23s,f Jaargang N*. 1406.
foor de %uidhollaiid*clie en Keeuwiehe Skilanden.
Zaterdag 12 December 1908.
An tirevo tionair
Orgaan
IN HOC SIGN O VINCES
T. BOEKHOVEN.
SOMMELSDIJK.
,-tlle stukken voor «le Kedactse bestemd, A«lvertessfiësi en versier© Administratie franc© toe te ®en«ie« aan «Sen Ultarever.
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per drie maanden franco per post 50 Cent.
Buitenland bij "vooruitbetaling f 4,50 per jaar.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
UITGEVER
Teleiuwn 5 intercom». S®. 2.
Advertenties 10 cent per regel en s/2 maai. Reclames 20 per regel.
Boekaankondiging 5 Cent per regel en 4/smaal.
Dienstaanvragen an Dienstaanbiedingen 50 Cent per plaatsing.
Groote letters en vignetten worden berekend naar de plaatsruimte die zij beslaan
Aövertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen 10 uur.
msn bul
lief €3ewij»ig,<! Uire-
rapport
In de 22ste vergadering der Unie,
gehouden te Utrecht, den 17den April
1900, door eene Commissie daartoe
benoemd, werd 'n rapport uitgebracht
over het doel, dat men zich in d'è
naaste toekomst voorstelde.
Die Commissie bestond uit de heeren
A. E. Mackay te 's HageH. Bavinck
te Amsterdam T. Bos te Dokkum
H. J. Emous te AmsterdamTh.
Heemskerk te Amsterdam R. Husen
te Utrecht; A. W. van Kluive te
Middelburg; A. Kuyper te 's Graven-
hage; A F. de Savornin Lobman te
's Hage; T. P. Mackay te s Hage;
M. Noordtzij te KampenH. Pierson
te Zetten Schimmelperminck van der
Ooye van Hoevelaken te Hoevelaken
J. Woltjer te Amsterdam; D. Wijn
beek te Zwolle en II Derksen te Rot
terdam,
Waar het Unie-rapport ook in de
Kamer enz. druk besproken is en pen
punt van ernstige beraadslaging in de
toekomst zal uitmaken, wenschen we
een en ander daarover te zeggen
Drie grieven vrerden aangevoerd
tegen de bestaande regeling van 't
Lager Onderwijs.
1zoolang het grootste deel van de
kosten der openbare school mede
door de wijze waarop de, meeste
Gemeentebesturen, in strijd met
den geest der schoolwet, de school
geldheffmg hebben geregeldten
laste komt van de Gemeente
kas, blijft er een ongewenschte
rechtsongelijkheid bestaan tus
sehen diegenen, die het voor hen
bruikbare onderwijs van Gemeen
tewege ontvangen en diegenen,
die dit zelve bekostigen.
2. zelfs lotsverbetering van de open
bare onderwijzers is niet mogelijk
zonder de reeds te zwaar gedrukte
Gemeenten nog meer te belasten,
terwijl ook het Rijk die slechts
ter harte kan nemen, indien, ter-
wille van het in de wet opgenomen
beginsel van rechtsgelijkheid, de
bijdrage aan alle scholen wordt
verhoogd
3. het blijkt meer en meer, dat
vele openbare scholen onder de
leiding komen van onderwijzers,
wier beginselen door de ouders
der aldaar schoolgaande kinderen
worden afgekeurd, zonder dat
iemand bij machte is zoodanige
onderwijzers te weren.
Kort saamgevat waren dus dit de
grieven der Commissie
1- de Gemeente zit door deOpenb.
School op zware lasten, en er blijft
door de eigenaardige schoolgeld
heffing rechtsongelijkheid bestaan,
2 lotsverbetering der Openb onder
wijzers wordt daardoor verhin
derd
3. de geest van 't onderwijs stemt
niet overal tot tevredenheid.
De vraag deed zich voorIs het
wijs om de Gemeente nog langer te
doen dragen de zware Schoolkosten
En was het niet beter om die kosten
te brengen ten laste van het Rijk
n w,as het ook niet beter om, als
an t Rijk de schoolkosten eener
HoetmfDte,0vnernam' tevens te bepalen,
in a- n ^an 00k aan a^e scholen
le Gemeente, onverschillig van welke
richting eene bijdrage op gelijken voet
zou uitkeeren Bij de vaststelling dier
bijdrage zou alles in aanmerking moe
ten komen, wat voor het houden eener
school vereischt werd, dus:
1. de minimumjaarwedde voor het
onderwijzend personeel.
2 het minimumbedrag, dat voor
eiken onderwijzer betaald moet
worden om hem een pensioen te
verzekeren.
3. de huur voor een vrije woning
ten gebruike van het hoofd der
School.
4. een zekere vergoeding voor loka
liteit.
5. hetgeen noodig is voor het aan
schaffen en onderhouden der
schoolmeubelen, schoolboeken,
leermiddelen en schoolbehoeften,
voor verlichting, verwarming en
schoonhouden der lokalen.
Intusschen is er een overgangstijd
vak noodig. Het zou zeker eenigen tijd
duren, voordat door allen de voordee-
len van den nieuwen toestand werden
ingezien. Hier of daar zou voldoenden
ijver ontbreken om voor allen de
noodige scholen op te richten. En
daarom Dit belangrijke «daarom®
in een volgend artikel.
(Slot volgt.)
Naar een ander maatschappelijk
stelsel.
Wat is het begin geweest van onzen
strijd 1 Eerslens de school. En helaas
is zij de oorzaak geweest, dat zooveel
jaren zijn voorbijgegaan, waarin ook
in en buiten de Kamers aan de maat
schappelijke moeilijkheden van dui
zenden niet is gedacht Die schoolstrijd
nam aller gedachten in beslag, maar
om de grondslagen van een beter
maatschappelijk stelsel dachten wei
nigen
En toch, ook daar de antithese, die
sliep of voortdommelde.
De oud-liberale school heerschte
nog oppermachtig. Door haar leer
stellingen bracht zij een beginsel in
de Maatschappij, dat haar dood zou
geweest zijn: het bekende laat-maar
waaien-stelsel. Daardoor werd de
maatschap ontwrichtof zooals het
typisch is uitgedrukt«gepulveri
seerd.® De ondergang der maatschap
pij moest volgen, omdat het overwicht
van tiet eene deel des volks over het
andere zoo groot werd, dat een om
vallen, een in- en wegzinken beslist
volgen moest.
Eigenbelang, een schoone eigenschap
in veel gevallen, zou hier de reden
geweest en geworden zijn, dat de
werklieden werden uitgeperst als een
citroen uitgemergeld naakt en broo
deloos aan den dijk gezetdat vrouwen
en kinderen de huisgezinnen uit en
de fabrieken werden ingejaagddat
zware en lange werktijden voor de
mannen het dividend van den fabrieks
eigenaar moesten verhoogen.
Het beginsel, dat die oud-liberale
school indroeg in het leven, was de
dood, en volkomen in strijd met de
ordinantiën Gods.
En wie, die maar eenigermate met
Gods Woord op de hoogte is, weet
niet, hoe de Christelijke leer vijandig
staat tegenover zoo'n stelsel, dat on
gewild en onbedoeld op uitzuigerij en
verdrukking moest uitloopen.
De armen werden armeren de
rijken werden rijkerhet huiselijk
leven knakte en verdordede maat
schappelijke orde werd bedreigdde
Zondagsrust verwoesthet geestelijk
leven ondermijnd en alles ging op in
het zwoegen dag aan. dag en het
peinzen om nog, nog meer te schrapen
of om van de ellende verlost te worden
anderzijds.
Maar er kwam protest.
Protest van Christelijke zijde.
Protest van Vrijzinnige zijde.
Protest van Socialisten.
Protest door de werklieden zelf, die
de hoofden opstaken en riepen om
een ander maatschappelijk stelsel.
En die protesten, tegen den indivi
dualistischen geest der eeuw vonden
een rijken voedingsbodem ze werden
krachtiger; ze overschreeuwden te
recht eiken anderen toonen toen
de schoolstrijd taande na ontvangen
betrekkelijke rechtsgelijkheid was de
Maatschap rijp om over een nieuw
stelsel ernstiger dan ooit te gaan
spreken en te handelen.
Een heter beginsel verkondigd
Het individualisme zat op den troon
en daarmee dat brute.en brutale eigen
belang, dat om niemand denkt en
dacht, dan om zich zelf.
En daar tegenover kwam het ver
langen naar een beter beginsel.
Het beginsel van Sociale Ordening.
Het moest uit zijn met dat zich
zelf zoeken dat Kaïnswoord«Ben ik
mijn broeders hoeder« moest verstom
men, en overal ontwaakte de idee dat
de arbeider ook een mensch is; dat
hij ook aan den rijken disch des levens
zijn genoegzame plaats moestinnemenj;
dat ook hij het volle recht had op
waardeering van zijn gaven, krachten,
persoonlijkheid en arbeid|dat ook hij
lid der eenige maatschap is en be
hoorde te deelen in al de zegeningen,
die uit een onvermoeid en nuttig be
steed leven voortvloeien.
Een beter beginsel werd ingedragen.
En men kent de gevolgen.
De Christelijke idee van saamwer
king en toenadering tusschen Kapitaal
en Arbeid werd van de daken ver
kondigd; «Democratie® werd een
woord, dat op duizenden lippen begon
te zwevenal meer, al aanhoudender,
met al meer klem en kracht werd
het uitgesproken en men luisterde
de Maatschappij dronk dat woord in
als de woestijnzeiziger, moe en mat
en verlaten, en amechtig, zich laaft
in de oase onder de schaduw der
palmen aan het heerlijke frissche
water van het meer in die woestenij
ontsprongen.
Naar een beter beginsel.
M aar hier openbaarde zich toch ook
de antithese.
En, er ontwikkelde zich een Chris
ten-Democratie; een Liberale Demo
cratie en een Socialistische Demo
cratie: alle drie tegen de individua
listische Staatsonthouding; alle drie
vóór Sociale ordeningmaar toch
onderscheiden, omdat Rede en Open
baring zich niet op alle terrein, dat
door de Democratie werd omvangen
en opgeëischt, verzoenlijk tegenover
elkaar stonden.
Zou 't waar zijn
In de bladen wordt reeds gefluis
terd van een Wekker II. Want niet
alleen op Sumatra geschiedden on
rechtmatigheden, door Wekker I aan
't licht gebracht, zij 't ook op mis
schien niet altijd voorzichtige en
waarheid getrouwe wijzemaar nu
verluidt dat ook in Celebes zulke on
waardig optreden van ons leger valt
te constateeren en dat ook daarvan
een geschrift zal verschijnen.
Zou 't waar zijn
Gelukkig dat we in den Minister
van Koloniën een man hebben, die
ook in zulke zaken het koren van het
kaf weet te schiften en met kracht
optreden zal om elke onrechtmatige
daad tegen te gaan.
Wroeten in eigen ingewand.
De Coalitie van Rechts staat er flink
voor. Eén in geest en streven hoopt
ze den strijd in 1909 te aanvaarden.
Tegen wie
Tegen een niet-eensgezinde Link-
sche Concentratie.
Tegen de Sociaal Democraten, die
bezig zijn door wroeten in eigen inge
wand, hun reeds wankelende kracht,
nog meer te verzwakken.
En wie dan ook de Linksche partijen
gadeslaatze gehoord in de Kamer
gezien heeft, hoe ze machteloos stond
bij de Algemeene Beraadslaging om
zelfs door een makke motie van de
zoogenaamde frontverandering van
het Kabinet te doen blijken en het
te wagen om voor het Kabinet een
hinderpaal tot verder regeeren in den
weg te leggen wie dat alles gadeslaat,
gaat met hoop de toekomst in.
Bij onsgeen wroeten maar een
hechte en sterke band om allen.
Bij Linksmalaise wantrouwen
verdeeldheid.
Dat geeft den burger moed Of
zooals de N. R. C. in 1905 zeiDe
moed geeft tien vooruit
«P DKMT UITKIJK.
Er schijnen betere dagen op komst.
'k Bedoel voor de christelijke vakbewe
ging in ons vaderland. Er wordt weieens
gezegd, dat wij achter zijn, zonder dat we
't verdienen en 't gaat ons wel eens naar 't
spreekwoord, dat wie ééns steelt, altijd een
dief is of naar dat andere, dat wie den naam
van luiaard heeft, altijd te laat komt, maar
wat onze christelijke vakbeweging betreft
ja dan zijn we laat laten we hopen
nog niet te laat
Zeker onze hoed is niet pluimloos
Het goede mag zoo goed gezegd, als 't
verkeerde.
Op schoolgebied bv. zijn we gansch Europa
vóór en hebben wij onze vaderen voorop
schitterend het bestaansrecht der vrije,
christelijke school bewezen. En dat niet
slechts theoretisch, wat geen geld kost I
Neen we hebben er onze millioenen voor
over gehad in den loop van zestig jaar
Wat het kerkelijk leven betreft o,
zekerer is veel reden tot verootmoediging
maar toch, als 't nu aankomt op een
vergelijking tusschen de orthodoxe groepen
eenerzijds en de Kerkelijk vrijzinnigen ander
zijds dan durven we 't oordeel van
onpartijdige scheidsrechters afwachten, aan
welke zijde het kerkelijk leven 't meest
bloeit en vrucht draagt.
Onze werken van barmhartigheid o,
er ontbreekt nog veel aan, maar toch door
Gods genade mochten we iets doen voor
kranken en ellendigen, waarop ook de wereld
soms als een voorbeeld wijst.
.Maar nu onze christelijke vakbeweging
Ai mij! Wat staat ze nog op dunne,
knikkende pootjes
Als we Unitas uitzonderen, die de chr.
textiei arbeiders wist te organiseeren, bene
vens enkele kleinere bonden in 't Zuiden,
die zuiver roomsch zijn wat schiet er
dan over
Ik zeg dit waarlijk niet, om den arbeid
der chr. protest, vakvereeniging te verklei
nen, maar zeg zelfHeeft deze ondanks al
haar pogen, grooten invloed kunnen oefenen
op de massa's
Twee vossen slopen er rond.
Twee leelijke, kleine, bijtende vossen.
Die zooveel kwaad doen in dezen wijn
gaard
De eerste is het Kerkelijk vosje. Ik geef
op 't oogenblik aan niemand de schuld
ik constateer de feiten maar doch ik
vrees, dat onze achterkleinkinderen, die
misschien veel langer dagen zullen beleven
dan wij, het niet gelooven zullen, als ze in
de geschiedenis lezen, dat de christelijke
smeden en timmerlieden, kaarsenmakers en
steenbakkers, in 't begin der twintigste eeuw,
voor hun aanbelangen, zich vereenigen in
bonden, gesplist naar de kerkelijke gezind
heid der leden.
Dat is toch eigenlijk al te gek.
Dat een iegelijk zijn eigen kerk lief heeft,
is even natuurlijk, als dat hij zijn moeder
bemintMaar er is onder ons christenvolk
een streven om alles, letterlijk alles maat
schappij, politiek, wetenschap en kunst het
kerkelijk stempei op te drukken.
Daar zijn honderd christelijke veenarbei
ders in een plaats en die zullen zich nu tot
vier christelijke vakvereenigicgen gaan sa
menvoegen veertig Hervormden, dertig
Gereformeerden, twintig Lutherschen en tien
DarbistenEn dan zullen ze elk in hun
eigen vaandel schrijven gaanEendracht
maakt macht
Is 't dan wonder, als de christelijke »mid-
denstofs zich van zulk gedoe afwendt en
de vakbelangen te ernstig en te gewichtig
acht, om er zulk een dwaas spel mee te
spelen P
Gelukkig komt er een kentering.
En 't was een moedgevend teeken, dat
onlangs mannen uit onderscheiden kerken
mannen, die in onze vakbeweging vooraan
staan, bijeenkwamen en zelfs de mogelijkheid
bespraken van een iwferconfessioneele vak
organisatie, waartoe dus ook de roomschen
zouden kunnen behooren
In hoeverre dit oorbaar ware, bespreek
ik thans niet. Er zal vooreerst niet veel van
komen, want de bisschoppen sturen openlijk
aan op eigen, roomsche vakvereenigingen.
Toch zullen we ons verheugen, als er
slechts samenwerking en straks samensmel
ting tusschen de protestantsche christelijke
vakvereenigingen verkregen wordt en de tijd
kon wel eens nabij zijn, dat die kerkelijke
vos opgevangen werd en een muilband om
zijn bijtenden bek kreeg
Maar er loopt nóg een vos rond.
Die van het verkeerde conservatisme.
Die vos doet veel kwaad onder onze bur
gerij en bijt vooral onze patroons.
Laat men toch de zaken eens nuchter
bezien
Als onze Christen-vakarbeiders zich ver
eenigen, om te verkrijgen verbetering hun
ner positie, in zedelijk en stoffelijk opzicht
wat kwaad doen zij dan
Toch zien niet weinigen dit met leede
oogen aan,
't Is eenigszins te begrijpen.
Zij redeneeren zóo s>Die vakbeweging
stuurt aan op hoogere loonen, korten arbeid-
duur, betere vakopleiding en allerlei andere,
wel mooie, maar toch ook dure zaken. En
de patroon kan dat alles maar betalen
Zuiver eigenbelang, zal men zeggen.
Ja, dat kan wel, maar ge moet niet
vergeten dat onze patroons ook niet altijd
op rozen gaan Soms. ja regent het zege
ningen, maar de tijden komen ook van
langdurige droogte en onder de kleinere
patroons vooral, zijn er velen, die vaak den
vasten arbeider benijden, Wijl men nu den
naaste wel alzóó lief moet hebben, als
zichzelf, doch niet liever, kan men zulk een
redeneering uit eigenbelang maar niet ineens
veroordeelen.
Toch zit hier de grondfout.
A Is het de christelijke vakbeweging er om
te doen was, van de patroons »af te halen,
wat er gehaald kan wordeD, dan ja I hebben