloot.
Sommelsdijk, den 15 Januari 1909.
De Burgemeester voornoemd,
DE GRAAFF.
Toelating tot de Openbare School.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Sommelsdijk, brengen ter kennis van Ouders
en Voogden, die voor hunne kinderen en pupillen
in de maand Februari a.s. toelating op de Open
bare Lagere School verlangen
1. dat zij zich onder overlegging der Vaccine-
bewijzen kunnen aanmelden ter Secretarie
dezer Gemeente van 1520 Januari 1909;
2. dat alleen worden toegelaten kinderen die
den leeftijd hebben bereist van 6 jaren of
dien bereiken zullen binnen zes maanden
na den dag der toelating en
3. dat na bovengenoemde dagteekening geene
toelating meer zal plaats hebben.
Sommelsdijk, 12 Januari 1909.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Wethouder, De Burgemeester,
W. VAN BEEK. DE GRAAEE.
Uitslag Najaar» ISeiigstenkeuringen.
De Ged. Staten der provincie Zuid-Holland,
Gelet op art. 10 van het Kou. Besluit van 14
Augustus 1901 (Staatsblad no. 204,) gewijzigd bij
Kon. Besluit van 6 Nov. 1906 (Staatsblad no. 278),
in verband met art. 10 der wet op de Paarden
fokkerij 1901,
maken bekend
dat bjj de in October 1908 gehouden keuringen
in dit gewest door de Algemeene Keuringscom
missie zjjn afgekeurd de volgende hengsten:
„Hermes" M. Scheijgrond, Oostvoorne.
„Murat II", Iz. van Beek, Numansdorp.
■„Maarten Tromp," G. Spoon, Zuidland.
„Robert II," J. Zoeteman, ZuidlaDd.
„Olairon," J. Kranendonk, Simonshaven.
„Jolifeu," Jac. Trouw Gz., Zuid-Beierland.
„Leon III," R. de Bruijne, Numansdorp.
7 L. van Driel,
WAARSCHUWING.
Houders van hengsten en merriën worden her
innerd aan de volgende atrafbepaliugen der wet
op de Paardenfokkerij 1901
„Tot dekking van merriën mogen behalve
wanneer de hengst en de merrie tijdens de dekking
en de 10 voorafgaande dagen aan denzelfden per
soon in vollen eigendom toebehooren enkel
hengsten gebruikt worden die zijn goedgekeurd
voor de provincie waarin de dekking geschiedt.
Bij overtreding wordt de houder van den hengst
met ten hoogste honderd gulden, die van de
merrie met ten hoogste vijftig gulden gestraft;
insgelijks wordt met hoogstens vijftig gulden
gestraft hij die in het openbaar een heugst tot
dekking aanbeveelt of aanbiedt die daartoe niet
mag worden gebruikt. Het is tenzij met vergun
ning van den minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel, op straffe van hoogstens vijftig gulden
verboden op bet erf waar een goedgekeurde hengst
tegen betaling voor dekking beschikbaar is een
afgekeurden of een ougekeurden hengst van 2
jaar of ouder te houden.
Bij herhaling van overtreding wordt het maxi
mum der gestelde straffen verdubbeld.
Iedere houder van een goedgekeurden hengst
is op straffe van hoogstens 110 (bij herhaling t 20)
verplicht:
le. het keuringsbewijs op aanvrage te vertoo-
nen aan alle ambtenaren derBijks en gemeente
politie, aan den Secretaris der Provinciale Rege
lingscommissie voor Zuid-Holland de heer J. H.
van der Torren te Gouda) en aan den houder
van eene merrie die deze wenscbt te laten dekken
2e. aan den houder van de merrie, nadat deze
heeft afgeslagen, een nauwkeurig ingevuld dek-
bewys te geven;
3e. de hem verstrekte deklijst of deklijsten
nauwkeurig in te vullen en deze tusschen 1 en
15 Dec. 1909 franco terug te zenden aan den Secre
taris der Prov. Regelingscomnaisaie.
Ieder die het goedkeuringsmerk der hengsten
(voor deze provincie de letters Z. H. op de linker-
voorhoet) opzettelijk vervalscht of valschelijk
plaatst, wordt gestraft met ten hoogste één jaar
gevangenisstraf.
'sGravenbage, 23 Nov. 1908.
De Gedeputeerde Staten voornoemd,
PATUN, Voorzitter.
F. TA VENRAAT. Griffier.
WAARSCHUWING.
De hoofdcommissaris van politie te
Rotterdam, maakt bekend, dat sedert
eenige maanden aan de Diergaardelaan
No. 216 alhier is gevestigd een z g.
Maatschappij »Victoria« of »Zuid-
Hollamk, die zich ten doel zou stellen
■verzekeringen te sluiten tegen brand-,
hagel- en inbraakschade of tegen
gekten van paarden en vee, en daartoe
bij advertentie in verschillende plaatse-
hjke bladen oproepingen doet voor
genten, die, alvorens benoemd te
kunnen worden, een borgstelling van
100 moeten storten.
Met het oog op het algemeen belang,
wordt ieder ten zeerste aangeraden bij
het aanknoopen van relatiën met deze
z.g. Maatschappij de noodige voor
zichtigheid in acht te nemen.
Voor plaatselijke bladen, voornamel.
die, welke veel ten plattenlande worden
gelezen, wordt overname verzocht.
De hoofdcommissaris van
politie,
TH. M. ROEST VAN LIMBURG.
Uit de Pers»
Onder het hoofdje
De ware Christus
schrijtt ï-Onze Courante orgaan voor Over
ijssel en Drente
Er moet een Megende* de wereld uit.
Praatjes toch, worden al meer dan genoeg
verteld
De legende is deze, dat wij zouden zijn
tegen den Bijbel op de Openbare School,
omdat we van dit bijbelgebruik concur
rentie vreezen voor de Christelijke school.
Dat maakt men er wel van.
Maar daarom is 't nog zoo niet
Dat zou zijn, zoo voegde men ons toe,
de Openbare School zoo slecht en gods
dienstloos maken, als 't maar kan, opdat
de Christelijke School maar bloeien zou
.Nu wenschen wij den bloei dier school.
Daar komen we rond voor uit.
Met den oud-minister Kuvjper is het ons
ideaal om niet één derde, maar twee derden,
ja als 't kon drie derden van de kinderen
onzes volks aan de Openbare School te
ontrooven.
Maar nooit zullen we den voortgang van
het christelijk onderwijs bevorderen, door de
Openbare School zoo slecht mogelijk te
maken. Daar zou geen zegen op rusten.
En onze God is machtig, om de Christelijke
School óók over de concurentie van een
bijbellezende Openbare heen te brengen.
Op Hem staat in de zake van het
Christelijk Onderwijs ons vertreuwen en niet
op een geniepige verslechtering van het
Openbaar Onderwijs.
Drie dingen echter vragen we.
Die alle drie billijk zijn.
Ten eerste, dat de Wet gehandhaafd
word: De Grondwet zoowel als de School
wet.
Ten tweede, dat er tusschen openbaar en
bizonder onderwijs volkomen gelijkstelling
zij.
En ten derde, dat ook onze kinderen,
daar waar ze nog van de openbare school
moeten gebiuik maken, gewaarborgd worden
tegen het ^christelijk tintje*, waar wij
heelemaal niet van gediend zijn.
Men ziet van ^-concurrentie* geen
sprake. Die vrezen wij ook niet.
We hebben dergelijker bezwaren.
Over dat laatstgenoemde punt en enkel
woord.
Onlangs werd in de Kamer het jaarlijksch
debat gevoerd over ons lager Onderwijs
en bij die gelegenheid werd ook gesproken
over de ^relatieve neutraliteit*, waardoor
men dan verstaat, dat er op de Openbare
School ook wel uit den Bijbel gelezen,
psalmgezoDgcn en gebeden mag worden.
Toen sprak ook de heer Borgesius.
En hij zei een merkwaardig woord.
Er was gezegd door enkele van Links
Bijbel lezen, dat zou nog gaan, als er maar
niet uit den Bijbel wordt verteld een
rare onderscheiding overigens.
Toen zei mr. Borgesiusa-Men kan op
de openbare school, zonder in strijd te komen
inet de neutraliteit en den eerbied, ver-
schuldigend aan andersdenken, verhalen
mededeelen uit den Bijbel en op Christus
wijzen als den man in wien belichaamd
is het conplex der Christelijke deugden.
Let goed op die woorden.
Prent ze in uw geheugen
Ze zijn ongetwijfeld goed bedoeld daar
niet van Zoo vurig als wij de christelijke
school voorstaan, zoo warm verdedige mr.
Borgesius de openbare. Hij heeft haar lief
en wenscht haar bloei. En om nu toch
maar zooveel mogelijk aan de bezwaren
tegen die school tegemoet te komen, wil
hij vèr gaanGebed, psalmgezang, bijbel
lezen, bijbelsche geschiedenis ja zelfs
de Christus zal toegang krijgen tot die
school, als »de man, in wien belichaamd
is het complex der christelijke deugden
Maar dat is onze Christus niet l
Dat is niet de Christus der Schriften.
De Christus is ons niet gegeven van God
tot een i-complex der Christelijk deugden*.
Hij is ons gegeven tot een Redder, een
Zaligmaker, een Verlosser, die met zijn
eigen, dierbaar bloed ons heeft verlost en
vrijgekochtvoor eeuwig ons heeft bevrijd
van 't geweld der hel des doods en des
satans 1
Zóó heeft zich Christus aan ons geopen
baard.
En wie zich nu een andere voorstelling
maakt van den Zone Gods, indruischend
tegen de Heilige Schrift, die maakt zich
schuldig aan het tweede gebod door Hem
op een andere wijze te vereeren, dan Hij
in Zijn Woord bevolen heeft.
Hij wil niet als >complex van christelijke
deugden* zijn geëerd, gepredikt en aange
prezen 1
Maar eenig en alleen, zooals da Costa
hem noemt: Mijn Redder, mijn Goël, mijn
Zondevernieler.*
Waarlijk, wij hebben leergeld betaald
In de achtiende eeuw heeft die deugden-
theorie onze Kerk verwoest en in de negen
tiende heeft ze onze School onbruikbaar
gemaakt. Wij kunnen niet goedvinden, dat
men nu in de twintigste, onder introductie
van mr, Borgesius haar wederom pasklaar
gaat maken voor ons kroost.
Neen 't is het bijbellezen niet.
Noch het psalmgezang.
Maar 't is, dat we op de openbare School
niet willen helpen invoeren een eigenwil
lig en, eigengemaakte godsdienst, die den
hoogheiligen Zone Gods maakt tot een
j>complex van christelijke deugden.*
»Gij hebt dan toch uw eigen school*,
zegt men.
Wié zoo spreekt kent de praktijk niet.
Honderden, ja duizenden onzer kinderen,
verstrooiden op allerlei plaatsen, waar onze
groep zwak is, móeten wel naar de open
bare school.
Het raakt ons aan den lijve
En wie dan zegt, dat we in dat geval
de absolute neutraliteit kunnen eischen die
kent vooral in kleine plaatsen het
leven nietzoo'n spelbreker wordt wel
murw sgepest*.
Dat staat er op 't spel.
Heel wat anders, dan »vrees voor con
currentie
Verdeeldheid.
Zoo bij gelegenheid van Kerstfeest en
Nieuwjaar kan men in de vrijzinnige pers
ook a-stichtelijke* stukjes lezen.
Er worden weieens op zichzelf goede
dingen in gezegd. Maar heelaas, op het
Kindeke van Bethlehem als op den Heiland,
den Verlosser van zondaren, als op onzen
grooten Koning, werd niet gewezen.
In een der bladen lazen wij een zonder
linge klacht over de verdeeldheiddie er
ondanks het Vrede op aarde* op gods
dienstig en politiek gebied besiaaat ook in
ons eigen vaderland. Vooral in het verkie
zingsjaar 1909 zal zich die verdeeldheid
doen gevoelen.
Niet onduidelijk gaf de schrijver te ver
staan, wie naar zijne overtuiging, oorzaak
van die ^verdeeldheid* waren.
Maar een dergelijke klacht juist van de
vrijzinnigen, heeft toch iets dat bevreemdt.
Men zou naar dat treuren over verdeeld
heid te oordeelen, vermoeden, dat de libe
ralen innig verheugd waren over de meer
dere toenadering van de groepen der
rechterzijde onderling dat zij met roerende
beminnelijkheid zouden trachten te doen
wat slechts mogelijk is om die groepen te
leeren elkaar beier te verstaan, en uit den
weg te ruimen alles wat scheiding tusschen
hen teweeg kan brengen.
Maar het is zoo niet 1
Veeleer andersom
Telkens schijnt het, alsof men zich van
vrijzinnigen kant beijvert om de groepen
der rechterzijde tegenover elkaar te prik
kelen en op te zetien.
Men waarschuwt de Protestanten tegen
de Roomschen en omgekeerd. Men tracht
de chr-hist. tegen de anti-revol. en Room
schen in het harnas te jagen. Men probeert
bij iedeie verkiezing, laatstelijk nog in
Ommen bijv, Herv. en Geref. te scheiden.
NeeD, or er verdeeldheid* klagen, dat
moeten de vrijzinnigen toch heusch maar
niet doen.
Bovendien wie hebben in dit van ouds
christelijke land op velerlei terrein de
j-verdeddheid* gebracht P
Wie de historie kent, kan op die vraag
geen antwoord geven, als: dat hebben
juist de vrijzinnigen gedaan.
»lMenvebode
Stemmen van link».
Hoe de stemming links is, nu de ver
kiezingen nog liggen in ver verschiet, blijkt
reeds thans uit enkele uitingen in de pers.
Het gaat, zooals we voorspeld hebben,
steeds meer de richting van een personen
strijd uit.
De Vaderlander, orgaan der Unie-libe
ralen doelt daarop, als het spreekt over >het
zwakke punt* van het Kabinet-Heemskerk,
zwak omdat het niet homogeen is, en omdat
de premier niet weet waar hij heen gaat.
Vraagt men het hem, dan
loost hij een zucht en wijst op den Juni-
nevel in de verte, zeggende: Ilc kan u
eerst antwoorden, als die opgetrokken is.
En de vorm van dien nevel voorspelt
weinig goeds; ze vertoont de Napoleon
tische trekken van dr. A. K u y p e r.
j-Noorman*, de schrijver van een politiek
overzicht in de Tijdspiegel, richt zich even
eens tot dr. Kuyper.
Excellentie, Meester der Christenen
door uw groot suggestie vermogen, vooral
tegenover de nauw halfdenkende, atavis
tisch aangelegde menigte, de paganis-
ten groeten u. Zij weten te veel om weer
Christen te worden, en te weinig om niet
bescheiden te blijven. Daarom schelden
zij niet, u herinnerend aan het woord,
dat een ander man van het oude volk
in den mond werd gelegd: ik kan niet
anders, maar ook gij kunt niet anders,
en ik vloek u niet.
De »paganisten« let op wie het zijn
die het woord weer in omloop brengen
de z-paganisten* weten te veel om weer
Christen te worden. Droeve wetenschap, en
droef getuigenis in elk geval van een man,
die te weinig zegt te weten, om niet be
scheiden te blijven! Ofschoon deze veel
wetendheid* met die uiting der bescheiden
heid een weinig in conflict komt!
Deze schrijver intusschen ziet gelaten den
loop der dingen aan.
De toestand is nu eenmaal zooals die
is; en als wij weer onder het clericale
juk geraken, welnu, dan zullen wij kalm
onzen weg vervolgen als paganisten en
dan hopen wij, dat de vrijzinnigen dezelfde
offervaardigheid zullen toonen als vroeger
rechts geschiedde, niet met de voede
ring van het stemvee, maar voor de
ontwikkeling en instandhouding van het
vrije onderwijs, dat op den zwarten weg
spoedig in de verdrukking zal komen. In
dat geval kunnen de kinderjaren der twin
tigste eeuw nog meevallen.
»Onder het clericale juk*.
2>Op den zwarten weg*.
Neen, deze >paganist* scheldt niet
Moge hij zich herinneren dat >onder het
clericale juk* en >op den zwarten weg*
tienmaal meer is gedaan voor »de ontwik
keling en instandhouding van het vrije
onderwijs*, dan ooit door hem en zijn
genooten!
Moge hij zich herinneren hoe het zelfs
volgens mr. van Houten's getuigenis!
de »clericale« Kabinetten-Mackay en Kuy
per geweest zijn, die in het subsidiestelsel
een onpartijdige regeling hebben gegeven
aan kerkelijke zoowel als aan ^onkerkelijke
en anti-kerkelijke scholen*!
Hoe is het mogelijk te schrijven gelijk
»Noorman* schrijft, en tegelijkertijd de
rechterzijde als voorbeeld van offervaardig
heid voor te stellen aan links!
Maar het is vrees, die den geest ver
troebelt. Het is haat, die de oogen ver
duistert, ook al maant men aan »kalm« te
zijn, gelijk deze ^Noorman*. Want, zegt hij
De clericale boomen zullen niet ten
hemel wassen. De muren van het moderne
Jericho zullen niet meer omvallen, noch
door bazuimgeschal, noch door het ge
dreun van de tale Kanaans, noch door
het gemurmel van de hysterische toon-
looze e.
Ziet ge meer witte dassen, hoort ge
meer psalmen zingen, bedenk, dat de
overtuigingen bij velen maar los over de
schouders hangen en gemakkelijk wisselen
naar eiken voordeeligen wind. Ook dat
is altijd zoo geweest. Er is inderdaad
niets nieuws onder de zon.
Deze »paganist* scheldt niet
Alleen maar hij wijst u de huichelaars
aan. De ^overtuigingen hangen bij velen
maar los over de schouders*, en ^wisselen
gemakkelijk naar eiken voordeeligen wind*
Deze wachter op de muren van z>het
moderne Jericho* kent het i-spel der witte
dassen en het geluid der psalmen*.
Dat hij dan tegen Juni de bazuin zette
aan den mond en dat zijn waarschuwing
het land doordreune tegen de vrijzinnige
leiders, die met de witte das getooid en
zingend de psalmen die zij niet verstaan,
de onnoozele kiezers-schaapkens zullen
trachten te lokken in de kooi der kerk- en
geloof ^beschermende* vrijzinnigheid.
Opdat ze niet te laat bemerken dat ze
werden misleid
Helaas wij vreezen zelfs dezen Noor
man* met de witte das getooid te zullen
ziende Ned.
Uitvaart van Ministers Bevers.
Hoort het klokkengelui
Het bimbamt door de ijle lucht van zon-
nigen wintermorgen, klinkt ver weg over
de grachten, de huizen, het bosch
Het klokgelui is een doodenzang, een
tonig en droef, en zij zingt dat sterft al
wat sterflijk is, dat de Dood de hoogsten
niet spaart, maar ze aangrijpt en neerlegt
onverwacht, met één zwaai van zijn schrik -
kelijken sikkel
Van den Bezuidenhout komt de stoet aan,
langzaam. Tegen het sombere zwart kleurt
fel het rood van de twee Hofkoetsen, in
't eerste de Prins met zijn adjudanten, in
't tweede een vertegenwoordiger van H. M.
de Koningin-Moeder.
En voorop, achter de politie-mannen, gaat
'n schaar ge-uniformde weesjongens eer
bewijzend aan de nagedachtenis van hunnen
Regent. »Och« zeggen de menschen langs
den weg, als ze dat zien.
Zondelinge tegenstellingde sombere
zwarte Majesteit van den Dood, en het
Koninklijke ceremonieel van kleuren en
uniformen daarachter
»Des Konings dienaar* wordt uitgedragen.
Weggerukt midden uit zijn dienstwerk, gaat
hij, op zijn laatste rit, terug naar de plaats,
die hem in dienst van Koningin en Land
arbeiden zag, zoolang het dag was, naar
het Binnenhof.
Alle Departements-gebouwen sloten hun
vele oogeneerbied voor den dood, en
t
eerbied voor den doode, Ook iu de Park
straat bij Posterijen en Telegrafie is alles
gesloten
Langzaam, door de straten der stad, die
hij, de doode Minister, de oud wethouder
zoo heeft liefgehad, trekt de doodsstoet
verder naar het Banka plein.
Daar is het zwart van de menschen, en
elke tram brengt er meer. Vóór het R. K.
kerkhof heeft de politie, onder leiding van
den hoofdcommissaris zelfs, den weg vrij
gehouden. Vol is het kerkhof vooral voor
de kapel. Een groote schaar van Kamer
leden, burgemeester, wethouders en leden
van den Haagschen Raad, wachten daar de
komst van den stoet af.
Het klokgelui wordt hier niet gehoord.
Maar vele stemmen spreken zacht over
den doode, van wien elk getuigdhoe goéd
hij was. Niet een getuigen in officèele graf
redevoering, maar een zacht vertellen door
wie hem konden aan die hem niet kennen.
En als de baar voorgedragen wordt, met
één bos van lentebloemen, seringen vooral,
gedekt, dan ontblooten allen stil en eer
biedig het hoofd.
Vóór de baar gaan weer de weeskinderen
er achter de Prins in generaalsuniform, dan
de Ministers Wentholt, Nelissen, De Marees
van Swinderen Daarachter de heeren Talma,
Idenburg en Kolkman alleen de Ministers
Heemskerk en Sabron zijn er nietde eerste
is buitenslands, de tweede ongesteld. Leden
der R. K. Kamerclub en familie-leden
sluiten zich aan, dan de leden van den Ge
meenteraad, en door de breede rijen der
belangstellenden. Kamerleden en Departe-
ments-ambtenaren, gaat de stoet de kapel
binnen.
Over 't zwarte geheel schijnt de zon in
haar vriendelijken glans
Zoo was de begrafenis van Minister
Bevers. (»De Banier.*)
Een berucht proces,
was het onderwerp Dinsdagavond door Prof.
Mr. P. A. Diepenhorst, in de Oosterkerk,
voor de Ger. Jongv. te Zeist, behandeld.
Met gespannen aandacht werd de Spr.
gevolgd, toen hij wees op de leugenachtige
berichten en voorstellingen door de vrijzin
nigheid in 1905 verspreid, om het Ministerie
Kuyper te doen vallen, dat Calvijn, Seret
had laten verbranden. Dat sloeg in, want
immers Kuyper was een volgeling van Cal
vijn Prof. Diepenhorst toonde aan, dat in
die dagen de verspreiding van ketterijen,
zooals Seret deed, bij Roomsch en Prote
stant, rechterlijke vervolging eischte toch
was het niet Calvijn die Seret veroordeelde,
ja, al had hij het gewild, dit koa hij niet,
daar zijne invloed op de rechterlijke macht
in dien tijd van niet den minsten invloed
was.
In Frankrijk werd Seret door de inquisitie
veroordeeld, toon hij een boek in het licht
had gegeven, waarin hij op de gruwzaamste
wijze de heiligheden lasterde. Seret vluchtte
daarop naar Genève, waar hij door den
Kleinen Raad ter dood werd veroordeeld
welke raad voor verreweg de meesten uit
libertijnen bestond, Calvijn's heftigste tegen
standers.
Het zal een genot voor velen zijn als
Prof. Diepenhorst deze lezing in druk zou
willen doen verschijnen daar men niet op
houdt om de nagedachtenis van een man
als Calvijn door zulke leugenachtige voor
stellingen tracht te smaden, om daar politieke
munt uit te slaan.
De firma W. J, van Hoogsraten,
boekhandel, Noordeinde 98 te 's-Graven-
hage, is bezig met de samenstelling van
een gids van de in Nederland bestaande,
muziek, zang- en delletanten-tooneelvereeni-
gingen. In dit werk zullen gratis worden
opgenomen alle bovenstaande vereenigingen
in Nederland.
De vereenigingen die iu dit werkje wen
schen te worden opgenomen, zenden daaroe
franco opgaven van Naam der Vereeniging,
doel en zetel, benevens de namen met
voorletters van den Voorzitter, den Secre
taris en den Penningmeester met hunne
woonplaatsen.
Sommelsdijk. Bij de gehouden examen
tot het verkrijgen van een bewijs van Militaire
bekwaamheid en lichamelijke geoefendheid
slaagde uit deze gemeente de lotelingen
J. H. Dijkers, J. van Gulik, A. Sluij, J. J.
Vijfhuizen, K. Grootenboer, J. Wielhouwer
en C. Joppe.
Door de rijkspolitie is eenig koper
werk, vermoedelijk door diefstal verkregen
en afkomstig van de tramwerken op 't
Hoofd te Middelharnis, ten huize van den
opkooper J, T. alhier, in beslaggenomen.
De loting voor de Nationale Militie
te beginnen met het dienstjaar 1909, is
met twee maanden vervroegd en zal dus
voortaan plaats hebben tusschen 7 Augustus
en 7 September.
LEZING van den hter Van Hulst
uit Enschede over Coöperatie, inzon
derheid over de Inrichting en Wer
king van de Coöp. Vereeniging
3> Centraal Bureaux te Sommelsdijk
in H Hotel 6pee op 13 Januari.
Eerst een woord van lof over den spreker;
over de duidelijke behandeling en heldere
beantwoording der gestelde vragen. Dan deze
raadLaten de Landbouwvereenigingen, die
nog geen kennis gemaakt hebben met dezen
spreker, dit nog onverwijld doen; want het
onderwerp, namel. de groote beteekenis van
't Centraal Bureau moet beslist overal uiteen-